llöfslade naar Mongolië l JGS ..-O- -2 REIS VAN (China.) door den Eerw. Missionnaris Ev. Be Boeck. k Was onze aandoening bij ons aankomen in Lourdes groot, ons spijt van die heilzame plaats te nioeten verlaten was nog grooter; wij zouden volgaarne ons verblijf aldaar willen verlengen hebben; maar de tijd was onmeêdoogend, wij moesten vertrekken, voor wil len of niet. Aan de statie gekomen, wierpen wij nogmaals van verre eenen oogslag op het heiligdom van onze dierbare Moeder en daarmeè moesten wij 't convoi in, waar men ons voor omtrent 24 uren ging vastkluisteren. Het was den i5 Februari, om 11 urè. van den voormiddag, dat wij Lourdes verlieten; bij het doorrijden dach ten wij gedurig op de schoone en aandoenlijke oogenblikken, die wij in de grot hadden overgebracht en wij waren het alle d*ij eens om te zeggen, dat wij ons uitstapken naar Loiüdes voor'geeS geld van den wereld zouden willen afstaan hebben. Men hadt'mij won derheden van het Fransche Lourdes verteld, maar ik moet rechtuit bekennen dat men telkens onder de waarheid is gebleven. Lourdes is niet alleen bekoorlijk onder het opzicht van den gees telijken troost dien men er geniet, maarde landstreek in zich zei ven beschouwd, is alles wat prachtig is: men heeft er de schoonste en aangenaamste zichten die men zich inbeelden kansteile rotsen en Msterlijke bergen, omringd van de liefelijkste valleien, dit alles op de aangenaamste wijze gepaard, verheft Lourdes boven al hetgeen wat wij in den loop van onze reis hebben ontmoet. Van Lourdes naar Toulouse reden wij eenen ganschen tijd ne- vens de hooge bergen der Pyrenêen,wiens kruinen, altijd met sneeuw' bedekt, in de wolken schijnen te verdwijnen; prachtig en verrukkend zijn de zichten die men aldaar bij klaren dagesoms ontmoet. In den namiddag rond den avond rolden wij de statie van Toulouse binnen waar wij juist den noodigen tijd hadden om onze bagagies terug te vatten en verders algauw een stuk op de hand te nemendaarmèe mochten wij weèr den vuurwagen in, met het schoon vooruitzicht van nogmaals eenen nacht op den vapeur over te brengendeze maal ging het beter dan deneersten keer, wij sliepen alle drie gelijk jonge daskens en wij waren gansch verwonderd alswanneer wij s'an- derdaags bij het ontwaken om 4 1/2 ure vernamen,dat wij in de statie van Marseille toekwamen. Bij het afstappen van 't convoi biedden wij onze vaarwelgroeten aan den avapeur die ons in België en overal, gedurende onze vroe gere dagen zooveel diensten had bewezen en die wij nu misschien voor de laagste maal ter onzer beschikking hadden gehad; onze adieus waren toch niet heel aandoenlijk, daarwij met een stom doof vuurpaard te doen hadden. Wij bevonden ons weldra buiten de statie en daar was onze eerste bekommernis van den weg te vragen naar het hotel der Missionnarissen. Ge moet weten, in Marseille, waar er jaarlijks zoovele Missionna rissen inschepen voor de vreemde landen, bestaat er een huis, Be- thanië genaamd, waar al de Geloofszendelingen gratis de gastvrij heid genieten tijdens hun verblijf in die stad en waar zij op de uitgelezenste wijze onthaald worden. Van uit Parijs hadden wij onze aankomst op Bethanië voor zaterdag vroeg in den morgend aangekondigd, en al was het nog donker toen wij voor het Missie huis stilhielden, alles was er nogtans bereid om ons toe te laten van aanstonds de H. Mis te beginnen. Jufvrouw de Grand val, die aan het hoofd staat der dienstmeiden van de Missionnarissen (gelijk zij zich ootmoediglijk noemen), ont ving ons evenals eene oprechte moeder die tevreden is van hare nieuwe kinderen onder haar dak te mogen ontvangen; in hare woor den, vol zachtmoedigheid en eerbied, kon men duidelijk bemerken dat zij ons aanzag, niet als eenvoudige menschen, maar als verte genwoordigers van den GoedenZaligmaker,wiens Naam enLeering wij aan de heidensche Volkeren gingen prediken en bekend maken, 't En is niet zonder reden dat het huis Bethanië genoemd wordt, want nauwelijks is men er binnengetreden of men waant zich in het heilzaam oord waar Lazarus met zijne tweezusters Martha en Maria woonde en dat Jesus, tijdens zijn sterfelijk leven hier op aarde, zoo dikwijls voor zijn verblijf verkoos. Jufvrouw de Grand val, die bijna altijd met de Missionnarissen verblijft, verbeeldt wonderwel Maria, sjie steeds aan Jesus zijde in het echte Bethanië was te vinden en volgens de getuigenis van den Zaligmaker, het beste deel had verkozen; de overige leden van het huis, die maar gedurig met de keuken bezig zijn of in de andere noodwendigheden van de Zendelingen voorzien, zijn als zoovele Marthas, die bij Jesus aankomst, in de stoffelijke noodwendigheden van den Heiland voorzag; eindelijk in den portier, een eenvoudig man, die alleen in debenedenplaatsen woont en door zijne eenzaam heid en ingetogenheid, in het graf de komst van den Zaligmaker schijnt af te wachten, om bij zijn aankomen te verrijzen en Hem in zijne Missionnarissen zijnen dienst aan te bieden. In Bethanië is men teenemaal thuis en men smaakt er overvloedig het waar genot door de echte deugd opgeleverd. Alhoewel men zich te midden der weelde bevindt, men is er nogtans volkomen op zijn gemak, alles is er volgens wensch. Als wij nu de H. Mis hadden opgedragen in de kapel, aan Be thanië eigen, en dat wij het smakelijk ontbijt hadden genomen, 't welk ons door die goede zielen-wierd opgediend, namen wij den oogenblik waar om de brieven, die ons zoo overvloedig uit België waren opgestuurd, te lezen. Waarlijk, ik moet het bekennen, het deed mij deugd van al die goede en breedvoerige correspondenties in de eenzaamheid te óverloopen; Onzen Lieven Heer, die alsdan mijn hert van «geluk zag overloopen, weet hoe innig ik al mijne familieleden, dfijne-vr'ienden en kennissen voor hunne overgroote goedheid bedankte; hun-allen weze nogmaals mijne oprechtste er kentenis toegekend. Als nu alles gelezen was en dat wij zoo samen een klein en ple- t zierig praatje over Vaderland en Vrienden hadden gevoerd, kwam onze weldoenster, jufvrouw de Granval ons verzoeken van algauw een uitstapken in de stad te doen, om de noodige maatregelen voor het aanstaande vertrek te nemen en een bezoek af te leggen aan het schip, den prachtigen Natal, die ons naar het verre China moest overbrengen. Gehoorzaam aan die uitnoodiging, trokken wij de stad in. Op minder dan twee uren hadden wij ons alles aangeschaft wat ons zoo al op de reis nuttigof noodzakelijk zoukunnen geweest zijn, zooals: Hostiën, miswijn, kaarsen, enz. Eene Zuster van den H. Vincentius zou zich gelasten, gelijk zij ons zegde, met het aanschaffen van onze coupons of reiskaartjes, die zoo wat meer kosten dan eenen om en weêr van Gijsegem naar Dendermonde, 't was als 't u blieft, 12. honderd franken per persoon zoodus voor onze reis tot Shang-haï alleen, moest onze Congrega-, tie 36 honderd franken verschieten.... O. L. H. zal ze haar wel weten terug doen vinden in de milddadigheid van onze goede Landgënoten. Nu dat alle schikkingen genomen waren, mochten wij vrij een uitstapken tot aan de have maken, om eenen oogslag te werpen op onzen reusachtigen Natal, die reizens gereed, de toesnellende passagiers (of reizigers) tot het inschepen scheen uit te noodigen. Wij doorliepen alras het schip in al zijne mogelijke wendingen en bij dit kort bezoek konden wij ons genoegzaam overtuigen dat wij van honger niet zouden vergaan hebben, want de stallen en muiten waren ovèrvloediglijk voorzien van ossen en gevogelte van allen aard; de overheid van het schip was afwezig. Wij konden ons dus niet overtuigen of wij van den kant van het geestelijk welzijn denzelfden troost als van het stoffelijke zouden genoten hebben; wij moesten den Natal verlaten, zonder te weten of wij de H. Mis J 'dagelijks zouden hebben mogen lezen; nogtans, reeds bij dit bezoek vernamen wij dat de kapitein, M. Didier een oprecht en door ka tholiek man was, die tot hiertoe voor de Missionnarissen die hij aan boord had, steeds de overgrootste goedheid had getoond; dit was ons voldoende, daarmsê trokken wij :erug vol vreugd en genoegen naar Bethanië, waar men ons weêr even als prinsen ontving. Na het noenmaal gingen wij Marseille in, ten einde de stad zoo wat in hare bijzonderheden te bezichtigen en onder andere, om een bezoek te brengen aan Notre Dame de la garde, onze Lieve Vrouw van Bescherming en ons daar, voor de langdurige reis onder hare moederlijke bescherming te stellen. In Marseille hebben wij, buiten de hoofdkerk die eens voltrok ken,een prachtig gebouw zal zijn, en de Beurs en O. L. Vróuw de l!a garde, niets bijzonders aangetroffen, 't is, gelijk een van ons zegde, eene stad gelijk men er vele ziet. De Kerk van O. L. V. de la Garde is schoon door hare ligging en haren bouwtrant; op het toppunt van eenen hoogen berg gebouwd, beheerscht zij ad de om liggende gewesten en het groot verguld beeld van Maria dat zich 'op de naald van den toren bevindt,praalt als een sierend juweel bo- Vnn de golvende baren. Van voor de Kerk, geniet men een van die zichten die den geest van menigen dichter wellicht stof tot schoone poëzij zou opleveren, vermits het op mij, alhoeweL tot de dicht kunst weinig of niet gesteld, reeds zoo eenen aangenamen indruk maakte. (Wordt voortgezet) RECHTBANKEN. Dan- det week compareerde voor de Assisen van Brabant, eemfransche Geus die naar Brussel was komen wonen, en er kennis had gekre gen met een dochter... Hetgeen de Brusselès met haren Vrijden ker heeft afgezien, is door geen penne te beschrijven. Eindelijk heeft hij een grouwelijke moord poging gepleegd op haar en op haar zuster... En 't schoonste van al, hij is liber en vrij gesproken! Ze willen ook Armand Pelt- zer uit zijn gevang krijgen, met ziekverlof. Coppens van Wieze is er slechter van afgekomen; Coppens, ajusteur van stiel, was door slechte gezellen verleid en schrikkelijk op den dompel geraakt, zoodat hij reeds gestolen had en in 't gevang was geraakt. Vrij gekomen, weêr verkeerd in de ko ten, kaveeten en kaberdoezen, hop gaan plukken, propter forma, naar Mollem gekomen, rusie gekregen met den ouden pachter Ver beken, in October ingebroken t'Hekelgem bij pachter Beeckman,er 80 fr. gestolen en 4 ringen, eenige dagen daerna te Mollem pach ter Verbeken en de Pachtes willen vermoorden, aangehouden, en verwezen tot 25 jaar dwangarbeid; hij is 25 jaar en gaat nu zijn schoon jong leven in 't gevang moeten overbrengen. De valsche munter August Van Canterbergh, van Tilburg, in Holland, maar te Brussel wonende, is tot 3 jaar gevang veroordeeld. In Frankrijk stond hij ook op.'t zwart boeksken voor valsch geld. FEESTELIJKHEDEN. Deze week hebben Berlare en an der Gemeenten met luister, vreugd en Triomf,hunnen Katholieken Burgemeester ingehaald. Goede katholieke Overheden zijn geluk kige panden van vrede en welvaart. Slechte Overheden zijn gees- sels en plagen. Te Nederbrakel, zondag 8 Februari, ten half vijf 's namiddags, Luisterlijk Avondfeest, ten voordeele der katho lieke Scholen. Vele schoon stukken in zang en muziek. Het groot tooneel met zang: Joris of't soldatenkind van i83o, in 3 bedrijven; 't kluchtspel: 't Lot van 100,000 fr. in éen bedrijf en de Bekoring, zinnebeeldige zang voor Soprano, Alto en Basstem. Prijzen van 2, van 1 fr. en van o,5o c. De fanfaren-Maatschappij zal 't Feest ope nen en sluiten. Maandag g en Zondag 15 Febrnari, Groot Lief dadigheidsfeest t'AALST door de Soldaatjesschool. Die kaarten neemt, ontvangt bons voor brood, welke hij zelve aan zijn nood lijdende geburen of kennissen kan geven.dMen zegt dat de

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1885 | | pagina 3