öncf Mn ittadjaris. m niet uit kunnen; want in Amerika is't niet gelijk hier, elke tien minuutjes een statie; ge zijt somtijds tien uren op 't convoi, zonder éen statie t'ontmoeten; tusschen bosschen, wildernissen of onbe- bouwden grond. De stoomboot Red JaKET, naar Engeland varende; is in zee verbrand; de manschappen zijn op de booten gevlucht. In Rusland te Staraja, of daar dicht tegen,is'nestudent door de wolven opgeëeten; hij was gaan kruiden zoeken: keerde niet terug; men ging zien en vond niets dan stukken van zijn kleederen. Te HANOVER is nu ook 't apenkotin den Dierentu n afge brand; 3a apen zijn omgekomen. In HÓLLAND, te Beverwijk zijn twee menschen op den pu- blieken weg vervrozen gevonden. Degemec ite Tessel is geblokkeerd, gansch afgesloten door ijs en door sneeuw. Te MONTENEGRO, aan den Donau, is 't poeiermagazijn ge sprongen; er waren i5o tonnen poeder en iooo kisten kardoezen. 40 personen zijn gedood of gewond; en in Frankrijk is 't zoo koud dat,op|sommige plaatsen, wolven naar de dorpen komen. TeTailla zijn verscheide honden verscheurd en eenmoeder die eenige stonden haar huis verlaten had, terugkomende, ze vond haar kind verscheurd en opgeëeten. Wolven ontzien niets, even als de razige Geuzen en Vrijdenkers, die den laatsten katholiek zouden verscheuren. Te BERGEN zijn de 2 dienstmeiden van den lakenkoopman Michel, verstikt in hun bedde, doordien zij 's avonds te voren vuur hadden laten branden en de kamer gesloten... 't Een meissen van 21 jaar en 't ander 14. In de kerk van St JANS MOLENBEEK, Brussel, werd zaturdag 'ne man gevonden, uitgeput van krachten, hij werd naar St Jans- Gasthuis gedragen, daar geweigerd, naar zijn huis gevoerd en be zweek onderwege. Te MARCINELLE, inde koolputten, is een wreede ramp ge beurd; zekeren Sis Wuys, vader van 6 kinderen, ging 's avonds naar zijn werk, in de koolmijn met een blikken doos dynamiet, om de mijnen te doen springen; dat dynamiet is duivelsgoed; Wuys had het ongelukkig gedacht de doos te warmen, erf er volgde een afgrij selijke ontploffing: de Vader dood, twee oudste dochters dood, 2 ander kinders zoo erg gekwetst dat men voor hun leven vreest; g'heel 't huis was afgrijselijk verdestrueerd; er hingen stukken vleesch aan de buitenmuren; d'arme weeskes zijn aanstonds door goede liefdadige zielen opgenomen. Te LlSSEWEGHE is de veldwachter al 10 dagen verdwenen, en in de groote liberale steden nadert de dag dat de Stadskas zal mogen openstaan, maar de Policie registers dicht gesloten, om het eeuwig schandaal te stoppen. Als de gouvernementen de wetten der eerlijkheid beginnen aan te raken, dan komen de diefstallen zoo dik als 't hair op den hond: t'Antwerpen is er nu ook gestolen in de kerk der Lei, met een stoutigheid alsof de dieven in daghuur werkten; er is in de sakristij gebroken, de deuren en kassen zijn opengebroken en op verscheide plaatsen is bloed gevonden.Men presumeert dat er een dievenbende resideert, 't Volk is in onrust en er is spraak van een bijzondere policie in te richten ANTWERPEN. De scheepsvaart werd.maandag opgeschorst. Maandag morgend ten 9"ure, is de koetsier van een partikuliere uit zijn slede metzijn hoofd op 'ne paal gevallen en was dood. Aan de Dokken is 'ne werkman tusschen 2 waggons gepletterd. Twee zatlappen zijn 's nachts half vervrozen opgeraapt, talrijke ander ongevallen van gebroken armen en beenen zijn te betreuren geweest.De St Vincentius-Societeit heeft in 1879 rond de 60,000 tr. uitgedeeld. Dat is liefdadigheid in werken. Groote mannen kunnen ook vallen, in welken zin men het nu wil verstaan. Zoo is baron en senateur d'Anethan te Brussel uitge- j slibberd en gevallen, dat een zijner armen uit den not was, doch zonder erge gevolgen. 25 Januari 1881. Mijn GEËERDE EN GELIEFDE VRIENDEN, ik neem de pen in d'hand, als uw toegenegene dienaar, om u nuttig en merkweerdig Nieuws aan te brengen. En om te beginnen, wat komen er godde- looze menschen in ons Belgenland! Ze spreken van verscheide Geu zen in Vlaanderen die op ijselijke wijze de Misteriën van den Katholieken Godsdienst bespot hebbenl En 't zijn nog Geuzemees- ters! En die rampzaligen pretendeeren van den Catechismus te leeren aan de Christene kinderen!.. Ja,dan mogen de Moddergeuzen van Brusset professors van zedeleer worden!. Dat ze maar voorzich tig zijn! t En is niet lang leen, in een Gemeente van Vlaanderen, dat er 'ne Geus, geenen Staatsmeester, maar 'ne Volksbeul en Volksverleider, dat hij met zijne spotternijen van een slechte markt is gekomen, 't Was 'ne Geus, menschen! rijk; die zijn kleer- kassen vol laken kostumen had, zijn koffers vol geld, maar zijn hert vol ondeugden Alle dagen ging hij per stok en leêren handschoenen uit; werken moest hij niet, in den akker van denhelschen Satan. En in plaats van God te bedanken, dat hij zoo rijkelijk kon leven, terwijl er zooveelzijn dienaar een kestjen brood snakken, maar die in hun armoede toch gelukkiger zijn als menigen rijken Geus; want d'eerste ^conditie om gelukkig te zijn, is de rust van geweten; als er daar 'ne worm nevens uw zielement zit, ge moogt afwegen van 't goud en den diamant, ge zijt miserabel en ongelukkig... Nu, ons Geusken, in plaats van God te bedanken, hem vervloeken dat deed hij; zijn ziel besmeuren, dat deed hij; anderen zoeken van hun plichten af te trekken, dat deed hij, en daarbij publiek blasfemeeren, gelijk gij gaat hooren. In zijn Prochie werd Ons Heer naar'ne zieke gedragen; al d'ander Pa rochianen knieldenen baden'ne Vadrons voor de zieke, misschien in stervensnood, maar hij bleef stokstijf staan, hij zegde luidop: Meent zij te genezen met 't vuil brood 't welk in dat borzeken zit? Iemand die zijn blasfemie hoorde, zegde hem: Zie maar toe dat die God die in dat borzeken zit, u niet vindt en straft! - Maar de rijke Geus antwoordde spotlachende; Mij kan niemand vinden noch straffen!... Daarmee draaide hij op zijn hielen en ging weg Maar 's anderdaags menschen. 's anderdaags, men zag het rijk Geuske niet uitgaan. Zijn goddeloos geblaf was te kletterend, te publiek geweest, en Ons Heer vond hem gelijk hij zoo menige andere goddelooze kerels gevonden heeft, bijzooverre dat er van de publieke straf der goddeloozen een boek is gemaakt van 552 blad zijden. Ons Heer borgt doorgaans, maar somwijlen betaalt hij comptant, degeen die Hem blasfemeeren... De Geus lag ziek, zijn ziekte verergerde, tiij stierf als een dieren werdals 'nen -hond in den grond gedolven! Schrikkelijke les voor alle goddelooze kerels! En als ge de zaken wel naziet en overweegt, wij moeten hier niet verwonderd zijn. D'hand van den Allerhoogsten, is zij niet zienelijk in menige gevallen? Heeft Judas geluk gehad met zijn geld? En Pilatus. is hij niet zieneüjk gestraft? En Nero, en Julianus, en Henricus den Achtsten,en Voltaire, Marat, Robes peer? Is er ooit 'ne kerkdief wel gevaren? Zag men ooit geluk bij kinders die hun Ouders niet eeren, helpen of ze maltraiteeren? En let er op, menschen, let op de Volksbeulen, die in deze tijden de zielen verdrukken en de lichamen willen uithongeren; let erop, volgt die mannen, en ge zult zienelijke en schrikkelijke straffen zienl... Daarmede groete ik u allen en blijve met eerbied en genegenheid, en laat ons kloekmoedig blijven, en geen Geuzen vreezen, integen deel bidden voor d'ongelukkige die het Vaderland verscheuren en hun zaligheid in groot gevaar stellen; want er blijven er met ver blindheid geslagen; na al hetgeen zij komen te zien, van dit slecht liberalismus, dat d'HKerk vervolgt en zulke schromelijke schan dalen meebrengt gelijk te Brussel; is dat ooit gehoord! en altemaal Geuzen die met die slechtigheid bemoeid en oemengeld zijn; alte maal vijanden der Religie! geen andere! en na dit alles te zien, ge vindt nog verblindde menschen; maar Godweet of die verblindheid geen straf is! dat ze zich vernederen en bidden, en ze zullen den afgrond zien die voor hun voeten open staat; want de wreedste zaak is, van verblind te zijn in de boosheid!.. Maar, velen zijn verblind door den intrest, door dat ongelukkig geid, dat er velen in d'hel brengt en er zelf uitblijft; en wat is het toch koud! T'Antwerpen geven de goci zielen met duizende en duizende fr. om de brave Familiën t'helpen die niet geholpen Worden; ge weet dat de Geuzen in Antwerpen meester zijn van't Arme-Goed; dat Goed is gelega teerd aan al degeen die in nood zijn; maar de Geuzen zeggen; Al die ons zijn kinders niet levert, krijgt niets! En 1600 Familiën heb ben gezegd: Wij leveren ons kinders niet! liever sterven!... En qverjaar is er in de 't veertig duizend fr. aan die brave zielen uitge deeld en van dees jaar zal er niet min noodig zijn.... Menschen, laat ons ook, elk op zijn Gemeente, den Armen indachtig zijn; 'tis beter te kunnen geven als :e moeten ontvangen; laat ons geven, in Gods naam, ter intentie van den Paus die ook, al is hij zijn goede ren kwijt, 3ooo fr. komt te zenden aan d'overstroomden van Luik en Namen, aan allen zonder onderscheid; laat ons geven tot intentie van ons> Belgenland, om de verlossing te bekomen uit de slavernij van de Geuzen, waarmede ik U goede gezondheid en allecontente- ment wenschende, met achting en genegenheid blijve Uw dienaar en Iconfrater, MACHABIS. Al neerlag mijn penne, als ik verneem dat er door den storm in Engeland 60 man zijn verongelukt op zee, dat er in dito land op diffrente plaatsen, 19 personen van hunnen weg zijn afgedwaald en dood gevonden in den sneeuw, dat in Holland, zekere heer Vesters, lid der redaktie van de katholieke Illustratie en van de gazet liet Huis-- gezin, dat hij naar Nieuwkuik ging om juist nieuws over den waters nood; vandaar was weergekeerd; ten 3 ure te Vlymen aangekomen, 'twas juist dijnsdag die wreede sneeuwstorm; men wilde hem daar doen blijven; hij, gepresseerd om thuis te zijn, ging voort en is onder den sneeuwstorm begraven, tusschen Klein-Deuteren en 's Hertogen bosch; in de Noordzee zit er een Zweedsch zeeschip sedert 3 October door 't ijs ingesloten. Ja, 't is een winterke geweest; wezullen weeral blij zijn er van verlost te wezen, maar nog grootere blijdschap zal er heerschen, als wij eens zullen verlost zijn van die Geuzen-Ministers; we mogen zeggen dat een Geuzen-Bestuur voor een land, een halve afbranding is; en wanneer zal die verlossing komen?.. Ik heb gelezen in 'nen ouden boek door 'ne Pater Capucien geschreven, dat de wereld altijd gedurig een vernieuwing is des Levens en der Passie Qnzes-Hee- ren; eerst eenige jaren rust, dan onverschilligheid, verraad, vervolging die immer toeneemt, eens zijn hoogste punt bereikt en eindelijk op de Verrijzenis uitkomt... En volgens de princiepen zouhet hier nogmoeten verslechten en erger gaan... De Geuzen werken om de verlossing per stemming bijna onmogelijk te maken; de groote Stedenhebben 3 kiezers opdenBuiteul.De Tribunalen zijn schrikkelijk streng tegen alle katho lieken; de geuzen zoeken als wolven,om katholieken te kunnen pijnigen en veroordeelen: op veel plaatsèn lijden de katholieke Meesters een venijnige vervolging en zien dikwijls de gendarms komen; te Lange- marek zijn de Zusters uit hun klooster gedreven; ze waren er al 41 jaar, tot goed en voordeel en troost der Parochie; altemaal teekens dat er nog een grootere kerkvervolging op handen is, volgensmij toch; in alle geval, hoe grooteren strijd, hoe meerdere Victorie, waarmede ik nog maals U allen hertelijk groete MACHABIS, voornoemd. 't Heeft zaterdag avond ten 9 ure gebrand, te Brussel, in de overdekte markt, bij'nen kiekenverkooper. 3 winkeltjes zijn door 't vuur aangerand. Zondag waren er te BRUSSEL twee jonge Duitschers die schromelijke kosten deden bij slecht volk en veel geld hadden. Ze zijn in staat van arrdst gesteld men presumeert dat het kerkdieven zijn, die t'Antwerpen gepratikeerd hebben.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1881 | | pagina 2