I)e Nihilisten, en hunne Slachtoffers. )r< 14* Vervolg. Ja, ging Nadia voort, de Justicie heeft bij den Jood Aron uw eigenhandig geschrift gevonden op een uitnoodigingsbriefje der Ni hilisten... Als wij bij den Jood gingen en ons kleeren aflegden, zal de schurk de uwe onderzocht hebben om u te bestelen, maar heeft in de plaats van geld iets kostelijker gevonden.... iets dat uw fortuin en uw leven in gevaar stelt! De jonge gravinne kon van schrik niet antwoorden, en ziet nu eensop 't zelfste oogenblik wordt haar een bezoek aangekondigd. En eenige stonden nadien treedt de gravinne Tatiana in de kamer. Na hare plicht van beleefdheid volbracht te hebben, verontschul digt de Syberiaansche zich en verlaat de kamer, doch laat de deur een weinig open. Men verheelde zich den toestand van Fedora. Een nieuws vernemen dat haar leven aan een zijden draadje hangt en juist als zij inlichtingen gaat ontvangen, dezelve zien afbreken en tusschen vier oogen zijn, met de edele Dame, die haar aanziet als eene zachtmoedige en deugdzame dochter. Zij, de moordenares Strella, geprezen en gevleid worden, door de vurige keizersgezinde Tatiana. Zulke toestand is onbeschrijfelijk Zij leed de angst, de beschaming in de ruimste maat welke kan uitgepeisd worden. Mijn allerliefste, sprak de gravinne, haar handen vastgrijpen de en haar omhelzende, ik zie het, ge zijt ontroerd, verlegen, ge troffen... ge kent waarschijnlijk de rede van mijn bezoek? O, ge zijt hier altijd welgekomen. Ik weet het, liefkind, maar nu kom ik u een gelukkige tijding brengen; prins Jean.... Ge zult mij toelaten deze deur te sluiten, gravinne, sprak Fe dora, in de vrees dat de Syberiaansche alles zou afluisteren, en ze ging inderdaad de deur sluiten en zag met voldoening dat Nadia vertrokken was. Prins Jean, die u zeer genegen is en reeds uwe liefde geniet. Och, gravinne, ik denk nog niet op het trouwennog eenige jaren. Kom, kom, liefste kind, wij weten wel water hapert; ge zijt vrijdenkster en gelijk vele andere, zijt gij een oogenblik verblinden opgetogen geweest, door de glinsterende leerstelsels der Nihilisten en ge vreesdet dat uwe reputatie nadeel zou gedaan hebben aan prins Jean? 't Is inderdaad mijn gedacht geweestindien hij, in plaats van te St Petersburg, eene plaats bekleedde, buiten 't Land, dan... Zeer wel, allerliefste; ik had dit verstaan en vermits ik als 1 ooViAnrjpn Tpn eersten, denk niet dat gij verdacht zijt van Nihilismus. Niemand, ik verzeker het u, niemand in de ofücieè'ele wereld, kan een oogenblik veronderstellen dat de beminnelijke gravin Fedora, een aartsvijan- dinne zou zijn der maatschappij van welke zij een der schoonste sieraden moet worden. Ook in de sektie der Policie wordt uw naam niet vernoemd; er zijn er wel, onder de ellendigaards der geheime genootschappen, eenige leden der hooge maatschappij, maar dit zijn onmenschen, monsters, die reden hebben om de grooten te haten, die afgevallen zijn van fortuin of heerschzuchtig Maar wie kan pei- zen dat gij u zouaet mengelen met de moordenaars van dien braven Artamoff Fedora sloeg de oogen ten gronde en durfde niet meer opzien al die woorden vielen als olie op haar Kert, terwijl de gravin Tatiana peisde, dat het van natuurlijke ontroering en schuchterheid was. Wees gerust, ging de bejaarde edele dame voort, uwe vrees is ongegrond, uw naam wordt nooit vernoemd als met achting en genegenheid, en een bewijs daarvan: dat zijne Majesteit, om u een bijzondere blijk zijner genegenheid te geven, bereid is den jongen prins te verheffen tot eersten sekretaris der keizerlijke Ambassade te Darmstadt. Hij is reeds genoemd? vroeg de gravin, rood wordende. De dag hangt .van u at: en Darmstadt is geen stad waar men lang blijft; van eersten sekretaris tot Gezant,is de afstand zeer klein, zoo dat gij binnen twee, drij jaren in Italië of Spanje, aan 't hoofd der Ambassade zult zijn en deel nemen aan al de koninklijke feesten. O, 't is te veel! riep Fedora, haar wezen met haar handen be dekkende. Ze meende in d'ander kamer een spotgelach te hooren en werd nu zoo bleek als een wassen beeld. Wat is er? wat is er? vroeg Tatiana. Och, niets... d'hevige ontroering.... uwe groote goedheid.... die goede Keizerlijke Majesteit Ja, ge moogt den Keizer in uw hert dragen, allerliefste want terwijl hij u die hooge gunst verleent, wordt uw broeder Maximus, luitenant zijner lijfwacht benoemd; gij zijt de eerste die het weet en kunt uw broeder een aangename verrassing brengen Nog langen tijd bleel de gravinne spreken over de goedheid van den Keizer en 't geluk van Fedora; en afscheid nemende zegde zij een dezer dagen te zullen terugkeeren om de beslissende toestem ming te geven. Nauwelijks had zij zich verwijderd, als de jonge gravinne los brak in een pijnlijk gesnik en geschrei; haar hert werd afgeknaagd een ijselijke schrik overmeesterde haarzij leed tormenten die niet kunnen beschreven worden. Zij, in zulke gunst aan 't hof! zij, de Strella der Nihilisten, die haar goud met handsvollen had gegeven voor de werkingen der Nihilisten, die de moord op Artamofffgetee- kend en bekrachtigd, zij die gebonden was, vastgebonden aan de sekte O welke dwaasheid sprak zij, welke uitzinnigheid! mij verbinden aan kerels die ik niet ken, mij afscheiden van al de perso nen, bij welke ik moest leven en gelukkig zijnIndien ik, och ja, indien ik mij kon lostrekken Maar mijn handteeken is aan de sekte gegeven mijn geschrift is in d'handen der Policie mis schien op dit oogenblik wordt het onderzocht... Ach, sprak de gravinne al weenende, wat heb ik gedaan Mijn leven verbitterd, mijnen naam onteerd en voor eeuwig geschandvlektAch, kon ik dees jaar van mijn leven, met mijn bloed uitwisschen!... Ach, hadde ik die Nadia nooit gekendik veracht haar en nogtans ik ontzie haar; ik zou haar uit mijn huis jagen, en ik gevoel dat ze mij on misbaar is... Er komt iemand... Wie mag 't zijn?. Misschien, de... 't Was de Syberiaansche. XII. 'T MES OP DE KEEL. Gravinne Tatiane is weg vroeg zij. Ja, daareven vertrokken. 'Ze kwam zeker over uw huwelijk spreken? over dit huwelijk dat geen plaats kan hebben. Waarom Omdat uw plichten het anders vereischenomdat de groote zaak waaraan gij uw leven hebt toegewijd, en aan welke gij u ver bonden hebt... Genoeg, sprak de gravinne, rechtspringende genoeg, met welk recht... - Met welk recht, gaat gij zeggen, bemoeit gij u met mijne zaken... Is 't zoo Ja,'tis zoo! ik heb reeds een groot deel van mijn fortuin aan die Nihilisterij besteedal wat mij nog overblijft, is 400,000 roebels; welnu, neem ze, maar laat mij in rust en vrede; geef mijn handteeken terug De Syberiaansche gebaarde deze laatste woorden niet ie verstaan, en ging voort, zeggende: Ik zal u zeggen, allerliefste, met welk recht ik mij met zulke zaken bemoei; indien ik u geene vurige ge negenheid toedroeg, ik zou zeggen: Met het recht dat iemand heeft, op haar, die gevraagd en gesmeekt heeft van lid te worden van 't Geheim Komiteiten die nu, op 't eerste verzoek eener vrouw, laf- felijk zou achteruitdeinzen. Maar weet wel, juffer, dat een Nihilist, door zijn reglement, tegen zulke lafheden is beschermd! Die ver raad pleegt, hem wacht de dood... Maar, neen, een andere taal zal ik voeren allerliefste Fedora, ik spreek tot u met het recht van ie mand, die u een allergrootste bewijs van genegenheid komt geven.. We spraken daareven van het brief ken bij den Jood gevonden Fedora verbleekte. Ja, ge wordt ontsteld en niet zonder rede; dit briefken bij de Policie, was voor u de veroordeeling, de verbanning naar Syberië.. Welnu, wees gerust... Dit geschrift is bij de policie niet geweest? 't Is er geweest, maar oogenblikkelijk door ons teruggehaald.. Ha, allerliefste, ge kent de macht niet der inrichting, aan welkers hoofd gij staat; wat ons bedreigt en in gevaar stelt, zouden wij over- n->ec5teren. al lag het verborgen op't hert van den KeizerHet briefken, dat gij met recht vreest, zie, 't is hier. En de Syberiaansche behandigde haar een klein stukje papier,een uitnoodiging der Nihilisten met een eigenhandige aanteekening van Fedora. (Wordt voortgezet). KERKELIJK NIEUWS. Op 't einde van d'ander week is te Ressegem met veel plechtigheid en teekens van eerbied en genegen heid ingehaald de nieuwe E. H. Pastoor dezer gemeente Daags na dien was er een Mis van Dankbaarheid en milde brooddeeling aan de Armen. De onlangs ingehuldigde Pastoor van Ojihasselt is zieke lijk geworden en reeds vun zijn laatste H. Rechten bediend.— Maan dag is 't de feestdag van den H. Vincentius a Paulo, pastoor van Chatillon, en grooten weldoener van 't Menschdom, g'heel zijn leven was toegewijd aan de goede werken, en nu, dat hij 220 jaren dood is. zijn er nog altijd Genootschappen, ze vermeerderen nog dagelijk. die onder zijn Patroonschap, de noodlijdenden gaan troosten en hel pen. Den armen een stuk brood geven, is altijd wel, maar hem dit geven met genegenheid, met ware liefde, als aan 'nen broeder in Christus, dat is duizendmaal beter; en dat is de Christene liefdadig heid. Dijnsdag, feestdag der H. Margareta, Patroonersse der Christene Moeders; ze leefde rond 275, werd als Christinne aange klaagd, beleed kloekmoedig haar Geloof en stierf de Marteldood. Donderdag viert de Kerk den feestdag van de H. Maria Magdelena, de publieke zondaresse die zich voor den Heer verootmoedigde en genade verwierf. Na de dood des Zaligmakers is zij in Frankrijk, in een verlatene grot, haar boetveerdig leven komen eindigen en za- turdag wordt de H. Christina herdachteen heilige maagd der eer ste tijden: haar vader was heidene en leverde zijn kind aan de beu len; ze werd eerst gegeesseld en met 'ne steen in 't water geworpen maar een engel kwam haar redden; dan werd zij in een gloeiend forneis geworpen, en bleef er 5 dagen zonder de minste kwetsuur; achterna rukte men hare tong uit en doorschoot haar met pijlen.... Alle heilige Martelaars en Martelaressen, bidt voor ons. Men schrijft uit Selzaete Jan Honoré, wiens ieverom de liberale scholen voor te staan, van iedereen gekend is, is nu ook aan het hoofd gesteld van het liberaal kiesgenootschapken van Selzaete. Zondag verleden heeft hetzelve eene plechtige manifestatie gegeven, nadewelke er met moeite en onder zoo veel volk, 54 franken is rondgehaald Maandelijks nu, zal Jan in deze vergadering eene hertroerende redevoering doen.Nietalleen bekend met politiek, maar ook met geneeskunde, zal hij daar remediën geven voor het rhumatisme, om altijd wel recht te gaan. Hij heeft ook een aller beste middel uitgevonden om tanden te trekken. Ook verhoopt hij meer om meer het vertrouwen van eenieder te bekomen. De wasschingen met frisch water zijn voor veel personen beter als het zwemmen, 0. a. voor menschen van jaren, voor zwakke menschen, voor menschen die met hart- of longziekten aangedaan zijn. Het is zeer gevaarlijk te slapen in openelucht, op vochtigen grond of in de bran dende zonnestralen. De gevolgen hiervan blijven somtijds lang, maar zelden achter. Vele besmettelijke ziekten komen voort uitonreinheid, uit overdaad in eten en drinken.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1880 | | pagina 3