Rampen, Misdaden Ongelukken.
Woord te Nieuwerkerken.
Amsterdam
Broederlijkheid.
Als ge t'Aalst de Zoutstraatpoort uitgaat, g'hebt eerst 't Kerk
hof,dan rechts St Jcb, die oude Heerlijliheid, daar 't Kasteel van
Regelsbrugge,de Kapel dagteekenende van 't iaar 1497,die Ka
pel in 1589 door de Geazen verhoest, en verder opgaande, ge
ziet d'eerste huizen vaa Nieuwerkerken, 'een der oudste Paro
chiën van Vlaanderen; Nieuwerkerken 2,488 zielen
Zondag morgend liep 't gerucht in Aalst van een moord te
Nieuwerkerken gepleegd, men sprak van inbraak ea diefte, van
een Ouderling in zijn huis den hals afgesneden-
Aanstonds hebben wij onzen Expert heên gezonden en ziehier
wat hij ter plaatse heeft gehoord en gezien Op de wijk Bremt
woont de landbouwer Joannes Van de" Hende, oud 73 jaren,
met zijne schoonzuster; de Van den Henden waren aanzien als
rijke Heden en zij vormden een braaf huisgezin; de week te vo
ren was de broeder van Joannes, de man der schoonzuster over
leden en vrijdag begraven.
Nu,op Vastenavond zondag, de schoonzuster kwam thuis uit
d'eerste Mis; de deur opentrekkende, wat ziet zij? Het ijselijk
verminkt lijk van haren schoonbroeder; Jan Van den Hende
lag vermoord nevens de stoof; terwijl hij bezig was met een
broodmes rapen door te snijden en dezelve in een en ketel op de
stoof te doen zieden voor de 1 oei; de ketel was half gevuld,
toen de afschuwelijke moord gepleegd wierd.
Zijn keel was doorkerfd en doorsneden, waarschijnlijk met
zijn eigen mes; dit mes was gansch verwrongen en bebloed,
want ongetwijfeld had het oude slachtoffer een hevige tegen
stand geboden. Rond de 30 fr. in geld was er gestolen; zoo het
schijnt was er veel meer geld in huis, hetwelk de moordenaar
(of moordenaars) niet gevonden heeft.
Zondag avond is 't Pirket langen tijd ter plaarse geweest, met'
2 Wetsdokters, 4 geadarras en de Poiicie van Nieuwerkerken
en Erpe. Alles is zorgvuldig opgenomen en uitgehoord; 's an
derdaags is 't verhoor voortgezet; reeds zondag avond ging men
tot de aanhouding over van zekeren C.D.S een loteling der ge
buarte, welken naar Aalst wierd overgebracht en in de gevange
nis opgesloten. Dijnsiag liepen de geruchten dat hij losgelaten
was; doch van den anderen kant zegde men dat hij naar Assche
was vervoerd, verzekerd hebbende, dat hij daar zijnen alibi kon
bewijzen Alibi bewijzen dat is toonen zijn tegenwoordigheid
op oogenblik der misdaad in een andere plaats.
De verontweerdiging is groot te Nieuwerkerken; Jan Van
de» Hende, zoo wreed aan zijn einde g raakt, was een alomge-
acbt er. brave mensch. Behalve de sneden, aan de keel tad hij
nog wonden aan zijn hoofd en op zijn lichaam teekens van sla-
een. De Begraving had dijnsdag plaats.
't Gehucht is, als gij aan de Kerk komt, links af, naar Haaltert
toe; 't Gehucht Maal is rechtsaf, lar.gs Erpe toe.
BRUSSEL. Schrikkelijk geval.
In een rijk huis, Louisa kwartier, M. C. leeft daar ep zijn
renten met een ecnige dochter 19 jaren oud; z'hadden geld en
goed in overvloed; sedert eenigen tijd ziet men in de gebuurte
'ne man van 50 jaren, die zegt rijk te zijn weduwenaar, en naar
d'haod der dochter doet. Hij komt die dochter ter huwelijk vra
gen; de vader weigert, 't was maandag ten 2 ure; de Vader
lacht den vreemdeling uit, de dochter hoort het,ze loopt boven,
men hoort een ontploffingj't is de dochter die haar eigen dood
schiet; de vader loopt toe, hij ziet 't lijk van zijn kind;hij neemt
den revolver die nog met ander scheuten gel den was; hij wilt
zich ook zeltsmoorden, doch hij wordt vastgehouden... Welke
zeden 1 welke manieren! en hoe moeten wij hier uitroepen;
Men ziet bier weder, klaar, srkuur.
De grootste kruisen, per voffuur.
't Moest een Dochter zijn zonder Christelijke gevoeleas, dat
ziet men van hier.
BRUSSEL. Zekere Lust, die nog gepratikeerd had in de
Miniemenstraat, 'ne slimme kerel die als 'ne paling uit d'han-
den der Poiicie wist te slibberen, is eindelijk gesnapt en inge
leverd door iemand aan wie hij gestolen juweelen wilde ver-
koopen.
VITRIOOL.
Vooruit roept men in dezen tijd
Maar 't is Vooruit in beestigheid.
Wat is er weêr te Brussel gebeurd? Een Brusselès, van haren
man gescheiden, leefde op haar Vrijdenkers met 'ne Geus.
Wat dwaze liefde voegt bijeen
Dat scheidt de kluppel in 't gemeen.
En die door d'ondeugd vereenigd loopen,
't ls liefde, vriendschap in den schijn
Maar in den grond gal es fernijn.
Die Brusselès heeft vrijdag van d'ander week naar t wezen
van haren gezel een groote kom vitriool geworpen.Hii is schrik
kelijk verbrand en geschonden voor zijn leven.
Men zei het nog, 't en kan niet missen
Op zulke vijvers, zulke vissen-
PEERD DaT STORMT. Een der drij zaken welken men
moeielijk kan tegenhouden. In de rue Joly, Schaarbeek, Brussel
bij M. Bemont, een peerd uit den stal geraakt, donderdag d. v.
w. ten 3 ure namiddag, op straat geraakt daar sprongen en
kabriok-n gemaakt, tot grooten schrik der in woners en bij
zonderlijk dat er op dit oogenblik zooveel kinders waren in
die straat. Den Policieagent Soys die moediglfjk voor 't peerd
gesprongen en hetzelve overmeesterd.
ST GILLES bij Brussel.
Progres, Progre3, is 't woord op ooze dagsn,
Maar dikwijls vol van rampen en de plagen.
Te St Gilles, een weduwe had een dochterken van 13 jaren,
een dochterken dat geld inpalmde. De moeder-weduwe, niet
wetende wie de dief was, verwittigde de Poiicie; de
Poiicie kwam, het dochterken sprong uit de zoldervenster; ze
moest morsdood geweest zijn, doch bleef aan waschkoorden
hangen en heeft nu verschelde lidmaten gebroken... Zoo jong,
en reeds stelen en aan zelfsmoord denkenl
ST JOOST-TEN-NOODE. Er woont daar een slimme ma
dam, die geen meissens kan houden; de laatste die bij haar was,
wilde ook weggaan, maar de Brusselsche madam sloot 'tmeis-
ken op, 8 dagen Tang, aldus een gedwongen dienstmeid wil
lende. Maar 't meissen riep om een Kerkhof wakker te maken,
de Poiicie is gekomen en er is Proces verbaai tegen de madam.
UKKEL Een droef geval, nabij de Van der Kinderestraat:
Maandag, de laatste trein van den tram kwam uit Brussel,
geladen met veel volk. Zelfs van boven zaten er, en o a.
M. Goossens, Onderwijzer van St Job en te Ukkel wonende.
Een geweldige schok; M. Goossens valt er af, hij wordt overre
den, men hoort een gekraak; 't is zijn been dat kraakt en ge
broken is. Men vreest voor zijn leven; M. Goussens is vader
van 2 Kinderen.
GENT. M. Corbisier is weg e» blijft weg; hij was te
groot in de Wapens voor zijn vermogen.
Die draagt boven zijn krachten
Die 't hoog is met gedachten
Van lust en pracht en zwier
't En heeft geen kangen tier.
Eerlijk duurt langst. De Policie-Commissaris vaa StAmands-
berg heeft een dochter moeten aanhouden, zekere N. V. die
door't zedebedeif in noggreoter schelmstukken schijnt ge
vallen te zijn. Zaturdag was een groote strikse in de Lange
Munt, neen, in de korte Munt. Een peerd in eenen tilbury ge
spannen, viel over de riggels van den tram, heer en koetsier
stuikten op den grond; maar 't en zal nog geen erg zijn.
In den nacht van 19 eu 20 Februari, is er begin van
brand ontstaan, in de sakristij der kerk van St Alfons Goor,
onder Heyst-op den-berg. De schade wordt berekend op 500
fr. De oorzaak dier ramp is onbekend.
MOUSCRON. Hoort welke ramp!
Ach ods leven inderdaad
't Hangt aan eenen zijden draad.
Zondag avond, ten half tien, een reiziger gaat de rails over
om den trein te nemen die uil Gent komt; de trein uit Door-
nijk treft hem, hij valt, hij is doodl
RUDDER VOORDE Zandag avond liep te Brugge 't ge
rucht dat d'Heerlijkheid van M. Pecsteen te Ruddervoorde af
gebrand was. Ziehier de gevallen. Rond 3 ure was er inderdaad
brand ontslaan langs de Serren; reeds stond het dak van een
ge x>u in brand; men had het goed gedacht naar de Kerk te
loopen waar't Volk vergaderd was voor de Vespers; en met
die machtige hulp kon men 't vuur ras overmeesteren.
STOUTMOEDIGE DIEVEN. le Luik zaturdag nacht zijn
stoute dieven gedrongen in de Banque générale. Ten 2 ure
hoorde de Portier gerucht; hij stond op en kwam juist bij tijds,
om de dieven te verjagen. Reeds waren zij binnen, hadden 3
lessenaars opengebroken, maar niets gevondea.
Zoo hadden zij niets dan schande en scha
En de Justicie die zit z'achterna.
JEMEPPE. Een gansche bende dieven is daar gevallen in
't huis van de rijke Juffer Demesse, maar de Poiicie was ver
wittigd, ze waakte er, als de dieven den muur overgeklommcn
waren, vonden zij 6 gendarmen en 2 veldwachters. 2 der schur
ken zitten vast.
Duitschland.
Te Dagsburg, distrikt Saarbnry. Lorre'nen, ontstond d'an
der week brand bij den schrijnwerker Burger: en 't ging zoo
ras voort, dat weldra 87 haizen in vlam en vuur stonden, 0. a.
't Pos'bureel; meer dan ICO Famüiön zonder dak, 3o koeien
en 100 varkens, dood.
Hoe de Volksbelangen daar behertigd worden.
Het is verklaard voor 't Hollandsch Werkmaus onderzoek. 1
ie Er bestaat t'Amsterdam door de zorgen var, St Vincentius l
a Paulo, eene kostelooze lagere school, voor 740 kinderen, die
er tot hun 14 jaren worden onderwegen en opgevoed, godsdien
stig en vaderlijk. De leerlingen dier school onderscheiden zich
door welgemanierdheid, leerzaamheid en grondige ontwikke
ling. Na hun 14 jaren, worden zij door d'heeren van Vincentius
od een Ambacht geplaatst en zoo lang mogelijk beschermd.
II. Dan hebben onze Medebroeders van Amsterdam nog
ander scholen, die te samen hebben I560 leerlingen. Zij hebben
avondscholen voor teekening en kennis der Nijverheden.
III De meisjes worden bewaakt van in de Bewaarschool
totdat zij Dochters geworden zijn. Men tracht zooveel mogelijk jf
de Dochters van de Fabriek te houden, en in eenen goeden
dienst of op een goed ambacht te leiden.
IV Voor de volwassene en ongehuwde werklieden heeft
men de Sociëteit der St Jozefs-gezellen. Aldaar worden de stof
felijke en zedelijke belangen behertigd. Men heefteen ruim lo
kaal, deftige en nuttige bijeenkomstea en meermaals schoone
aangename Feesten.
V. 1000 Huisgezinnen worden door St-Vincentius van Am
sterdam beschermd en geholpen. De Winter van 1879 80, voor
Amsterdam bijzonder hard geweest zijnde, zoo heeft men als
dan buitengewone hulpmiddelen gezocht.
In 1886 hebben wij t'Antwerpen een Priester uit Amsterdam
hooren spreken Die werken van Volksbelang, zegde hij, zijn
lastig om onderhouden, ja; maar is ons leven geen aanhoudende
strijd?.. Veel mocielijkheden komen wij tegen, maar de ver
troostingen ontbreken er Diet; df zalige vertroostingen Hoe
dikwijls gebeurt het niet, dat wij werklieden tegen komen,
werklieden voor welke men met vreugd en fierheid den hoed
afnfemt, fatsoenlijke en achtbare werklieden, deftige Familie
Vaders, nuttige Leden der Samenleving, die hun geluk en hnn
welvaart te danken hebben aan de Patronagiën en aan de Werk
manskringen I
Even als de voorgzande, was de voordracht, Zondag laatst
door Mgr Lambrecht, in den Katholieken Werkmans kring
van St Fieters te Gent gegeven, alierbelangrijkstr. Ook werd
de welsprekende redenaar eene uur lang gretig aanhoord en
Seestdriftig bedankt. Ziehier de nauwkeurige samenvatting van
eze voordracht, die eene onuitwischbare heugenis in de ge
moederen der toehoorders heeft geprint.
cc Hedendaags treft men vele lieden aan, die zich weinig met
de Tien Geboden oods bekommeren, die zelfs zich niet scha
men te bekennen dat zij 2ich met God niet b -zig houden, ja i
den Godsdienst niet aantrekken: het Zesde Gfcbod, onder an- 5
deren, valt hun ongemeen zwaar en lastig. Nochtans, al willen l
zij Godswet niet erkennen, zij beweren eerlijk man ie zijn en
te blijven, zij houden nog van Rechtveerdigheid en Broeder-
lijkheid, en roemen er op, dat zij die hoedanigheden verder t
brengen dan Christus en het Evangelie het vermochten. Verder
gaan zij inderdaad op zekere wijze, want zij aanzien de apen j
zeiven als hunne medebroeders, doch tegelijk voeren zij apen- i:
zeden in de samenleving, tot verbastering van alle edele, ver-
hevene gevoelens. Zoo kramen zij valsche koopwaar onder be-
driegelijke beloften en verzekeringen uit.
1 Wat is nu Broedsilijkheid? Het is eene wederzijdsche ge- j
negenheid gesteund op eenheid van oorsprong rn aard, en
voltrokken door eenheid van gedachten en gevoelens.
De Broederlijkheid is hoogst noodzakelijk. Zij is het dak dat j
het maatschappelijk gebouw versterkt, en van de onweders,
van den sneeuw en den hagel, den regen en wind der beproe
ving bevrijdt.
De Broederlijkheid is natuurlijk. Alle schepsels leid. n er
henen. De druppeltjes water verbroederen in den luchtkring en
in de zee, om de aarde vruchtbaar te maken, om boomen en
planten te zuiveren en te laven, om den dorst der menschen
en dieren te verzadigen, out hun verfrissching en reinheid te
verschaffen. De zon en de maan verbroederen, om nacht en
dag een verkwikkend licht te verspreiden. Is de ontzaglijke eik
feen broeder voor het nederig garsje, dat hij met zijne scha-
uwriike kruin tegen de brandende zonnestralen of de verplet
terende stortvlagen behondt, en vergeldt het grasje die be
scherming niet met aan de reuzenvoeten van zijnen weldoener
eene heilzame truckheid te beholden?
j Beter nog dan alle schepsels des aardbodems is de mensch
onder alle opzichten tot.de Broederlijkheid geschikt. Koning
der Schepping, uit het edele voorhoofd de oogen zoowel naar
1 den Hemel als ten gronde richtende, alles ziende en hoorende
i wat onder en boven en nevens hem geschiedt, met de wonder-
bare tonen zijner stem in het diepste der herten van zijne me-
demenschen dringende, is hij,200 Augustinus zegt, bovenal
l voor de broederlijke samenleving geschikt. Hoe rijkbegaafd hij
immers is, kan hij alleen niets te wegc brengen, en moet bin
nen zijn geheel leven ontvangen om ook aan anderen te kun-
ncn geven.
II. Welaan, is die noodzakelijke en zoo natuurlijke Broeder-
lijkheid bij hen te vinden, die Gods gebo'leo verwerpen?
Ziet naar Lucifer. Prins van het hemelsch licht, hij staat te-
gen Zijnen Oppersten Meester op; hierdoor verbreekt hij den
broederlijken band die hem met de zuivere geesten vereenigt,
l en van Engel wordt hij duivel, wordt hij de booze, de ver-
vloekte. Uit afgunst bekoorde hij Adam en Eva die naar hem
luisterden, en zij storten henzei ven en hun nageslacht in het
beweenlijkste verderf.
Caïn onderhoudt Godsgebodeu niet en hij wordt broeder-
moorder. De zonen van jacob overtreden het zesde gebod; zij
l grijpen hunnen onschuldige» broeder Jozef vast om hem te
1 dooien, zij werpen hem in een put, verkoopen hem als slaaf,
i'a zij steken de eersten het rood vaandel uit; zij hebben het
;leed huns broeders in dierenbloed geverwd en roepen schijn-
heilig uit; Wij" zijn het niet, 't is een wild dier dat hem heeft
j verscheurd!
Zoo handelden ook de Heidenen. Hunne arme medemen-
schen wierpen zij in den put der onmeedoogendste verachting.
f: Voor den arme, zegde Epictetes, moet men walgen, als voor
een stinkenden put.
Zij verkochten de ellendigen «n behoeftigen tot slaven, die
men mocht als lastdieren doen arbeiden; die men mocht naar
willekeur mishandelen en dooden, als levenlooze, roerende
i> goederen verkoopen of op straat werpen,en toen zij geen dienst
meer konden doen, van honger laten bezwijken. Voor het ver
maak der toeschouwende volksmenigte werden jaarlijks dertig
duizend slaven in de openbare volksvertooningen door kamp
vechters vermoord, of door wilde dieren verscheurd Op èénen
dag liet keizer Titus, ter gedachtenis van zijn afgestorvenen
vader, vijf duizend slachtoffers omha'sbrengen, en tot het vie
ren van éène zegepraal moesten dertig duizend menschen te
zamen hun bloed vergieten.
Die gruwelen, hoe ijselijk ook, moeten ons niet verwonde
ren. De Heidenen hadden God, den Hemelschen Vader, uit
hunne samenleving gebannen; welke vrede, welke liefde kon
nog oader de kinderen heerschen? Wie den Vader miskent,kan
zijne broeders noch achten noch beminnen.
De Fransche Omwenteling was ook Broederlijk; broederlijk
om de eene volksgezindheid na de andere op het schavot te
doen sterven; broederlijk om kerken, kloosters en kasteelen te
plunteren en te verwoesten: broederlijk om het Vaderland met
schrik en rouw te vervullen en met schande te overladen; broe
derlijk om de ondeugd op de puinen van alle goed en recht te
doen heerschen. De Republiek joeg God uit Zijne heiligdom
men, en verving den Heilige der Heiligen door eene zedelooze
Redegodin. Ook vestigde zij de broederlijkheid def booswich
ten op de dood der deugdzaamste Vaderlanders.
Hedendaags komt er eene nieuwe school op van zoogezegde
broederlijkheid; die school is het Socialismus.
Evenals het Heidendom en de Fransehe Omwenteling wil
het Socialismus ook God verbannen. Zijne wetenschap, zegt
het, begint waar het Geloof eindigt.Zijne broederlijkheid steunt
op de gelijkheid, een bouwvallig nuis op waggelende grond
slagen.
Die herseschim is zelfs geene nieuwigheid. Zij verblindde
reeds de broeders van Jozefl Gelijk deze beulen van een on
schuldig en weerloos kind, steekt het Socialismus het rood
vaandel uil. Vraag aaa zijne aanhangers van waar de mensch
komt, waar hij gaat, wat hem tot zijn einde noodig is; zij weten
die vragen niet op ie lossen, maar beweren dat de zoogezegde
gelijkheid het geluk zal bijbrengen. Spreek hun van de ziel, zij
weten er niets van te zeggen; zelfs willen zij geene ziel erken
nen. Dus achten zij zich gelijk aan de onredelijke dieren; geen
wonder dan of bij nen iedereen knapt en bijt, om een stuk te
krijgen.
Zóó, met zich boven den waren God te willen stellen, zijn
het Heidendom, de Omwenteling, hel Socialismus met hunne
valsche broederlijkheid dieper gevallen dan de redelooze we
zens, dan de wildste dieren en de verworpendste kruiden.
Dwaasheid en ongerijmdheid zijn hun erfdeel geworden.
Toen de gansche wen ld in naam der valsche Broederlijkheid
in oorlog was, heeft God een Zaligmaker, een hemelschen her
vormer gezonden om de Tien geboden te herstellen.
Deze heeft het menschdom in den put der verachting niet
geworpen, maar het uit den kuil der verbastering en zedeloos
heid getrokken Hij heeft de menschen niet als slaven verkocht,
maar hen met Zijn eigen bloéd van de slavernij vrijgekocht. Hij
heeft niet gedcod, maar vrijwillig de dood ondeigaan, om
door Zijn stervn aan anderen hel leven te schenken. Zijn vaaa-
del is ook rood, doch niet van het bloed Zijner broederen, maar
van het bloed waarvan Hij tot den laatsten druppel voor het
menschdom ten beste gaf
De gansche wereld heeft Hij tot een huisgezin vergaderd.
Koningen en onderdanen, rijken en armen,grooten en kiemen,
geleerden en ongeleerdcn heeft Hij doen in hetzelfde water
zuiveren, aan dezelfde tafel nederzitten, denzelfden Hemelschea
Vader kennen, dienen en verheerlijken. Heeft eene onzer te
genstrevers de vrede, de eenheid kunnen stichten, ik zeg niet
in geheel de wereld, maar in eene gemeente, in een huisgezin?
Dat de geschiedenis antwoorde.
Dc broederlijkheid, d< or Hem geslicht, heeft Hij leeren be
houden en versterken door wederzijdsche afhankelijkheid tus-
schen hem die geeft en hem die ontvangt, door broederlijke
vermaning, door wederkeerige vergiffenis.
Nu, zeggen onze tegensprekers, dat zijn maar woorden. Ja,
woorden, die stecnen hebben bewogen; die allen ouderdom,
beide geslachten en alle volksstanden hebben doen verbroede
ren; die overal waar lijden en armoede, ramp en ellende te vin
den zijn, de weldaden der Christelijke liefde hebben verspreid.
En wat kunnen de woorden van Gods vijanden te wege bren
gen? Zullen zij wel menschenvnenden kunnen verwekken, die
zich voor hunne lijdende broeders zullen slachtofferen? Christus
sprak, duizenden en duizenden van beide geslachten schaarden
zich onder Zijn vaandel van liefde en zelfverloochening. Archi
medes verzamelde in een metalen spiegel de zonnestralen tot
een gloed, die de vijandelijke vloot verbrandde: Christus zal iu
Zijnen liefdespicgel, In Zijn kruis het kwaad en de ondeugd
verbranden, doch de herten Zijner vijanden niet vernietigen
maar hervermen. Plaatsen wij dien eoddelijken spiegel in onze
huizen, in onze vergaderingen, om ae ware, Christelijke Broe
derlijkheid te doen zegepralen.