De Zwarte AdvoM
Dramatiek Verhaal uit de verledene eeuw,
naar 't groot werk van S. VAN DER GUCHT.
9
IX. Moordpoging en Diefstal.
Een goed werk brengt aanstonds zijn belooniag meê. Zoo mot
tig en kwalijk gezind als Karei Steenspecht 's morgends naar Wet-
teren was gekomen, zoo te vrede en verheugd keerde hij nu naar
huis; zijn hert klopte van genoegen, omdat hij een zijner mede-
menschen en vrienden, goed had gedaan. Ach, wisten de rijken en
de weihebbenden welk zoet en zuiver en bijblijvend genoegen het
is, op een edelmoedige wijze goed te doen, ze zouden zich gelukkig
achten, als hunne medehulp wordt gevraagd of toen zij eenig on
geluk kunnen verzachten.
Reeds had onze Karei het gehucht Quateryk achter zich, en nu
reed hij tusschen het gebosch dat destijds den steenweg langs beide
kanten omzoomde. Het was reeds avond, doch niet gansch don
ker, en een verrukkelijk weèr; de maan schoot heur zilveren stralen
op den aardbodem neêr en ontelbare sterren flikkerden aan den
hemel,
Al waren de wegen niet zeer veilig en al was de koopman niet
gewend bij nachte te rijden, echter was hij in 't geheel niet bang,
verre van daar,en hij scheen al zijn oude voorzichtigheid te hebben
vergeten, daar hij al te zeer was opgeruimd, om aan onheilen te
denken.
Nogtans.een groot gevaar hing hem bedreigelijk over 't hoofd.
Gaan wij eenige stappen voorwaarts.
Daar,in 't schaarhout,zit 'ne kerel gewapend met dolk en pistool;
zijn hert klopt van afwachting naar zijne prooi; zijn ooren staan
open om 't minste gerucht waar te nemen. Wie Is die bandiet
Kennen wij hem niet? Zekerlijk? 't Is de marskramer die daareven
in d'Afspanning zat, als Karei zijn peerd betaalde en zijn wel voor-
zienen gordelriem uithaalde. En die marskramer is niemand anders
dan Thomas Carno, de vuige ziel, de handlanger van Stupites
Brunneel, in zijn wreedaardige kindermoord. Thomas Carno!...die
een misdaad op t geweten heeft, die zijn schuld niet erkent en
uitboet, valt gedurig dieper en dieper.... Thomas Carno, het geld
dat hij van Brunneel had ontvangen, was in zijn handen gesmolten
als sneeuw; te lui zijnde om te werken, had hij kennis gemaakt
met ander ramenant van zijne soort, om oneerlijken handel te drij
ven en zich door dieften en rooverijen geld aan te schaffen. Reeds
had hij menig slecht feit op zijnen lever en was de man geworden,
om voor niets achteruit te deinzen.
Daar zit hij in 't schaarhout, het hoofd gekeerd langs den kant
van Wetteren en in gejaagde afwachting wat ging er gebeuren
geld moet hij hebben; want de rampzaligaard wist niet dat onze
Karei zijnen gordel aan Goris Verschepen had meêgegeven. Gsld
moest hij hebben, gelijk op welke wijze, al ware 't da. hij moest
overgaan tot een moord; hij ging te doen hebben me. een sterken
kerel. Welk wapen zou hij gebruiken zijn scherpstekenden dolk
of zijn pistool? Men was niet ver van woningen 't voorzichtigste
zou du3 zijn den dolk, en 't pistool maar in geval van nood.
Hoort!... een gerucht! 't i9 het dof geplof van een peerdenge-
trappel op den hard gedroogden grond.
Thomas Carno maakt zich gereed, een knie op den grond,,een
voet vooruit, d'oogen brandende als fakkels, zijn gemoed opbeu
rende door 't gedacht van een grooten buit
Het paard ging stillekes, al huppelende voort, de Ruiter scheen
een deuntje binnensmonds te zingen; met de eene hand hield hij
den toom, met de andere, zijn slagzweepje.
Men was nu de gevaarlijke plaats genaderd; een kop steekt uit,
tusschen 't elzenhout, twee oogen zien de baan op en de baan af,
een kloeke kerel springt vooruit, den dolk tusschen de handen;
hij springt vooruit, grijpt met al zijn kracht den ruiter in de lenden
vast; zadel en man kraken en piepen; het paard geeft een sprong
achterwaarts en Karei Stecnpecht, zoo verradelijk aangevallen,
keert over van zijn paard en ploft ten gronde. Niet zoohaast had hij
de aarde getaakt, als de baanstrooper op hem springt, hem onder
zijn kniën gesloten houdt, zijn dolk vastgrijpt en hem in de borst
van zijn slachfoffer drukt.
De koopman ligt roerloos, gansch buiten kennis; dadelijk tast
de moordenaar naar zijnen gordel, maar o wee! o teleurstelling! De
schelm bemerkt met razende spijt, d^t de geldbeugel verdwenen
is!!!
Hij kan zijn zeiven niet gelooven! Hij tast twse drie maal op
dezelfde plaats; een wanhopig gebriesch ontsnapt uit zijne keel; het
voorwerp zijner begeerlijkheid, niet te vinden! hij zou dus nutte
loos dier gevaarlijken aanslag hebben gepleegd!. Wat gedaan!...
Een gedacht schiet hem te binnen; hij neemt met haaste de gouden
horlogie van zijn slachtoffer, tast in de zakken, neemt er 't weinige
geld uit, springt recht en vlucht 't gebosch in.
Maar te:wijl de moordsnaar naar den geldbeugel was zoekende,
had onze Karei zijn bewustzijn teruggekregen; hij wachtte zich
echter wel,van eenige bew:ging te maken; ongewapend zijnde, on
der dien ruwen kerel liggende, wat kon hij doen? Nimmer had de
brave heer in pulken beaauwelijken toestand verkeerd en uit't diep
ste van zijn hert smeekte hij de hulp van God af.
De moordenaar had hem losgelaten; een beweging 'metzijn hand
doende,voelt hij een pistool, den haan overgehaald om te schieten;
Thomas Carno had dit pistool uit zijnen zak laten vallen en verge
ten. Karei grijpt de pistool krampachtig vast, zet zich zooveel mo
gelijk overeind, legt op den vluchtenden moordenaar aan en lost
het schot! Carno uit een geschrei, wankelt een oogenblik, doch
herneemt zijne vlucht. De koopman wil recht springen, om den
schurk te vervolgen; hij kan niet; een hevige pijn ontkiemt hem
den rug en de borst; schielijk gutst 't bloed uit zijnen mond, hij
valt néér, gansch machteloos!,..
Juist op dit oogenblik, 't peerd van den koopman terug naar
Wetteren stormende,kwam aan in d'Afspanning,waar het betaald en
geleverd was geweest; 't sloeg 10 ure; verscheide Wetteraars in
d'herberg, benevens twee Opscheerders, wiens dienst gedaan was
en die bezig waren met kaarten. Opscheerders waren manschap
pen die in de groote "dorpen en kleine steden op Kermissen en
Jaarmarkten gelast waren de orde te handhaven.
Zoohaast de baas der Afspanning dit peerd zonder ruiter zag,
kw:;m hij bij d'Opscheerders geloopen; Vrienden, zegde hij, een
ongeluk of een misdaad! Een ongeluk of een misdaad! Ja,
dit peerd is hier gekocht door een lijnwaad koopman vaa Gant,
Karei Steenspecht; over een uur is hij er meê weg gereden
Nu kwam de knecht binnen en bemerkte dat 't peerd beefde en
dat de ledige zadel bijna onder den buik was gedraaid: Menschen,
sprak de baas nu, God weet ligt die man niet dood of vermoord!
Wij gaan aanstonds zien, zeiden d'Opscheerders; mannen van
goeden wil, wie gaat er meê?
Bijkans al 't Volk sprong recht, d'Opscheerders namen hun wa-
peus, de baas haalde gaffels en stokken bij, en weldra verliet een
bende van 14 man, het dorp, o n zich naar de baan van Quateryk
te begeven. Eerst gingen zij tot aan den steenweg zonder iets te
ontdekken, doch gaven den moed niet op, en vonden eindelijk op
de plaats der aanranding den ongelukkigen koopman; 't is hij, riep
de baas uit't Gulden Hoofd, 'tis den Gentenaar Karei Steenspecht,
die aangerand is, bestolen en. misschien vermoord; er is geen
teeken van leven aan. Hij ademt toch nog, zegde een der
Opscheerders, er komt bloed uit zijne wonde aan de borst; haastige
hulp is hier noodig! Ze legden hem voorzichtiglijkaan den dijk-
kant... Haastige zorgen zijn hier noodig, sprakde baas; dat er ie-
mand Pastoor en Docteur ga roepenWat is hier de naaste pacht-
hoeve? Pieter Speikers, antwoordde iemand uit den hoop.
a Ja, dat zijn brave menschen, daar zullen wij den ongelukki
gen koopman dragen.
Aanstonds wierd er met de stokken een draagberrie gemaakt;
Pieter Speikers was een welstellende boer, met tien koeibeesten en
een peerd; hij was al een uur slapen, doch aanstonds stond hij op,
en vernemende wat er gaande was, hij, zijn vrouw en zijn dochter
Lucia waren aanstonds in de weèr, om alles te schikken en bij te
brengen tot hulp van den bsklageasweerdigen Reiziger. In de
groote kamer wierd een malsch bed bereid, op 't welk de lijder met
veel omzieitigheid wierd gebracht. Onze Karei lag nog altijd bui
ten kennis; dood was hij toch niet; zou hij nog tot spraak en ken
nis komen? niemand wist het, en men verwachtte met groot onge
duld de komste van den Geneesheer. (Wordt voortgezet).
TLfffltm 4 Maandag achternoen zijn
XirCiCUJU' 4111U-IU3 te Brussel rechtover Fi-
nisterre 3 beurzesnijders aangehouden. Zondag 18 Juli is er
t'Aalst op de groote Markt een luisterlijk Concert door 't Muziek
der Jagers te peerd, ten 5 ure 's avonds. De Liefhebbers vanschoon
Muziek zullen afkomen. Te Roussblare zijn de Policie-agenten
in een nieuwe kleeding uitgedorscht: Witte handschoenen, een
nieuwe frak met twee roten zilveren knoppen, een klaphoed met
zilveren banden en een mieuwe blinkende sabel. Als ze maar wel
Policie doen, dat is't bijzondersteMen kan niet beschrijven
hoe wreedaardig een kind kan worden, eens dat het aan 't Zede-
bederf is overgeleverd.
De Kardinaal-Aartsbisschop van Parijs zaliger,was geboren te
Aix, zijn Ouders waren werkzame en eerlijke Pachters. Ge ziet dat
de 3oerkes in alle Landen der wereld, groote Mannen leveren.
ZELEOp Zondag 18 Juni zal M. Alphoos Van Hoorick met zijn
omnibus nog eene reis maken naar O.L.V. van Lourdes Oostakker.
De prijs is voor weg en weèr 2 fr. en zal om 9 ure 's morgens uit
zijn Afspanning De 4 Eemers vertrekken; Van heden af schrijft
men in. De E. H. De Poorter, Pastoor van Ieperen, die de reis
deed in 't H. Land, ligt te Jerusalem in 'tHojpitaal met een wonde
aan zijn been. Zondagachternoen hebben omtreat 3oo personen
van WONTERGEM zich met een prachtige offarkeers naar de
Grot van O. L. Vr. van Lourdes te Olsene begeven; talrijke gebe
den en lofgezangen zijn ten hemel gestuurd, ten einde de genezing
van hunnen alomgaëerden Herder te bekomen. M. Malou, de
weerdigeman, had opzijn Prochie een School gesticht en onder
houden voor 180 kinders; dat is hem een groote troost geweest op
zijn sterfbedde, M. Malou was mild voor d'anderen en voorde
Goede Werken, maar voor zijn eigen was hij met zeer weinig te
vrede. 't Is z&turdag dat er uitgesproken wordt in de zaak van
Ronsse. Tot Antwerpen is overleden Mr Notaris Dhanis. De
Werk Kommissie is iaverig aan 't werk; vooraleer de noodigemaat-
regels te kunnen nemen, moet men weten hoe de toestand gestaan
en gelegen is. Wij volgen met genegenheid het onderzoek van die
Staats-Commissie. Te Beernem, in de Jongelings-Congregatie,
is een Solo-Slim gespeeld door Franfois Bonne. Zie op ade bl.
de Prijskamp uit Eekloo. Schoone, kostelijke boeken te winnen.
In Frankrijk heeft Bisschop Freppel aan de Kamer voorgesteld
van Pensioenkassen in te richten, voor oude en zieke werklieden,
op verplichting en op zulke wijze dat Bazen en Werklieden eraan
meêhelpen. Overal klaagt men van D'HOP, behalve in Enge
land. De prijs is nu 27 a 29 fr.voor Oct. Nov. 42 a 44. T'Aalst is
een Maatschappij ingericht, om de Belgische Hop in waarde te
doen aanwinnen. Te Woerden, in Holland, is overleden een
der strijders van Waterloo, Aron Oppenheimer, oud 96 jaren. In
de wieg niet versmacht, maar toch ook gepasseerd! In Amerika
worden strenge maatregels genomen tegen d'Anarchisten.
Er komen altijd meer en meer slechtigheden uit, tep laste dier
Geuzinne van St Gillis Brussel; dat is een oprechte Babetta uit
den Jood van Veronen.Tot Thielt,op Koningscheut van Hulst,
als de feest-kaaons losbrandden, is een kind van 6 jaar, 't zoontje
van M. Dobbels-Van der Plaetsen erg gewond aan zijn hoofd.
Minister Gladstone zal het in Engeland moeielijk uithouden. - Op
de begrafenis van den Hoofd-Onderwijzer van Moerzeke-Castel
heeft de Schoolopzichter gesproken van eeuwigen slaap en verder
een onverstaanbare rimram van taalfouten en van duistere bewim
pelde zinsneden. Te Brussel, een meestergast in de lettergieterij
zekeren Jan S, die kromme wegen bewandelde, is dooreen vrouw met vitriool
overgoten, dat zijn wezen en hals ijselijkjreröranrt zijn.
Boekwerken.
'T MANNA
Zijn er schooner Kerk
en Meditatieboeken, wij
weten het niet; 't Manna
is geschreven door een
Priester, die de schoonste
godvruchtige werken van
onzen tijd heeft opgesteld.
Dit boek. in percaiin2,15
In Basaan,röo sneê 2,50
ln Basaan, vergalde sneê
2,60
Algemeenen regel: om
franko te bekomen, 10 °L
bijleg.
Opkomst der Stoomtui
gen, door E. H. Martens
1,00
Jan Clerker 2,25 fr.
2,50
Nieuw Rekenboek In
franks en centiemen 1,00
Het groot Marte
laarsboek, of heldhaftig
gedrag der Belgische
Geestelijkheid ten tijde
der Fransche Omwente
ling, prijs 1,80 franco
2.10
Jan Van Noorde, ol
sterkte in de beproeving
3 dikke boekdeelen (per
occasie) aan 2,00, franco
2,3o.
De Allerheiligs e Ro
zenkrans van de Moe
der Gods,
door den Eerbied w. Pater
Jannariu3 Maria Sarnelli,
van de Congregatie des
Allerh. Verlossers.
Prijs fr. 0,15
Sedert eenigen tijd be
staat de Fransche verta
ling van dit Werkje, en
meermalen hoorden w'J
hen, die het gelezen had
den, uitroepen: O wat Ör
dat een uitmuntend en
liefelijk boeksken! nooit
heb ik de heerlijkheid
van den Rozenkrans ge
kend, nooit heb ik begee-
pea al de rijke schatten,
die hij bevat, en mij dunkt
dat ik dien nooit geheel
goed heb gebid, voor dat
ik dat Werkje had gele
zen.
Dit is de belijdenis
van velen, en wij darren
er bijvoegen, dat gesn
wareCbristen dit Werkje
met aandacht zal lezen,
zonder van een diepen
eerbied en eene ware
toegenegenheid voor dit
Verheven Gebed van dan
H. Rozenkrans doordron
gen te worden.
Moge dan deze Vlaam-
sche Vertaling weldra
alom verspreid worden en
in de handen komen van
alle dienaars van Maria':
Voorzeker zon dit niet
weinig bijdragen om den
vurigen wensoh te ver
vallen, ken Zijne Hei
ligheid -o XIII in deze
laatste j ien zoo herhaalde
malen janit heeft; dea
wen.1 namelijk, dat alle
geloc- gen den Allerhei
ligste" Rozenkrans god-
vrachtiglijk bidden en
overwegen, om door de
Voorspraak van de Moe-
dervan Jasos, de gedurige
en helsche aanvallen d9r
vijanden van ons heilig
Geloof af te weren, en al-
zoo de uitbreiding en de
zegepraal der Heilige
Kerk te verhaasten.