De Wreedheden van den Ros. Nut en Vermaak; Verdediging der Rechten van 't Vlaamsche Volk. Later Nieuws. 't Proces van 't Kint wordt op 4 novemb. begonnen. Hij heeft twee groote advokaten van Parijs. Zouden, ze dien rnoor wit krijgen Fortamps, de oud-Schepene van Brussel, compareert als medeplichtige. De Bohemers zijn nu Luik. Te Genua, Italia, is uit de Nationale Bank verdwenen de som van 2 millioen 500 dnizend franken. Drij bedienden zijn aan gehouden. De Russische gazetten schrijven dat Bessarabien plechtig hij Rusland is ingelijfd onder de toejuiching der bevolking. Als 't waar is In Engeland worden de troepen gerang schikt om naar den Afghanistan te trekken. Men denkt daar dat de Oorlog zeker is. Wij gelooven dat den Engelschman er nog twee keeren zal op peizen. Er is in Henegauwen een werksta king geweest, nog al serieus, maar nu geëindigd. De bazen had den van afslag gesproken, en niemand die dat geeren hoordt,ten zij ais er spraak is van lasten en contributien; indien er in een land 'ne Koning of 'ne Minister ware, die op 't einde van 't jaar een deel der Contributien weêrzondt, de Volkeren zouden hem door een vuur dragen; maar dag nicht rust laten waar rust is, zeggen ze, alhoewel,om te trekken,iedereen met plezier gederan geerd wordt. Nabij Brugge, op den steenweg van Bissegem naar Gullegem, is de bazinne Couck in haar herberg, aangerand, mishandeld en bestolen door 2 kerels die uit 't bedelaarsgesticht van Hoogstraeten kwamen; een der schobejakken is door 't Pu bliek aangehouden. Dijnsdag avond was er te Brussel, op den Antwerpschen steenweg, eene brandramp; van een groot gebouw bleven maar de 4 muren staan; een der gebuurs, zekeren M.Cabu, thuis komende en den brand ziende, verschrikte zoodanig dat hij een geraaktheid kreeg en stierf. Dijnsdag avond, ten halver tien, heeft te Brussel op de Chaussée de Charleroi, een dronken lap zijn vrouw door een venster van de tweede Stagie geworpen. De vrouw was dood op den slag. Voorbijgangers hebben den schelm en moordenaar aangehouden. Er komt in Duitschland een weinigske meer movement in d'hopmarkten; te Londen, inte. gendeel was er afslag de goede kwaliteiten zijn zeldzaam in Engeland. (4 Vervolg). Juist op slag van 2 ure kwam de Sergeant onzen Schilder halen. Ze trokken -op en vonden de Kommandante opgesmukt met geheel haar kleêrkas en schitterend met al haar ringen en juweelen. De Polak had meer lust om te lachen, dan om te schilderen, en moest geweld doen om zich in te houden. 't Duurde een lange tijd, eer de trotsche vrouw kon beslissen op welke manier zij zou uitgeschilderd wordenNicelora was bij dit gektooneel aanwezig, en hij moest gedurig op de vragen der kom mandante antwoorden of ze wel gezeten was! of haar kleêren in goede plooi lagen, enzoovoorts. ^.Volgens zijn belofte aan Marfa, wachtte Cesar zich wel van de zwarte kleuren te gebruikenhij schilderde op Chineesche manier, en won dagelijks in de gunst van Adoftia; daarbij de brave dochter Vera prees het portret, uit genegenheid voor de bannelingen, Nice- fora om zijn toekomende schoonmoeder te behagen en deKomman- dant.Pavel dierf niet anders dan bewonderingskreten uitbrengen. Den tweeden dag, als de Polak wegging, na de hand van Adoftia gekust te hebben, vernam hij uit haren mond dat het verzoek zijner vrouw ingewilligd was en dat hij voortaan niet meer in de kasern moest slapen. Marfa verwachtte hem aan de trappen der kanselarij en viel bijna van haar zeiven, als zij dit gouden nieuws vernam: Vrij! bij ons mogen wonen! o God! welk geluk! en Marfa viel al weenende in d'armen van haren echtgemoot. Sergeant Gabriel, die juist op den koer was, kwam bijgelospen en stond op zijne beurt versteld over die groote gunst. Nooit was de Russische Sergeant zoe beleefd en zoo dienstwillig geweest; niet alleen uit dankbaarheid voor Marfa die zijne strepen behouden had, maar hij begon den Polak als een man van gewicht en van invloed te aanzien. Dadelijk werden de stukken geteekend en het gelukkige paar trok naar huis. Op den koer vonden zij de galeiboeven die groote oogen trokken, als zij n° i3 in zijn gewaad van bureelschrij ver zagen en den cipier, nog lijdende van de 5o knoutslagen welke hij ontvangen had en die nu binnensmonds mompelde: Hondsjen- gen, vervloekte ketter, 't is nog niet geëindigd onder ons; ik zal mij wreken Maar nog meer was Cesar verwonderd en verheugd, als hij op straat was, vrij gelijk een vogel in de lucht, ver van die Russenen galeiboeven en wie zal de vreugd beschrijven van den braven vis- scher Piotro en van zijne vrouw Anna? t«en zij van verre:Marfa zagen komen, vergezeld van 'ne kerel in lange blauwe frak, dachten zij eerst op iemand van de policie misschien was hun medelijden voor de bannelingen verraden en gingen zij, gelijk zoovele anderen, streng gestraft worden; maar als Marfa haren man gepresenteerd had en als Cesar zijne klak had afgenomen en zijn half geschoren hoofd getoond, dan was 't in dat huisje een vreugde-geroëp zonder einde, een omhelzen, een handendrukken gelijk eertijds bij 't Jood- sche volk als zij vrij en blij in Beloofde Land toekwamen. Anna weende, Piotro deed allerhande Russische wenschen en uitroepin gen, de kinderen sprongen en dansten; Marfa en Cesar zaten hand in hand, den Heere God te danken. Na d'eerste aandoening begon Anna alles te bereiden voor een feest maal t meest iets buitengewoons zijn eene soep van kooien koeken van gortenbrij in boter gebakken en Piotro haalde eenen lekkeren visch uit welken hij bewaard had om te verkoopen en eene flesch schuimend bier, zoo geel als ambet, die in eenen hoek van zijn hofje begraven lag. Er was vreugd en geluk in dat huisje, meer geluk als de wreede Keizer Alexander in zijn paleis te St-Petersburg kon smaken of ge nieten. En nogtans die Keizer heeft het opperbevel over landstre ken zoo groot als Europa; maar als 'ne mensch zijn vrijheid bezit, wat kan hij meer wenschen Cesar, sprak de visscher Piotro, ge zijt nu bij ons, uwe vreuw zal de zuster van Anna zijn en gij zult mijn broeder wezen. Wij wa ren arm, uw vrouw heeft ons' geholpen door haren handel. Kom broeder, verheugen wij ons Wij maken te samen maar e'en familie uit. Tranen overdekten d'oagen van den Polak en hij legde zijn hand in die van den braven russischen boer. V. Gelukkig in ballingschap. 't Fameus portret der kommandante, een effene plak gelijk de volle maan, werd in eenen zwarthouten kader gezet, in den salon geplaatst en verwekte de hooge bewondering van al de bezoekers des huizes en toen de Polak, op dezelfde wijze, Pavel uitgeschil derd had, in zijn rijk kostuum, met gouden epauletten,Vera, met haar lief wezenken, en den opgeblazen Nicefora, dan'werden ai de notabelen van Bezerof uitgenoodigd, en acht dagen lang hoorde men in 't Syberiaansch steedje niets anders dan kreten van bewon dering.Ze waren daar aan zoo weinig gewoon, en om in der waarheid te spreken, Cesar had die portretten, met iever en ziel ge schilderd; er hing immers zooveel van af. Korts nadien ontving Pavel eene deputatie der notabelen, die hem kwamen smeeken dat de Polak, ten minste gedurende dezen zomer, de portretten zou mogen schilderen die hem zouden gecom mandeerd worden. Adoftia was voor niet geene russische en aanstonds was hare re kening gemaakt. Ja, de Polak mocht schilderen; zij taxeerde elk portret aan 100 roebels (400 fr.)doch op voorhand moest in hare handen den helft dier som gestort worden, en den anderen helft, na levering, in d'handen van den schilder gestort. D'aerste 5o roebels bleven den eigendom van Adoftia en van de tweode was zij vastbesloten nog a5 roebels te eischen. Bij ons zoü di# handelwijze schurkachtig genoemd worden in Rusland werd ze als heel raisonnabel aanzien, en door den Polak met eene groote voldoening vernamen. Andere kotnmandanten zouden de gansche som gehouden hebben en als den schilder klachten deed, hem met knoutslagen betaald. Iedere rijke koopman van Bezerof wilde een of twee portretten hebben van den Poolschen Rubbens, en gedurende verscheide maanden was er geen enkele eetfeest in 't stedeken of Marfa moest komen gebakskes bereiden. Op 't einde van den zomer had Cesar 3ï portretten gemaakt, voor welke Hare Excellencie de Russische Madam, 9,600 fr. had opge streken en hij, 3,200. Te Bezerof is dit een groote som. Er werd niet gedubd of geaar zeld: 1600 fr. werden besteed om Piotro en zijne familie vrij te koopen en de rest in eene veilige plaats geborgen. De bannelingen begonnen nu te droomen van een eigene woning. Op den top van eenen heuvel, eenige stappen van het bosch, had de schilder eene plekje grond gevonden, waar Marfa dikwijls bleef rusten als zij met hout van het bosch kwam. <1 Och Heere, dacht zij dan, die wijduitgestrekte vlakte ziende, doorsneden van de ri vier Sosva, is dat bijna 't zelfde gezicht niet, dat ik t'huisuit de ven sters van 't kasteel mijns vaders aanschouwde? Och, hier zou ik mijn Vaderland en mijne Familie met de gedachten terugvinden. Cesar, zegde zij op zekeren dag, och, konden wij hier altijd blijvenwij zouden er onze Poolsche taal spreken Waarom zegt ge mij dat. vroeg Cesar? Zoudt gij Anna en Piotro willen verlaten; er is iets tusschen u geweest? O, integendeel, ik bemin haar als mijne zuster, maar hun huisje is te klein en gedurig vol volk; wij durven er onze taal niet spreken, en van den anderen kant, 't doet mij pijn aan 't hert als ik d:e brave lieden den lof van hunnen Czar, van den bloedvijand on zer Vaderlands hoor uitspreken. Zoo dat gij van onze weldoeners zoudt willen scheiden! Volstrekt niet, man; wij zouden ze dikwijls, zeer dikwijls zien; zij zouden hier menigen avond komen doorbrengen, en 'kge- loof Zelfs dat Vera onze uitnoodiging zou beantwoorden. En zoo zou ons l®t gedurig verbeteren. Marfa, sprak de Polak; ge wordt hooveerdig, kind; ik geloof zelfs dat ge van geluk droomt. Waarom niet? had Marfa geantwoord. W. V.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1878 | | pagina 3