Doktoor Ooris, Wijngeoe. a) (GORIS HALS). EEN VERHAAL UIT KEIZER KARELS' TIJD, doorS. Van dor Qucht, Kunstschilder to Aalst 4 II. JAN COLDER, DE KAPITEIN DER BAANSTROOPERS. Goris verschooten dat geen wonder; hij bevond zich ge- vallig alleen in zijn huis, daar Brigitta, met kind en meid,te Melleop een landgoed waren,en zijn dienaar van in den voor avond hem had verlaten om zijn zieke moeder te gaan bezoe ken Wie was dan dezen die op de deur zijner studiekamer kwam aan te kloppen? en op welke wijze was hij in het huis kunnen geraken daar de voordeur in het nachtslot was ge draaid? De Doktoor, als overtuigd dat geen mensch in zijn woonst kon binnen dringen, begon te denken dat hij had gedroomd; toen er voor de tweede maal aangeklopt wierdDan bleef er voor Goris geen twijfel meer over, hij beefde van schrik en daar hij de bijgeloovigheid zijner tijdgenoot en een weinig toegedaan was, begon hij, nu ook voor iets bovennatuurlijk te vreezen. Hij bleef dan verbaasd genoeg zitten, zonder de deur voor den aanklopper te durven gaan openen, of hem verlof van binnen komen, te verleenen, in afwachting of er nog eens yu worden geklopt, toen de deur schielijk wierd geopend Een onbekenke persoon trad binnen, groette beleefd den Doktoor en zette zich aan den overkant van den aard op een stoel neder. Koud weder, niet waar, Mijnheer? zegde hij de handen tot het vuur naderende als om zich te warmen. Inmiddels had Goris, niettegenstaande hij zich in het ge heel niet öp zijn gemak gevoelde, den tijd gehad den ingeko men eens ter deeg waar te nemen. Plet was een sterk ge spierden kerel, van middelbare lengte, welkers wezenstrek ken verre waren van onaangenaam te zijnHij was gekleed even als een burger van dien tijd; bruine wambas en broek, zwarte koussen met schoenen in strikken; voorts was hij ge huld in een zwarten mantel en droeg als hoofddeksel een grijzen hoed. Van den stond dat Goris Hals zich in de te genwoordigheid van den onbekenden bevond en in dezen niets buitengewoon aangetroffen had, was hij een weinig verstout, bij zoo ver dat hij hem barsch weg meinde aan te spreken en hem zijne onbeleefde handelwijs voor oogen te stellen, toen deze hem schielijk voorkwam Heer Doktoor, zegde hij. ik vraag u verschooning, dat ik u heden in den laten avond zoo onverwacht koom bezoe ken, maar daar het voor ons beide geraadzaam is onze on derhandelingen zoo geheim mogelijk te houden, dacht ik den duisteren avondstond daartoe voordeeliger te zijn dan den dag. Bij mijner trouw, gaf Goris tot antwoord, de armen over eikanderen leggende en den kerel sterlinks beziende, ik zou wel willen weten wat onderhandeling ik behoef te ma ken met een persoon dien ik voordezen nooit heb gezien, en mijn huis even als een nachtdief komt binnen gedrongen De onbekende schudde grimlachende het hoofd. Geduld, zegde hij, laat mij eerst spreken, wellicht zult gij alsdan over mijn wijze van doen een beter oordeel vellen. Voor eerst, behoeft gij te weten dat aan mij geene poorten of grendels konnen wederstaan en ik de macht heb om alle sloten te openen. Daar ik uit echte bron had vernomen dat gij u dezen avond alleen in uwe woonste bevond, en ik ver langde u in het bijzonder te spreken, nam ik de vrijheid mij met gesloten deuren aan te bieden, vreezende op zoo een ge- voorderde uur niet meer binnen gelaten te worden. Dit was een gevaarlijk en ongeoorlofd bestaan, meende de Doktor;die den pleger in het gevaar brengt om als nacht dief aangehouden te worden. De ombekende schokschouderde met verachting. Dit argument zullen wij op een anderen tijd eens be spreken, zegde hij, spottende; komen wij nu ter zaak. Dok toor Goris Hals, gedenkt u den nacht van den i3 Januarius i537 niet meer? spreekt Het moest wel zijn, datf door deze onverwachte vraag den Doctoor iets op het geweten gevoelde, want hij verbleekte schielijk, zonder een antwoord te kunnen geven. Indien gij dit tijdstip hebtvergeten, hernam de onbekende, wil ik uw geheugen ververschen. Het was dien nacht dat de heer Adrianus Kiecks zielbrakende bij u kwam binnenge- sprongen, en dat gij na dezens dood al zijn geld en juweelen uit zijn huis hebt weggenomen. Spreekt, heb ik gelogen? Goris bleef sprakeloos, met de oogen in degene van zijnen zonderlingen bezoeker gevestigd zittenEen hevige ontroe ring maakte zich inwendig van hem meester, hij die op het toppunt van geluk meende te zijn en dacht dat zijn geheim in de eeuwige vergetenheid was gesmolten, voelde zich geneigd dengene die het kwam te doorgronden, en wellicht een moordenaar kon zijn, naar verdienste te straffen. Inmiddels hernam de andere het woordHet was ik, zegde hij, die Adrianus Kiecks had vermoord om hem zijne sleutels afhandig te maken, toen hij mij in uw huis is ont vlucht!... Luttel dacht ik alsdan, dat gij het pratijk zoudt hebben gehad, van des woekeraars geldkist te gaan openen; neen, ik meende u daartoe onbekwaam, en aanzag mijnen manslag, als een nuttelooze moord. Kort daarna-, mij alhier niet meer veilig wanende, verliet ik de stad om beurtelings als struikroover of huisdief elders te gaan leven. Dit duurde zoo eenigen tijd, totdat ik eindelijk, in gezelschap van eenige goede jongens, die mij tot hun opperhoofd hebben verko zen, naar deze kanten terug ben gekomed. Dikwijls, om een vetten vogel te vangen, bevind ik mij hier ter stede van Gent in deftige gezelschappen; en het is aldaar dat ik een Edel-" man hoorde verhalen, wat groot vermogen gij hebt verkre gen met door een kunstige smelting van alderhande metalen, fijn goud te vervaardigen. Daar ik niet zoo onnoozel ben van aan den Philosophalen steen te gelooven, begon ik te denken dat uw rijkdom een anderen oorsprong kon hebben, en de dood van Kiecks niet vreemd was aan uw fortuin. Na alles eens rijpelijk te hebben overwogen en eenige onfeilbare J navorschingen te hebben gemaakt, wierd ik weldra ten vol- len overtuigd dat mijn vermoeden geen hersenschim was, j maar een sprekende daadzaak kon worden. Ik nam dan een j spoedig besluit en wetende dat gij heden gansch alleenig u j ten huizen bevond, ben ik mij met de vrijpostigheid van iemand die u een rijkaart heeft helpen maken, bij u komen j aanbieden.... De Doktoor zag nu klaar als den dag, dat dezen vreemde waaghals zijn geheim had geraden en hij gedwongen zou hebben geweest den fiel een aanzienelijke som af te staan om door hem niet verraden te worden. Dit kwam echter Goris geweldig aan het hart; en hij die het geld reeds had leeren waardeeren, besloot het zelve niet roekeloos te wa gen, maar eerst vooral een poging te beproeven om zich van dezen lastigen bezoeker voor eeuwig te ontmaken. Goris was een man met veel voorzichtdicht aan zijne eiken hou ten kas, en ten deelen geborgen tusschen het kunstig gesne den looverwerk die den uitkant versierde, hing een geladen Pistool en een scherpstekenden dolk: hij bevond zich slechts op drie schreden afstand van daar, en het docht hem gemak kelijk te zijn, zonder aandacht op te wekken, tot aan deze plaats te naderen. Eens in het bezit mijner wapens, peisde hij, zal ik wellicht gedaan maken met dezen fiel, die volgens zijn eigen bekentenis slechts een vuige moordenaar is, zoo doende zal ik op den hoop de Samenleving nog aan mij verplichten. En van lieverlede tot de kas naderende, sprak hij op een verzoenenden toon: Het is voorzeker uit welvoegelijk- heid niet, dat gij u hier bevindt, maar wel om iets an ders... Spreekt, hoe veel moet ik u geven?... Dit zeggende hield Goris de oogen gevestigd op zijne wapens, in welkers bereik hij zich reeds bevond... Maar de roover, die als een doortrapte schelm hem gade sloeg, rook eensldaps den lont; hij naderde tot de kas, en even koelbloedig al of hij niets had te vreezen, nam hij pistool en dolk uit hunne bergplaats weg en stak die in zijnen gordel. Dan antwoordde hij even een voudig als of er niets was gebeurd: Ik wil u niet stroopen, geef mij slechts drie duizend kroonen, en wij vergeten dat wij ooit malkanderen hebben gezien. Drie duizend kroonen, herhaalde de Doktoor, welkers hoop op redding gansch was verdwenen, drie duizend kroo nen! dit is waarlijk veel geld. Heb gij geen drie duizend kroonen in huis? Neen, antwoordde Goris, die zich niet weinig teleur gesteld gevoelde; Neen, maar ik wil eenige mijner panden ten gelde maken, na veertien dagen kunt gij het bedrag al hier komen ontvangen. Dit zal ik mij wel wachten te doen!. Gij zoudt mij door het Gerecht laten klampen. Maar hoor nu echter wat ik be geer: Vooreerst ik geef u den tijd van drie volle weken om mij te voldoen! Toen begeeft gij u, gansch alleenig, met de vereischtte som, buiten de Brugsche poort, tot een zekere dorre heide, het Sabatoor genaamd, waar ik om tien uren in den voormiddag mijne kroonstukken zal komen ontvangen. Denk niet verraad te plegen, want deze heide heeft eene oppervlakte van ruim eene mijl omvang, en het is onmogelijk dat er iemand komt opdagen, zonder van verre te worden gezien. Antwoord mij nu: Staat u dat voorstel aan? Goris bleef een weil dubbende: Nu, zegde hij eindelijk, als het toch niet anders kan zijn, zal alles volgens uw be geerte uitgevoerd worden; juist morgen nog drie weken, om tien uren in den voormiddag zal ik u komen voldoen. En bijaldien gij zulks nalaat, wacht u alsdan van Jan Colders wraak. Jan Colder!... sprak Goris, zichtbaar ontroerd. Die ben ik, grijnsde de moordenaar hem toe, en zie nu, Doktoor Goris Hals,dat gij alles stiptelijk volbrengt. Dit zeggende stond hij recht en verliet de kamer even zoo kalm, als hij binnen gekomen was. (Vervolgt.) LOPPENDE NIEUWS. Wij hooren het van alle kanten Er zal weinig loof zijn 't Is een droeve en betreurlijke zaak Maar. arm of rijk, die in de wereld wil leven zonder last en tegenspoed, moet jong sterven. De Keizerin van Oostenrijk heeft te voet len Gornsfeid berg beklommen. 2024 meters hoog. Italië is dees jaar nog al bezocht van den Cholera; teRoomen is die 5 schrikkelijke ziekte nu ook aangeland. Te Napels zijn inde eerste helft van September 190 personen door den Cholera weggerukt. 't Ziek Kroonprinske van Pruisen is nu thuis en "wordt er gekoesterd en bewaard, gelfjk een kanarievogelken. Het Handelsblad'heeft ee» inschrijving geopend voor d slachtoffers van de brandrampen te Denderleeuw,23 huizen zijn daar afgebrand; meest allen verzekerd, doel. veel Oogst, huisraad en kleörenzijn beschadigden verbrand. Me nig huisgezin zit letterlijk op straat. In den Prijskamp voor de Vla&msche Taal, uitgeschreven door Daidsfonds van Gent, heeft de Vrije .Lagere School van Meulestede, bestuurd door M. Arth. De Puepe, de 3 eerste prijzen behaald, 't Vlaamsch aanleereu is tegen woordig een groote gewichtige zaak. Met 't geld koopt men de Boter en met 't Vlaamsch geraakt men vooruit en vereerd in Vlaanderen. M. DE RIJK is dood, M. advokaat De Ryck, gebortig van Meire, en sedert de jaren .4 in Aalst een Heofd man der liberale Partij... Hy was voor zijn gezondheid naar d'Ardenen gegaan en is er gestor ven; op zijnlaatste uren heeft hij 't geluk gehad met zijn Moeder d'H. Kerk verzoend te geraken... De Dood, die bleeke dood 1 Ze leert ons zoowel'de waarheid dezer woordenHet is ij delheid gehecht te zijn aan hetgene wat zoo haastig voorbij gaat, en niet daar henen te snel len waar eene eeuwige vieugde beerschl» Toen Kardinaal Fissoher, bisschop van Rochester, voor 't Geloof moest gaan sterren, deed hij Den 8sten September. Feestdag van 0. L. Vr. Geboorte, zal lang in 't geheugen van onze katho lieke en Vlaamsche bevolking bewaard blijven. Immers het was de 2 ste verjaardag van de in stelling der Jongelings-Congregatie, waaraan er nog van de eerste leden '4 overblijven, die op dezen dag terzelfder tijd hunnen Jubiié vierden, also.'k het inwijden van eene nieuwe zaal voor de Congregatie onder den name van St Aloysius Kring. De feeste begon 's morgends om 7 ure met eene plechtige mis in muziek en Generale Communie voor de Congreganisten, ten ge'.alle van 2"o; wat gevolgd werd door een sober ontbijt, Wyngensche ■ode. keeken met koffie. Na de Hoogmis, om 11 ure, ging de inwijding plaats hebben, waartoe de heeren Burgemeester, Schepenen en Gemeenteraadsleden, eenige voor name Leden van den Kring, de oui-onder- pastorsvan Wyngene,vvaaronderde E.H. Pastoor van S.ravezeele (die aihier in den tij 1 d n in staller en eersten Bestierder der Congregatie was) ea andere heeren Geestelijken van 'l omliggende genoedigd waren. De Stoet wierd gevormd aan d oude voorloopige zale. uit de Congreganisten, gevolgd door al de hooger genaamde heeren, en voorafgegaan door het muziek dat onderwegelus tige deuntjes uitvoerde. Daar aangekomen,drukte eikendeen zijne verwondering uit over de ruime en schoone zalen. prachtig versierd met de pauzelijke en vadei landsche kleuren, en geheel behangen met lauwerkrans, jaarschirfien en ge dichten. Daarna had de Inwijding plaats >an de bovenzale ingericht tot Kapel voor de Congrega- tie;dan wierd d orden Heer Sckretaris Jubilaris een verslag afgelezen over het vijf en-twintigja rig bestaan der Congregatie en hare heilzame werking op de Wyngensche Jonkheid, welke hij in schitterende kleuren afschetste Hierop beklom Onze Eerw. Herder he spreekverhoog en be gon zijne toespraak met de Jubilarissen geluk te wenschen om hunneslandvastigb*-id in den dienst van den Moeder Gods. Hij sprak eok van de moeiebjkheden die de Congregatie van het begin af te doorstaan gehad heeft, en in zijne rede voortgaande, loofde en dankte hij de Voorzienig heid dat hij nu nogmaals zijne wenschen vervuld zag, door de inrichting van dezen schoonen Kring, daarbij eene welverdiende Hulde ge vende aan deze Familie die sedert tal van jareo ais eene tweede Voorzienigheid over onze ge meente waakt, die altijd op de bres staat als er maar goed ie doen is noch geld noch goed spa rende en die door Uuune uilgestr kte koophan delsbetrekkingen maken dat Wyngeae nu nog eene der welvarendste gemeenten der streke is; hij vergat ook dezen Heere niet, die doorzijn wijs beleid en grondige kennis de planueu zoo wel en met zooveel spoed doen uitvoeren heeft en alles bijgebracht heef: om onzen Kring eenen der schoonste van'tomliggeude te maken-, voor het sluiten, maande hij ons allen aan.eikander te beminnen en in den geest van ware cnnstilijke Liefde te volherden. Na deze plechtigheid onthaalden de Jubilarissen pos allen op een gulhertig gastmaal, waaraan de jeugdige en hongerige magen ve l eere deden; 't deed oprecht pleizier om ze zoo eens hortelijlt te zien smullen. In den achternoen was het algemeene vergade ring der Congregatie. muzieklofen Opdracht van nog een 30 jonge Aspiranten gevolgd van een sermoen door den Eerw. Pater Gardriaan van het klooster van Thielt, over liet doelwit der Congre gatie en hoe wij allen. Leden, onzen handel en wandel moesten schikken naar de regels dereon- gregatie, oin alzoo tot een hoozer doelwit te ge raken, naar h -lwelk wij allen moeten streven. 's Avonds wierd deze luisterlijkefeestegesloten met een lustig avondfeestje gegeven door het mu ziek met medehulp van vreemde liefhebbars, aan geboden aan de heeren Eereleden en hunnen Huiskring. Alzoo geraakte dezen schoonen merkweerdigen dag ten einde.tot spijt en de nijd van 'ne Geus of twee, die indie i ze meester waren,'alles onder tot boven zouden zetten, maar nu moeien ze hun spul verkroppen, nogtans moeten deaibolie ken een ooge in t zeil houden, want eens of laatst, spelen die Geuzen of Liberalen jegens ons de rol van Tandentrekkers, en er ïsnog een spreekwoord dat zegt: Met wie meaverkeert,w. rdtinen vereerd. (1) Bij uitzondering deelen wij deze beschrij ving meé. BRUGGE, zaturdag. Per hectoliter. Tarwe 14 a 16 25 oo a o0 io 5o a i3 6 5o a 7 5o Oo a 00 a oo 5 oo a 6 75 2 45 a 3 36 1 Si a 2 oO 5 i8 k 5 9o 50 i7 5o Boekweit Haver Garst Boonen Aardappelen loo kilo Boter, per kilo Eieren, per 26 Vlas, per 3 kilos Leuven, o9 sep Tarwe p.100 k. 16 co Haver Garst Hooi Strooi Beter per kilo Eieren de 26 Koolzaadolie Meel Mont Aardappelen i2.ro aOo.Oo 12,Oo a oo, 16,50 a —.00 0,— a 0,00 0,00 a o, 0,00 a 0,00 o,— a 0, 54,-- a .==,00 -,00 a 0,00 a 0T Dendermonde maandag Lijnzaad (Inl.) —,00 p Raapzaad ,0" Lijnkoeken 17 Kempk jeken Tarwe Rogge Haver Boter E V

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1887 | | pagina 3