ürief' van JAN RECHTUIT. Geachte Werkman, Voor de vierde maal zijn de Katholieke Scholen geopend. God lof, ij zijn wederom vol kinders. Voor de vierde maal staan vele G euzescbolen gansch leeg, en vele, bijna; en de geuzemeesiers met veelgeld en weinigwerk, staan in hunne school te zuchten; wel, Piet Van Humbeeck, waar hebt gij ons gebracht; wat ijselijke knaging! Geld hebben wi), maar wij zien ongelukkig met wie wij aangespannen zijn en wie ons aantrekt Geachte Werkman, ik heb onzen Pastoor nog hooren preêken, dat de stichting der H. Kerk en de Voortplanting van het Geloof, het grootste werk is dat God gedaan heeft op de aarde, en dat dit het grootste bewijs is van de Godheid van het Christendom, het is Gods Werk. Zouden wij niet hetzelfde mogen zeggen van de wonderbare in richting der Katholieke Scholen, dathet ook de macht der menscben te boven gaat, en dat het ook Gods werk is. Ik, voor mijn deel, zeg het. de menschen zijn maar werktuigen, en vervolgens die aan de Katholieke Scholen geven, geven aan Gods Werk, en die ertegen werken, werken tegen God. Geven wij eenen oogslag ophet verledene, en als wi] zienin welke omstandigheden wij onze scholen gebben tot stand gebracht, zullen wij overtuigd zijn, dat het Go s werk is. In 1879, Pieter Van Hum beeck, dien vent die gezeid heelt: het Christendom in eenen put te stampen en te begraven; om dit te doen, maakt hij eene nieuwe Schoolwet, in welke hij stfcllig verklaart, dat de Godsdienst in de school aan de kinders niet meer mag geleerd worden. Iedereen weet nog met welke itselijke blasfemiën tegen God en zijne H. Leering, Pieten zijne makkers die goddeloose wet hebben bepleten. IJsse- lijk is het gedacht alleen van kinders zonder God en zonder geloof op te brengen, en daar zijn nog Ouders die daar geen kwaad in vinden. Nu toch, die wet wierd gestemd en den 1 Juli afgekondigd, en dit verwekte door gansch het land eene verontweerdigende opschud ding bij alle Christcne menschen De Katholieken, tegen welke natuurlijk die wet gemaakt was, riepen eenparig: Neen! wij worden geen geus,wij willen ons kinders geen geus laten worden! wij geven ons kinders aan geen geuzemees ters. die van God noch zijn gebod niet mogen spreken noch leeren! Staat op, alle Katholieke Belgen! wi) zullen scholen maken op onze kosten, aan 't werk! begintmaar;op elkeParocbie eenenieuwe school! is éen niet genoeg, maakt er twee en drie God wilthet! En dat geroep wierd overal gehoord. Maar, menschen toch, als men dat eens wel o .erpeist, welk een wonder. Den 1 Juli wierd die goddelooze wet afgekondigd en met October was zij verplichtend. Dus, wij hadJen maar drie maanden, om door gansch België, op elke Parochie éene of twee scholen te maken, nieuwe banken, boe ken en schoolgerief koopen en betalen; nieuwe meesters zoeken, in dit en drie maanden tijd. Waar zal men dat geld halen? En dat het maar voor éen jaar ware, maar wie weet hoe lang dat zal duren Waarlijk, het was om disparaat te worden, ja, velen zegden, dat is niet mogelijk! het Gouvernement, heeft 36 jaren aan de oude scholen besteed en het was nog niet volmaakt, hoe zullen wij zon der geld,dat doen in drie maanden? ja, ik zeg het nog eens, het was om disparaat te worden. Maar, geachte Werkm. n, het gevaar van ons Geloof te verliezen, en de goddeloosheden tegen onzen Gods dienst uitgebraakt, verschrik en alle goede hérten en üj riepen: In Gods naam; wij gaan scholen maken; met betrouwen aan t werk! God wilt het! Liever zonder geld, dan zonder Geloof! liever arm als Geus!... En ziet, op elke Parochie kwam er eene en twee scho len als uit den grond gekropen, en na drie maanden wierden hon- derde en honderde scholen geopend en waren vol kinders. Is dat niet een wonderwerk! ja, zoo wonder dat de Geuzen er stem opstaan, en veel die lachlten, lachen niet meer. Wie ziet hier niet de hand des Heerer.! menschelijk gesproken, was dat mogelijk? het w-as den strijd voor het Geloof! en God heeft ons geholpen. Maar zien wij nog eens verder, wat het groot werk der Katholie ken nog wonderbaarder maakt: het was den strijd, den oorlog van den geus Piet tegen de Katholieken; den strijd was hevig an de wa pens ongelijk, het was den strijd van David tegen Goliath. Wij, katholieken, waren gewapend alleen met heterdewoord: GODWiLT MET! tegen Piet Van Humbeeck en zijn kliek, gewapend van hoofd Kit voet; want, geachte Lezers, Piet bad vooreerst zooveel geld als hij wilt, wij moeten betalen; hij heeft alle jaren 20 raillioenen van den Staat, dan nog de Negen Provintiën moeten alle jaren zoovéél aan Piet geven, dat zij niets overhouden; dan nog alle Gcmeentens wan geheel het Land moeten Piet geven,meer als zij hebben. Ja, ik geloof dat Piet met zijn geuzemeesters meer geld opeten, dan alle onze soldaten met hun peerden en officieren kosten. Het isscbande, groote schande, en toch verzinkt Pi«t in den put. Wat heeft hij nog om ons te bevechten? Overal heeft Piet scholen, met ons geld gemaakt, wel ingericht; hij heeft een leger geuzemeesters. een legioen inspekteurs, wel be taald en die niets anders doen dan strijde» en rusie maken togen ons. Wat heeft Piet mog? op elke Gemeente beeft hij een komitett van schoolvossen die de kinders moeten opzoeken, d'Öuders dwin gen en overdragen, doch het is verloren: Piet moet diep in den put, hij zinkt. Wat macht en wapens heeft Piet nog? Wel, menschen, Piet is aileen niet die in den put moet. B'ander Ministers met al hunne functiennarissen, doen anders niet meer dan Plet helpen, want als er eenen bediende ot functiennarrs is, dia Hiet uit al zijn macht werkt voor de Geuzescbolen, hij is zijn plaats kw-ijt, en dat weten zij. Ook weet iedereen hoeveel Goeverneurs, Commissarissen en andere Functionnarissen zijn afgezet, omdat zij niet wilden werken voor de Geuzescholen, en daar zijn in hunne je en elders. Maar plaats janoen gesteld die durven, gelijk te Brugge toch. Piet verzinkt in den put. Wat heelt Bara niet gedaan voor Piet zijn geuzescbolen? hij heeft door besluiten en besluiten,alles afgeschrabt, dat eenig voordeel of Vrijheid aan d.e Katholieken gaf. Alles wat Bara eersitijds zelve geteekend en goed gevonden had, is nu veranderd. Ja, hij is zoover gegaan, dat hij al wat onzen Eersten Leopold geteekend had, nu door Leopold de Tweede doet veranderen,en den j ngen doet dat, hetgeen niet schoon is voor een zoon, zijns vaders werken vernieti gen; maar toch, 't en helpt niet: Bara en Rolin zinken met Piet den put in. Wie kan optellen alle de destitudën, reformatiën, confisca tion, annulatiën en nog veel andere akten, die Bara gedaan heeft voor Piet zijn scholen! Maar verloren is 't, Piet, gij verzinkt! Indien wij eens moesten aanhalen de historiën van den Specialen mei zijn gendarmen. Maar het is genoeg gekend hoe veel katholieke gestichten hij beeft doen sluiten, hoeveel Tribu nalen hij gemaakt heelt, waar zoovele katholieken veroordeeld zijn voor boet - en gevang gelijk te Hofstads en te - Heule. Alles tegen de katholieke scho len en gestichten. Maar, och errnen, Piet, 'ten helpt niet! Zinken doet gij,den put in. Moesten wij nu nog ook eens ophalen, die historiën van het droevig school-enkwest. Maaralle menschen weten het nog. hoe die groote heeren met alle macht en groot gezag, en vergezeld van gendarmen, te Aalst en elders gekomen zijn, de geu zemeesters mochten daar al hun gal uitspauweh tegen hunnen Pas toor en tegen al wat deftig was. en als zij dat gedaan hadden, zij geloofden dat de katholieke scholen door de macht van Piet, we derom in de aarde gingen kruipen. Maar, mis was't. Och ermen. Piet, wat hebt gij toch zotte streken uitgesteken, iuw poer naar de musschen verschoten! in den put, jongen, zit gij. Zietdaar nu. geachte Lezers,koe wij beginnen, zonder iets, tegen Piet met al zijn geld, al zijn macht, met al zijn meesters en fiassen en glazenbrekers, wij winnen, Piet, sur tou?c laligne, overal! Zegt nu, geachte Lezers, menschelijk gesproken, was nar. moge lijk? neen! want elk staat verwonderd over zoo een luisterrijke vik- torie; het is aan God aileen toe te schrijven, wij zijn zijne werktui gen geweest. Courage, menschen! die Viktorie is al ons geld weerd! Mgar nu nog een woordeken, geachte Lezers; wat heelt Van Humbeeck nu gewonnen met al zijn drollige toeren eri dwaasheden? Piet, ten eersten, is nu geheel de wereld door vermaard, hij beeft een reputatie van grooten Minister, opperschoolmeester sooder kinders; Piet heeft "nu de Belgen leeren kennen, Piet heeft ook geheel het Land in rep en roer gesteld, overal twist en tweedracht gebracht; Piet heeft ook het Staatsonderwijs in den put gestampt en hij zal het er niet meer uithalen; Piet heeft ook veelplaats in zijn scholen gewonnen en veel plaats in alle geldkassen. Piet beeft nog alle adssinistratiën verbroddeld en in wanorde gesteld, want, men schen, vraagt 'ne keer aan uwen Burgemeester, hoe het gaat in het Bestuur? gij zult roeten hooren, men schrijft er. spreekt niet meer dan van geuzescbolen en betalen, al'le andere zaken slapen... Wat heeft Piet nog? veel mislukte dwaasheden en drollige dingen, als zijn Komiteitcn van schoolvossen, dat was zoodanig dom en zot, dat men er niet meer boort van knikken noch mikken, de school vossen ziin uit hun eigen van schaamte in hun vossenhol gekropen. Wel, Piet, d,f is fiasco, jongen! En dat drollig Schoolenkwest, wat is er daarvan gekomen? Wel, men spraekt er niet meer van als otn eens te lachen, en dat heeft wel een half miljoen gekost, en wij moeten dat betalen. Wat heef: Piet Van Humbeeck nog gewonnen? wel, hij heeft nog al de geuzemeesters ongelukkig gemaakt; want ik weer het van goed pa-rt: dat zij Piet allen in de maan wenschen en dat zij wel zouden wilier, ware er nooit zoo een Piet geweest- Ja mensch'en, nu, die geuzemeesters die vroeger zoo wel waren, zijn maar ongelukkig.Maar is het niet ook hun schuld? onderzoekt: aiswanneer die scboolkweste begon, demeesteis kenden Piet wel, zij wistren wel dat de nieuwe wet goddeloos was; zij wisten wel dat die wet gedoemd is door de H. Kerk; zij wisten wel dat die wet gemaakt was om ons Geloof te bevechten en de kinders geus 0e maken; zij wisten wel dat de Pastoor in hun school niet meeranoeht komen. Nu,zij wisten dat allen, en zij kenden Piet Van Humbeeck; waarom hebbs-n zij I*iet aangehangen en den Paus, Bissjhoppen en kunnen Pastoor verlaten? Als de Katholieken scholen maakten, wie maakte die scholen? wel,het waren al de bezondere en deftige Burgers van de Gemeente, oude vrienden van de Meesters. Wel, waarom verlieten de meesters hunne goede vrienden en al die treffelijke burgers om Piet aan te hanger,? wie maakten de Katholieke Scholen? wel het was de alge meenheid of toch den grooten en besten hoop, wel waarom deden de meesters niet met de algemeenheid of met den grooten hoop? zij deden den duivel aan de goede menschen die scholen maakten, wel eenen koejongen zou het beter gedaan hebben. Wij zouden moeten zeggen dat Piet Van Humbeeck een groot man is, eenen feilen vent, eenen doorluchtiger. Minister; wel, voor mijn deel, ik zeg dat er eenen kot jongen zoo zijnen koestal moest in verwarring brengen, gelijk Piet ons Land, hij vloog den hol af, en als dien jongen nog wat eergevoel in zijn lijf had, hij zoude zeg gen: Ik ken voor niets goed, ik steek mijn hoofd ineen versleten broek en bedank de wereld! Maar elk heeft zoo veel gevoelen niet^ dus, menschen, ons scholen zijn Gods werk, geeft er aan En Piet heeft veel geleerd, maar wat hij au kaa leeren, als hij wilt, dat «ie mand tegen God en zijne Heilige Kerk op kan. Dat zoude ftet ran kunnen feeren en dat ware hem zalig, maar wiens con-sGientie woejft, zijn verstaRd verduistert JAN RECHTUIT. vc.'jgfaTTTKTf -tlfftrairyTCT II 11

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1882 | | pagina 2