E11 zóó gelukkig kunnen zijn! Samenspraak tusschtn Keizer Wilhem en Kanselier Bismarck. Bismarck. Geen belet in 't salet! Volledig Pachtersrecht, 5,oo. D ander week, vrijdag, is de trein van Leuven naar Antwer pen, nabij Rotselaer ontriggeld't lokotnotief werd omvergewor pen stoker en machinist bleven dood op den slag: de treinoverste werd gewond en verscheide reizigers bekwamen kneuzingen. Wat is ne mensch toch op de wereld heden rood, morgen dood! heden zijn uw schatten zwaar, morgen ligt gij op de baar; men heeft dat overlest weêr te Berlijn gezien d'achtienjarige doch ter van ne rentenier ging trouwen met ne meubelmakerszoonvan de kerk komende werd de bruid eensklaps in de koets onpasselijk men hield stilden Dokteur werd geroepen en vond een lijk; t mensch was van een aderbreuk gestorven.... Zoo gaar het! en wij maken hier dikwijls toch zooveel embras Z'hebben Rusland, den generaal Metsentssoff, opperoverste der policte, vermoord, doodgeschoten.... Twee kerels losten hunne revolvers op hem en vluchtten dan weg in een snel-rijtuig. Die mis daad gebeurde op denzelfden dag dat Hoedel op 't schavot lag. Te Grenada, Amerika, heerscht eene besmettende ziekte, de geele koorts, die talrijke menschen wegmaait, bijzonderlijk onder de witte, die aan 't landklimaat niet gewend zijn. Die tramways tochze zullen op den duur dit vreemd ge- doen moeten opbreken; t Antwerpen, op de Keizerslei, is zondag avond een vrouw van 80 jaar doodgeredenIn de groote steden zijn de straten een tweede ijzeren-route geworden. Alle vijf voet vliegt er een trein voorbijze schuifelen welmaar de doove en de kamanke, en degeen die met diepe gepeinzen loopen Te Wespelaar in de statie, een kind dat over den ijzerenwee wilde gaan, doodgereden. Te Marbais, bij Charleroi, den bliksem op een koornmijt ge vallen, zaturdag avond: drij personen, dieeronder stonden, bots dood. (5de Vervolg). IV. Gebrokene harten. Keeren wij terug naar 't huisje der weduwe. Over ;t geluk van vroegere dagen is reeds een welkje gesehoven De moeder is ongerusthaar zoon, haar eenige steun, de steun en de hoop der Familie, er is verandering in hem zijn godsdienstige gevoelens ziin v®rz,w~k t 111 P'aats van s zondags naar d'Hoogmis te gaan, volgens zijn opiyke gewoonte, brengt hij zijnen morgend door in te lezen f hij haalt boeken in t Willemsfonds, boeken die hij verbergt hij is onge rust; nog eenige we en vergezelt hij moeder en zuster op de wandelin gen, die vroeger zoo aangenaam warende weduwe ziet dat Bavo te gen zijnen dank gaat; zekeren zondag gaat hij na den noen weg en komt maar s avonds thuis. Was, sedert vele jaren, den eersten bitteren zondagnamiddag die thuis der weduwe was overgebracht. O Willemsfonds, die 't vader lijk Geloof bevecht; o Sociahsmus, die zoo hijpocrieteiijk zegt dat gij 't volksgeluk behertigt, dat is uw werk. ëJ De weduwe blijft haren zoon afwachtenze zal hem spreken nog dezen avond t wordt negen ure, half tien Wivina is slapen, en de bedrukte moeder bidt haren Roozenkrans, en put in dit gebed troost en Kraenten. Bavo komt binnen hij is verwonderd zijne moeder nog wakende te zien zijn geweten knaagt hem Moeder, zegt hij, 'k meende dat ge reeds slapen zoudt ge weest zijn Slapen zegt de moeder, och Bavo, kan ik rusten als ik niet weet waar gij gaat of wat ge doet Maar, mooeder, 'k ben met verscheide gezellen uit geweest ik weet niet waarom gij ongerust zijt. j Kind, kind, zegt de weduwe, met al hare moederlijke gevoelens den klank harer stem bezielende, Bavo, ge moet het niet verbergen er is verandering in u ge zijt denzelfsten niet meer waarom verlaat gij ons en waarom begint gij uwe Christelijke plichten te vergeten mo7ge0ndhm?t°ieedzeen ow?' °nderriCht Z°eken g6 Ziet' 'k bren* m«nen r, Bav°' 'j\eerste onderricht is de kwijting der christelijke plichten. Rn ffè fnnt tnnW g6 zaU> gelijk zooveel anderen, den afgrond vinden. Rn ge kunt toch zoo gelukkig bij ons zijn Maar moeder geTOar?ijke>^oekem'^' 2oekt °P 'ne verkeerden weg, en ge leest 'sruoederis het verkeerd van den werkmansstand zoeken te Inrpnht An 'rT0 sl»yen geketend de samenleving doet ons onrecht, en Bavo begon een dier litaniën af te geven, waarmee de Soci alisten zooveel hoofden op hoi brengen. geketend zegt de moeder Bavo, wat durft ge zeggen" a ril k k S T B r^ekteru? £e wint geld genoeg voor ons Miderhoud ge ziet, ons ponksken vermeerdert dagelijks 't is alles na mijn dood voor u en voor uw zuster; ot wilt g'u woeger plaatsen" Vn ailles be-P0r'- Slaven is werken slaaf zijn?. Sn 'h? *e ve.r.keert in slechte sociëteiten, die tegen 't werk uitval- u vi i °m u en om van stand te verbeteren, ppinU ff rtat r Gn e En de weduwe schildert zoo treffend JaaH Sa 1,0 V2 Z/Jjlen staat kan vinden zij spreekt zoo indrin- Itroeremd 1lat lejonge schrijnwerker geraakt is zijn goede L, Jn n°g niet uitgedoofd hij belooft zijn vroeger ieven te hernemen; en de brave weduwe, vooraleer zij slapen uaat doet een Baal. D teeneN°V6nenaar ~-t Graf van Sint Eenige weken van vreugdBavo houdt woord, hij werkt met iever, schijnt te vrede en herneemt zijne vroegere handelwijze. Alles wordt door moeder en zuster gedaan om hem den thuis aangenaam te maken... Eilaas 't geluk der brave zielèn is van korten duur Bavo heeft een eerste stap op den slechten weg gezet en de Wijsheid roept eiken jongeling bij de intrede der wereld toe: Zwicht 11 voor den eersten stap Daarbij, Bavo had moeteniafbrekenmot de gezellen, die bom den ram- penweg leerdenhij had die slechte boeken moeten schuwen; die 't eevaar bemint, zal er in vergaan hoevelen hebben dit ondervonden hoevelen zagen de sterkste voornemens breken als glas, omdat zij te veel op hun krachten steunende, 't gevaar van personen ot sociëteiten niet vluchtten. 't Is eer verkwist dan gewonnen, gemakkelijker gedaald dan ge klommen. Men ondervond dit in 't huis der weduwe iedere dag bracht er zijne nieuwe droefheid meê maar drij, vier weken had Bavo zijns moeders hert verheugd en hij herviel weldra in zijn oude gedachten en gewoonten 't werk stak hem tegen bij de vermaningen zijner moe der ging hij den huize uit of zag half verbitterd op den zondag avond bleef hij langer uit't gebeurde zelfs dat hij den maandag met hoofd pijn lag, later bleef slapen en den dag bij de gezellen ging verblijven... Geen vreugd meer voor hem en voor zijn Familie! de zaken gingen ten achteren hy won min en verteerde meer het spaarpotje smolt weg gelijk sneeuw voor de zon Wivina, 't goed kind, deed alles' om hare moeder te voldoen en te verstrooien maar 't hielp niets de weduwe Klapkraam ging gebukt op straat wie haar over eenige jaren gezien had en nu, zou gezegd hebben 't is hetzelfste mensch niet meer. En nogtans, haar schuld was het niet voor God kon zij dit getuigen neen, neen, haar schuld was het nieter zijn er nog die dwalende scha pen hebben, zonder dat het hunne schuld is hedendaags meer dan ooit! omdat er voor rijken gelijk voor werkmans, sociëteiten zijn van zielroo- verij, waar de beste herten verkeerd, veranderd, verkankerd en tot in den grond bedorven worden. Zekeren maandag vond Wivina, toen zij haars broeders kleêren uit- borstelde, in zijnen zak een dier gazetjes welke tegenwoordig worden rondgestrooid,en gratis uitgedeeld, om 't volk van ons eerlijk Vlaanderen te bederven van die valsche huichelachtige gazetjes, die zeggen dat ze 't werkvolk gaan gelukkig maken en die voor 't werkvolk eenen afgrond openen van zedeloosheid en die 't laatste spierken menschen- liefde uit de harten zouden verdrijven. Een dier gazetjes, een ware pest in ons land, d'ander week nog hebben wij het met eigen oogen gele zen, een dier brandgazetjes prijst en verheft den franschen schrijver Darwin die leert dat de eerste mensch voortgekomen is van eenen aap, en bijgevolg dat wij dieren zijn gelijk al d'ander? en niets meer Welke stomme boosheid Welke vernedering, verbastering en zedelijke ver delging van 't menschdom Hoe verschrikte Wivina niet ais zij een zulker schandbladjes in den zak haars broeders vond! Onvrijwillig sloeg zjj er d'oogen op, en een hevige schaamteblos bedekte 't geiaat der ze dige dochter haar oogen waren juist gevallen op eenige regels waarin 't blad zijn cijnieke zedeloosheid blootstelde want de Socialische gazet ten gaan recht vooruit; na geleerd te hebben dat de mensch van 't apen- ras is, maken zij er geen complimenten aan, om zich in 't vuilste slijk te wentelen.... Dio eerloosheid lezende, liet Wivina borstel en kleedingstuk vallen, en borst in tranen los de weduwe kwam op 't gerucht toege- ioopen, bemerkte aanstonde wat er gaande was, en hoe diep haren Bavo gezonken lag. Een berg van droefheid viel haar op 't hertDe gazet werd in't vuur geworpen...'s Avonds, als Bavo de verdwijning bemerkte, dierf hy uitleg vragen hij sprak van de vrijheid van denk wijze, van onafhankelijkheid, van kwezelderij, verweet zijne zustor in harde woorden en er had een toeneel plaats, in dat voorheen zoo rus tige huisje, een spektakel, dat beide vrouwen al weenende te bed gin genten dat de weduwe 's morgends met roodgekrijschte oogen opstond.. Dat is nu 't geluk, 't welk 't Socialismus aan de werkende klas komt brengen ('t Vervolgt). Kerkelijk Nieuws. T'Antwerpen werd dezer dagen door eenen plechtigen Jubilé den 4(d)ste" verjaardag gevierd van d'beropening der Kerken in 1578 verscheide jaren was die stad onder 't Geuzenbeheer, de uitoefening van den Katholieken Godsdienst was er opgeschorst en in 1578 eindigde dit dwangbestuur. Z. E. den Kardinaal, den Pauzelijken Nuntius, vele Z. E. HH. Bisschoppen, de vermaardste Predikanten van Europa, een ontelbaar getal vreemdelingen bevonden zich in d'Handels- stad om dit Feest te vieren, voor 't welk, sinds maanden en maanden, ©nzeggelijke kosten waren gedaan: Outaars gemaakt, groote glasramen geschilderd,rijke vanen, enz. enz enz. Antwerpen, die de stad der Moe der Gods is, heeft zondag 't harer eer een Precessie gehouden, die mis- sscliien nog nooit te zien was. Als men ze zag opkomen, schrijft het Handelsbiad, 't was alsof een stroom van goud en diamant, blinkend in het zonlicht, langzaam den hoek der Meir emvloeide en door de breede straten heên dreefde ontelbare vanen waren als gepakt op elkander de relikwiekas glinsterde als een middenpunt met zilveren stralen het O. L. Vrouwbeeld fonkelde als een bouquet van sterren, en hei Venera bel was eene zon die met naar gouden stralen gansch de straat vervulde, vervrolijkte, opbeurde en zegende. Alle standen, de werkman gelijk de nobele, waren tegenwoordighet werkmansvest was er aanwezig gelijk het gaia-kleed Waar men de Processie ook zag, overal wektte zij de bewondering van de duizenden en duizenden op overal werd zij met eerbied,'met, ontbloot hoofd, met gebogen knie ontvangen Op de Groote Markt kwam de wacht in geweer, blaasde de trompet de veldmarsch, presenteerden de troepen het wapen voorden Koning der Koningen.... 's Avonds, tot bekrooning van dien schoonen dag, was er algemeene verlichting. Wilhem. Binnen, Konfrater, kom binnen.... Maar, Terteu- fel'k erken u bijna niet meer, met uwen langen baard Waar zijn uw zinnen nu, in uwen ouden dag! Bismarck. Ja, dat gaat alzoo, Sire; ge moet weten,'k heb

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1878 | | pagina 3