lampen, Misdaden en Ongelukken. VollviwiiMim.m Ze gaan sparen de' Vr'jmetsers>en jesontvanger komt toegeloopen, en een gevecht vangt aan. Eindelijk wordt men dien viezen vent meester. Slaat mij toch niet meer, zeide hij toen, ge ziet wel da 'k dood ben. 't Was 'db zinnelooze. Vermits gij dood zijt, antwoordde de bediende, leg u nevens het spoer en laat ons voorbij gaan. Inderdaad, de vent ging zich de armen gekruist op den grond neerleggen in 't midden van den weg. De tram reed voorbij; een uur daarna vond men den zot in denzelfde houding liggen. Hij weigert aan alle vragen te antwoorden, zeide dat hij dood was en dat hij zich zeiven had vermoord, omdat de tram hem 'ne wagon essen had festolen. Men heeft hem in een zothuis van Luik gebracht; 't is'ne aopman in hout van eene gemeente in Limburg. I UIIlMjtiahw"lI« wilt gij weten hoe en op welke wijze: 't Roept wraak voor hemel en aarde: Hunne zolte schoolonkosien gaan ze vermeerderen, mer kelijk; en ze gaan ecnige duizende fr. sparen op de daghuren van geringe staatsbedienden, en eenige honderde duizende op de hulp gelden voor banen en wegen en ander landbouwbelangen. Voor de Schelde zijn er 54,000 frankskes, voor den Dender, om d'Over- stroomingen te beletten niets; de Vrijmetsers zeggen dat de Belgen ruim genoeg hebben, als zij die kostelijke Geuzentempels mogen bekijken en de nietsdoendMeesters hun cigaar zien rooken. T'antwerpen hebben de Geuzen hun groot stelsel van uithongering moeten laten schieten; ze wilden voor 99 jaar de stad verbinden, in een zaak gansch nadeelig aan kooplieden, winkeliers en werk volk: den dag dat de zaak moest gestemd worden, heeft het er zeer hevig gegaan; de markt stond grijs van 't Volk; onder de menigte waren er die razend werden, omdat men zoolang over deze zaak zat te talmen; meer dan 600 steenen zijn in 't Stadhuis geworpen; Nanlje Van der Taelen is in een herberg moeten vluchten en tus- schen gendarms naar huis trekken; met de maat met welke gij meet, zult gij gemeten worden, dat ondervinden de Geuzen van Antwerpen, en men heeft nu de ware Vrienden van den burger en ambachtsman leeren kennen. Ja, de slechte dagbladschrijvers, giftmengers onzer maat schappij, bederven het arme volk, door zijne begeerlijkheid, zijne hoovaaidij en alle andere kwade geneigdheden op te wekken zij bevorderen den opstand, ontwikkelen den revolutiegeest, vleien de driften des volks, en zijn, door hunne schaamtelooze aanlijgin- gen en aanrandingen van alle gezag, de geesel van Kerk en Maat schappij. Op de honderd zijn er geen twee die ter goeder trouw zijn en die gelooven wat zij zelf schrijven. Geloof mij, als zij onder vier oogen bij elkander zijn, lachen zij in hun vuistje met 't pu bliek, dat dwaas genoeg is hen op hun woord te gi looven. Over tuiging hebben zij niet; het voeren der pen is hun een ambacht daarom veranderen zij van kleur zonder eenige schaamte en dienen elke partij die hen betaalt. De werkman weet dat alles niet: achter de schermen gebeurt er zooveel. En het is bij zulke leeraren dat men ter school gaat, wanneer men hunne dagbladen leest. Mgr de Ségur, Ge raeugt gelooven dat Engeland soms aardig te werk gaat tegen de beschuldigde lerlanders; Engeland heeft nogtans veel t'herstel- len jegens dat verdrukt volk. Te Quebec, in Canada, zijnde gebouwen van 't Parlement afgebrand, men zegt door 't elektriek licht; te Dellr, in Indië, zijn 2000 woningen door't vuur ver nield; De Kassier der SpaaVbank te Tarrare, 'ne geus gelijk een donderwolk, heeft in zijn kas een tekort gelaten vaa 700,000 fr. De Spaarbank is gesprorgen en al de menschen hun geld kwijt. Die Geuzendie VrijmetsersTe Parijs willen ze nu uit de Gasthui zen alle teekens van Religie wegnemen, en nogtans, er is onlangs in de Fransche Akadciuie verklaard: Als de Godsdienst ontbreekt, men voelt dat er ecu voorname zaak van 't leven weg is... Die Vrij metsers zijn wreeder als hyënas; tot zelfs d'arme zieken vervolgen zij; 't is de zwarte Lucifer die zijnen slagtand in 't menschdom slaat... De weezenhuizen zijn ook geus in Parijs, en wat hoort men? dat er weezen zijn, die zich zeli'smoorden Te Bordeaux zijn stallingen en remisiën afgebrand, een oppervlakte van 17oo vierkante meters: 3uo,ooo fr. schade; maar de schade door de god- deloozc leerstelsels te weeg gebracht, is duizendmaal grooter. In Holland is het oud kasteel van Gemert afgebrand ze rekenen de schade op 2 tonnekes goud. De Pest is in Persiën en in Vlaanderen hoort men nog al van tijphussen en andere ziekten; zijn huis proper ec rein houden, de gezonde lucht van 's morgends af laten binnen dringen, is een behoedmiddel legen besmettelijke ziekten. In geval dat er ziekten in de gebuurte zijn, raden de Dok- teurs aan van de lucht te zuiveren door chlorure de chaux ia de kamers te zetten en in de waschkuip te doen. Te Dublijn heb ben ze 't huis in stukken geslagen van den verklikker zijner mede gezellen, die gemeeHteraadslid was,maar nu uit de slad zal moeten loopen. Te Erussel, in de ftallaertstraat, is een biermagazijn afge brand; 700 tonnen lambik bedorven. T'Antwerpen pakten vrijdag nacht twee gardevils 'ne kerel die langs den kelder in een buis ging kruipen Ik ben, zegde hij, de zoon des huizes Maar de gardevils zegden: Gepakt blijlt gepakt! en hij moet meé naar 't gevang en bleef er tot 's morgends; dan bleek het, dat hij inder daad de zoon des huizes was, die, geen sleutel hebbende, langs den kelder in huis wilde gaan. Te Moerbeke-Waas is de ge naamde Hypolile Van de Putte, oud f0 jaren, leerling in het Pen- sionnaat van Gijseghem, dat studentje is d'ander week door 't wiel eener bloerapelderij geraakt en had zijnen arm op 3 plaatsen ge broken; na eenige dagen schrikkelijk lijden, is hij gestorven, tot groote droef beid vaa Familie en Kennissen. Te Bentille is er een koe uitgebroken uil haren stal en heeft in hare dolle woede veel schade toegerieht in de hoven,alom den schrik verspreidende, ja menschen achtervolgende, doch geen ongelukken zijn te betreu ren. Na d'eerste momenten van schrik, zijn de Volkeren samen gekomen, en weldra waren er wel 2oo man, zonder de vrouwen en kinderen,, die de booze koe achtervolgden, met rieken, bijlen, gaf fels, stokken en andere diergelijke wapens in tijd van nood. Zelfs waren er met fusiekpn, want eerst heeft ruen de koe haar oogen uitges choten en dan doodgesteken. Nota bene, in zulke gevallen, eersten vooral d'oogen uitschieten is het beste, en dan afmaken, om verdere rampen te vermijden. T'Anlwerpen is zondag mor- gend een peerd op hol geraakt, 't peerd van de melkvrouw Van de Vreken nit Hemixem, die in een karreken zat met. haar manneken van 7 jaar. 't Was juis op de Vlaarashhe Kaai; 't peerdeken liep om alles stokken dood te loopen; de melkvrouw sprong van 't kar reken, greep het dier bij den toom doch het steigerde achter waarts eii viel met kar en kind in 't water*"*! Kind werd gered, maar 't peerdeken is verdronken. CONVOI-RAMPEN. Zaturdag ten half negen,is de genaamde Henri Neirinckx, oud 45 jaren, barreelwachter en komende te Gent, aan de Statie Gent-Eecloo alwaar hij zijn quinzaine was gaan halen, naar den Kleinen Bok, is onderwege door de voituur Bel pa ire doodgereden. Zijn lijk was ijselijk verminkt; hij laat een weef en 6 kinderen. En als zulke menschen hun handen naar het Gouvernement steken, ze krijgen te veel om te sterven en te weinig om te leven; al 'tgeld moet naar die geuzenscholen. Dander week is in de statie van Leuven doodgereden, de trein-overste, dienst doende van Brussel op Thienen, terwijl hij in de Statie naar zijn convoi ging, den anderen trein niet gezien heb bende. Weêral een moordpoging te Brussel, zondag nacht ten 42 lire, op d'hoogstraat in d'herberg 't Schaap n° 343; de jongeling V oi den Ghislte liepfter twee revolvei scheuten 'g .lost op de d'och- ter Albertina C., met welke hij wilde vei'keeren, maar de dochter had gezegd: Ik wil u niet! Ik zal doen,.alsof ik u niet kende.... 't Meisken is gewond in rechterarm en borst. GENT; 23 april. Verleden week zond M. L. Berth, handelaar inde Koestraat te Gent,.zekeren Edward Bacq ten bureele van eé- nen bankier, met eene som van 216 li'.; Bacq niet ziende terug- keeren, werd M. Berth ongerust, llij begaf zich bij den bankier «n vernam dat Bacq zich aldaar niet had aangeboden. Bacq zich aldaar niet had aangeboden. Bacq is nog altijd op zijnen wandel. Hij word ieverig door de pó'licie opgezocht. Hef is een kerel die zeer slecht te boek staat, en reeds 15 veroordealingen heeft onder gaan. SPA, 23 april. Zaterdag stonden acht werklieden, in dienst aan detin opbou w zijnde kerk, op eene stelling. Eansklaps hoorde men een vreeselijk gekraak en de stelling stortte in, de acht wer klieden in haren val meêsleepende. Drie hunner zijn er ongedeerd van af gekomen; de vijf andere hebben nog nog al tamelijk erge wenden bekomen. Dwaasheid. Een hoveling hnd vele jareu in den diénstzijns koning» doorgebracht Hij kwam eindelijk op zijn sterfbed te liggen en opende toen zijne oogen eens goed, voor dat hij ze voor ecuwig ging sluiten. Hij zeide tot zien zeiven: Ei I wat ziedk nu alles klaar en duide lijk Ik begrijp nu wat ik nooit heb hegrep-u Ik zou uu kunnen doen, wat ik nooit meende te kunnen verrichten 1-Dwaze, die ik geweest ben! Zooveel jareu doorgebracht in den dienst van mijnen koning en geon uur besteed voor den dienst van mijnen God! Dwaze, di'e ik geweest ben! Zoo lang en zooveel zorg gehad voor anderen, en geen zorg voor mij zeiven! Dwaze die ik ben! Zooveel schatten vergaderd voor deze wereld en die ik vergaderd heb, voor wie z.jn ze nu 'i Koude ik ze nog medenemen! Kocde ik mijn zonden er mee afkoopenI Kondeik er een uurtje levens voor koopen, om dat te li-steden tot berouw en uitwis- sching mijner misdaden! Maar helaas het is voorbij. Dwaze die ik ge weest bsn a Een trek van Pater Milleriot. Wat hier verhaald wordt, we'ten wij niet van den Pater, wien het overkwam, zijne nederigheid verbood zulks, een der getuigen deelt het ons mede. Niet ver van het Seminarie der Buiteulandsche Missiën te Parijs woonde voor twintig jaren een onverbeterlijk zondaar, die tot op zyn sterfbed toe, van geen godsdienst wiide weten. Alle pogingen des priesters waren te vergeefs. De ongelukkige was den dood nabij en ieder vreesde voor zijne ziel. ToeD ging men in haast pater Milleriot roepen. De pater kwam, maar de zieke was reeds buiten kennis. De pater knielt neder en begint zijn Rozenkrans te bidden. Eensklaps opent de zieke de oogen en woede id overeind springend roept hij uit: Wat, een calotin hier! en geeft den priester een hevigen kaakslag. Aanstonds biedt de pater zijn andere wang aan,waarop bij een tweeden slag ontvangt. Daarna opstaande neemt hij de hand van den zieke en zegt met zachtmoedigheid: Ik dank u, ik verdien uiets anders, maar nu is het genoeg, gij zoudt ute zeer vermoeien. Geheel getroffen sta melt de ongelukkige: Wat wilt gij van van mij? «Uwe ziel zalig ma ken, mijn vriend Dit enkel woord bekeert den zieke. Htj ontvangt met godsvrucht de H. Sacramenten en stierf met gSvoeleus van een waar berouw. Rijkdom en Armoede. Onlangs stierven te Londen twee zeer bekende personen: Stanley deken van Westminster, een anglicaan, en Mgr Danell, Katholiek Bisschop van Southwark (zuidelijk deel van Londen). Stanley laat aan zijne fami:ie over de millioen gulden na, terwijl de katholieke bisschop in armoede stierf, geen geld maar in zijn bisdom vele kerken, gods dienstige gestichten ende gedachtenis zijner deugden nalatende.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1883 | | pagina 2