RICARDO, DEN VRIJMAAN. 55*^^=0-. Als 't geluk u lacht, staat Ppde wac<$t. Echt verhaal uit onze dagen. 178lL' Vervolg. XXXIV. - Stichtend leven. Hoe kondet gij toch weten, vroeg Kugeen aan zijn vriend, dat die vreemdeling een moordenaar was Eugeen, ik zag liet in zijn oogen beziet al de vrijmetsers; ge zult in hunne oogen lezen, hetzij woede, hetzij ongerustheid. Maar g'Lebt u wel uit den slag getrokken JjfHe! anders ware ik een man der dood ware ik maar een stap uit de kamer gegaan, hij stak mij den dolk in t hart, en vluchtte weg, vooraleer gij van uwe verbazing terug waart.... En, alhoewel ik met God verzoend ben, zou ik toch niet geerne nu sterven.... Ik heb nog zooveel uit te boeten.... 't Ware te lang, zegt de Italiaansche schrijver, om de twee vrienden te volgen, gedurende het jaar dal zij te Roomen over brachten. Ik zal de bijzonderste gebeurtenissen vermelden. Na een tweede bezoek bij den Biechtvader, naderde Ricardo tot de H. Tafel met groote aandoening de tranen bolden over zijne wangen; 't was zoo lang dat hij den Heere Jesus niet ont vangen had; eene retret van 9 dagen stelde hem vast op zijnvoe- ten, en van dan af begon hij een slichtend en bijna heilig leven. Hij stond zeer vroeg op, bad de morgendgebeden die zijne moe der hem nog geleerd had, las een godvruchtig boek en ging dan mis hooren, nu in deze, dan in gene kerk, om daaudacht op zich niet te trekken; dan ging 't ontbijt nemen in 't een ef ander kotfijhuis, behalve de dagen op welke hij vastte; de volgende uren des voornoens waren bestemd om in d'hospitalen darme zieken te gaan bezorgen. Dan ging hij met Eugeen dineeren, deed eene wandeling, ging bet H. Sacrament in d'eeneof d andere kerk bezoeken en besteedde d'ander uren van den dag aan 'i schrijven van artikels voor eene fransche katholieke gazel. Nooit ging Ricardo 's avonds uitnooit, in den dag, dan gewa pend met revolver en degenstok, xtene menigte dreigbrieven wa ren hem toegezonden, uit Parijs, Turijn enz. men bedreigde hem het pensioen te ontnemen, dat Frankrijk hem betaalde hem als moordenaar te doen veroordeelenmen voegde erbij dat Roomen geen Kriir.eé was maar Ricardo bleet vast als eene rots en beantwoordde zelfs die brieven niethij wapende zich, deed zijn stalen harnas aan, en stelde zijn betrouwen op de Goddelijke Voorzienigheid. Veertien dagen, nadat hem een brief uit Turijn toegekomen was, had men hem in een hospitaal geroepenrond half zeven keerde hij alleen naar huis het weer was duister, en achter 't paleis Aldobrandini, een eenzame plaats, zag hij een persoon den dolk in d'hand naar hem toekomen. Ricardo pareerde den steek af, deed den dolk uit zijnen stok komen en stelde zich in verweer. De moordenaar, mceiiende dat Ricardo slechts een slok had, liep hem ten tweedenmalc op't lijf; doch Ricardo keerde nog eens den slag at, sloeg den dolk uit 's moordenaars hand, en greep hem bij de borst met zooveel woede dat hij ten gronde viel. Ge ziel, sprak Ricardo, den voet op zijn borst en den dolk op T hart, ge ziet dat uw leven in mijn handen is; maar ik wil uwe ziel in d'hel niet zenden en laat u daarom leven.... Blijf liggen, .otdatik u zeg van op te staan. Ricardo trok zijn ïevolver uit, stond recht, verbrijzelde het wapen des moordenaars tegen den muur en zegde hem aan: Sta nu op en vervoorder uwen weg. Zeg aan degenen die u gezonden hebben, dat gij nog leeft, dunk aan mij. Verlaat dit eerloos gezelschap. Keer terug tot God en vrees zijne Rechtvaar digheid. Ricardo kwam thuis bleek als de dood. Wat is er u overgekomen? vroeg Eugeen. O Heere Godwal hebt gij mijnheer Ricardo kreet Rita. Ricardo verhaalde zijne schrikkelijke avontuur 't was onge twijfeld een jonge vrijmetser die zijn ellendig leven begon, voegde hij erbij eilaas! een oogenblik meende ik hem te dooden; maar ik peisde dan op mijn vroeger leven en schonk hem genade.... Dat God mij zelve genade doe, gelijk ik hem genade heb gedaan. Een ander maal werd hij in een hospitaal door twee jonge doctors zoo hevig bespot, dal zijn bloed kookte. Waarom, vroeg hem een officier, gij Ricardo, die zoo wel met de wapens omgaat, waarom brengt zij die uitzinnigen niet tot rede met de punt van uwen degen? Maar Ricardo zweeg om uit te boeten wat h:i vroeger door hoogmoed had misdreven. Op einde September 1864, met Eugeen'tluiis keerende van een bezoek naar de H. Trappen, werd Ricardo onpasselijk; eene groote moeite in de beenen en iets dat hij niet uileggen kon. Ricardo nam een puigatie 't en beterde niet 's anderdaags had hijde koortseen Franseh geneesheer werd geroepen Ricardo had in zijne tong, die 't kouleur van rood-zwart had, de teekens van den typhus gezien. De Fransche doctor schreef een krachtig geneesmiddel voormaar Ricardo wilde eerst vooral den pastoor spreken. Ik ken die ziekte, zeide hij; men verliest erspoedig tver- standbij. Als madame Rita van den Pastoor hoorde spreken, viel 't mensch bijna in onmacht. Hoe is T mogelijk, zeide zij, hij, die zoo geregeld leeft, zou den typhus hebben? Maar ook, waarom moest hij van s morgens af in die hospitalen zitten r De werken van bermhertigheid oefenen, madame nita, is 't geene Christene plicht Tot morgen, zegde de Pastoor aan madame Rita, als hij van des zieken kamer terugkwam; hij wil zou gauw mogelijk berecht worden. G'hebl daar een ware Christen in huis, een voorbeeld Madam Rita kustte al snikkende de hand aes ITiesteis. De ziekte deed snellen voortgang; zij maakt reuzenstappen, zeide de Fransche doctor; de Pastoor werd verwittigd en kwam nosr denzellden avond met OnsHeeren helH. Olnset. Ricardo was no£f bij zijn verstandhij ontving hel Brood der Engelen met eene devotie die de omslaanders tot weenens toe omroerde. Nadat alles gedaan was, zei de Mesier hem SI. Rioardo wij honen dat alles wel gaan zal, maar laat ons toch den Wil Gods aanbidden. - An Zekerzeker dank u Eugeen, gij zult alles in de schuif van mijne lessenaar vinden.... Na mijne (lood zult gij den Generaal der Fransche bezetting en den prefekt moeten verwilti- ^Twee uren nadien lag Ricardo in de ijlkoorts hij sliert den vijfden dag zijner ziekte. i De Goede God was bermherttg en liefdevol voor den bekeerden Vrijmacon, wiens laatsteoogenblikkenstichtenden schoon waren; hij sprak van den Zaligmaker, dezes Heilig Beeld een,ge oogen blikken voor zijne dood kwam hij bij zijn verstand, drukte de hand aan Eugeen en aan den Pastoor en ging gerust d eeuwig- hei 1 binnen. Hij was maar 34 jaar oud. In' den lessenaar vond men zijn testament, volgens de Fransche Wet opgesteld. Ricardo werd met de militaire eer begra\eu F& (Wordt voortgezet.) OPWERPINGEN TEuF.N SPAREN EN RE SPA ARK. ASSEN 1 mii toe zegt ds E. H. Van den Drie.sche, eenige opwerpingen aan te halen en te b,•antwoorden Eerst, de opwerpingen welke tk uit den mond .an riikpn en weihebbenden zelf gehoord lieb. iZiin al nieuwigheden al die inrichtingen over twintig en vijf en twinti" iaren, dat bestond al niet en 't «mg ook. Arm? ODWernin", er zijn vete nieuwigheden sedert dertig jaar vanhier; iizeienwegen dorschmachienen, naaimachienen.en duizer.d andere uitvindin gen en omdat hetnieuwigheden zijn, mag u-mand met bet convooi n et g?" 2 milat h«t nieuwigheden zijn, raag een landbouwer ziju graan niet douchen met de machien f Mag een schoenmaker zijne schoenen en bottmnen nkt Stikken op de nieuwe manier? Moet een kleermaker nog alUjd voor .1 in ,.k 7iinPe vingeren gebruiken Zulks houden staan ware belagchehjk. Ah dieinrichtingen 'bestonden over vijf en twintig met, zegt gr,he wel «n.petaan 't ware beter geweest; wij zouden reeds de vruchten'g'mtt™ dl» wij lat.r'door die inrichtingen menr zullen kunnen be- ™,t,n W planten »n boomkens, on die boomkmj knnnen al met eens met gro», lrd«f™«r later zij -mekten dragen,' waarvan andere mi.sohlen heWhamne"enedntinede gaan met onze eeuw voor't-goen goed en geoorloofd is Wii mo^eu niet slaande blijven onder voorwendsel dat het nieuws is en dat lJt veranderingen zijn want alles verandert op de were d eene zaak alleen s onveranderlijk en altijd dezelfde het geloof, de waarheden van het geloof èn der /edeleer en de kerk van Jesus-Ckr.s'us en hare loering maar op den stoffelijken en maatschappelijken grond mogen er veranderingen en verbete ringen beproefd worden. Ten kantoor van Geerts, landmeter te Geeraardsbergen, kan men hei omen biina al de plans der gemeenten van Oost-y 1. den minsten prijs franken dito plans berusten in den overschot der plans Aan wij- lenden Hoer Geraril Inspecteur van he. Cadaster men me ft er op aan de grootte en aard van ieder partij en de N \an t Cadaster enz 't Was moetens. nu ,1e inhalin- van den Eorweerden Heer pastoor van S. Joris-Weert, vededene maand, had eon pachter op zijnen bakoven de volgende rym- kens geschreven herder niet beminnen Die moeten dozen oven binnen. Wijze antwoordden. D. Meester. - Jongen wij zullen oorlog krijgen, neü Jomren. - Ja maar veel eerder sneeuw, np Meeste, - Ik ben geboren als de kerken gesloten waren r Tvamlzsn Ik ben ik ook geboren als dc kerken gesloten waren, w.nrier«r,nJ.»re'.io»r«n.gn bij ens op den buiten zijn d.» Md, kerken gesloten.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1877 | | pagina 3