Abonnementen voor de Werkman worden ten allen tijde aangenomen. ÏBSS Godsdienstiever bij de Protestanten. Wij lezen in liet Dagblad ran den Haag dat het koud weder van kerstdag eenen noodlottigen invloéd ge had heeft op den protestantschen dienst in het Hol- landsch steodje Meppel. Met de uur van. den dienst, op eene protestantsehe bevolking van eenige duizende, waren zes mannen in den tempel. Zes op eenige duizenden hadden oo- genblikkelijk de goede meening van den Heere te dienen niettegenstaande het koud weder. Zij hadden oogenblikkelijk de goede meening en zij voldeden er mede, want wanneer de heer üominé binnen trad, wel geduffeld, men kan het verstaan, klaarlijk ziende aan de doenwijs van het groot getal zijner parochia nen dat preek houden mocht eene bedenkelijke zaak zijn, hij neemt het besluit van de aanwezige vergade ring, de zes kloemoodigen, te raadplegen. Volgens dat zij recht zouden staan of blijven zitten zou er be sloten zijn van te gaan warmen of van preek te hou den. Geheel het gezelschap staat recht alles is gedaan. Er mocht geboekt staan uat er, te Meppel, om reden van het koud weder ten jare 187(1 geen kerstdagdienst gevierd werd. Hoe met den duur de iever vermindert, ja uitdooft, wanneer hij niet steunt op innige overtuiging! Wat moet er verwacht zijn van deze die maar protestant wordon orn goddienstige gevoelens te veinzen, of om gelijk Luther de wroegingen eener besmeurde kon- scientio door het schelmstuk van ketterij te verdoo- ven? Kronijk der Misdaden. Een broeder der kristelijkc leering, uit het gesticht der rue Servan te Parijs, was het slachtoffer eener moordpoging op het oogenblik dat hij met zijne leerlingen van eene wandeling terugkwam. Nabij de poort der sehool ge komen, werd hij eensklaps aangevallen door een on bekende, die hem een zwaren slag in volle borst toe bracht. Toen hij hot gesticht binnengetreden was, ondervond de broeder dat hem oen steek was toege bracht- bij middel van een stylet met driekantig lem mer, en hem eene wijde wonde, die echter gelukkig niet gevaarlijk is, was gelagen. De moordenaar is, naar alle waarschijnlijkheid, weèr een dier ongeluk- kigen, die door den haat tegen den godsdienst ver voerd worden. Ziedaar eens te meer, waarheen de goddelooze taal van zekere bladen en de liberale pro paganda het menschdora leiden 150 Gebouwen Verbrand. Een verschrik kelijke brand, door zijne evenredigheden aan do grootc brandrampen die zoo dikwijls Amerika plagen, herinnerende, berstte op 3 dezer te Moulins uit. Gansch een voorgeborchte dor stad werd vernield, doordien het vuur werd aangezet door een hevig tempeest, dat gedurende deu brand heerschte. De brand woedde in de nabijheid van den ijzeren weg. Do vlammen sloégen over de ijzeren baan heen en vernielden op hunnen doortocht de telegraafdra den. Men vreest dat de eerste oorzaak der ramp de kwaadwilligheid is. De trein van Parijs kwam plotseling aar.stoomen; op het zicht der vlammen, die lctteriyk de rails lik ten, stopten de machinisten, ym bleven stil op eenige meters afstand van den brand. Wat moest er gedaan worden? Hulp verlecnen was onmogelijk. Geen rnen- sehelijke macht was in staat om de hevigheid van den ,wind te keer te gaan, die brandende balken op hon- derde meters van daar deed neèrregenen. De kondukteur van den trein stapte af, deed de portels der waggons met zorg sluiten vervolgens gaf hij bevel met volle stoom te stoken, en de trein voer als do bliksem door de vlammen lie^n Cp een honderdt il meters hield hij nogmaals stil en na er gokonstateerd was dat aan derijtuigen geen 'letsel was gekomen, vertrok men op nieuw. Op dit oogenblik breidde zich liet vuur uit tot het nabijliggende dorp dat men gehoopt had to kunnen bevrijden gruwlijk was dit schouwspel. De boeren, radeloos van angst, verhuisden in allerijl dreven het hoorvee en de mot huisraad geladen karren voor zich uit; in den akeligen glans van den brand, gedurende den somberen nacht, scheen dat een fantastische dui- duivelentocht Wat puinen en wat ellende, toen 's anderendaags de zon hot tooneel der verwoesting bescheen! S am e n sp ra a k Domien, wat zo je peizen Gaan we dees jaar een gelukkig en zalig jaar hebben? Tonia, ge stelt mij daar een dobbelzinnige vraag. Doen in Ja, een vraag die langs twee kanten snijdt, Tonia als ge mij vraagt, of wij, wij met ons Fami lie, een gelukkig jaar gaaa hebben, dan ben ik nog al genegen vau u J A te antwoorden we zijn wel kran ke rnenscken Domien, wie is er in de wereld, zelfs in de kloos ters die zijnen vinger mag omhoog steken en zeggen: Ik ben zonder gebreken? 'tls waar; ergo, kranke menschen zijn wij, maar w'hebben toch den vasten wil van in vrede met ons geweten en met iedereen te leven, en daarom mag ik zeggen f Er mag gebeuren wat er wil, wij zullen dees jaar en al de jaren van ons leven gelukkig zijn, zooveel als 't mogelijk is. Als er geluk op de wereldis, danValt dit gelukin 't hort van den mensch die zijn plichten tracht te kwijten en die niets moet vreezen, noch dood noch gendarms noch prokureurs, noch praktesijns, noch garnissairs Dat is kleer, Domien; de gerustheid en daar of omtrent aan zijn brood komen, is den haiven kost. Maar, Tonia, als ge nu in de generaliteit gaat spreken en mij vraagt of't jaar 1877 zal gelukkig zijn voor de samenleving, voor de volker in, dan moet ik mijn schouders optrekken. Alsikmet gezond verstand mijn oogen opensper en Europa inspelcteer, wat zie ik Overal ontevredenheid en wanordeOveralinen- schen die van de schreef loopen en 'ne valschen toon geven Wat zien wij onder de Koningen en onder de Keizers Och Heere. wat zien we daar Een ambitie en een slókzucht om g'heel de wereld en een deel van 't firmament in te slikken Wel gezegd, Tonia; de Keizers en Koningen vergeten dat zij aan 't hoofd gesteld zijn, omd'hoogste verheven, liet beste voorbeeld te geven ze raadple gen maar hun ambitie om hun rijk uitte breiden, al moest hun volk dit met bloed en tranen bekoopen.... Dat'is te zien geweest in Italië, waar Victor-Emma nuel duizende menschen heeft doen kapot makon, ai- leonelijk om den Paus zijn goed af te nemen dat is te zien geweest bij Petje Pruis, die tégen Oostenrijk, Denemerken en Frankrijk twist gezocht heeft om eenige provinciën te kunnen inpalmen; dat zal te zien zijn met Rusland, dat nu ook eenen oorlog gaat be ginnen om zijn rijk te vorgrooten Ge zouilt toch zeggen, Domien zoo rijk zijn als de zee diep is, zoo veel prochien en steden hebben, als 'no mensch op 'nea dag kan tellen en nog altoos meer willen Tonia, 't is de begeerlijkheid der oogen en de hooveerdij des levens die^in de Koningen en inwele groote mannen zit. We moeten zoo verre niet gaan: wat zien wij te Brussel? Zijn 't de geringe menschen die de Banken bestolen en gerenoweerd hebben?.. Zijn 't de dienstboden of de meissens, die misschien 30 f'r. in de maand trokken Neen 't, maar de groote bedienden, die een traktement hadden van tien dui zend fr. en nog meer; ze konden als prinsen leven, alle dagen bier en wijn op hun tafel hebben en ieder een treffelijk voldoen; maar ze waren bezeten van de begeerlijkheid en van d'hoovecrdij, en werden krirni- nele en schromelijke dieven, dieven van millioenenen miilioenon, dieven en bankstroopers. En als wij bij 't volk komen. Tonia, daar zijn 't de zelfde oorzaken die 't bederf', d'onrust en de wanorde brengen. Precies dezelfde 't Is waar, 't is waar, Domien; wanneer zal dat toch eens beteren Als iedereen eens in zijn hert zal gaan en er die stomme begeerlijkheid en hooveerdij uit bannen 't zal beteren, gelijk in Lars Vonved, als de menschen eens met oprecht gemoed zullen zeggen Onze Va- de rWij zijnnllen Broeders! Er wordt te weinig omhoog gezien, Tonia; God weet onder al de Koningen van Europa, is er eenen die hem een Kruis maakt als hij 's morgens opstaat God weet hoe lanh was 't leên dat 't Kint of Emmerik in een Kerk of Kapel geweest waren Ze zaten liever inde fluweelcn kaberdoezen, met champagnewijn, gansche nachten door... 't Is in de kaberdoezen dat er zoo veel hun ongeluk halen Als ik daarvan spreek, want'k zou't anders nog vergeten, 'k en wil niet hebben dat ons Toontjen alleen naar d'herberg gaat, nievers niet dat is tegenwoordig een sjanfoetersche slechte gewoonte onder 't jonk volk we moeten daartegen opkomen! Toontje, g'hoort dat? 't is voor uw geluk, menneken Hebben gehad is een arm man. FONDS EN. Zele,2 Jan. 1877 Tarwe 106 liters. Rogge Haver 159 Geerst Boekweit Aardappelen, 100 kilos Klaverzaad, per kilo Vlas, per 3 kilos Boter, per kilo Eieren,per 26 Kemp, per 11 kilos Hoornbeesten. Zwynen. 26,— 16-25 16,50 3,44 2,18 11,43 26,50 17,— 17,— -.00 03,66 02,81 11,98 00,- 00 Belg. Leening 4 th1871 3th. 1873 Gem. krediet. 4 1/2 th. Brussel, leening 1867 3 th. 1873 3 th. 1874 3 th. Gent, leening 1868 3 th. 00,00 74,50 102.90 88,00 87,00 90,00 91,50 Markten. Dendermonde, 's maandags. Lijnolie 100 kilos. 59,Oö Kerapolie, Raapolie, Lijnkoeken, 26, Kempkoeken, 18,00 Tarwe, 00, Rogge, 00,— Lenven, 's maandags. Tarwe, R°gpe» Brouwershaver, Voederhaver, Boter 1/2 kilo, Bloem (fijne.) 30,00 21,— 26,— 23,0 1,60 40,50 Kortrijk, 's maandags. Witte Tarwe, Rogge, Boter, 1/2 kilo, Eieren, 25. 24,0° 00,06 2,00 3,38 Aalst, 's zaturdags. Tarwe per 1 heet.32 1. 50 Masleluin, Haver, Rogge, Aardappels, Hop, Eier 30,00 26,00 25.00 21,75 10,50 112,000 3,09 11,81 Viggens, 48 a 65 Ninove, 's dijnsdags. Tarwe, 100 kilos. Rogge, Buonen, Boter per kilo, Eieren per 26, Koolzaad, Lijnzaad, 30,50 20,50 23,50 24,50 2, 70 3,25 40,50 34,50 St. Nikolaas, Per 106 Iieters Witte Tarwe, Rcode, Rogge, Boekweit. Paardeboonen, Vlas 3 kilo, Boter kilo. Eieren de 26, Hooi 300 kilos, Aardappelen donderdags. 28,00 19^00 20,00 19,50 5,50 3,36 3,1 52,5o 10,00 Mechelen, Tarwe, Rogge, 22,39 Boler, 3,36 Strooi per 100 kilos, 7,90 Vlas 3 kilos, 4,05 5,40 Veemarkt, Inlandsch ras 55 stuks, van 210 tol fr. 400 Vreemd ras 390 stuks van 395 tot 860. Geeraardsbergen, 's maandags. Tarwe 100 kilos, 29,50 Masteluin, 24 00 Rogge, 19,0 Ruw vlas per kilo, 1 40 Boter per kilo, 03,50 Tabak grooten ■d. kleinen, Hamrae, 's zaturdags. Kemp per 11 kilos, 1170 Boter, per kilo, 3,54 Aardappelen, per 100 kilos, 09,11 Lokeren, 's woensdags. Per 106 liters, Witte Tarwe, 27,25 Roode, 30,00 Rogge, 18,00 Boter 1/2 Haver, 17,0e

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1877 | | pagina 4