P 1 E T E B
zijn vijandenvan den eenen kant is 't katholiek dat zijn kostelijk
geld geeft om scholen te bouwen van den anderen kant, t libe
raal, tGeuzengeslacht, dat niets geeft, maar zijn scherpe klauwen
in de werkmanshuisgezinnen slaat en er de christene kindeis uit
rukt... Ja, 't folk zal dat eeuwig onthouden!We gaan daarop
nog eens ons potteken bier aanspreken.
Pruis. Altijd en immers, folgens uw peliefteGezontheid
en om aan te Pelgen proficiat te wenschen!
den wonderbaren timmermansgast. (Vervolg 3.)
"'Kr'taota de moeder, Ja>t heeft ons zoo dikwijl,
^rtr:.~d«\UrkVe» Speo i» aüh of |ee„
PRIJSKAMP UIT DENDERHAÜTEM' UITSLAG.
m n fl n
Vader alleen is tegen hem, zegde kleine Willem.
Helaas! antwoordde hunne moeder zuchtende, k weet het
wel; uw Vader beweert dat Pieter hem in zijn eer te kort gedaan
heeft met hem zijn recht van deken af te nemen.
Och bemerkte Willemlje, 'twas toch maar eenen keer; Va
der heeft al zoo dikwijls de eerste slagen gegevenen ten anderen
Pieter heeft hem de dnj bijlslagen met blinkende goudstukken wil-
De venster van 't huis stond open en juist op dit oogenblik kwam
er 't hoofd doorgestoken van 'ne jongeling, die 18 (aren kon tellen
hij zag angstig den huize rond.
Wel! wel! onze broeder Jaak! riepen de kinders.
De moeder beefde als zij dien naam hoorde noemen maar z had
den tijd niet van te spreken, want de jongeling vroeg op stillen en
vreesachtigen toon
Moeder, is Vader nog op de zaat
De kinders knikten van ja, 't hoofd verdween uit de venster en
onmiddelijk daarna stapte een groote struische jongeling het huize-
Dag, moederke lief, dag Willem, dag Anna, zegde hij, ze
allen teederlijk omhelzende.
Er was in den toon zijner stem eene zekere droefheid en wee
moedigheid, die wonder uitkwamen op dit fnsch jongelingswezen;
een zielsverdriet moest dien jongen kwellen.
Welnu, moeder, vroeg hij, na eemge oogenblikken zwijgens,
is Vader nog altijd vergramd op mij
Helaas! ja, sprak 't braafmensch, nen diepen zucht latende.
Ge weet kind, dat hij 'ne wil van ijzer heeft...'newilgelijkden uwen.
Och moeder, wat kan ik er aandoen? In Godsnaam, peist er
toch eens'wel op. Bij Vader is't niets dan caprice en eigenzinnig
heid terwijl het bij mij 'ne vasten roep is, iets dank van God zelfheb..
Eensklaps klonk er buiten 't huisje een grove stem.
Och God 't is Vaderriepen de twee kinders, met eene stem
doortrokken van onzeggelijke vrees. Vader is daar
De moeder werd zoo bleek als de dood, en Jaak vloog rap als de
wind achter de gordijn eener alkoof die aan t einde der kamer was.
Nauwelijks was hij er achter als de klink der deur opgetrokken
nemen en
kruik f ontstoppen, waarin de Hollandsche likeur was, en terwijl t
mensch schrikte en beefde dat Vader den zoon Jaak zou gewaar
geworden hebben, d'oogen van den timmerman vielen eensklaps op
de mande scliafelingen welke de kinders naar huis hadden gebracht.
Mijn waarheid, mompelde hij, 't moet een fameuse hand zijn
di6_d o! Spin df kind'eÏÏfn hunne eenvoudigheid, 'tis d'hand van
denRus, van Pieteiglazeken Schiedam in
eenen slok uitdrinkende; die kerel heeft mij beleed,gd en in mijn
eer gekwetst- maar 't is toch'ne fameuse man. Hij op, lang voor
de zon en gaat maar slapen, als 't reeds nacht is hi, ,s; onvermoei
baar aan 't werk, gehoorzaam, leerzaam, vernuftig, mild, sober in
eten en spreken 'tis in een woord, een exempel voor allen Hi,
heeft 't houten huizeken gehuurd van meester Magelhans, op d an-
re zaat hij bereidt er zelf zijn eten, maakt zijn bed, en terwijl dan
der zkh vermaken, hij studeert op zijn werk. Op mijn ziel als w,j
nevenseen werken en als ik de druppels zweet op z,,n eerlijk wezen
zie vloeien dan zeg ik dikwijls in mijn eigenAch, hadde ikeenen
zoon gelijk hij, in plaats van onzen Jaak, dat ontaard schepsel
Vriend zég niet dat onze Jaak een ontaard schepsel is, on
derbrak de moeder op biddenden toon; verdient hij van zoo hard
behandeld worden, omdat er een punt is, waarin hi, met u met
overeenkomt n met ruwe stem D'eerste plicht van een
kind Sis de gehoorzaamheid aanzijn ouders. Godweet en «et
dat ik niets behertig als 't welzijn van den jongen Maar h, blijft
dat ik mets Den g balken onder t water Zljn
en'daf de zTè jaarlijks duizende menschen verslindtNeen, matroos
herhaald, en er i, toch iet, g<5
zaten, of geen scheepsmakers. recjeHjk en de brave man, bij ge-
Deze opmerking w;as zeker zeer redeW het woord;
Ch-0Lmae™3?znegdehii, ik kom u brengen, 't geen ik beloofd
heb, mijne winst der week.
Dit zeggende, legde hij een handvol guldens op de tafel.
Op het zien dezer blinkende stukken, tronstte Wydeman zijn
wenkbrauwen, en den Rus in 't wit zijner oogen beziende:
Kameraad, zegde hij, ik raad u aan dit geld op te nemen, dat
ik niet gewonnen heb.
Ge vergeet zeker, hernam Pieter, dat ik mij verbonden heb u
dit geld te behaadigen, en mijn woord loochenen, doe ik nooit.
Zeer wel, maar ge vergeet ook dat ik niet beloofd heb dit geld
aan te nemen. Bijgevolg, pakt uw geld op en laat mij in vrede.
Pieter, als hij die trotsche weigering hoorde, bekeek den timmer
man met oogen die gloeiden van verontweerdiging en gramschap.
Er gebeurde iets in dat hertmen zag dat de Rus in woede ging
losbersten,
Weihoe! riep hij uit, ge durft mij beleedigen? mij
Maar hij bedwong zich plotselings en deed een zichtbaar hevig
geweld, om dit gevoel van gramschap te overmeesteren, 't Kostte
hem geweldig veel, maar toch hij bedwong het tempeest, dat in
zijn hert ontstond. Een oogenblik nadien, hij sprak opkalmentoon:
i) Wydeman, ge zijt tweemaal ouder als ik, en gij gedraagt u je
gens mij, gelijk een schooljongen. Peis toch dat gij vrouw en kin
ders hebt, die zich niet schamen te werken voor hun brood en
schafelingen te gaan zoeken. En ge verwerpt 't geld dat ik u goed-
hertig aanbied! Ga eens in uw hert en zeg mij of het christelijk is
van te blijven wrok dragen, omdat een jongeling, in zijne driftig
heid, uw recht van ouderdom heeft ingenomen. Ge badt met ons
den Onzen Vader als wij de kiel van 't schip inzegenden; waren het
uwe lippen alleen die zegden Vergeef ons onze schulden, gelijk wij
wij vergeven onze schuldenaren. De jongeling zegde dit met zoo
veel weerdigheid, dat al d'aanwezigen ervan getroffen waren. Zelfs
Wydeman was in 't diepste zijns herten ontroerd, en eensklaps op
staande, ging hij tot Pieter, drukte hem d'hand en zegde
Kameraad, g'hebt mij overwonnen. Ziehier mijne hand. Laat
ons van nu af goede vrienden zijn, maar uw geld kan ik toch niet
aannemen
Dit gezegd hebbende, de scheepsmaker nam zijn muts en ging de
deur uit. Pieter zag hem achterna totdat hij de zaat over was, en
schudde dan droefgeestig zijn hoofd.
Vrouwken, zegde hij tot de moeder, g'hebt misschien den eer
lijksten man der wereld, maar 't is 'ne kop van ijzer. Zulk een ben
ik van mijn leven nog niet tegengekomen.
G'hoort het nu, moeder! iiep eene stem van in d alkoof en
terzelvertijd de gordijn schoof open en Jaak verscheen.
Wat beteekent dat nu? vroeg de Rus.
Och, mijnheer Pieter, sprak de vrouw, 't is zuiver Ons Heer
die u hier 'zendt om van ons huis een groot kruis af te nemen. Ge
kunt veel op mijnen man, g'hebt het daar straks getoond, ge moest
nu toch uwen invloed gebruiken om onzen Jaak te verlossen. Jaak,
ge ziet hem daar, 't is ons oudste kinden al zeg t ik zelf, t is een
goed hert van 'ne jongen hij is groot en struisch voor zijnen ou
derdom; zijn vader wilt dat hij scheepsmaker wordemaar de jon
gen heeft een ander goeste hij wilt matroos zijn 'tis zijnen droom
en zijn leven. Hij heeft dienst genomen op een schip en sedertdien,
zijn vader wil hem niet meer zien. Over een uur was onze arme
Jaak eens naar huis gekomen, om ons in 't geheim te spreken, maar
als Vader inkwam, heeft hij zich moeten wegstekenwant moest
zijn Vader hem hier zien, 'k schud en beef er van('t Vervolgt).
Loopende Nieuws. In Italië zijn d'advokaton in werkstaking
geweest, dat is precies geen reneweringZe zeggen dat Bismarck
zijne momenten heeft van bittere treurigheid, als hij peist op d'oorlogen
door hem verwekt en op het weinige goed dat hij in zijn leven verricht
heeft, 't Moet inderdaad wreed zijn om peizen Ik ben oud, ziekelijk,
't gaat met mij gepast zijn en 'k heb geen goed, maar veel kwaad
gedaan Er gaat in Engeland een nieuw bisdom worden opgerecht.
Het dorp Witznau, in Zwitserland is op eenen berg gebouwd en nu
begint dien berg te wuggelen en riskeert in te storten. Margareta,
de koningin van Piëmont, is gevaarlijk ziekHumbert kwijnt't is
van over 3000 jaren voorgezegd door Salomon die op kromme wegen
gaat, raakt ellendig. Te Geeraardsbergen in Rhetorika.had de beer
V. D. B. aide troeven in'f jasspel. En 't gaat nu winter worden,
we zullen trachten nuttige en aangename dingen te schrijven om
altijd warme voeten, doet uw kousen wasschen met zwarte zeep in
water en laat ze droogen zonder uitvringen en weet gij wat de
Trappisten doen die altijd barrevoets gaan en vervolgens veel lijden
van koude en vorst aan' hielen en voeten ze wasschen eiken morgend
hnn voeten met koud water, oftewel ze besmerende vervrozene deelen
met olie van olijf, en strooien er poeder op van uitgebrande mossel
schelpen. In Rusland, als de voeten vervrozen zijn, ze leggen er pap
pen op van erwtenmeel.
Van de 56 oplossingen welke mij zijn toegezonden, heb ik slechts eenejuist bevonden,
opgelost door Cieters Réné te S, Nicolaas. Eer e zij aan hem. De gemelde prijzen zullen alle
er zijner beschikking gesteld worden. Ziehier zijne oplossing:
Naamraadsel No 1. B akbees T
A anwijze K,
Yenid-djeaml
O o g p ij P
N e r O
N achtegaa L
E 1 I
Letterraadsel N. 2. Werken en sparen doet geld vergaren..
RokenoDCeafN 3 Men gebruikt alsdan do bascule in omgekeerde orde dne de brie
voor gewicht, dan zal deto 15 gram wegende 150 gram of 1 1/2 one dit gewicht aangeven
terwijl voor ieder gram, die de brief moer weegt, ook 10 gram of 1 lood moeten worden
goed gezegd. Onlangs, in eene stad, een deurwaarder moest de
getuigen oproepen en sprat als volgt: Luistert, menschen de getuigen
welke present zijn, dat ze antwoorden met ja, en do anderen met neen
Welk verschil is er tusschen policieagenten en dieven
•eoM.p eips uoïjiped '0089