Hofstede saar flonsjelie
jTT.TT-jn—
REIS VAN
(China.)
door r?en Eeno. Missionnaris Ev. Be Boeck. 5
Hoofdstuk 6. Beschrijving van den Stoomboot NATAL.
Nu was het een oprecht plezierreisje dat wij deden; wij waren in
eene vaart wel wat breeder als den Dender, maar toch niet gevaar
lijker; van weerskanten den boot hadden wij land; als men zoo
eenen ganschen tijd in zee is geweest, zonder ooit deaarde te zien,
dan vindt men de reis op een kanaal bijzonder aangenaa n, spijtig
maar dat die streken langs die kanten zoo dor en onvruchtbaar zij»;
waar men ook zijne oogen wende, men ontwaart anders niets dan
zand; het kanaal tusschen Egypte en Arabië gemaakt, ligt te mid
den van eene groote zandwoestijn, diezelfde waar de Israëlieten
vroeger, gedurende 40 jaren in dwaalden, vooraleer het H. Land
binnen te treden. Van tijd tot tijd passeert men van die meeren
(marais) waar het kanaal eer aan eene zee gelijkt dan wel aan eene
vaart; nogtans die meeren zijn op alle plaatsen niet bevaarbaar, op
sommige punten zijn zij zoo ondiep dat de watervogels er in recht
kunnen staan, zonder te zwemmen. Heel van voren aan het kanaal
ontmoetten wij in een van die meeren eene bende flamants of fla
mingos, (groote witte vogels met lange roode pooten, gelijk er ta
Hofstade een op de Communiebank staat), die op de vischvangst
uit waren; zoo ver als het oog dragen kon, was het meer er van vol;
er waren er misschien wel tien duizend; niet éen beweegde zich bij
onzen doortocht, alleen hier en daar was er eene die een scherp
geschreeuw liet hooren, juist of zij ons in den naam van de gansche
bende wilden groeten. Nu vaarde de Natal geruster voort, nu was
er geen kwestie meer van roulis of tangage, alles was stilmen be
merkte het ook aan de passagiers die allen lustig en vol vreugd op
het dak wandelden. Maar terwij nu alles zoo gerust is,laat ons eens
eene nadere kennis met onzen prachtigen Natal maken en hem in
zijne bijzonderheden wat beschrijven.
De Natal, een der grootste stoombooten van de fransche Com
pagnie der Messageries Maritimes, is gedoopt den 3 Juli 1881.
Hij heeft eene lengte van i3o meters 75 centimeters, eene breedte
van 12 meters 7 cent. met eene diepte van 10 meters. Hij kan
4039,38 Marijnsche tonnen bevatten en hij wordt in beweging ge
steld door een machien met eene kracht van 600 peerden (eenheid
der paardenkracht 225 kilogram); het machien is voorzien van drij
groote cylinders, door acht ketels in beweging gesteld en iedere
ketel heeft drie groote vuren, zoodat er ten tijde van groote snel
heid 24 vuren branden, (gewoonlijk waren er 20 aan) en dit alles
om de hel ice of schroeflijn te bewegen,die bestaat uit 4 groote vleu
gels van brons, 't is zij, die van achter aan den boot draaiende, het
schip in heweging brengen.
Een schip gelijk de Natal heeft voor zijnen dienst honderd-ze-
ven-en-zestig man noodig, waaronder 1 commandant en 6 officiers,
een mecanicien-hoofdman en drie officiers-mecaniciens en 1 Com
missaris met 1 briefagent; 45 matrozen, 47 garcons voor tafel en
keuken, 12 Europeaansche stokers en 5o Araabsche, en al dat
eeuwig volk is zoodanig druk bezig met de bezigheden aan iedereen
toegekend, dat er nooit een in den weg van den anderen loopt.
Buiten het personneel van den dienst, kan de Natal 225 passagiers
huisvesten en voeden.
Laat ons nu een woord zeggen over de verdeeling van den boot,
om later dan te eindigen met den voorraad.
Het schip wordt verdeeld in drie verdiepingen of gelijk men ze
gewoonlijk noemt in drie bruggen: i° de eigentlijke brug, (het dek
waar de passagiers gewoonlijk wandelen), 20 de batterij, alzoo ge
naamd omdat de cijlinders of batterij van 't machien zich te midden
van dit deel bevinden, en 3° de valsche brug met de calen of de
kiel waar de marchandiesen zich bevinden.
1° Op de eigentlijke brug heeft men van achter aan, de wandel
plaats voor ie en 2e klas behouden, hier staan alle soorten van ze
tels (zitzetels, ligbanden, stoelen en slaapzetels enz.,) naar het mid
den heeft men den salon met de slaapkamer van den commandant,
dan de ingang van de ie klas en wat verder een salon voor eerste
en tweede klas, waar men kan rooken en met de kaart spelen of
ieverst een ander spel aanvangen. Dan, wat meer naar voren toe
heeft men den salon van de officiers,opgevolgd door den trap die in
de tweede klas leidt; geheel van voren is de wandeling der 3« klas,
(nogtans als er een goede Commi^sair is, gelijk bij ons 't geval is,
dan mogen de passagiers van 3e klas den boot doorwandelen, juist
gelijk die van ie en 2e). In die plaats waar ik daar zooeven van
sprak, (de wandeling van 3e klas) bevinden zich, aan de wanden
van den boot, de stallingen voor de beesten en de muiten voor het
gevogelte.
II. In de batterij zijn de kamertjes ot cabienen van de pasagiers.
Gansch van achter zijn de reizigers van ie klas, die met twee in
een cabien logeeren (twee beddens).
De cabines of kamers zijn aan de wanden van den boot en te
midden is er een groote prachtige salon van een twintig meters
lengte op 5 breedte: 't is daar dat het eten en den drank opgediend
worden. Te midden der batterij zijn de kamers met den prachtigen
Salon van de 2= klas, (hier zijn er 4 beddens in de kamers), wij had
den met ons driën een cabine onder ons en voor ons alleen. Op de
2e klas die aan de eerste paalt zonder afscheiding, volgt de 3e met
kamers en salon, doch deze klas is van de overige door een
houten schutsel afgescheiden. Er is ook nog eene vierde klas zon
der bed of eten, eenvoudiglijk boven op het dek, ter plaatse der
wandeling van 3e klas. De passagiers van derde klas zijn met zes
in iedere cabine.
N voor 't eindigen nog een woord over den voorraad van eten
en drinken, die door een schip gelijk de Natal, voor eene reis van
Marseille naar Shang-haï wordt méêgenomen vooreerst laat ons
eerst eens bezoek brengen aan de brug der derde klas: aan de wan
den van den linker kant van den boot zijn de stallen waarin wij 5
groote ossen vinden, 4kalverenven„in een gklein hokje daarnevens
l een tiental jonge verkskens; van den anderen kant zijn de muiten
voor het pluimgedierte 600 gevangenen met pluimen bedekt,
wachtten daar geduldig den stond van hunne slachting af: kalkoe
nen, ganzen, eenden, kiekens, duiven, enz., alles was er vertegen
woordigd. Onder die muiten waren er nog kleinere stallen waar
een 5otal schapen in verschuilden. Nu laat ons eens de vrijheid
nemen van in den kelder neêr te dalen: Vooreersten den ijskelder
treffen wij eene massa fijne groentens met een duizend pond visch
aan; door de koude van de plaats zal alles hier gedurende de reis
versch blijven en tegen bederving beschut zijn in den wijn- en
bierkelder bevinden er zich zoo wat tien groote stukken wijn op
flesschen afgetrokken en een dertigtal tonnen met bier, meestal
engelsch bier, (aan tafel mag men drinken hetgeen men verkiest, of
wijn of bier, en zooveel als men begeert, nogtans de matigheid
wordt in het algemeen door het gedurig waggelen van den boot,nog
al in eer gehouden)... En wat kost nu zoo een schip, van voorraad
alleen, voor eten en drinken. De Commissaris die mij al de boven
gemelde inlichtingen nopens den Natal persoonlijk heeft gegeven,
zegde mij, dat zoo een boot, voor eene reis van Marseille naar
Shang-haï, voor 60 duizend franken eetwarenmeènam en voor even
zooveel bij de terugkomst. Gij ziet dus dat ik gelijk had, alswan-
neer ik vroeger zegde dat wij in alle geval van honger niet zouden
vergaan. Daarmeê denk ik dat gij den Natal genoegzaam zult ken
nen en mij zult toelaten van tot de reis terug te keeren. Wij waren
dus gekomen in het kanaal van Suez, (23 Februari); voor den door
tocht van dit kanaal moest de Natal 3o duizend franken betalen aan
de Compagnie door wie de vaart gemaaktis, een schoon sommeken
gelijk gij ziet, 't is zoo wat meer dan een overzetprijs aan Peè de
Waalensü!
Deze gansche dag was rustig en daar wij niets ontmoetten dan
zand,valt er ook al weinig over die gewesten te schrijven.
's Anderdaags, 24 Febr. een zondag, had er een schoone en in
drukwekkende plechtigheid op den boot plaats: Monseigneur de
Courmont, bijgestaan van Mr Le Roy en van ons drieën,deed om
half negen eene solemnele Mis in den salon van eerste klas, waar
men voor de omstandigheid een kort en lief Altaarken had gereed
gemaakt.
De Commandant en de Doctoor van den boot, beide in officieel
costume, woonden heel godvruchtig en ingetogen de H. Mis bij en
een groot getal passagiers, even tegenwoordig, namen in hen een
voorbeeld om zich ook in de diepste godvruchtigheid te houden.
Het schouwspel was waarlijk aandoenend, maar, toen op eenen
zekeren oogenblik al de hoofden bogen en het onbevlekt Lam inde
hoogte wierd geheven, teen voelde ik mij bijna tot de tranen toe be
wogen het was verrukkend
Als Monseigneur met ons niet meer was, deden wij op beurt des
zondags de H. Mis in den salon van iste klas, en telkens was er de
Commandant met de meeste passagiers aanwezigjwij reisden dus met
een uitgelezen gezelschap, geen wonder dat het weèr ons zoo méé
ging. In den namiddag viel er eene groote bui hagel op den boot
en alhoewel wij ons op eene plaats bevonden waar het gewoonlijk
zoo heet is, niemand had nogzijnewinterkleèren verlaten, men kon
ze nog goed verdragen; zelfs bij poozen, als de noordwind watsterk
blies, zou men nog wel een stuk meer gewenscht hebben, zoodanig
was het koud. Om 7 ure van den avond waren wij het Kanaal door,
en de Natal hield voor Suez stil. ('t Vervolgt).
HENEGAUWEN. Vrijdag van d'a. w. een dochterken van
12 jaar kwam met eenen zak schaveling naar huis; wat gebeurde er
onderwege? zij had den zak op de schouders, de schavelingen ge
raakten in brand en 't arm schaap wierp zich al kermende op den
grond. Een Priester die er juist voorbijging, deed zijnen mantel af,
wikkelde 't kind erin en was zoo gelukkig hetdochterken te kunnen
redden... Als een vlam van lucht afgesneden is,ze moet uit, willen
of niet!
LOOPENDE NIEUWS. - De luchtreiziger Godard is in den grooten
verhuiswagen opgenomen. Te naaste week, een Prijskamp uit de stad
Meenen. In zijn werk de Nachtraven aar
zelt Dr A. Snieders niet, de danszalen te noemen:
I een helle en pestholen. Het Recht van Antwer-
)pen schrijft dat daaraan grootendeels het verval
der werkende klas in de steden is toe te wijten.
Wil de jonkheid van beide geslachten ten hert
krijgen van modder en slijk en een leven hebben
van woeling, knaging en ellende, ze moeten maar
den weg der danskoten inslaan. Ge moet oprechten uil zijn om uw geluk
naar den Sis te jagen. Kiezing geweest te HEUSDEN, bij Gent in ver
vanging van den Burgemeester ontslaggeverTriomf voor 't Katholiek!
Mr van Tiegemde Tenberghe gekozen met 106 st. op 123 kiezers; Veel
vreugd en viktorie geweest 1 Wanneer men dezen uitslag vergelijkt met
dien van 19 Oct. 11. op welken de liberale kandidaten slechts een 60tal
stemmen bekwamen, - zonder strijd, zal men gemakkelijk begrijpen,
dat deKutholieken reden hebben zich te verheugen en van bunnen nieuw-
gekozen Burgemeester, de rechtveerdige herstelling hunner grieven te
verwachten Ons Ministerie gaat maatregels nemen voor de zondagrust
der bedienden, zonder eenige vermindering van dagloon. Zondagwerk is
wanorde intra et extra; zondagwerk roept wraak, omdatde zevende dag
een rustdag moet zijn, den Heer en Schepper toegewijd. Kond den
Heerd, dit geleerd tijdschrift van Brugge, geeft een schoon bloemeken,
van Mr A.Joos.voor zijnen nieuwen spraakkunst.Dit schrift zegt R.D H.,
dient als schoolboek aanveerd te worden. T'Aalst is zondag nacht
weèr 'ne vent in 't water gevalien, aan de pontstraatpoort en g .lukkig-
lijk doorschippers gered, en te Tongeren, een jonge gemaskerde am
bachtsman is in 't water gesukkeld en verdronkenIn 1827 werd in
Oostende een walvisch ingebracht welken 120,000 kilos woog;men speelde
muziek op een stelling in zijn muil gemaakt; hij was 25 hollanscbe ellen
lang; de karkas is nu te St-Petersbarg. NEYuEM bij Ninove, was op
19 dezer in volle feest ter eere van Josef Van Cutsem en Catbarina Van
Lierde, twee oude godvreezende inwoners, van allen bem nd en die hun
Gulden Jubelfeest vierden; 50 jaren van huwelijksleven! ten 7 ure Mis,
onder welke zij t'Onzen Hecre gingen; daarna ontbijtin de Pastorij ten
10 ure triomfantelijken optocht naar de kerk, alwaar zij onder't zingen
van den Magnificat naar d'eereplaats wierden geleid. Plechtige Mis in mu
ziek, kunstig uitgevoerd; Sermoon door den E. H. Pastoor, Te Deum;
na de Mis gelukwensching doorden heer Burgemeester in treffende woor-