Markten, Handel en Nijverheid, EEN PAST0OR. Verhaal, door Louis Veuillot. IV. EEN HEILIGE DOCHTER. LEUVEN: Tarwe, 30 fr. Rogg(M9,30 Voederhaver, 20,SO; TarwebIoem41 tarwe zemelen 13 fr.Aardappels 12 fr; Boter per kilo 2,80. AALST Tarwe, 29 fr.; Masteluin, 27,00, Vlas per 3 kilo 4,30 k 3,30; Aardappels 12,30; Hop 59 fr; Boter, 3 kilos 6,51 k,9,27. DENDERMON'DELijnolie, 64 fr; Kempslie, 68 fr.; Raapolie, 90 fr.Koolzaadkoeken, 25,00; Raapkoeken, 16 fr. Boter, per kilo, 2,11 k 2,83; eieren, por 25, 2,70 k 3,09. GEERARDSBERGEN. Tarwe, 29 fr.; Masteluin, 27,00; Haver, 21,00; Boonen, 22 fr. boter per kilo, 2,56;Vlas per kilo, 1,42; aardappels, 12,00; lijnzaad, 35 fr. koolzaad, 40 fr. LOKEREN. Tarwe, 31 fr.; Rogge, 16 fr.; Haver, 14,00. Zelf,. Tarwe, 30,00; Rogge, 16,00; Haver, 14 fr.; boter,per kilo, 2,35 k 2,45; eieren, per 26, 2,09 k 2,49. Aalst, drukkerij met snelpers van (Daer.s-Mayart. 't Stuiversmagazijn, 2 boekdeelen, aan DRIJ fr. ieder; allerbeste Geschenk als Nieuwjaar. PREMIE voor ons Lezers, Mijn eerste gedachte was em Edmunda naar een andere plaats te laten vertrekken wijl bare gezondheid op dit dorp toch al reeds ge leden had. Ik wist niet dat de zieke door deze laatste wreedheid den laatsteri knak had gekregen De onschuldige maagd leel'de nog slechts door eene laatste poging van haar moed en hare naastenliefde. Om mij niet meer ie bedroeven en om mjj niet te noodzaken haar uit deze ver giftigde lucht te verwijderen, zweeg zij en stierf. Het moorddadig straatliedje vervolgde haar alom. Als zij uitging, hoorde zij het achter zich of in de huizen, waar zij langs ging-, opdreunen. Over dag als ik uit was, 's avonds laat kwamen mannen, kinderen, ja zelfs vrouwen dat straatliedje onder haar venster zingen, onder dien aftrek, welke zij daar had laten plaatsen om aan de wachtende armen een afdak te verschaffen. Onophoudelijk verstoorde de punt van dien heisehen dolk hare uren van arbeid en 'overwegingen. Zij zagen haar sterven, en nog hielden zij niet op. Ja, zoudt gij het kunnen gelooven, op zekeren keer, dat zij alleen naar de kerk was gaan bidden, kwam een man, dien zij herkende maar wiens naam zij, vergevensgezind als zij was, niet heeft willen noemen, in de bank achter haar staan en zong daar, zonder ont zag voer de heilige plaats, zondeeerbied voor deze maagd, die heilig- schendende en ontuchtige verzen, totdat zij eindelijk in onmacht viel. Toen ging de onmensch heen O, wat een rampzalige moest wel tevens die Bérarger, die dichter zijn, die dit schuldige, snoode lied gemaakt heeft! Wat zjjn ze plichtig degenen die slechte liêkes in een dorp bren gen of verspreiden Toen ik Edmunda zeide dat hare gezondheid, die met den dag afnam, het mij tot een plicht maakte na r een andere verblijfplaats dan dit dorp, vcor haar om te zien, antwoordde zij mij Oom, ik zal elders toch niet weer beter wordendaar ben ik te ziek toe. Laat ons edelmoe dig samen ons offer opdragenwij zullen zegevieren over deze laatste poging van de machten der hel. Ik luisterde er echter niet naar; doch toen ik in de haast de noodige maatregelen genomen had om haar te doen verhuizen, was hare ziekte zooverre ge\orderd, dat zij geene reis, hoé klein ook, meer kon onder nemen. Ik onderwierp mij aan mijn lot. Edmunda liet aan hare vroegere vriendinnen, die haar weer verlaten hadden, weten dat zij op sterven lag en verzocht haar de laatste woor den van eene stervende vriendin te komen vernemen. Zij kwamen bijna allen, ook die welke haar-'t eerst verlaten en de anderen daartoe opge zet had. Edmunda, daardoor vertroost, verzekerde mij, dat dit in haar hert goede meisje eens het voorbeeld van de parechie zou worden, eene voorspelling die ook, gelijk vele anderen, kort daarna is uitgekomen. Want het was alsof God, om hare laatste oogenbiikken te verzachten, haar had vergund in de toekomst te lezen. Zonder te murmureeren, zon der zioli ergens te beklagen, zonder iemand te beschuldigen, beval zij hare nagedachtenis aan de vriendscl.ap en de treurige herinneringen harer vriendinnen aan. Zij sprak haar vervolgens over den godsdienst met zooveel welsprekendheid, dat allen haar schreiende beloofden weer naar de kerk te gaan en den weg daarheen nooit weer te verleeren. Allen hebben haar woord gehouden. Ik heb als priester verscheiden keeren aan het sterfbed gestaan en ik wist hoe heerlijk de christelijke dood is; maar nooit heb ik hoog verhevener afsterven bijgewoond dan het afsterven van dit arme, on schuldige meisjezij was waarlijk het slachtoffer dat een hemelschen geur verspreidt en zich in vreugde en vrede slachtoffert. Oom, zoo sprak zij mij toe, ik laat u het weinige wat ik bezit na, om de Moeder gods-kapel te restaureoren. Schep moed; nog een weinig tijds en gij zult alles te boven zijn. Ik geloof' dat ik vanwege God tot u spreek. Uwe vijanden zijn talrijk, maar zij zullen niets tegen u vermogen. Doe hun goed. Zij stierf',terwijl zij deze woorden herhaalde: Doe hua goed! Wie had haar, dit eenvoudig meisje, geleerd aldus te spreken f Wie had haar geleerd de woorden van een ld. Paulns te gebruiken Doe hun goed, dat is in drie woorden al de wetenschap der heiligen, al de volmaaktheid van van het Evangelie, geheel het geheim van God om de woede en de kunstenarijen der hel te overwinnen. De mensch weerstaat aan alles, aan redeneering, aan geweld, aan de wetenschap, aan stratmaar hij buigt voor het goed, dat men hem bewijst. Dan gaan zyne oogen open, dan wordt zijn hart murw, dan gaat zijne razernij bedaren. Te vergeefs poogt hij nog om weer in opstand te komen te vergeefs grijpt hij weer naar de wapenen, waarmee hij zich tegen de rechtvaardigheid, tegen de klaarblijkelijke waarheid, tegen de mirakelen verzet heeft, om zich nu ook tegen de zachtmoedige naastenliefde te verweren. Het baat hem niet; door het harnas heen, weet de naastenliefde zijn geweten te treffen; hij moet zich ovegeven, hij moet onderdanig worden;'t Is Gods bere! Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen het aardrijk bezitten. En daarom, mijn vriend, is alles wat de vijanden der Kerk ondernemen hierop berekend om haar zooveel mogelijk te beletten van goed te doen'. Edmunda ging van dit leven naar de eeuwige glorie over. Ik werd daarvan overtuigd door de geheime kracht, die uit haar graf oprees. Ik bleef' op deze plaats, waar wij ons nu bevinden, den heeien nacht door bidden, die op den laatstcn avond volgde, welke zij onder mijn dak doorbracht. Ik ondervond eene onuitsprekelijke droefheid, en toch in die smart ecii oueindigen vrede on troost Nooit heb ik mij zoo sterk gevoeld onder den last, mij door God opgelegd; nooit waren murmuree ring en wraakgevoel verderl'.i 'ja hart verwijderd. O, wateen kracht had dit stoffelijk overschot dezer overledene maagd, wat kracht die vergiffenis die zij, de overledene, zoo vaak tijdens haar leven had afge beden vpor hare vervolgers, en op dit oogenblik voor Gods troon afbad! Mijn gebed, voor de rust barer ziel begonnen, eindigde voor do bekee ring harer vervolgers. W. V.- Gemeenelijk staat hij beschaamd, Die haoger klimt dan liet betaamt. Wat kon hij beter doen. Zekeren heer was aan den procureur des koning» twintig franken schuldig. Hij gaf dus een goudstuk aan zijnen knecht om de schuld te gaan kwijten De knecht ging, maar in plaats van het goudstuk, dat hij van zijnen eigen meester gekregen had, gaf hij den procureur een valsch. Eenige dagen nadien bemerkte deze laatste, dat hij een valsch stuk had gekregen, en ging er mede bij mijnheer. Deze riep zijnen knecht, on vroeg hem of hij geen goed stuk geld ge geven had. Wel zeker, mijnheer, antwoordde de knecht: ik had het valsch reeds zes maanden in den zak zonder het te kunnen kwijt geraken, en ik heb gedacht niets beter te kunnen doen, dan het in de handen der justicie te geven. Eene edele vrouw kreeg eens van eenen harer boeren een mandje kerssen, de eerste van het jaar. Daar zij bijzonder geerne snoepte, liep zij aanstonds met de kerssen in eene kamer, ging in eenen leuningstoel zitten en begon met zulken smaak te eten dat zij er een stuk zes, zeven te gelijk in den mond stak. Door haastigheid had zij de deur openge laten den boer zag dit spel naar en dacht bij zich zeiven hoe gulzig is toch mevrouw; was ik zoa eenen slokop gelijk zij, zoo zoude men mij verwijten dat ik er drij dagen op gevast had. Ondertnsschen het wierd middag, den boer mogtmede aan tafel zitten. De overgeschotene kerssen wierden in eene zilveren schotel opgezet. De jufvrouw haalde met een forketje eene kers uit de schotel, schelde dezelve met een klein mes, deed er den steen uit 6n bragt er een vierde doeltje van langzaam naar den mond, terwijl zij aan den boer vroeg, of hij en zijne huisgenoten op het land de kerssen ook zoo manierlijk aten, als de menschen in de ste den. Neen, mevrouw, antwoordde den landman, wij zijn gemeenlijk zoo beleefd nietwanneer wij grooten honger hebben, dan leggen wij het wat erof aan, gelijk u edele voor een paar uren in de kamer deed, en wij steken dan oven al eensook zes, zeven en meer kerssen te gelijk in den mond en slokken ze met de steenen binnen. Mevrouw mogt dit «tillekens in haren zak steken Had zij den boer zijne plompheid niet verweten, zoo zoude hij hare gulzigheid niet berispt hebben Die kaetsen'wilt, moet de ballea verwachten. Eenen dief \vierd__bij koud en regenachtig weder naar de galg ge leid, hij beklaagde er zich over: Laat mij klagen, zegde den beul, ik die in dit slecht weder nog moet naar huis terug keeren. Den menseh die nooit tevreden is, denkt altijd ongelukkiger dan een andere te zijn. De kinderen zeggen wat zij doen, de oude lieden wat zij gedaan hebben, de gelukzoekers wat zij zouden kunnen doen, en de wijzen wat er te doen is. DAAR STOND MADAME. Eenige dagen geleden had eene dame haar kleed naar den verwer gedrr. en, dat de meid haar teruggebracht, en zij in overhaast had aangetrokken. Op straat gekomen, bezag ieder een de dame, die, niet wetende waarom zij het voorwerp dier zonderlinge aandacht der voorbijgangers was, in een huis vluchtte en vroeg of er somtijds 't een of 't ander aan hare kleeding ontbrak of misstond Hoe was zij geslagen als men haar het briefje toonde dat de verwer op haar kleed had gespeet en zij in al de grootste haastigheid in haar to kleeden niet gezien had Madame C... zeer vuil, droog kuischen. NINOVE. Tarwe, 3i fr.; Rogge, 20 fr.; Boontjes 24 fr.; Aard appels, 11 a 12 lr.; Boter, per halve kilo, 1,42; eieren 2,75. ASSCHE. Tarwe 3o; Haver, 21,5o; hop 5o a 55. MECHELEN. VEEMARKT, op Neckerspoei. 75 stuks inlandsch ras, van fr. 200 tot 310. 547 stuks hollandsch ras, van fr. 290 tot 700. Binnen DE Stad. 40 stuks inlandsch ras, van fr. 180 tot 295. 72 stuks hollandsch ras, van fr. 265 tot 480. St NiKOLAAS. Tarwe, per 106 lieters 28,5o; Boekweit 18,cto; Haver 11,3o; Vlas 5,70; Aardappels, ii,oo; boter, 2,27; Hoei, per honderd bussels, 4r,oo; eieren per 26, 2,90. Vet Vee, Brussel, 17 januari. Er waren te koop gesteld 1073 stuks vee. Prijs per kilogr. op voet: Ossen, 90 a i,o5 Stieren 65 a 93: koeien en Veerzen, 65 a 95. BRUSSEL, 23 Januari. Tarwe 29 a 3i,5o, o,5o c. afslag; inlandsehe bloem, 411142; franscHe, 40 a 41,5o; koolzaadolie, 84,00, d'ioo k.lijnzaadolie, 62,5o.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1878 | | pagina 4