Dertig dagen in den donkeren.
sÏïï
rist^pSX~rarfrik!'--droomik
JSmSÏ» *>t-i"Whem TC; VkrCïï
ïtink™en
Elk is k oning, in zijn woning.
(Uit het leven van eenen ouden Zeekapitein).
Vervolg.
G'heel die kist hoeden was dus vernietigd; indien deze woeste
daad gekend geweest ware, hoe zou ik mi) yermaledi)dingen p
hoofd getrokken hebben, van al de dames en juffers, die d aankomst
van het schip waren verwachtende, om met een fraai hoofddeksel of
beter hoofdversiersel te pralen. Doch ik verontschuldigde mij in alles,
't was immers voor mij eene kwestie van leven ot dood.
De hoeden zijn weg en ik zit in hunne plaatsnu moest de achter
ste plank van de kist wegdoch om geen nutteloozen arbeid te ver
richten viel er eerst te onderzoeken wat er zich achter die kist be
vond ik stak dus mijn mes, voorzichtighjk, door de spleten en voel
eenen baal doch geen lijnwaad, iets elastiek, want mijn mes gaat
er zonder moeite in en ik voel geenen tegenstand; lijnwaad of laken
is het niet - ik steek erin gelijk in boter; t is ook geen leege zak
sondeer op verscheide plaatsen't is een malsche stof, waarvan ik
mifgaelgedtplankJirgeesneden; 't vraagt niet telwerk; want om
de hoeden in te pakken, neemt men gewonelijk zeer licht hout. Zie
maar is er somtijds geen tarwe, geen rogge.of haver in? Ik steek er
dfhand in: God uit den hemel, 't is BLOEM fijne, malsche, wel-
rieWatdge'lukekTge vond! nu had ik eten genoeg; nu moest ik geen
rattten meer eten! Met water en bloem kon ik prinselijk leven.
God zij gedankt! riep ik uit, aan de kostelijkheid van dezen vond
peizende.
Ik ben vermoeid, ik heb honger, en ga mij algauw eene goede
Ve\VaV"eiuk van die bloem gevonden te hebben-
Nu las ik mijn avondgebeden, met meer vurigheid als ooit, en
legde iT" «Igevoed e» ,ol h„ope„ leven,1M. te
slapen.
Tt word wakker: eene nieuwe bloemdeeg gemaakthoe fijn en
en ^in,l valt^tot^i^mijn
kas trad ik erin gelijk si <jeliik eenstortregen mijn
schouders; ik ga seffens eens zien.t is.ge jkee:n to t g
oogen mijn ooren XiJodig ik
gedacht lsJabneXitenkist al niezende enhoestende daarin gevlucht.
meoeie8lijk1n den geweldigen stortregenmaar 't ie.
is schrikkelijk, doch digansc^,Zna^a^,Sm £hter bij en maak
't dunkt mij dat de stoftegen oph,oudt ik karn^cücM
visieteilaasdrijmaal eila beschuiten ontstelen, en
nu dat ik bioem heb tijne bloe wanho0p vallen een goed
cteeUler tffoe'mCis op de kistenen Ïassèn gevallen^; daarmeê zal ik
toe™on?enJl°o,r T^k^Tmlj^einig schillenwat peis ik nog op voed-
Toekomen dit kan mi, g bewegmg tebrengen:
sel! een ander ontdekking k.o j bloem meer
ik had mijn hand "ijnde had ik den zak naar
in den zak was, en daarvan ppn Stasieken klimmen: ik doe dat,
Óf Óen ik ontwaaktIk zie 't licht van den dag
't licht
•i nist trarbren u mijne aandoening en mijn ge-
Neen, neen, ik zal niet tracht maand in den
dat ik zooveel geleden had. jc Maarte, die mij ver-
Laat ons de zaak van nabi) onderzoekendele kla
heugt, is een kieme hchtstraa kan vall de brug met ko-
komt in schuinsche linie. Dit hchtstraau) dg_
men;erisdaar^nopenmgmdenp^^,de^P J
zen lichtstaal zendt, moet.in he t losgat .zijn, l
"t«hit,erend=
ster; hoe zoet om aanschouwen! men zou zeggen: d oogen van eenen
Engel uit den Hemel, die mij zegt van te hopen, die mij geluk
wenscht van tot het leven teruggeroepen te zijn.
Ik sta in bewondering, in beschouwing, in verrukking, in geest
vervoering voor dien lichtstraal! Ik ga de vruchten van mijn lijden
en van mijnen arbeid plukkenMet de grootste onverduldighei
der wereld, breek ik alles rond mij af, en recht mij zoo hoog op als
ik kan: vermits die lichtsraal op mij komt, moet ik door de lading
zijn en is er niets meer boven mijinderdaad, ik steek d hand langs
alle zijden en tref niets meer aan. Allengskes begonnen mijn oogen
zich aan dien lichtstraal te gewennen en voor de eerste maal sedert
dertig dagen, kon ik in de schemering zien op welke plaats ik mij
bevond. Ik zag welhaast dat er nog iets tusschen mij en het dek
was, namelijk koorden en ledige zakken, waarschijnlijk daai door
't scheepsvolk in gereedheid gelegd, tegen dat een dier zaken zou
noodig geweest zijn... Ik had dus mijn doel bereikt; mijn verlossing
was nabij, ik moest maar kloppen of roepen er zou open gedaan
worden en ik was in volle vrijheid.
Nu aarzelde ik. 1 Vervolgt.)
U U UI 11 I 1 I 11—
Brief uit de Walen.
Nifel, 13 Juni.
Bemint Kozijn
Wa slek nues van de kiozink! Arm pays! ge waart geluk' en tevree,
gedirigeerd deor braaf, eerlijke mensch, die chacun gerust liet, tnais a
present ge ga vall' in d'hand van 'ne Bara, in d'hand van 'ne Junson, m
d'hand van een soort die slecht kavalkados dirigeer, en die de sioob
protegeer, als ze de bedevaart insulteer en in de process' de kind de
jdeêr van hun lijf trekk' en slaan dat ze veertien daag op hun bed moe
ten blijf! En ze spreek al van Brialmont voor Ministro de la Guerre,
en ke weet, Kozijn, Brialmont sprekt of en schrijf of en droom van
niksemendal als 't soldaat gelijk in Pruis gardec'vik in alle dorp De
Geus hebben nu over hun eigen hals het strop gelegd en verdien toege-
neepteword! Die dom Geus!!! En ge zult mij vraag', kozijn, hoe de
mensch toch zoo dom en'k zal u zek 't is al met die groots stad,
Bruxelles, Gant, Luik, Charleroi, waar men niê peis ot redeneer, maïs
leef en de tumult, en waar a present een slechte ras opkom, die ieet
gelijk de petit cochons, die volg al zijn vuile drift' en daarom op de Reu-
gie'bas, een Robespeer-soort, die eens gegroeid boven don hoold van
het Koning en haren Governement, do Commune zal proclameer en roep.
alles enbas Wij alleen alatête Armpays, dat ga val'in het klauw
van die groote statten...Kozijn,al was da slek sues'ne priem de mort
in ons hert, wij moet'toch goei koerage houd, wij heb' ons plickt gedaan
en zullen niê wijk of niê verzaak ons goei princiep, al liepen al de luis
en al de Geus van vijf wereldteel op het muur. Olie di ijt bov ,en Kecbt
toch enfin zal zegepraal. Daarmeê ikke blijf uw welbemint Kozen van
Nifel. v
P. S. Er wordt gesprook van een depêche uit 1 ruis waarin de Rep
zer Guillaume honderd duizend, cent mille medaillen vraag van de boci-
teit Sint Xaverius, om zijn volk van den Socialism to houd on te dwing
Eranciskaan te word. Eens de boom krom gegroeid, 't is ze te laat
gewrong De plus, die medaille moet vrijwi'.lik aanveerd zijn en met
met keweld op de borst gesteek.
LATER NIEUWS. D'Afgezanten der Mogendheden zijn te
Berlijn aangekomen; 'tzijn allen doortrapte vossen, geleerde bollen,
doortrokken van diplomatie gelijk een oliekan voor Duitschland is
't Bismarck; voor Rusland, Gortschakoff; voor Oostenrijk, Andrassij;
voor Engeland, Beaconfield en voorFrankrijk, Waddington.... Gis
teren, donderdag, moesten zij eene eerste voorbereidende zitting
houden. De Keizer kan al opstaan en in eenen zetel zitten; bijna
al zijn wonden gaan toe; zijn arm is nog gezwollen; en als er mets
tusschenkomt, hoopt men hem te redden... Doch, hoe wreed gaat
zijn leven zijn altijd en immer die Socialisten moeten vreezen! geen
geruste uur beleven en dit alles, grootendeels door zijn schuld
jrme. droeve Keizer Het voorstel van de Kamer t'ontbinden.
is door den Bondsraad met eenparigheid van stemmen aanveerd.
zoodat er in Duitschland zal moeten gekozen worden. Uit Brussel
komt de tijding dat de Ministers hunne portefolie binnengedragen
hebben; men spreekt van een Ministerie, met Frère aan t hoofd en
den gevreesden Brialmont als Minister van Oorlog. Wij zijn ge
vallen schrijft het Handelsblad van Antwerpen, onder de Bataljons
der valscheKiezers.... Wij mogen in geweten zeggen dat denieuwe
kieswet zeer goed gewerkt heeft en zij ons voordeel zal aanbrengen,
indien wij goede maatregels van onzen kant nemen en wanneer wij
wat minder blind vertrouwen aan den dag zullen leggen, gelijk de
meesten van ons hebben gedaan. In de gemeente St Michiels,
bij Brugge, is Frans Dewaele, van het Tweede Regiment Jagers te
peerd tegen eenen boom geworpen en verpletterd; de ongelukkige
soldaat was dood op den slag. - Te Neêrhasselt heeft in den nacht
van maandag tot dijnsdag, een boosaardige en laffe diefstal plaats
gehad in de kapel van O. L. Vr. van Lourdes men heeft daar ge
stolen twee paar oorbellen, twee kruissen, een hertsieraad, een
brosch, spelde en ring, alles in goud; de daders zijn tot heden onbe
kend; doch zij zullen niet lang wachten van in de handen der Wet
te vallen en hunne strenge straf te ontfangen. Er zijn zondag 11.
140.000 personen gaan zien naar d'Expositie van Parijs. Een