BeNihilisten, en hunne Slachtoffers.
>r(
I. 'T VUUR ONDER D'ASSCHE.
Mijn lieve vriend, ik kom u roepen.
t Is te MOSCOU, de tweede hoofdstad van Rusland, dat deze
woorden over korten tijd werden uitgesproken, op de kamer van
ne Franschman, door ne Professor der Universiteit: ik kom u
roepen, zegde hij, en zijn gebaren zegden haast u en ga meê.
Dank u, sprak de Franschman, 't is te koud om uit te gaan.
't Is om naar een prachtige feest te gaan.
Ja, van uwen beminnelijken keizer, zeker! 'k heb mijngoeste
van al die belachelijke vertooningen; 't is al 3 maanden dat ik hier
ben; men had mij verzekerd dat Rusland bereid was voor de Revo-
lutieen k zie of k hoor hier niets dan platte buigingen en flauwe
vleierijen voor den keizer.Hoor Piotro,'t moet hier veranderen,
of 'k ga terug naar Frankrijk
Waaruit gij gebannen zijt.
(Hier een kleine tussc'nenpoos, om 't leven van onzen Fransch
man te doen kennen Bremont was zijn naam, 3o jaren zijnen ou
derdom op 't einde der jaren 60 was hij naar Parijs zijn fortuin
komen zoeken, meteenige honderde franken, die na eenige weken
in cafés en komediën verkwist waren dan begon hij voorgoed te
doebberen, geraakte in de Geheime Genootschappen, werd gebruikt
in de straatgazetjes en geraakte in 't kot voor een eerloos artikelde
Commune haalde hem uit't gevang; hij werd luitenant-kolonel der
gefedereerde troepen, niet om de Pruismans te bevechten, maar om
huiszoekingen te doen in de kerken en bijzonderlijk in de rijke hui
zen hij werd in dit edel werk gestoord door de fransche soldaten,
die Parijs kwamen belegeren Bremont liet sabel en tuniek vallen,
deed zijn baard afscheeren, kocht zich'ne grooten chignon, en als
juffer verkleed, met i5,ooo fr. in zak, trok hij Belgenland over, naar
Londen. De krijgsraad veroordeelde hem ter dood, maar hij zat vrij
en vrank te Londen, onder de bescherming der Logie eerst werd
hij naar Zwitserland gezonden, dan naar Italië en nu was hij sedert
drij maanden te Moscou, als leeraar der Fransche taal in een ka-
detteschool).
Waaruit gij gebannen zijt, sprak de professor.
't Is waar, 'k ben als slachtoffer voor de edele volkszaak ge
vallenmaar de tijd nadert, Piotro, dat de Fransche Broeders ons
gaan terugroepen."Mac Mahon is weg; Gambetta is aan 't hoofd
Rochefort zal nog in de Kamers komen, en d'algemeene kwijtschel
ding zal ons triomfantelijk binnen Parijs brengen. Dezen keer zul
len er geen Pruismans rond Parijs liggen, om ons uiteen te roeien;
in België zijn ons geheime Genootschappen ook dapper aan 't werk;
en in Rusland hoor ik niets dan feestbetuigingen voorden Keizer
Rusland alleen zal ten achteren blijven
Rusland zal aan 't hoofd zijn
'k Geloof er niets van
Ha,ge peist dat wij zonder inzicht ons' door de Policie naar de
kerk laten stooten? maar 'k zeg u, dat er op honderd man, negentig
uit dwang, de Religieuse feesten bijwonen. De Czaar is hier Keizer
en Paus, wij moeten hem nog eenigen tijd die'tftels laten.
't Is belachelijk
Ja zeker, maar 't rijk der afgoderij gaat èindïgeü, in ons Rus
land. Heden zijn wij nog slaven, morgen zullen wij martelaars zijn,
overmorgen overwinnaars;'er zal veel bloed vloeien; maar eindelijk
zullen wij troon en outaars onder ons voeten trappen, en den eeni
gen God proclaméeren, welken wij herkennen: den God van Nihil,
van den niet, van de Wraak
Dien dag ben ik bij u, sprak de Fransche Vrijdenker; nu niet
Nu wel! ge zult daar veel hooren en zien; ten anderen, ge
moet komen of't zou opgemerkt worden, ons slede staat buiten
gereed
Welnu, laat ons dan gaan.
Rook eerst uw sigaar op
't Is waar, 'k had vergeten dat men in Rusland op de straat
niet rooken mag.
Op straf van 5 roebels boet.
Onder voorwendsel dat d'huizen van hout zijn
Maar, inderdaad, om de Russen in alles in de wet en onder
't juk te houden. Onder de regeering van Nikolaas ging het nog
erger: 't was verboden te rooken, zells buiten de stad, op drij
kwartiersafstand eener keizerlijke statie.... Maar, al die prullen
gaan verdwijnen.... Dezen avond, op 't leest, zult gij een manifes
tatie bijwonen. Een onzer hevigste Meesters zal er 't woord voeren
en over de volkszaak spreken.
- Maar 'k versta niet, heer Professor, hoe de Policie dit toelaat?
De Policie denkt slim te zijn met vrijwillig d'oogen te sluiten,
en de Czaar lacht met ons Nihilismus, hij denkt zjjn macht zoo
sterk, dat hij ons met een enkel gebaar kan vernietigen! Maar, hoe
zal hij verschieten
Overdrijft uwe macht niet te veel.
Ons plan is in ijskoude kalmte opgesteld. De grootmeester
der Policie, de chef der gendarms beschermen ons nu, alsof wij
maar hansworsten waren, die 't Hof en 't Volk verlustigen maar t
vuur ligt onder d'assche, onze Czar is gelijk de afgod van Nabucho-
donosor, met kleemen voeten...
'k Ben gereed, sprak de Franschman,zijn sigaar wegwerpende;
hij deed een dikke pelswerke frak aan, want t was in februari,
plaatste een fransche beerenmuts over zijn hoofd en ging met den
Professor Piotro naar buiten; de Professor, in plaats van de slede
welke hij besteld had, vondt er twee en de koetsiers aan t kijven
om den eersten te zijnBarin, barin! meester, riepen zij om te
luidts, voor i5 kopeks; voor 10 kopeks, meester, mijn peerd loopt
als de wind, barin, meester, geef mij den voorkeur
Weg, honden riep de Professor, of ik doe u allen afrossen
ezels, zwijnen, lomphouten, ge verveelt ons... Maar de koetsiers
gingen voort, totdat de Professor teeken deed aan den Franschman
om in een der sleden te stappen, welke snel als de wind over de
sneeuwpaden gleed.
Er was veel beweging in de lange en breede straten van Moscou
wans dit feest was een groote gebeurtenis, een soort van Jubilé voor
de Keizersgezinde; van den anderen kant hadden al de partijgangers
der vooruitstrevende beweging het ordewoord ontvangen om pre
sent te zijn.
Ge vroegt mij daareven, sprak de Hoogleeraar, waarom de
Policie onze feesten niet belet
Ja, 't heeft alle macht in handen; 12 gendarms of een piket
kozakken ware genoeg.
Genoeg om onze partij een buitengewone sterkte te geven.
Wij lokken strenge maatregels uit en de Policie blijft onze zaak als
eene belachelijke nietigheid aanzien. Maar, van heden af zal dit
gaan veranderen, en g'heel de wereld zal ons met verstomming aan
't werk zien. Dit feest, waar wij naartoe gaan, moet eigentlijk een
onzer eerste manifestatien zijn. De Policie weet het; en raadt eens
wat zij gedaan heeft
Een strenge vermaning gezonden
Neen, de militaire Gouverneur heeft laten weten dat hij met
genoegen de levendige beweging der studenten zag en zich aan 't
hoofd der inschrijving stelde voor 1000 roebels; daarenboven laat
hij met vreugd de groote zaal der Universiteit, en geeft toelating
om een banket te houden van 200 man, met redevoeringen en ge
zondheidsdronken.
Als er maar geen list onder zit, bemerkte de Fransche Com
munard.
We zullen slim tegen slim zijn... Apropos, ik moet u niet
verwittigen van voorzichtig te wezen, we zijn er...
Al 't rijk en schoon volk van Moscou was daar vergaderd, 't ge
bouw der Universiteit was ten prachtigste opgetooid en herschapen
in een verlicht aardsch Paradijs; 't glinsterde en blonk al wat merf
zag. De Professor werd tot op d eerste plaatsen geleid en presen
teerde daar zijnen Franschman aan de voorname en edele feestge
noten; studenten en studentinnen waren er in menigte, den adem
inhoudende, tegen dat een volksaria het teeken tot de manifestatie
zou geven.
Maar, ziedaar nuals't feest gaat beginnen, daar treedt de mili
taire gouverneur met zijn gevolg de zaal binnen; bij gaat recht naar
den Hoogleeraar die moet spreken, behan ligt hem in 's Keizers
naam, 't cerekruis d'aanwezige officiers heffen een luidruchtig
hoera voor den keizer aan. en dg menigte juicht meê.
Zoo was het feest voor de Nihilisten een verloren feest, en d'he-
vigste volksliederen bleven zonder uitwerkselmaar ze stelden
hunne hoop op het banket, dat bijna uitsluitelijk door medebroeders
zou bijgewoond worden; en inderdaad, het conceit was voor de
keizersgezinde, maar 't banket voor de Nihilisten. De gedecoreerde
Hoogleeraar sprak er een hevige redevoering uit: Onze plicht,
zegde hij, is van neer te werpen al wat in den weg der beschaving
staat; en wat moet er neer
Alles riep een dikke drinkebroer, een Vrederechter, welken
men had moeten afstellen. Alles
G'hebt het gezegd, sprak de Redenaar; laat ons alles omver
werpen, wat wij zien, om daarna een volmaakte samenleving te
scheppen (Hoera- en bravogcroepen). Vrienden, Broeders, hier in
uw tegenwoordigheid, ik verstoot plechtig alle vooroordeelen. Voor
mij is er noch Religie, noch Goevernement, noch Familie, noch
recht van Eigendom, gelijk het nu bestaat; dit alles is een bijeen-
raapsel van ondheden, 'nen afval der tijden, dit alles moet wegge-
kuischt worden... Broeders, wat is onze plicht Plaats maken. Af
breken; aan 't volgende geslacht een oneindige en onafmeetbare
vlakte laten, 'ne wereld zonder vooroordeelen, zonder slavernij, den
Niet, gereed om t'ontvangen het ideaal der regeering, naar welke
't menschdom sinds zooveel duizende jaren zucht en verlangt
(Toejuichingen). Broeders, als wij ons onder d'heilige Russische
aarde nederleggen, en als de grond een onafzienbaar wit laken is,
dan zullen wij mogen uitroepen Volbracht is onze taak
Zoo sprak de Hoogleeraar, en toen hij eindigde, gingen vier hon
derd armen in d'hoogte, en uit twee honderd monden stegen toe
juichingen op, die de zaal dreigden te doen scheuren; men zag er
die weenden van aandoening.
Plotselings keert alles in de grootste stilte; er verschijnt inde zaal
een jonge dochter, schoon als een Engel, gekleed als een prinses;
haar vergezelt eene statige vronw; de jonge dochter gaat recht naar
den Redenaar, buigt voor hem met eerbied en gratie, staat weer
recht, stelt op zijn hoofd eene kroon van gouden eiken- en laurier
bladen, die zij had meegebracht, en zegt met luider stem
In den naam van het dankbare Rusland, offer ik deze kroon
M aan haren Verdediger.
Dit gezegd hebbende, zij verdween met hare geleidster.
(Wordt voortgezet).
Katholieke Schoolpenning van LEBBEKE. Luisterli.jk Concert,
ten voovdeele der Katholieke School en van de Noodlijdenden
der Gemeente, met de welwillende medehulp der Heeren P. T. en
K. R. van Lokeren, en L. J. van Antwerpen, op Zondag 11 april
1880, in het lokaal der Vrije School.
In Amerika werden over 20 jaren scholen ingericht, onzijdige
scholen, gelijk de Belgische Staatscholen zijn, in hunnen besteii zin
genomen; en nadat die Scholen eenige jaren gefonktionneerd had
den, de algemeene roep ging in Amerika op: Er moeten vrije gods
dienstige scholen komen, of 't opkomend geslacht wordt geheel enal
bedorven, zedeloos en onverschillig.