He Zwarte Advocaat De Mannekes uit de Maan. Dramatiek Verbaal uit de verledene eeuw, naar 't groot werk van S. VAN DER GUCHT. 37 XXXVII. Leve de Vrijheid Gedurende den dag dat Passchierken Vertangen zich naar Gent had begeven,om vo'gens den raad van den deur waarder N-codemus Verkalende aanklacht i de handen van den Prefekt Paulus Dubois over te leveren, bad er te Aalst een zekere soort van opschudding onder be Volk plaats gegrepen. Thistje Sterck, die na de bloedige wraak die bij op de Sansfeu- lotten bad genomen, behoedzaam in de herberg bei Oud Roklijf bij Oom en Moei was verbleven en zich bau gedragen, even of hij zich onbekwaam gevoelde van nog iets erns' uit te voeren, had nu gedurende eenige dagen den lust in zijn bin enste voelen on kie men, om den heer Ponsel en deszelfs neef in hunne gevangenis te gaan bezoeken. Hij wist dat jufvrouw Angela maandelijks bij baren schoonbroe der placbt toegelaten te worden;ook was 't hem niet onbewust dat tot ten huidigen dage niemand, ja zelfs zijne Moeder, jonkheer Karei had kuDnen spreken. Wel meerm-als had bij zich ten buize van den Advokaat bege ven, en de goede Angela bad alsdan nooit nagelaten,hem den groet over te brengen welke beide gevangenen hem deden, doch dit was hem niet meer voldoende, hij wilde pogingen aanwenden om in hunne tegenwoordigheid toegelaten te worden en misschien hen te verlossen. Eenige weken te voren zou hij dit niet hebben durven peizen, maar nu, dat de roep begon veld te winnen, dat men binnen korte dagen van de gewetenlooze handlangers der Republiek zou worden ontslagen en deze door gematiger mannen zouden worden vervan gen, hoopte hij in zijn voornemen te kunnen slagen. Hij begaf zich dan, zonder aan iemand iets te zeggen, bij den Commissaris en vraagde zoo beleefd mogelijk de toelating om in de gevangenis bij den Advokaat Ponsel toegelaten te worden De Commissaris vroeg naar zijne boedanigheid en staat die hij in de Samenleving bekleedde, maar niet zoodra had hij verstaan dat deze den neef van baas Goris Verschepen was, derhalve een per soon dien hij meende niet behoeven te vreezen, of bij veranderde schielijk van houding, en wees hem onmeêdoogend van de hand. Tbis»je Sterck bad rich met de wraak aan het hart van daar ver wijderd, n was, wit van gramschap, een nabijgelegen herberg bin nengeslopen; aldaar vroeg hij een pot bier welke bij op een omzien den helft ledigde; toen legde hij zich met beide ellebogen en het hoofd in de handen op de tafel peizende neêr. Niettegenstaande her een werker.dag was, bevond er zich veel volk in deherberg die in opgewonden toestand verkeerden; het bier en de genever floreerden en Thistje had geen moei te om te verstaan dat men geweldig uitvoer tegen de Regeering. Mannen, zegde er eenen, ik kome van Gent; al het gespuis dat aldaar in den naam der Fransche Republiek zoo lang het Volk heeft verdrukt, is reeds van kant gesmeten en vervangen door vrij heidslievende Beambten; eer twee dagen, komt de Prefekt hier ins gelijks in ons midden aan en zal de Municipale eenen dans leeren. Leve de Prefektleve Dubois schreeuwde men eenparig. Niettegenstaande deze Betooging hst neêrslacbtig gemoed van Thistje m t nieuwe hoop vervulde, vond hij echter niet geraadzaam mede te manifesteeren; hij betaalde dan zijnen drank cn verliet de herberg. Op de straat gekomen, meende hij zich naar huis te bege ven, maar zoo met eens begon hij te denken dat het verhaal van al hetgene bij inde herberg had hooren vertellen, Jufvrouw Angela zou hebben kunnen verblijden. Hij richtte dan zijne schreden tot hare woonst. De heer Karjl Steenspecht die nieuwsgierig was om den uitslag te kennen der boodschap waarmede Passchierken Vertangen zich naar Gent had begeven, bevond zich bij de Jufvrouw; en deze brandde insgelijks van verlangen om den bultenaar te hooren spre id1!' tien Tbistje Sterckzich in hunnetegenwoordigheid vertoonde. Hij werd door hun beide wel ontvangen, men deed hem neder- zitten en de jongeling verhaalde in het wiid en breed, al wat hij in de herberg had gehoord en gezien; echter sprak hij geen woord van hetgene he n bij den Commissaris was wedervaren. Edele Jufvrouw, eindigde hij, gij ziet nu klaar als den dag, dat het rijk onzer verdrukkers voor goed een einde heeft genomen, en eens lechtveerdige beambten aan het hoofd, zal men welhaast uw zoon en schoonbroeder in vrijheid stellen. Deze t oostende woorden brachten echter weinig lening aan de zoo diep bedroefde weduwe; ook begon zij eenige onheilspellende opmerkingen te maken. Zou de nieuwe beambte wel beter zijn dan de eerste Zou hij ook ten bunnen voordeele de burgera niet pluimen enz. enz. Op dit alles kon Tbistje Sterck weinige voldoende antwoord ge ven er. h:. w s dit maal de koopman die haar van lieverlede deed begrijpen dat de Regeering reeds al te lang de baldadigheid der Commissarissen had verdragen om hen door geen onberispelijke en krachtdadige te vervangen. Vi ijl men deswegens ouder malkanderen redekavelde, werd de voordeur eensklaps driftig geopend I —Daar ia Passchie.Ken.riep Angela uit.En inderdaad welk ande ren zou het hebben kunnen wezen, daar hij alleen de sleutel der deur bij zica droeg, om bij dage en nachte binnen te kunnen gera ken. Kort daarop vloog de deur der zaal open, waar het drietal zich bevond en Passchierken Verlangen, op welkers aangezicht voldoe ning en genoegen te lezen was, sprong juichende binnen. Goed nieuws, riep hij uit, alles is reeds een afgedane zaak, misse nan reeds morgen zal M. Ponsel en ziju neef in vrijheid worden gesteldhet is de Prefekt der Centrale Admininistratic van het Deputemen! der Schelde die het mij zelf heeft gezegd. Deze zoo stellige woorden raakten het hert der aanwezigen, en het was als om het eerst dat Steenspecht en Angela zich aanstelden om den buuenaar teondervragenmendeed hemzitten en de blijde wedu we b.acht met eigen handen een flesch wijn voor den da*, om zijne verklaring gemakkelijk te maken. Na eens gedronken te hebben, begon de bultenaar hun gansch zijn wedervaren te verhalen; van den stond dat hij Aalst had veria- ten, tot op het oogenblik dat hij zich hier in hunne tegenwoordig heid bevond; en bezonder weidde hij breedvoerig uit over hetgene üen Prefekt, welkers ouders eertijds door Mijnheer Ponsel gehol pen wareu geweest, hem had beloofd wegens de in vrijheidstelling van den Advokaat en Jonkheer Karei. f.??e^llJJaG verheugde eeniegel jk, maar wel bijzonder de teêrhartige Angela; echter kon deze zichniet bedwingen,Passchier- ken straf te berispen over de losbandigheid die hij gedurende zijne *eis had bedreven, hem voor oog.n stellende, wat kwade gevolgen dit zou kunnen voortbrengen hebben. De bultenaar trachtte ou ook zijne doenwijze te rechtveerdigen, toen er aan de straa' ieur werd geklonken. Rosalia Van Daolen bevond zich op dit oogenblik in de k uken en daar het buismeisje niet aanwezig was, spoedde zij zich naar vo ren en opende de deur. Maar hetgene zich voor hare oogen vertoonde, deed haar achter waar s treden van verschieten; zij uitte een lichte schreeuw en wan kelde op hare beenen I Een deftige heer trad binnen I Daarin was nu toch mets wonderlijk gelegen, maar achter dezen vertoonden zich twee andere personen, welke Rosalia scheen te herkennen en welkers aanblik haar geweldig ontroerde. Inderdaad, het waren wel degelijk den heer Ponsel en Jonkheer Karei zijnen neef, die door den Prefekt zelve uit hunne gevangenis kwamen vei lost te worden en naar huis werden gebracht. Maar deze beiden waren zoo zeer ten hunnen nadeele veranderd, dat zij schier niet meer kennelijk waren; sn de goede Rosalia begon te twijfelen of bij avontuur deze twee geen geweldige dood waren gestorven en het hunnen geest niet was die zich aan haar kwam vertoonen. En dit was 00v geen wonder: Karei was schrikkelijk vermagerd; de goede jongeling, in zijne versletene kleederen gebuid, bad schiers met meer dan het vel over de bsenen; en Ponsel, die niet veel hield van zich te reinigen, had schier het voorkomen van ee nen straat vager gekregen. Burger Prifekt, sprak de Advokaat, zonder op de aandoening van Rosalia te letten, daar ik door uw toedoen, het geluk heb v,n mijnen dorpel te betreden, verzoek ik u de toelating om u als onzen belden redder aan mijne schoonzuster voor te stellen; ik hoep da diepbedroefde weduwe mijns broeders nog welvarend te vinden. En zonder d' antwoord van den Beambte af te wachten, wendde hij zich tot de gewezen kluizenares. Mijne goede Rosalia; zegde hij, waar is uwe meesteres aanwe zig? Jufvrouw Angela, stamelde deze, is in de eetzaal bij Mijnheer oteenspecht, Passcnierken Vertangen en Thistje S erek. Gaat ons voor, hernatn hij, en onderricht haar van onze komst; wij volgen u op de hielen. Rosalia wier verbaasdheid nu schielijk plaats had gemaakt voor ee3J u't£e'a,ene vreuSd« s'oot de deur en spoedde zich naar binnen. Men had aldaar op het geschel aan de voordeur weinig acht ge nomen, en de gesmoorde uitroeping van da meid niet gehoord, men dacht dat het een bedelaar of iets anders kon zijn welke de teerhar tigheid van jufvrouw Angela kennende, volgens gewoonte om een aalmoes kwam, zoodat de bultenaar nog bezig was met zich te ver- schoonen, toen Rosalia de kamer kwam binaengeloopen, met de blijde tijding dat een vreemde heer met Mijnbeer Ponsel en jonk heer Karei baar volgde: Deze onverwachte aanbrenging maakte schielijk een einde aan de redeneering van Passchierken. Allen richtten zich nieuwsgierig op van hunnen stoel, toen eens klaps Paulus Dubois met de twee ontslagene gevangenen de zaal intrad. Burgerin, zegde hij, ik, als Prefekt der Centrale Administra tie van het Departement der Schelde, vraag ik u m den naam der Fransche Republiek, verschooning over het ongelijk dat u is aan gedaan geweest, door het beleid van gewetenlooze guiten, die den naam van broederlijkheid en gelijkheid zoo deerlijk hebben mis bruikt. Aan gedane zaken is weinig te helpen; echter tracht ik de redeloosheid mijner voorgangers te verbeteren, met uw zoo nabe- staande maagschap uit de gevangenis te ontslaan enaan uwe vriend schap weder te geven. De goede Angela was door dezen zoo onverwachten toeval zoo ontroerd, dat zij den Pr fekt schier niet antwoorden kon. w. v. AUDEGEM. - HOUTHEM. - ST-N1KOLAAS, Doksken. Jantje, onze vriendelijke groetenissen aan 't Menschdem. Jantje. - O volgeerne, zekerlijk; dat ze koeragie hebben en braaf en blijmoedig le ven; dat de verschillige standen malkaar helpen en respekteeren Dóksken. 't Moet zijn, Jantje; want ze zijn toch allen kinderen van éenen Vader, op reis naar 't algemeen Vaderland. Jantje. En in dezen zin zal er Vrede en W 1 vaart op de Wereld zijn,terwijl met die liberalisten, die radikalen.die pantheïsten,afgodis- ten en die Socialisten, men uitkomt in 't Land van Dispiten en krakee- len, Wanorders en Gevechten. Dokskbn. Jantje, vriend, zoo staan de palen; maar doet uw twee oogen toe zei Uilenspiegel en ziet.,, 'k Zegge dat er een groote ver blindheid is in de Wereld; van den eenen kant, ze zorgen voor hun Welvaart, en van den anderen kant, ze wrpen door hun Ongeloof, zand in bun soep en dan zyn ze verwonderd dat het op hun telloor krijzelt. Jantje. Wat zullen wij zeggen? een ezel stamt geen tweemaal tegen denzolfden steen; ik stoot er tweemaal tegen, zei Sis Kromhert, dus ik hen geencn ezel. Doksken. - Jantje, hebt ge dat gezien, Zondag 't Volk dat naar AUDEGEM liep, naar Audegem bij Dendermonde? Jantje. Welke beweging en welke menigte 1 oud en jong, krank en gezond, 't Hop er al naartoe 't Was uit Aalst, uit Deudermonde, uit al d'omliggende Paro chiën, uit Lede. Poksken. Is 't niet te Lede dat E. H. Ameels 20jaren onderpastor is geweest! Jantje. Ja, te Lede, en daar blijft hij in dank bare en diepgenegene geheugenis: twintig jaren daar gewerkt, 't kwaad bevochten, 't goed gesterkt Doksken. Zekerlijk, zekerlijk, gelijk alle Geesten- lijken doen! En nu Pastoor genoemd tot Audegem; Mocht hij er laag en gelukkig leven en het eeuwig en tijdelijk geluk der Parochie bevorderen Jantje. Nu van den Stoet der Inhaling gesproken! Doksken. Een sehoone, groote Stoet; met genie ingericht en met iever en vlijt uitgevoerd. Jantje. Welk groot getal praalwagens en welke fraaie groepen 38 deelen in den StoetPostiljons, Eerewachten, de Heiligen Marti nne, Carolus, Barbara, Ambrosius, Cornelius, Catharina, Cecilia, Ro salia, de Kruisvaders; de Twaalf Apostelen RARETEITEN. -Te St Gillis Waas tdouard Cornells smousjaste met zijn ouden Vader Philippus en die achtbare Ouderling speelde duizend in een spel.. Dat is oprecht Rareteit. —Te Sint Maria Audenhoveo in 't Burger!'k huis hij M.Hoorens. speel den K. B..P. D. L, Til. H en Fr. D. D* 1 toor.de 4 vrou -en; n 2 4 heeren. n*3 4 azen. en Th II. 4 zot ten daarop was 't gaudea-nus en Iraktearnus met een goede fl ssche bier. Zelfde gemeente, zekeren /."Q- dag in een herberg speeide d baas eenen Solo-Slim. maa zijne te en- fe^speelders ••■ar m h«n te slim Eene -^-zelzaamheid in h. t jissp 1 h-eft plaats gehad zaterdag ter herberg: II t Land van Aalst, bij R V»m Crnmbrugyete Son. g.-m te weten: DenheerH I) N-y -r K i>h»li k Ouder wijzer deelt, den eersten Tn D K \s r v <agt een 4 van klaver aas en een 3 var' ijk' n zot, waar. p zijn maat ro< pt.een vierden I ij var klaver tien. Pr. Van Crombrugge. den baas der herb rg, had ook een vierden bij van herten aas en vraagt bij gevolg naar den graad der andere vierden. Maar zie.den decler springt verheugd op en toont een achtienden in koekens troef. Vrijdag laatst is er te Doel een Solo-Slim gespeeld, in de her berg Het Schippershuis, bij J. B. Van Crae- nenbroeck door Tbeodoor De Lee, in gezelschap van Jan Bapt. Van Craenenbro'k Gomaris Van Craenenbroeck en Jan Cornells Engels. Onnoodig te zeggen dat hot. voorval het gezelschap zeer verheugde, ook wierd er met eene goede flesch oud bier op geirakteerd. Te Mendonck bij D Broggeman is gra tis te zien eenen zwarton Ramenas, wegende 3 kilos en half. PARLOIR. Mr V. te G. dit n* 18 Juni, lang gezocht, niet g«vonden. Uit Lond. M. V. J. 2,50 87. Uit üam. van M. D. l'E G. 5,o0 tot einde 87. Van R. ikzeu zeeerst willen lezen. Mr te W. g*z. niet gev. Uit Gent van D. V. D 2.Co 87. Uit Sinai van M. P. B. 2 50 87. Uit Des. van MT J. G. 5.00 ^6 en 87. Ontf. Roll. 43 93 Van Mej. S. V. H. Sl 2.5o. Uit Mels. 5,00 vanM. J. D. M. - Uit St. M D. N. 2.5o 86. Uit Gent, M. D. J. 2,50 87. Wij hebben dees week verscheide mededeelingen moeten verkorten. ZELE- Varleden Dijnsdag heeft alhier de Prijsdeeling onzer Katholieke Bewaar school plaats gehad, men moet ooggetaige geweest zijn, om de sehoone en kundige stukjes te kunaeu beoordeeien, door al die kleinen uitgevoerd. Wat de prijzen betreft, die waren buiten alle verwachting; aan ver. scheidene arme kinderen is bijna eene gan- sche ploenje voor prijs geschonken, geen en kei oppassend kind is met ledige handen naar huis moeten terug keeren De Werkman bedankt uit naam dier klei nen alle weldoeners en medewerkers der Prijsdeeling. Ninove, dijnsdag. Tarwe per 100 kilos 19,00 a 20, Rogge 13,50 a, 14, Aardappelen 5,a 6, Boter per kilo 2,60 a 2,70 Eieren per 25 1,90 a 2,10 Sottegem, dijnsdag. Roode tarwe, per 100 kilos 19,a 20,00 17,— a 17,50 13,— a 14,— 17,— a 18,— 6,—a 0,50 2.CO a 2.18 2,18 a 2,27 Mastel uin Rogge Haver Aardappelen per loo kilos Eieren per 25 Boter per kilo WAREGEM. Op onze vlasmarkt waren omtrent 225 balen te koop gesteld die verkocht we. den aan de volgende prijzen. 29 jan. 05 feb. Vlas.lek.p.k.fr. 0 a00 aO ld. 2e» l.-»l,10 1,05 1,12 ld. 3®» 0.72 0 89 0,85 1 Werk 0,72 - 0 - 0,77 0 Aard. p. 100 kil. 5,— 6,50 5,50 - 6 75 id. witte 0,0 Boter, per kilo. 2,302,90 j 2,30 2,70 Zele Dijnsdag. Tarwe 106 1. 16,25 al6 75 Rogge - 10,— a 10 25 Haver 15 h 09,50 a 10 Boter per kil. 2,18 a 02 27 Eieren per 26 1 81 a 02 Lokeren 's Woensdag. Tarwe 106 1. 16,50 a 17,50 Rogge 106 - 10,50 a 11, Garst 106 - 11,50 12,00 Boekw 106 Haver 150 09,50 - 10,75 Klaverzaad - Roesselare, dynsdag. Tarwe per 100 kilos 20,— a 20,50 Rogge 14, a 14,50 Haver I4,a 14,50 Aardappelen 5, - a 6, Boter per kilo 2,60 a 2,70 Eieren per 25 1,90 a 2,-— VEEMARKT VAN ANTWbRPEN. Verkocht vee. Betaalde prijzen per kilo 231 ossen lek. f. 0,802® k. 0,70 3ek. 0,60 154 koeien - 0,70 - 0,60 0,50 I03veerzen» 0,75 0,65 o,50 31 stieren 0,65 0,60 0,50 39 kalveren - 1,00 0,90 0,80

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1887 | | pagina 3