Abonnementen voor de Werkman worden tea allen tijde aangenomen. EESTORVEW. Da priester is in onze dagen maar al te dikwijls slechts een voorwerp van den haat. van de beleedigingen en ver- wijdngen der boozen. Ach kende de wereld al de zelfop offeringen waartoe een priesterlijk hart bekwaam is, zij zou diegenen beminnen, die zij nu veracht. Wij willen dit hier nial met uitgezochte proeven bewij zen, maar enkel oenen trek aanhalen uil het leven van ecnen heiligen priester ontleend en wol in staat om de harten onzer lozers te raken. De Eorw. heer Capella was can oud spaansch officier, uit zijn land verbannen en priester geworden. Hij werd benoemd in eene kleine pastorij in de omstreken van Parijs: zijne parochianen, bijna allen hoveniers, beminden hem als cenen vader. Het toenemen der pijnen do'or zijne oude wonden veroorzaakt, verwittigde hem dat zijn einde nabij was. Het was de dag voor zijne dood men had hem de laatste H. Sakramciiten toegediend. Op dozen oögenblik kwam eensklaps een man in de kamer, naderde to: den pastoor en zeide: Heer pastoor! X, dien gij wel kent. is zeer ziek, hij gaal sterven wij zijn bedroeld, want hij wil geen priester ontvangen want een pastoor der omstreken is gekomen, hij heeft hem den rug gedraaid en hij wil er niet van hooren spreken. Wat ongeluk een zoo brave mansprak Capella met droefheid; indien ik zelf niet op sterven lag, zou hij mij misschien niet slecht ontvangen hebben U, Mijnheer de pastoor zeker neen, daarvoor bemint hij u te veel, maar helaas! Hij ging niet voort. Een edelmoedig gedacht steeg op iu liet hart des pries ters; ztcli opzijn bed oprichtende, zuchtte hij met gevou wen handen Mijn God, geef mij een weinig krachten na eenen oogenblik naden kens, Kleedt mij aan! zeide hij eensklaps tot degenen die hem om ingden. Doch allen waren verslagen, niemand bewoog zich heel buiten zich zclven hoorden zij die stervende slerr den gebiedenden toon had teruggevonden om eene onmo gelijke zaak te geb eden, en zij dachten, dat hij het ge bruik des verstandsvermogens had verloren. Kleedt mij aan! hernam bij op eenen meesterlijken toon. Alle monden slaaken tegelijk een doffe kreet \au verwondering. Maar de stervende, wiens ovc ig leven zich in zijnen onbewengbaieu wil had verzameld, bood zijne bevende anncn en zijuo reeds onbeweegbare keenen aan; men ge hoorzaamde hem als door den bliksem geslagen. Men kleedde stilzwijgend dit lichaam, dat tot het leven wilde terugkecren om eene ziel ie redden. - In aagt mij bij den zieke, zeide de priester. - Ach Hoerhij zal onderweg stervenriep men met eene soort van wanhoop. Hij sloeg geen acht op hetgeen er rondom hem gedaan of gezegd werdgeheel en al mei zyne edelmoedige heldendaad bezig, gaf hij bevalen, opdat men al het noodige tot lint nadienen der HH. Sakramenten zou bijbrengen. Toon alles gereed was - Op weg en haast u gebood h\j namen met eene onuitsprekelijke ontroering dit lichaam op, dat zich gedurende de overvoering hij eiken etap bewoog als een stuk slof bij het minste windje. De oppermachtige ziel regeerde en leefde alleen en slaakte geenen kreet, geen* klacht, g,ionen zucht op dien pijfie- lijke weg. op welken elke stap de dragers deed verschrik ken. Hij liet het hoofd op de horst hangen en had Daar is hij bij hel bed van dien anderen stervnndo. Mijn vriend, sprak hij met gebrokene 'stem. wij gaan beiden voor den goeden God verschijnen. Willen wij de reis te /.amen afleggenIk kom u helpen en u de hulp middelen van het laatst» uur brengen Een kreet, dien men niet zou kunnen beschrijven, ont vlood de borst van den lijder en zonder een woord te kun nen uitbrengen, vaite bij ee hand tfan zijnen herder en drukte ze met eene eerbiedige beweging aan zijne lippeD Mjn vriend, vervolgde deze, de tijd is kort; betrouw op mij, gij zult niet weigeren uwe biecht te spreken, niet De zieke, door die heldendaad des geloofs overwonnen, begon te weenen O ja, aan u wil ik biechten riep hij uit De glimlach des hemels verscheen op de bleeke lippen des goeden, herders; hij deed centeeken, 'en men liet de twee stervenden alleen. Weldra deed de dienaar Gods eene laatste poging om de hand boven het hoofd van den boet vaardige te verheffen, en de woorden der absolutie daal den als de ver fri schend? dauwdroppelen op die verrezen De priester,riep: - Het Heilig OlieselMen bracht hem wat noodig was om dit Sakrament toe te dienen, Neem mijnen arm en gele d mijne hand. zeide hij tot zijnen helper. En men droeg dien arm, men geleidde die stervende had, die zich reeds half koud als een zegen over de borst van don zieke sleepte, die onder die koude aanra- kingen scheen te herleven, en krachten te putten in de zal vingen d .-r Heilige Olie. Toen het edelmoedig werk was I gedaan, boog de priester zijn bezwaard hoofd tot hetgene clat '''j kwam te zalven, en in eenen langen zucht, die de ï'rmT zielewellust uitdrukte, zeide hij stil: «Tot weder/.iens, mijn imn. vriend - Draagt mij nu terug naar huis, sprak eene nau welijks hoorbare stem. Nunc dimilfiv, hernam hij luider Laat nu, Heer, uwen dienaar, vo'gons uw woord, in vrede heengaan - Dan viel zijn hoofd loodzwaar op zijne borst nederzijne vermoeide armen lieten zich hangen, zijne oogen sloten zich en gedurende di- gansche droevige terugreis, zou men gedacht hebben dat hij niet meer was, had men zijne lip pen door het gebed niet zien bewegen. Kort daarna plaat ste men lmm beweegloos op zijn bed. Eenige uren later was hij dood. Dit was het bewonderiagswaardig einde van M. Ca pella. Dit alles werd verhaald door den zieke zelf die niet is gestorven. Op de bemerking die men hem deed, dat hij na z.ulken Irek wel verkleefd aan den godsdient moest zijn: of ik er aan gehecht ben! riep hij met geestdrift uit: Ik zou mijn leven voor de godsdienst geven. Ik wil mij met mijnen Capella vereenigen. Tafereel eener overstrooming in Holland. Zoo treilend en natuuurlijk is d'Overstrooming op onze plaat weergegi verdere uitleg ovérbodig mag genoemd worden, 'tis van dees tooneel dat Tol 't ls alom niet; de dijk verzakt en splijt; liet water gudst niet brcadc goUen door de galen Vltigl I bergt bet leven, wie er 't leven niet wil laten Bestijgt de kappen en de nokken: redt u! spoedt Als die des bliksems is do snelheid van den vloed. Wat roep an niensehen. iu den doodsangst, overste Door 't brullend vee dat om de bulten zwalpt en zwem PONDS E N. datalle Tollens zingt Bki.g. Leening 4 th. 1871 100,(0 3 tb. 1873 70,25 103.50 Gem.-krediet. 4 1/2 th. Brussel, leening 1867 3 th. 1873 3 th. 1874 3 th. Gent, leening 1868 3 th. 88,00 01,00 92.00 89,5ö Markten. Dendcrmonde, 's maandags. Lijnolie 100 kilos. 57.00 Kempolie, ,C0 Raapolie, 87, Lijnkoeken, 24,00 Kempkoeken, 1^,25 Tarwe. 29.OO Rogge, 21, Boter per kilo 3,'..") a 3,50 Leuven, 's maandags. Tarwe, Rog.e, ltrouwershaver, Voederhaver, Boter 1/2 kilo, 1.60 Bloem (fijne.)39,00 Kortrijk, 's maandags. Witte Tarwe, Rogge, Boter, 1/2 kilo, Eieren, 25 22.50 -,0« 1,1)0 1.75 Aalst, 's zalurdags. Tarwo per 1 bect.32 1. 50 c Masleluin, Haver, Rogge, Aardappels, Hop, Eicreni Boter, 28,50 25,00 22,5'J 19,50 10,tj0 098 50 1,80 11,00 Vlas, 4 k 5,5') Viggens, 40 A 50 NinoTe, 's dijnsdags. Ta'we, 100 kilos, 28,50 Rogge. 19,50 Haver, 22.' 0 Boonen, 23.50 Boter per kik), 3,25 Eieren per 20, 1,35 Koolzaad, 35,50 Lijnzaad. 35,50 St. Nikolaas, 's donderdags. Per lOGIielers Witte Tarwe, Rcode, Rogge. Boekweit paardeboonen, Vlas 3 kilo, Boter kilo. Eieren de 20, Hooi 300 kilos. Aardappelen 24.80 24 00 14.50 00,00 24,50 6,00 3,43 2,09 45,5o 09,00 Mechelen, Tarwe, Rogge, Boter, Strooi per 100 kilos, Vlas 3 kilos, Veemarkt, Inlandsch ras 55 stuks, van 210 tot fr. 400 Vreemd ras 390 stuks van 395 tot 860. 7.90 4,05 5,40 Geeraardsbergen, Tarwe 100 kilos, 1/Iasteluin, Rogge, Ruw vlas per kilo, Boter per kilo, Tabak grooten id. kleinen, 's maandags. 28,55 22,50 19,0 1,43 03.31) Hamme, 's zaturdags. Kemp por 11 kilos, 11,70 Boter, por kilo, 3.54 Aardappelen, per 100 kilos, 09,11 Lokeren, 's woensdags. Per 106 liters, Witte Tarwe, 26 Roode, ,00 Rogge, 16,00 Boter 1/2 kilo. Haver, 16, Aalst, snelpersdruk, van Daens-Mayart

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1877 | | pagina 4