asleei der Verdoemen is,
naar 't uitgobreid werk van S. Van der Gucht.
34
50
18
XXIV. Wonderbare Gebeurtenissen,
zoon der vermoordde Flora van Leliënveld wierd door
.e paard geslingerd tegen de poort van 't Kasteel der
is en viel aldaar bewusteloos ten gronde,
steel was zijne moeder vermoord; in dit kasteel had het
nstuk het andere opgevolgd; daar woonde de wreedaar-
iivel Hendrik van Heverboom; maar daar ook verbleef
vo cn godvruchtige weeskind, juffer Maria,
ruchtaan de poort had de aandacht der dienstboden gaande
rt; men kwam naar buiten met een lantaarn, men zag daar
1; men bond het vast; de zadel toonde dat er een ruiter om
as; men zocht en vond den armen jongeling hij wierd op-
en en binnen gedragen; weldra was juffer Maria toegesneld
5 f last van den zieken met de teederste zorgen te omringen.
eerste gedacht was van eenen Docteur te ontbieden, doch
its haar pleegvader van Doctor Meert niet wilde hooren en dat
3 jewoonlijke Geneesheer een Ouderling was, die moeielijk zoo
2 n den avond zijn huis kon verlaten, daarbij, ziende dat na
je oogenbiikken, de jongeling ln een diepen slaap was geval-
zoo besloot zij den dag af te wachten, om met haren pleegva-
e beramen wat er moet gedaan worden.
irees en Karei Kwakbeen meesten beurtelings waken en de
y-jouw kwam van tijd tot tijd zien, want zij vol onrust was, voor
5 onbekenden,op zulke zonderlinge wijze in 't kasteel gekomen;
t had zij hem gezien,doch zij had innig medelijden met alle on»
ikkigen en nu beving een buitengewone bekommernis haar jong
t. Rond middernacht wierd Frans wakker en riep Drinken
nken 't Was juffer Maria, die hem 't gesuikerd water aan de
pen bracht. Hij sloeg een dankbare blik naar de maagd, die
jtn lafenis bracht, maar liet aanstonds zijn bezwaard hoofd terug
p het donzen kussen nederglijden.
Karei Kwakbeen, die een deel van den nacht moest waken, zag
jr oprecht aardig uit en wierd vol schrik en angst bevangen,telkens
dat hij het wezen van den jongeling aanschouwde. Ei, zegde hij
in zijn zeiven, is 't mijn inbeelding? maar in de kamer hiernevens
hebben wij over 16 jaren een jonge vrouw den dood toegebracht
ja, wij hebben haar vermoord; sedertdien zie ik gedurig haar on
schuldig beeld! en dien jongeling daar, hij heeft al de trekken van
Floia van Leliënveld, ons slachtoffer... Och, wat beb ik gedaan!
mijn leven is een aaneenschakeling van misdaden geweest! en nu
lig ik onder de klauwen van den duivel En ik worde oud, de
Dood kan komen ik kan mij niet overtuigen dat er geen ander
leven is Och God, wat heb ik gedaan Kon ik mijn leven ver
anderen ...aar nu is het te laatTe laat om mij te beteren.
Men preêkt dat het nooit te laat is
Met zulke gedachten lag de rampzalige mensch gekwollen....
Was 't de genade dij aan zijn hert klopte? Ging hij eraan beant
woorden? zijn ketens losrukken?... Tot hiertoe, wij weten het niet.
Toen de jongeling wederom ontwaakte, was het reeds dag. Hij
zocht te vergeefs naar 't bekoorlijk wezen dat hem in den nacht had
gelaafo; de dienaar alleen bevond zich in zijn kamer.
Hij was veel beter, ja bijna hersteld en vroeg hem waar hij zich
bevond. Karei Kwakbeen vertelde hem de gevarendheden van den
nacht. Frans scheen beschaamd over het gebeurde; de val van zija
peerd had hem geen wonden of kneuzingen toegebracht, hij wilde
dus opstaan, zich kleeden en vertrekken, maar Karei wilde zulks
niet gedoogen en terwijl hij hem praamde om nog waf te blijven
rusten, ging de deur openen Hendrik van Heverboom trad binnen.
De Kasteelheer was alsdan 5a jaren oud, doch men zou er hem
6o gegeven hebben. Zijn gerimpeld aangezicht, zijn weifelende
oogen, zijn bitsig karakter toonden genoeg dat het niet juist ging
in zijn binnenste, dat hij groot verdriet moest hebben, of onder een
bittere knaging liggen. Nogtans, als er volk was,kon hij zijn wezen
met 'ne valsche grimlach bedekken, waardoor menigeen over hem
bedrogen was. Frans wierd rood van schaamte, als de Kasteelheer
inkwam. Hendrik verbleekte en wist niet wat denken het stond
hem voor, die gelaatstrekken nog gezien te hebben, maar hij wist
niet waaar of wanneer.
Mij dunkt, zegde hij grimlachend, dat de toestand van onzen
jongen ruiter op verre na zoo erg niet is, als men eerst vreesde
Frans was zoo verlegen dat hij in 't begin niet antwoordde
Spreek, jonge lieer, zijt gij gisteren avond op d'heirbaan aan
gerand geweest, misschien door struikroovers en is uw peerd aldus
verschrikt tegen de poort van dees kasteel komen gestormd
Neen, edele heer. ik ben door geen roovers vervolgd, maar
door dc duisternis verschrikt, was mijn peerd op hol gegaan, ik
kon het niet overmeesteren en 't heeft mij hier ten gronde gesmeten!
Waar gij toch gelukkiglijk zijt van afgekomen
God zij gedankt, Mijnheer, ik gevoel mij gansch hersteld en
betreur de onrust die ik u heb aangedaan.
Och, jongeling, men is hier gelukkig geweest u te kunnen
helpen. Mijnheer is uit Aalst
Ja, edele heer; ik woon aldaar in de Kattestraat bij mijn oom
M. Meert
Ha, M. Dr Meert zegde Hendrik, zijn hand over zijn wezen
brengende, omzijn aandoening te verbergen. Mr Dr Meert, een
achtbaar man, een mijner goede Vrienden..
Ja, edele heer, ik studeerde te Gent voor de medeciinen maar
nu heb ik mijn studiën gestaakt en keer terug naar huis...
Hendrik bieef eenige oogenbiikken in vertwijfeling hij moest
zich bedenken en beramen; de zoon zijner vrouw, het kind dat hij
had trachten te vergeven, in zijn huis! welke wondere gebeurtenis!.
Ware Frans eenige jaren vroeger in zijn huis gekomen,niet levende
zou eruit geraakt zijn; maar nu drukte reeds op hem de Stoffende
Hand des Heeren; korts te voren had hij Frederik Schoulier, zijn
medeplichtige doen verdwijnen en nu was het een foltering dien
jongeling daar te moeten zien.
Hij nam dan spoedig afscheid, na Frans verzocht te hebben het
morgendmaal te komen nemen; Frans kleedde zich aan en ging
naar d'eetzaal alwaar jufvrouw Maria hem geluk wenschtte. Frans
kon in d'herten niet lezen, bij wist niet dat hij daar tusschen eenen
Duivel zat en tusschen een Engelin, toch voelde hij zich vereerd
wegens d'uitnoodiging van den heer van Heverboom, en achtte
zich gelukkig telkens dat de edele j'uffer hem 't woord toestuurde.
Rond io ure nam hij zijn afscheid, steeg te peerd en reed de stad
Aalst in. Denzelfden dag zegde Hendrik van Heverboom aan juffer
Maria,|dat hij in 't kort t'harer eere een groot Feest zou geven,doch
eerst met haar een reizenaar de Fransche Hoofdstad wilde doen en
dat men nog denzelfden avond zou vertrekken
^Hendrik moest uit dit Kasteel, voor eenige dagen toch; zijn hert
wierd te zeer afgeknaagd; hij kon geen deur hooren sluiten of open
doen. zonder door onrust gekwollen te worden; beneden in d eet
zaal zag hij de plaats waar hij den kleinen Frans had willen om
brengen; boven sidderde hij, bij het zien van de slaapkamer der
vrouw, welke hij had vermoord; de schim van den Rentenier en
van zoo menige andere zijner slachtoffers spookten gedurig voor
zijn oogen Hij moest naar Parijs,in 't gewoel der wereld; na eenige
weken zou hij terugkeeren, een schitterend Feest geven en alles
zou vergeten en uitgewischt wezen; zijn naam zou met eer en lof
vermeld worden.
Zoo dacht hij, doch er staat geschreven De inzichten der god-
deloozea zullen verijdeld worden.
Nauwelijks was Hendrik van Heverboom op reis, toen Karei
Kwakbeen in een diepe droefheid verviel; van eten en drank had
hij walg; niets smaakte hem; nooit had zijn slecht leven in zulke
levendige kleuren voor zijn oogen gezien; hij beeldde zich in, dat
zijn beul en dwingeland hem in 't kort ging opleggen van Frans te
vermoorden; dit ijselijk gedacht verliet hem niet meer; eindelijk
scheen hij een vast besluit genomen te hebben, ging op zijn kamer
en liet zich daar op eenen stoel nedervallen. Nu was zijn gemoed
zoo opgekropt, dat hij moest weenen of bezwijken en gelukkiglijk
ontlastte zijn geprest hert zich in eenen vloed van tranen. Neen,
sprak hij tot zich zeiven, lang genoeg heb ik den lafhertigaard uit
gehangen; lang genoeg heb ik dien schurk Van Heverboom ge
diend; vluchten zal ik doen, ver van hier, al moest ik ineen vreemd
Land, de boeren gaan dienen, dit pak moet van mijn hert; ik zal
in boetveerdigheid mijn zonden uitboeten; maer ee st en vooral zal
ik dit monster Van Heverboom ontmaskeren en hem beletten nog
meerdere slachtoffers temaken.,. Hoe dat gedaan?.
Karei Kwakbeen kon zeer wel lezen en schrijven; hij had al 't ge
rief op zijn kamer; hij bleef eenige oogenbiikken in diepe overwe
ging, nam dan papier, pen en inkt,zette zich aan tafel en begon te
schrijven (*t Vervolgt.)
KERKELIJK NIEUWS. - Te St Nikolaas
is een treffend gedenkstuk geplaats voor de Gods
vrucht tot het H. Aanschijn des Heeren. Deze
Devotie is vernieuwd te Tours, in het huis van
den godvruchtigen Katholieken M.Dupont, door
een beeld van 't H Aanschijn, dat hij 40 jaren
had vereerd. Wonderbare groote genezingen zijn
daar gebeurd en dit huis is nu in een Kapel en
bedevaartplaats veranderd. In Amerika heeft de dochter van
den Ondervoorzitter der Nationale Bank, de dwaling afgezworen,
om Roomsche Katholiek te worden. In den Staat Wichigan van
Amerika zijn reeds 632 ©53 Katholieken, 51 Priesters en 25 Katho
lieke Scholen. To Michelbeke is een Missie geweest van 10 da
gen, allerbest gelukt, veel toeloop, groote ingekeerdheid, veel be
keeringen: deze Missie wierd gepreekt door de Paters Redempto
risten Braeckman en Bastyns; de Kruisplanting en de Verlichting
waren aandoenlijk en hartroerend. -- Zele. Het Genootschap van
den II. Franciscus Xaverius heeft alweer zulkdanigen bijval geno
ten, den verledenen Zondag, dat hetonmogelijk is te begrijpen de
groote ontroering die men in 't herte gevoelt, bij het zien dier tal
rijke mannen-schaar die thans alle menschelijk opzirht ter zijde
leggen cn zoo fi r onder den standaard van den grooten Apostel
van Indiën komen plaats nemen. Dank aan onzen Eerwaardigen
Bestuurder! 't Zijn Aalstenaars, die de Kerk van Opwijck voor
de Jubilé Viering moeten versieren. Vrijdag 29 St Franciscus
de Sales, Bisschop, in Zwitserland levende, Belijder en Leeraar,
gestorven in 1622. De H. Franciscus Salesius heeft veel ketters
bekeerd door zijne zachtmoedigheid en wonder schoone werken
geschreven. Hij is de Patroon voor de Behoudenis van 't Geloof in
't Vaderland. Zaturdag, St Martina, Christene Dochter, gemar
tel iseerd in de j ren 200. Maandag 1 Februari, H. Ignatius, Bis
schop en Belijder in 207 en dijnsdag O. L. Vr Lichtmis, wijding
der waskaarsen. Woensdag H. Blasius, Bisschop en Martelaar
in 3i6. Vrijdag, H. Agatha, Maagd en Martelares in 25i
Er staat geschreven: De godvruchtige menschen zullen veel vrede
hebben in hun leven, veel troost in hun lijden en de verzekering
van een eeuwig geluk.
0—00—00o
Overwegingen van Brozen,
'k Zeg 'k zeg en 'k berhaal 1 Dien
Baral Dat leeft in 't kijven, gelijk de
Salamander in 'I vuur, en er zit daar
goet redens in, gelijk verstand in 'ne
molhoop. Datalle menschen oordeelen:
Nu roept Bara: al *t geld gaat naar de
Kerken! Hola vogel; gijlieden hadt alies
zoo schoonekes uitgelekt, dat er in de
Staatskas niets overbleef dan schuld en
pandbrieven... Nu zijn er geen nieuwe
lasten meer: de putten worden gevuld,
de lasten voldaan; geen tekort meer;
geen nieuwe belasiingen! En gij komt
opspelen. B ra, omdat men de Kerken
mat laatinvallenlü Jeemeniskindoren
dien Bara moet nu juist in ons Land geboren zijn en wonen, om er zijnen
dwazen Geuzenbéttel te komen uitkramen!....
PARLOIR. -Uit Risq.
van M. V. D. H. 2.50 86
Uit Zeelh.vanWe E. G.
2,50 85. Uit Leuv. van
M. A. V. H. 2,so 86.
Uit Mcyl. van M. St. 2,50
86. UitMolenb. van M.
J. V. 2,50 86. Uit Erbs
q. van M. L. H. 2,so 86.
UitOverm. 2,5085.
Uit Th. van M. P. F. M.
2,50 tot oct. 86. Uit
Berch. bij Antw. van Mei
D. H. 2,50 tot Februari
87. Uit L van M. Spr.
2,50 voor 86.Uit Goeff.
van M. P. V. D. H. 2,50
86. Uit Laek. van M.
Nap. 2,so 86. Uit H.
St Anna 2,50 van M. S. V
D. 86. M. door dc overvl.
bezigheden is het vergeten
geworden.—Uit Luik van
M. H. 4,70 voor ab en
boek dat aanstonds ver
zonden is 't Boekje
van St Godelieva is uitge
put. Uit CL van M.
Duitsche 2,50 Uit Z.
van M. E. W. 2,so 86
Uit Ned. van M. Vf.Meg.
2,so 86. Uit SI. van S,
V. H. 2,so 86. Uit
Wijngcne van M. A. W.
2,50 86.
Denderbelle.
Een vrouw van 78 jaren,
genaamd Catricn Van
Goethem, wonende bij
haren zoon, heeft onlangs
in een ziekte nog 7 bak
tanden gekregen. Zelfde
gemeente, 1474 zielen,
palende noord met wijk
de hooge Zwaanhart aan
Audegeni cn St Gilles,
Oost mét den Driesch aan
St Gilles en Lebbeke,Zuid
met Hoogstraat en Mot-
tekenhof aan Wicze en
Lebbeke, West, met de
Langewecde en den Den
der aan Mespelaar, Wieze
en Audegem, in Dender
belle is onlangs een ver
maard Kaartspel »e-
weest; in de Liudekens
heeft Benedikt De Pauw
3 solos achtereen gespeeld
en den zelfden avond een
Solo-Slim... Is dat niet fa
meus?
Aanbevolene Boek
werken.
Reizen naar den Noord
pool, een boek in 8°, door
kanunnik Martens 1,00
Opkomst der Stoomtui
gen, door zelfde schrijver
1,00
Jan Clerkeu2,2S fr.2,50
t Kast eel der Verdoe
menis 2,00 franco 2,20
De nieuwe Likeursto
ker, een boek van aller-
frootste nut voor deskuo#
igen 2,00
Nieuw Rekenboek in
franks cn centiemen 1,00
Hét groot Martelaars
boek, of heldhaftig gedrag
der Belgische Geestelijk^
heid ten tijde der Fransche
Omwenteling, prijs 1,80
franco 2,10
Jan Van Noorde, of
sterkte in dc beproeving 3
dikke boekdeelen (per oc
casie aan 2,00 franco 2,30.
8 bloemen in band
i,5°
De Kroon des Hemels
een allerschoonste boek,
wonderwel geschikt om
als geschenk voor Kerst
mis of Nieuwjaar gegeven
te worden Dit boek is
prachtig gedrukt en kost
2,00 franko 2,20.
Kobe de Zandboer,
25 franco 30.
De twee jonge sla
ven ofbetrouwen op God,
drama in 1 bedrijf door
Era. Gobbers 0,75
Het beste koopmans
rekenboek, bevattende
alle gemaakte rekeningen
in francs en centiemen,
onmisbaar voor winkeliers
en al wie eenigen handel
drijft. 1,00 franco 1,10