k Zoo» van den Syberiaaiu
GroothertogSje Nkopolis aanranden sprak deze; reeds is
Zondagwctk verrijkt niet
(Verhaal uit onze dagen). O
Maar Sire, onderbrak, de Groothertog, alles kan en zal her
steld worden er komen dagelijks nieuwe troepen over den Donau
als Gourko het nog eenige dagen in Chipka kan uithouden, zal ons
legerkorps rond Plevna eene sterke positie bezetten.
Schoone plannen, hernam de Czaar, op papier; maar niets in
wezenlijkheid; weet gij wel, Groothertog, dat ik mijne Kroon te
pande stel?
Oh, oh Sire, zulke overdrijving!
Ja mijn Kroon! om den Turk aan te randen, heb ik gansch
Europa 'over 't hoofd gezien van nu af is de Russische prestige sterk
gedaald, maar indien ik als overwonnehng den Donau moest over
trekken meent gij dat Polen zou gerust blijven? en meent gij dat ik
likt weèt wal ei in den Caucasus'omgaat, hoe de Volkeren daar zich
aan ons gezag willen onttrekken? En Engeland?
'k Verneem dat de Russische parti) in Engeland veld wint
Wacht maar eens, totdat wij aan de nederlaag liggen, ge zult
de eischen der Engelsche milords zien klimmen; de vriendschap der
mogendheden is oogenbedrog; eigenbelang en roem gaan voor alles.
En wat eischt 't belang van Pruisen, van Oostenrijk, van Engeland,
van Frankrijk en Italië? Dat Rusland zoover mogelijk van Konstan-
tinopelen blijve, en zijne macht in Europa niet uitbreide. Alles is
tot heden geluktEuropa is verdeeld. Frankrijk neergeslagen
Pruisen is ons dankbaar en aangekleefd voor ons gedrag in i 71
van Engeland alleen is er vrees; en wees zeker, Groothertog, dat de
dag onzer volkomene nederlaag, een feestelijke dag voer den En-
gelschman zou zijn. Wie levert geld en wapens aan den Turk? Is t
Engeland niet? Ik raad u aan dit feit nimmer te vergeten, alsgij eens
Czaar der Russen zult wezenik begin met Engeland langs de Dar-
danellen te nijpen; later moet gij hem den doodsteek geven in d In-
dién. Later daarover. Laat ons nu spreken van den toestand.
Ik ben bereid, Sire.
Hij is slecht, zeer slecht, hij is schandig voor de russische le
gers! Weihoe, groothertog, ik, wiens landen zoo groot zijn geheel
Europa, die een opopergezag heb over ontelbare Volkeren, ik, sterk
door volk en wapens, zou door dien armen, ouden Turk weggesla
gen worden. Dit gedacht bedroeft, verbittert mi,ik moet naar St
Petersburg terug en durf niet't is te Konstantinopelen dat ik reeds
zijn moestik ben droef, ziea, moedeloos, t leven verbittert mij
We zijn hier drie maanden en wat is er verricht
Me dunkt, sire, dat de tijd met gansch verloren is! de overtocht
van den Donau met een leger van 25o,ooo man.
Zonder aangerand te worden, vergeten wij dat met, zonder
aangerand te worden die moeielijke positie overkomen, om hier als
lafaards te blijven steken... Er is onkunde of verraad 111 t spel... Ik
had die Groothertogen in 't Hof moeten laten en mijn oude gene
raals aan 't hoofd van 't leger stellen.
Sire; ge zijt onrechtveerdig jegens ons
Ha,'k weet maar al te wel wat erin t leger omgaat, hoede
troepen moedeloos zijn en de generaals mij beschuldigen van uit
Familieliefde 't Vaderland in den afgrond te brengen
"t Weze mij geoorloofd, Sire, u in alle nederigheid te doen be
merken dat de veldtocht maar begonnen is.
Begonnen! en hoeveel onzer soldaten zijn er reeds gesneuvel
durft de Groothertog 't getal noemen? Heeft de Groothertog de ar
tikels niet gelezen der groote gazetten van Europa. Ziet, ze liggen
daar op mifne tafel! Lees ze; |e zult zien hoe wi, ten spot dienen
Va'Lg Sixèh SS had niemand zooveel kracht in Turkije geoor
deeld: ma'ar gelief te bemerken, dat ons leger hier afgemat 's toe^-
komen, dat de aanvallen begonnen zijn voor dat de hedt onzer le
gerniacht den Donau was doorgetrokken en dat de beslissende strijd
nu slechts gaat geleverd worden. Ik ben de nederige fVa"
Uwe Majesteit; ik ben bereid, op uw eerste woord, t be\el af te
leg±en-vvXjr,''welnu, vroeg de Czaar, wiens gramschap door de op
somming zijner grieven gestild was, zooals het bi) alle stervelingen
Re^UMaar'de Wezenlijke veldtocht zal nu maar beginnen, generaal
Gourko zal in Chipka blijven stand bieden, dat verzeker ik uen
lukken wij erin Plevna te nemen, dan zullen al de andeie sterkten
m Buigarië, oP korte dagen in ons handen vallen en de poorten van
K EemklapWhSrdeaWie°nPeen dof gerucht; de grond daverde; de
scherpe oogen van den Czaar gingen ondervragend naar die des
een deel des vijandelijke bolwerken vermeld de stad zal haast in
onze handen vallen en dan rukken wi, zegepralend vooruit.
God geve het! antwoordde de Czaar op bitteren toon in a c
geval, 't lot is geworpen, en wij moeten vooruit.
Sire zal mij veroorloven.
Zekeriiik, de plicht eens generaals is bi) zijn leger.
De Groothertog boog diep, en verliet spoedig de tent.
Vijf minuten later klonk de Czaar nogmaalsen de Oiuonnans
ontving uit de hand van den Keizer der Russen eene boelschap naar
St Petersburg, waarbij eene nieuwe lichting van troepen werd bevolen.
Inderdaad de kanons bulderuen dat alle levende schepsels tien
uren in't ronde schrikten, en dat de Natuur zelf in eene veront-
weerdigde stilte viel; er steeg inde frische zuivere zomerlucht eenen
vuilcn poeierdamp in d hoogte wat verschil met andeie streken,
waar geen duivelsche oorlog gevoerd werddaar ziet men de vro
lijke landbouwers, die met liefde, hunnen arbeid en zweet aan den
grond geven, terwijl geurige planten en vruchten, tintelend van leven
groeien en opwassen, terwijl balsemrijke geuren over de velden
wasemen, huppelende vogeltjes hun zoet gezang laten hooien. Daar
ziet men de Natuur, nog niet gelijk hij uit des Scheppers handen is
gekomen, maar met de schendingen van den val; hier, op t Oor-
logstooneel, ziet men de Natuur, aan de woeste wreedheden der
menschen geleverdhier komen verheugde wandelaars de zuivere
lucht inademen en de vreugde der ziel scheppen; daar ziet men niets;
de vo^el vlucht in 't diepste der bosschende visch kruipt onder t
slijk* de mol wroetelt tot aan den anderen kant des aaidbols geen
levende schepsels, tenzij de slaven van 't afgrijselijke t orlogstoo-
neel tenzij de Geneeshceren en hunne bedienden, in Chnstene lin
den de Zusters van Liefde, die alles irotseeren om het ujJende
Menschdom bij te staa..; geen levende schepsels tenzij hier en daar,
buiten scheut, een stoutmoedige gazettier, of eene uilgehongeide
raaf die reeds weet dat het kanongeschot en kogelgedommel hun
vo.dsel gaat leveren.
Ja, Ledeganck zingt met rechtin zijne Zi nnelooze De Mensch-
O vreeselijk, wanneer zij uit wraak ongenadig.
Op 't bloedige slagveld zich zelve verscheurt.
't Kanonnengedommel vermeerdert, men hoorteen gesis en geki aak
in de lucht, alsof een millioen slangen er heen en weer vlogen; t zijn
de troepen die naderen, en misschien 80,000 man, van weerskanten
die op eiken sekond een geweerschot in de verte zenden.
Stefen de jonge Polak was op een der eerste rangen, die tegen de
Turksche stad optrokken; hij was rekruut en men vreesde dat hij en
zijnsgelijke in den eersten oogenblik van schrik, in verwarring en
aftocht zouden gekomen zijn, indien zij achter hun geen bolwerk
zagen van oude knevels, van sabelzwieren le officieren en van blin
kende bajonnetten
Het eerste gevoel dat de jonge soldaat overmeestert, als hi| op
't slachveld treedt, en waaraan zelfs de oude soldaten zich met kun
nen onttrekken, is een gevoel van diepen schrik in de ziel en van
hevige schokking in t lichaamdaaraan kan de moedigste zelf zich
niet onttrekken; men staat verpletterd, verstomd, verstijfd ver
slagen bij dit vrees-lijk gerucht; de poeierreuk belemmert den adem
men hoort en ziet de Dood, met duizende armen rondgnjpen. W V.
Nieuwskes van Rechts en van Links
Op 't einde van d'ander week is er t'Antwerpen grooten storm op
Schelde geweest vele Schepen konden in d'have niet. komen, wer
den heen en weer geslingerd, en een groot ijzeren aakschip, de For-
tuna een der prachtigste Rijnschepen, 5oo ton groot, geladen met
rails voor den ijzerenweg.dil groot schip verdween onder de golven;
niemand kon gered worden; de schipper Peters, zijne vrouw, vier
kinderen, een loods en drie matroozen bleven dood m de waters.
Zondag avond, rond't kwaart na 8 ure, is in de Statie-Dender-
monde een droef ongeluk gebeurd en eene edelmoedige daad ge
pleegd: de trein uit Gent kwam terzelvertijde binnen als dien van
Lokeren, en zekere DeLeeuw, Waasmasteren.die langs Aalstmoest,
wilde over d eerste rail van 't spoor met zijn broer en zuster als de
trein hun ging verrassen Smet, post-fakteur,
sprong in de vlucht in 't midden des spoors en redd e den broer en
de zuster, geholpen door eenen Douanier; DeSmet vloog nu om De
Leeuw te redden, doch 't machien, maar 2 meters ver meer zijnde^
moet hij springen, of hij was zelf dood de twee beenen van De
Leeuw werden algereden; en die ongelukkige, maar 2. jaren oud
is maandag avond overleden. - De post-fakteur De Smet verdient
een openbare Bclooning voor zijn schoone daad van zeltsopoffering
Terwijl de Diplomaten de conditiën van den Vrede gereedmaken,
rukken de drie legers, van Rusland, Serbië en Montenegro gedung
voorwaarts en trappelen om zoo te zeggen, den Turk onder hun
voeten; de Serviers, ten getalle van 40 duizend, hebben, na een ge
vecht van 4 dagen, de Turken te Ratcharmk verdreven, en zeer bloe
dig is de strijd geweest, want te Belgrado is bevel aangekomen om
zich te bereiden tot de ontvangst van 3ooo gekwetsten.
Te Konstantinopelen is de toestand akelig; de stad is overstroomd
van vluchtelingen en dagelijks komen er nog met duizenden toe; er
Is geen plaats om al dat volk eene schuilplaats voor de koude nach
ten te geven; men zegt dat de Russische voorposten maar 24 uren
van Konstantinopelen verwijderd zijn; er wordt ook S^chreven dat
de Rus in de hoofdstad van den Turk wil komen, al waie t maar
om eens door te passeeren; en dat cen.ge fanatieke Tui ken van zin
zijn in dit geval den helft van Konstantinopelen in brand te steken.
Wat zullen wij nog hooren Oostenrijk wordt ongerust o
't aanhoudend vooruittrekken der Russen.
In 't Engelsch Parlement is een felle woordentwist over de kwes
tie van den Oosten en de groote somme gelds, door de Koningin
gevraagd, om op alle voorvallen bereed te zijn.