Hij. dio een hul en handeu hcpft, Hij kwell' zich niet oiu morgen Indien 't geluk ons rijkdom geeft. De rijkdom geeft ons zorgen. En had ik zakken goud als graan, En stalen schuur als kerken, M«t al mijn «eba".-- n«. Hield ik geen lijd tot werki n. De vergenoegde boer. 5d* JAAR N° 246 6 JU3LI1877 W SP? Prijs in bureel of winkels 5 centiemen. Met de post of te buis gebracht: 2,50 'sjaarsi i Vooraf betaalbaar. En vrierd ik ook door bier Een drieraaaihonderdpoi Wat vettei zou ik zekei zijn, Maar zeker niet gezonder. En ging mijn wijf in 't goudgeel zij' En 't hoofd bepluimd met veren, Misschien verbrandde du afondbrij, Bij 't uitdoen van haar kleuren, En wist mijn zoon. met sporen aan, In 't zaal te paard te zitten. Ligt kon hij niet op klompen gaan Bij 't ploegen en hel spitten. Hij, die een hut en handen heeft. Bekreun' zich niet om morgen,; Indien 't geluk ons rykdom geeft, De lijkdoiu geeft ons zorgen, Al wat voor DE WERKSAB Vestemd is, moot vrachtvrij gezonden wordan aan P Daons, opsteller, Leopoldstraat 77. De Toestand. Ge ziet hier deze plaat in koper gesneden zoo gaat hei in den Oosten Krijgsrumoer de rijke velden, door liet peerdenge- trappel vernield! overal, _'ek.wetsten en dooden; hon- lerde uren in 't ronde, va ders, moeders, zusters,echt- xenoots en kinders, de ziel vol schrik, de dood in 't lijf. De Russen zijn nu over den Donau. Er zijn daar misschien 300,000 gewapende per sonen in Bulgarie. Be Keizer van Rusland heeft een Manifest aan de Bulgaren gestuurd, waarin hij zegt niet te komen, uit haat of hoogmoed, maar puur en simpel om de dwinge.andij.vau den Turk te doen eindigen. In schoone woorden ligtbodrog, zegt liet spreekwoord. Oudertusschen werkt Rusland reeds om die provinciën voor eeuwig aan den Turk te ontnemen 't Zal een gevecht totterdood zijn Oostenrijk zweet van angst en zal er moeten tusschenkomen, indien de Rus die provinciën inlijft. Engeland kijkt met bedreigende oogen naar den Rus; al de kleine Staatjes houden zich stil,benauwd van 't vreeselijk onweêr dat losbarst, van de bliksemstralen die rond Europa flitseu. Wat is de oorlog toch een ijselijk wreedo zaak Redelijke schepsels die hun verstand uitputten, om malkaar, met be leg en kunst, te vermoorden! Konden de redelooze dieren spreken, ze riepen ons schande Dieren komen niet in benden bijeen om hun geslacht te vernielen ,x i- 4 j De oorlog komt voort uit een misbruik van t menschelij verstand, bijgevolg uit de zonde. Al de geleorden van gezond oordeel zeggen, de ondervindt, g be ijst liet: zonder d'ondeugd zou er geen oorlog zijn, nocli in de Familien, noch onder de Natiën. Als Broeders zouden de menseben leven. l>e oorlog is geboren in d'Hel; z'is dochter van do Zeven Hoofdzonden, en hoe m er de VoB.eren naar dTlel zullen luisteren, hoe wreedei'en harbaarscher dat de oorloiren zullen wonen. Indien, in 1871r'ranki ijk zoo bedorven niet geweest ware en Pruisen met zoo hooveerdig die vvreode 'oorlog zou geen plaats gehad hebben. Nee d wulpscïie wreedheid van den-Tim wegen dc begeerlijkheid van den rijken en machtigen li is. en men zal die twee landen niet met bloec! bemorst en overgoten zien. Dat is vast en stellig Halsrechting van Aublain Sedert dat Aublain zijre lerdoodveroorueeling vernomen heeft, is die moordenaar gansch veranderd en heeft hij ernstig beginnen to denken op de eeuw igheid die voor hem aanstaande was. Nooit, zegt de E. H. Deken van St Jacobskerk te Douai,nooit vergeetik hetoogenblin als Au blain, zich na eone mijner onderrichtingen, in mijne armen wierp en mij al snikkende zegde Ach, waarom heeft men mij aldus niet gesproken, van als ik zeventien jaar oud was aarom heelt men mij niet leeren den godsdienst en de Priesters beminnen, in plaats van mij wantrouwen voor beiden in te boezemenIk zou alsdan mijne familie niet hebben onteerd en mij thans hier niet bevinden Behalve eemge oogonblikken van moedeloosheid, bleef Aublain stand vastig tot op't laatste uur. Hij bracht zijnen tijd over met bidden cn schreef eene korte schets van zijn leven, tot exempel van 't monsclidom. Den "-8 juni, rond 2 ure 's morgends, kwam de directeur van 't ge vang met den Aalmoesenier hem aankondigen dat hij eenigo uren later moeststerven Heb moed! zegde d'Aalmoesenier hem, tot hiertoe hebt gij u kloek gedragen; het uiterste oogenblik nadert verlies geen oo- genblik de vrucht uwer pogingen. Aublain stond op, kleedde zich, sprak nogeens zijn biechten vernam met de grootste vreugd dat hij de H Mis mocht bijwonen en erin com municeren Zoolang de mis duurde bleef hij cp den grond geknield, en ontving de Communie met de grootste devotie, en bracht verder den tijd over in 't gebed. Ten 4 ure kwam de beul, M. Rocli, met, zijn) knechten Aublain behield zijne kalmte en gerustheid, deed zelve zijn kleed uit en bukte zich om zijn hemdsband te laten afsnijden. Als dit gedaan was. wierp men een kleedingstuk over zijne schou ders Aubiain zegde vaarwel aau de gevangenen en cipiers en trok tusschen twee priesters naar de guillotien. Eene groota volksmenigte was aanwezig. Aublain trad de Irappea op, knielde voor zijnen Biechtvader,hem hartelijk bedankende en leverde zich aan de handen van 't Gerecht over. Twee sekonden stilte. Een doffe slag liet zich hooren. Aublain, de moordenaar, was in d'eeuwigheid Bemerken wij hier het volgende Als de Godsdienst op zulke wijze een moordenaar inde pijnlijkste oogen blik ken des levens, kan gerust en gel,'.king maken, hoe zoet moet de welking der Religie dan niet zijn in brave zielen Hoe hoog moeten wij den scnatdes Ge Pols niet in waarde houden! Frankrijk. Mac Mahon heeft een Revuegeitaan over zyn leger, 't Volk juichte hem geestdriftig toe, maar aau de soldaten w..s 't bevel gegeven van in de grootste stilte te blijven. u Soldaten, heeft Mac Mahon aan 't hoofd van al de bataillons doen aflezen, ik ben van ute vreden ..Ja, gij begrijpt uwe plichten -. ik reken op om 't land in vrede te houden cn om mij te heipen in mijne zending, welke it tot het einde toe zal vol bi enten Engeland is zeer ontevreden over het manifest door den Russischen Keizer aau de Bulgaren gezonden; d'Engelsche vloot vertrekt naar de Middetandsclie Zee.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1877 | | pagina 1