Overzicht
lee Avonds voor de i« Communie.
's Avonds voor die whoone Dag,
Schoonste die m' hier leven mag
Op hot tranendal beneden,
Zond het Kind zijn teeder bede
Kaar de boogt hemelwoón
Tot voor Uodes htilgen troon...
Meren wij, van herte blijde,
«Vader J «sep'i, fallen tijde
3 Machtig wijs en teèr genoemd,
r» Ons beschermer hoog geroemd.
Wie. die kristen is op aarde,
Huldigt Vader Joseph niet.
Dis «los Hengsten Zo n bewaarde
Op "t onzalige aardsch gebiedl
Jos'-ph is die zoete Vader.
Die zijn vrienden al te ga-Ier
Sterkt en troost i< ramp en smert.
Uit een m< êgevoelig hert.
Eeren ^vij, enz.
Wie die strijien moet in 't leven,
Ho- ft. geen strijdersmoed en kracht,
Di«- van wijken w<et r eob beven
Voor des vijands overmacht?
Vad r Joseph, Jesus' hoede
Voor Hemdes v> r« eae woede,
Sterkt zijn diet aars wonderbaar,
In'i bekampen van 't gevaar.
Eereo wij, enz.
3-
Wie, die lijdt in 't aardsch beneden,
Zitb na; gst of lichaamspijn,
Wil geen trooster p zmn treden.
Wil niet traan geholpen zijn?
Vader Joseph, hoogst getrouwe
Uitverk reu Stem «er Vrouwe.
Die een zee van >tnerten leed,
Troost w ie hem te bidden wèet.
Eeren wij enz.
Wie. die sterft aan 't aardsch, gewemel,
(wat de mensch !o«;h eenmaal doel)
Wensoht geen voorspraak in den hemel.
Die het scheiden hem verzoet?
Dan is Vader Joseph machtig,
Zijn vereerders tri .uw indachtig;
Dan b k'«nr hij. o gewis
Bn de moeder vol van zorgen.
Zei, mijn Kind, mijn Kind. 't is morgen
Morgen is de schoonste Dag
Die de Mensch beleven mag I
Lijk de vogtl moè van vliegen
'tlopken duikt in zijne wieken,
Zoo het Kind zijn schoone ziel
In 't Gebed in slapeviel.
*5 JAAR, no 75a.- 18 Maart 1887
Verschijnt alle Vrijdag».
rnjs ia Bareel of Winkels, 5 centiem, /oor glieel Beigenlaid
2,so s jaars. Voor al de Landen van Europa, en voor d'ander
t, w®{fid?eelen» 4>50 's jaars, franco thuis.
P. DAtNS-MAYART, Achterstraat, AALST.
Dikwijls id ziin zachte droomen
Zag het EDgels tot hem komen.
Witter als de witte zwaan.
Blanker als de blanke maan.
■urne zacht' en teeder blikken
Hoedden *t kindje voor 't verschrikken.
Wijl zij met deo rechter hand
Iets dat blonk als diamant.
Helder als de zonnestralen
Toonden aan der hemelzalen
Daar zij vol van heil'gen schrik
't Nooit bezagen met een blik!
Maar dat 't Kindje mocht aanstaren
Dat lijk dauw 's nachts op de blaren
In een teedre bloeme vab.
Zoo nu hert en ziel omstraalt.
En al door dien glans en uister
Zingt bet EDglen zoet gi fluister,
Morgen is 't de schoonste Dag
Dat den mensch beleven mag!
J. V. West Vlaamsche Student.