D'Ongeloovige Kluizenaars van onze Eeuw (TREURSPEL). 5d' BEDRIJF. Beklach en biecht van 'ne Slaatsmcesler. De Inspekteur gaat met majesteit het dorp ;n en vraagt aan een vrouw waar de school is? De school, mijnheer! zie daar, dien schoonen hoogen bouw; M. de Pastoor is er daar juist inge gaan. Maar, vrouw, ge zijt mis 't is d'ander school die ik moet hebben. Ha, den geuzentempel mijuheer is misschien den opperrabijn; zie, daar,slinks van de plesj ge zult een battement zien waar 't gras voor de deur groeit en 't is daar.... Zonder een woord te spreken, M. den Inspekteur begeeft zich naar de school en hoort gerucht van stemmen; ha.peist hij; nu, de deur opengestooten,bin nengegaan en wat ziet hij? den meester, moederziel alleen,diep in gedachten verslonden en tot zich zeiven sprekende, en zeggende: Ezel, dwazerik, die ik ben! valschen Judas,die ik ben! ik een kind van de Kerk, ik vei heug door mijn gedrag, aide goddeloozen der wereld. Ezel ezei tt Meester! meester! roept de Inspekteur; is dat een manier om mvj t'ontvangen? en is 't alzoo dat gij ons school doet? Ha, ge zijt gij het, M. den Inspekteur, par don, 'k en had u niet gezienmaar, ge moogt het toch weten; ik moet spreken of bersten. Ge ziet hoe ik hier zit, met eeni6e gedwongene kinders die daar weggegaan zijn. Maar ge wordt toch betaald, meester! Judas werd ook betaald, werd Judas ook be taald; geld is goed, maar't en verdooft de stem niet van ons geweten, 't Is voor 't geld en voor 't geld alleen, dat wij meester gebleven zijn, gij zoo zoo wel als ik Meester,pas op Laat mij gerust, ik moet mijn hert openen; wij zeggen en roepen dat wij geen ketters zijn. Maar zijn wij niet in volle wederspannigheid tegen d'heilige Kerk? Is 't niet waar, niet heilig waar, dat ons gedrag al de brave menschen bedroeft en al de booswichten dej gansche wereld veiheugt en verblijdt! Och Heere, in welke compagnie zijn we toch. Meester Wij trachten met schoone woorden ons volk te bedriegen maar wij kunnen ons eigen hert niet bedriegen: Wie zijn ons bewonderaars? de godde loozen. Wie zijn ons meesters? de goddeloozen. Onder welke wet staan wij? onder een goddelooze wet. Geuzenmeesters zijn wij, ja; wij helpen meê om de eenheid der Kerk te verscheurende Joden spaarden nog het kostelijk kleed van Ons Heer,het kleed zonder naad; maar wilde 't Volk meê, wij zouden 't Kleed der H. Kerk verscheuren Meester, meester, zeg ik u Wij roepen dat wij goede Roomsch-Katho- lieken zijn maar Henricus den Achtsten van En geland, Luther, Calvien, ze riepen dat ook, en Judas de Verrader, als Ons Heer zegdeer is hier iemand die mij verraden zal, Judus had de valsch- heid om te vragen Heere, ben ik het? Meester, ik vraag u of gij wilt zwijgen en redelijk spreken Och, Inspekteur, laat mij toch eens rechtzin nig klappenals er volk bij is, in woorden en schrift, wij moeten de valschaards spelen en din gen zeggen die ons hert verfoeit als valsch te zijn. Inspekteur, zijt gij ook alzoo? ik heb momenten van schrikkelijken angst, helle-momenten; dik wijls, als ik over 't kerkhof ga, ik zie langs alle kanten de kadavers onzer katholieke Voorouders uit den grond komen; de doodshoofden richten vlammende oogen naar mij, roe pen mij toe: Ellendigaard! voorwerp der vreugd van al de goddeloozen der wereld! wat hebt gij gedaan met uw Doopsel en met uw Geloof?... Brrr... En de slechte gazetten, die wij moeten lezeu, die ons bewierrooken, wat zien wij erin, als valschheid en bedrog, als leugens tegen de bekende waarheid? ze schrijven dat 't katholiek dwingt, en wij weten in Eert en ziel dat de dwang van onzen kant komt.... ('t Gaat voort). Hij had. liet gezegd. Er was een proces tusschen koperslagers, en 'ne man van stiel moest als getuige optreden. Maar, vriend, vroeg de Juge hem, voor alzoo een bagatelle procedéeren, hebt ge dat aan uw konfraters niet afge raden? Ja, zeker M., antwoordde de St Eloi gast, dat heb ik gedaan: Menschen, heb ik gezegd, do deurwaarder en garnissair zullen u de frak doen uit spelen, de greffiers berooven u van uw hemde en dan komt de juge en hij trekt u 't vel van uw lijf Dat heb ik gezegd,M. de Jiige. Alia,zweert,sprak de Rechter. Men antwoordt ons uit Exaarde. 't Is de taal der Valsche Profeten, menschen. De Werkman bevat in zijn N' van 21 Nov. 11. een artikel, dat mij geuzenmeester en mijHe school geuzen school noemt. Inzieüde 1* dat ik op 10 Augusti hoorde prediken dat alles wat de Werkman schrijft, door de geestelijke overheid is goedgekeurd, en evengoed mag worden geloofd als de catechismus; 2* dat de steller van bedoeld artikel met een oneerlijk doel heeft gehan deld; denk ik het noodig, in het belang van waarheid en rechtvaardigheid, eenige regelen op hetzelve te ant woorden. Ik verklaar dan ten stelligste dat alles wat men in dat art. zegt van weenende moeders, van dwang uitgeoefend op de ouders mijner leerlingen, volstrekt onwaar is. Voor wat het schoolgaan aangaat, bestaat hier slechts dwang, en wel een hevige, ongehoorde, onmenschelijke dwang ten behoeve der zoogezegd vrije en katholieke school zulks is' hier ten overvloede gekend en bewezen. Men geeft mij den naam van geuzenmeester. Nooit heb ik eene uitscheldende tong of pen reden gegeven mij aldus te betitelen. Doch willende immer kiDd blijven van de H. Kerk, tracht ik ook ge trouw te zijn aan de wetten en instellingen mijns Vader lands, welke mij niets opleggen dat kwaad is of tegen God strijdt. En zoo, God gevende wat aan God toekomt en den Koning wat deze eischen mag, meen ik mijne plichten te kwijten als getrouwe christen en goede burger tevens. Ook mijne school is nu niet meer eene geuzen school of ketterschool als voorheen; zij is en blijft in alles zooals zij het was gedurende de 28 jaar mijner bediening alhier. Ondertusschen (om den trant van 't besproken artikel te volgen) zal ik op mijne beurt doen aanmerken, hoe schandig het is voor een' persoon, die zich als een voor beeldige christene wil doen doorgaan, zich schijnheiliglijk te verschuilen onder den mantel van den godsdienst, ten einde zijnen blinden, dollen haat bot te vieren, met door leugenen, hoon en laster, bij monde en bij schrift zijnen evenmensch. ten onrechte en gansch onverdiend in zijne eer en faam te krenken; hem zonder recht of reden aan den haat en de verachting van eenvoudige en onwetende lieden prijs te geven. En is het geen duidelijk kenmerk van een hoes en wreed gemoed, dat hij daartoe juist het tijdstip kieze, waarin zijn verkozen slachtoffer over verscheidene pas gesloten duurbare graven treurt Tot hem, ja, kunnen de goddeloozen zeggen: Bravo, man zonder hart noch eergevoelBravozoo vernielt gij den oprechten godsdienstgeest in 't harte das volks Alzoo toont gij hoe gij de christenliefde verstaat; hoe gij het achtste gebod des Heeren, dal do eer des naas- tens beschermtvoor niets acht. (Dit gebod schijnt voor sommige godvruchtige tongen niet te bestaan), Ga voort zaai vijandschap en onheil rondom u verscheur zelfs vriend- en familiebanden en hers.hep den bloed- verwant in verspreider van logen en smaad tegen zijnen bloedverwant! Bravo, gij strijdt voor onze zaak heler dan wij het zouden kunuen -- Ligt daarin geene bittere verwijting? geene verantwoordelijkheid voor God en voor da menschen Zou men niet moeten hidden voor de bekeering van ellendigon die zoo schandelijk den gods dienst verlagen Om te sluitenLiever onrecht lijden dan onrecht te plegen. Ik dank de Voorzienigheid dat Zij mij bracht tot de roeping van onderwijzer (vroeger zoo edel geu- zenmeester nu!) en mij toeliet a's Roomsoh-katholieke het goede te stichten. i De Gemeente-Onderwijzer in Exaarde, H. v. DURME T'Audegem is 'nen Bruidegom van Hofstadeza- turdag aardig gevaren; hij was naar Audegem een vrouw gaan trouwen en ging op speelreis naar de stad van Brussel.Ze waren bijna den Avappóer te laat en terwijl 't ander volk plaats nam, de jonge man liep rap en gezwind de hoponskes halen maar onge luk.iglijk, betaald hebbende en zijn kaartjes ge- Uregen, had hij maar nauwelijks den tijd, om 't convoi te zien wegrijden; hij liep gelijk 'nen hert en wilde met de koeragie van 'ne leeuw op't convooi springen; maar gelukkiglijk dat men hem wogtrok, of hetgeen nu een vrolijke klucht was, kon een bloedige ramp geweest zijn; als 't convooi rijdt, laat hem rijden, menschen; en zijt gij te laat, zegt patieneie! 't is beter schoei als blind... De man was nu van zijn vrouw gescheiden, en zij niet haar Familie, in plaats van naar Brussel te rijden, bleef t'Aalst stil, terwijl de man met den anderen convoi, los door Aalst reed, recht naar Brussel, alwaar hij noch vrouw vond, noch vrienden, noch kennissen.... Ze zeggen altijd: de dood alleen scheidt man en vrouw; maar 't convoi speelt ook zijn rolle, gelijk dees exempel ons leert. Later Nieuws. Te Baulers, tegen Nijvei, is 'ne steenkapper dood gevonden in den sneeuw! T'Oultre op den pubiieken weg is't lijk gevonden van J. Cdie op de baan door de koude was verrast en bezweken D'Hopmarkt in ons Land, zijn een klein weinigsken opgekomen. De bloem staat van dl tot 43; de roggebloem 34 a 36; Te Ninove isd'hop tot 100 fr. gegaan. Te Sottegem is schielijk overleden, de Vrederechter De Beek, een achtbaar en christelijk man, ieverig voor den bloei van 't "Vincentius Genootschap Te Parijs is een overdekte Markt ingestort. Een geluk van God dat 't Volk eruit was. Vriend Sis, ik groet U, weeral een gazet geschreven. Erdabien a -vous MARKTPRIJZEN AALST, 's zaturdags. Tarwe fr. 28 Rogge 21 Mastel uin 23 Haver |g Hoppe (1879) o9o Aardappelen,r.» io w. 0 a Boter per 3 k. 8 - a lo o9 Eieren 25 3 15 a 3 36 Vias per 3 kilo 4 a 5 25 a 3o oo a 23 oo a 25 a 2o ao9o a 12 5o las per 3 kilo 4 a GEERAARDSBERGEN Tarwe per 100 kilo fr. Masteluin Rogge Boonen Aardappels Boter per kilo Eioren per 25 Vlas per kilo 27 - 22 IS - 22 - 14 - 3 lo 3 oo 1 29 NINOVE, 's dijnsdags. Tarwe per loo kil. 29 3o Rogge, 22 23 Aardappelen, 12 13 Boter, per 1/2 kilo 1 5o 1 '3o LOKEREN, 's woensdags. Tarwe n p.105 1. 24 oo 26 oo Rogge 105 1. 15 5o 16 5o Garstn. 1051. 15 25 16 25- Haver 1591. 14 75 16 25 ZELE, 's dijnsdags. Tarwe p. 106 liet. 25 Haver 159 14 Boter per kilo 3 Kemp per kilos o9 KORTRIJK, a maandags. A ardappels, gele, fr. 12,— al3. loode - 14,—al5 Boter i'2 kilo - i.59a01 Koolzaadolie,103 Ro 71 Lijnolie, 105 k. 64 - 25 14 o9 3 25 :>0 75 27 oo ,78 ,25 ,5o- MECHÉLËN. Veemarkt op Neckerspoel. öo stuks inlandsch ras. Van 22o tot o375. 475 hollandsch ras. Van 2o5 tot o75o. Binnen de stad. 15 stuks inlandsch ras, van 18o tot 33o. o77 stuks hollandsch ras, van 225 tot 415. ST. N1KOLAAS. fr. Tarwe per 106 liters Poldertarwe Rogge Boekweit Haver Duiven boonen, Erwten V'Jas, Aardappelen, i-oter, Boei, 100 bussels, Lieren per 26, KOESELAERE, M itte tarwe per 100 kil. Roode dito, Rogge, Haver, Boonen, Aardappelen per 100 kilo, 11 5o Boter per kilo, 3 7o Eieren per 25, 3 55 PKNDERMONDE s maandags Witte tarwe fr. 3o 00 a 31 28 - 24 17 oo 18 5o 15 oo 25 oo 25 5o 5 4o 11 2 91 41 00 3 's dijnsdags. 33 28 75 23 5o 21 - 27 5o Rogge Boekweit Vlas per kilo Kemp Boter per kilo Eieren per 25 Aardappels Lijnolie 22oo a 23 00 22 a 22 50 0 a 0 0 97 a 1 o4 2 8o a 3 2 7o a 3 1 oSO a 14 62 25 ANTWERPEN. Tarwobloem 1ste soort 42a43, 2de 41a42,oo 3de 34a36,oo Roggebloem 34a36,— Maandag werden ter veemarkt ver-kocht per kilogram op voet: ol stieren, 0,7oc. blossen, 0,8 2 tot 092, 68 koeien, 0,7o tot 0,8o 23 kalven n, o.to 1ol:l,iG EECLOO, Witte tarwe Rogge Boc-kveit Boter Eieren 23,00 16,75 16,85 2,80a3.0t 3,60

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1879 | | pagina 4