Rampen, Misdaden en Ongelukken.
De vinger der doode
Een Bisschop vermoord.
AALST. Vrijdag avond, een schoon kostelijk peerd
van d'heeren Burny, brouwers Stoofstraat, aan de Brug
van Erembodegem geweldig verschieten door een voer
hooi, steigeren, aan d'helling van 't water geraken, in
den diepen Dender vallen cr in vallen met de kar
aanstonds hulp komen van 't moedige Erembodegemsche
Volk doch te laat, 't peerd was dood
Tot ELVERZEELE zijn 3 mannen aangehouden
door het Parket zaterdag en met de gendarms van Hamme
over gevoerd naar Dendermonde, voor de aanranding
van Peersman te Thielrode, een ouden vent en erg mis
handeld en zijn geld afgepakt onder den weg van Thiel
rode.
RESSEGEM. Den 3 dezer maand is alhier ver
dronken Augustinus Moreels. Hij had geene vaste woon
plaats. Hij was een weinig ziekelijk, zegt men, en zoo
zal hii zeer waarschijnlijk in het water gesukkeld zijn.
Donderdag morgend om 4 uren is er een grootebrand
ontstaan aan de woning van Camiel De Troyer. Het ge
roep des volks heeft de bewoners nog bij tijds ontwaakt
om te ontsnappen aan de ijselijke dood. Alles is verze
kerd. Eenige meubels zijn gered.
EEKLOO. Zaterdag morgend ïond half vier, is een
geweldige brand losgeborsten in de Spinnerij der heeren
Van de Purte-Bys.. Men vreesde voor g'heel de Fabriek,
niettegenstaande er moedig gebluscht wierd door de
Pompieis, de Werklieden der Fabriek en ander even
moedig Volk.
SCHELDERODE. Vrijdag nacht bij den Land
bouwer Rombcut 23 hennen gestolen, en bij den land
bouwer Verstappen, konijnen gestolen, in weerwil van
de wachthonden. De dieven hebben de hennen gedood
in den kasteeldreef van Mevr. Van de Poele dan zijn
ze langs de kanten van Gent geloopen.. In de 16eeuw,
als de goddeloosheid ook ten top geklommen was, kwa
men ze uit Gent stelen, tot boven Wetteren en Oorde
gem, met groote benden.
GENT. EmilieD'Haenens,'t slachtoffer der brand
ramp in de Fortstraat, is io de Byloke overleden
BOSCHVOORDE. In den nacht van n tot 12 de
zer is een diefstal gc-pleegd in de kerk dezer gemeente.
Dc schurken zijn binnengediongen langs een venster.
Zij hebben verschillige heiligenbeelden van al hunne
sieraden beroofd.
BRUSSEL. -- Razernij. Vrijdag, rond 5 ure
'smorgends, bemerkte Jan-Baptist Van Maele, landbou
wer te Vleurgat, dat zijn hond er ongemeen zouderlmg
uitzag. Het dier werd bij eenen veearts gebracht die ver
klaarde dat het aangedaan was door razernij.
Een jonge knaap die daags te voren door den h?nd was
gebeten geworden, is naar het gesticht Pasteur vertrok
ken.
Onmensch Een wraakroepend tooneel had op
de foor plaats. Een knaap van een vijftal jaren was op
een paardjesmolen geklommen zonder betalen, hij werd
er op brutale wijze afgesleurd door eenen jongeling van
18 j. en op wreede wijze mishandeld. De voorbijgangers
hebben verontwaardigd de policie bijgeroepen en den
woestaard naar het kommissariaat doen brengen.
Maandag ten 2 ure nanoen, een bakkerskar, den
hoek omdraaiende der varkensmarkt, juist terwijl het
kind der echtgenoten V. 4 jaar oud, heeft het kind dood
gereden. Te St Gilles is uit 't water gehaald 't lijk van
een jonge dochter, 18 20 jaar. Wreede droeve zaken.
ST GILL1S. F. Delcour, schrijnwerker, trok za
terdag eene kas omhoog naar de eerste verdieping van
dc nieuwe school in de Bordeauxstraat alh.. Onverwacht
brak de koord in de katrol en de kas viel op het hoofd
van den werkman. Hij werd zeer erg geword aan den
hoofdschedel en bovendien was een zijner beenen gebro
ken. Delcour werd naar het St. Pietersgasthuis overge
bracht.
ANDERLECHT. Wraak van een paard.
Louis F., had de slechte gewoonte zijn paard te mishan
delen. Zaterdagavond bracht hij haver aan het dier.
Plet beest beet hem en stootte zijr.e borst in, tegen de
kribbe. Wanneer op zijn noodgeroep ter hulp toeschoot,
was het te laat. Wreede les voor dierenkwellers
ST NIKLAAS. In den nacht van zateidag tot zon
dag is een stoutmoedige diefstal gepleegd bij Alf. Soe-
tens, herbergier, Apolstelstraat. De kwaaddoeners waren
's avonds een glas bier komen drinken in de heiberg en
hadden een briefje van vijftig franken doen wisselen.
Des nachts zijn zij bij middel van valsche sleutels bin
nen gekomen en hebben al het geld gestolen, ruim 100
franken. Zij zijn op de vlucht gedreven door het gerucht
dat boven gemaakt werd. Een denkt ze op het spoor te
zijn.
ANTWERPEN. Met de Feesten zijn de Proces
sors der zakdieven uit Londen gekomen, in groot getal.
Veel menschen zijn bes'olen geweest. Bij M. Gee'
rinckx, in de Montevideo straat 18 is gestolen een schoon
visschersnet en een dekzeil. -— Onder de taalmannen
aan O. L. Vr. Kerk zijn veel bedriegers; de grootste
schelm der bende, die 3 dagen moest doen, is juist met
de Feesten in 't droog gezet. Een Vrijdenker die
met de Kiezing riep Leve de liberalen en die terzelver-
tijd poogde te stelen, is voor 6 weken in de doos.Ei
maandag morgend is een der groote ketels van 't stoom
schip-Et- Mare gespiongen. Een der matroozen nogal
erg gekwetst, ligt verhospitaalt in St-Walburgis. Op
de Stcenhouwersvest is een stuk goed gestolen van 89
meters. In de Egmontstraat is zekere S. D. wegge-
looper., 3 minderjarige kinderen achterlatende.
D'Antwcipsche gazetten staan zwart, van de zakdieve-
rijen in Antwerpen gepleegd op Markten en Fooren.
't Is op te passen, riet te blijven klappen op straat, als
dat mogelijk is, er niet staan te sjoeren
Een valsche sc hou to va oer.
Er zijn groote vangsten in Antwerpen;'de Politieagent
Van Dael, die eenige dagen vroeger twee zilverdieven
aanhield, heeft een schelm gesnapt die, zonder order, in
onbewoonde huizen, propter forma de schouwen ging
kuischen, maar die inderdaad het lood der dakgoten
stoo', alsmede 't koper van de pompen en van de deu
ren. Agent Van Dael is naar een der huizen gegaan, waar
de dief de schouwen vaagde en zag kadé bezig met lood
en koper in eenen zak te bergen, 't Is zekeren Jooscn, 25
jaar oud, marmerwerker, woonachtig in de Balansstraat.
DIEFSTAL IN DE KERK TE DUFFEL. Vrij
dag namiddag ontving men op het policiebureel aldaar
bericht dat in den nacht van 9 op 10 dezer een belang
rijke diefstal in de kerk van Duffel plaats greep de be
schrijving der gestolene voorwerpen vergezelde dit be
richt.
De dieven zijn in de kerk gedrongen langs een venster
bij middel van twee ladders welke zij in den omtrek mee
genomen hadden.
In de kerk hebben zij een aantal sieraden ter waarde
van 115 fr. gestolen ook een offerblok behelzende rond
ce 2 fr. werd opengebroken. Een naarstig onderzoek is
geopend.
HEYST-OP-DEN-BERG. Verleden zaterdag nacht
hebben de dieven alhier hunne ronde gedaan, ongetwij
feld om voorraad op te doen voor Heyst-statie-kermis.
Bij J. Claes hebben zij de kiekens gestolen bij L. Nijs
de hennen en bij L. De Cock de kooien. De daders zijn
niet gekend.
Verleden maandag (O. L. V. Hemelvaart) zijn op
het gehucht Kruispunt de herberg De vier Hespen,
gehouden door L. Moris en eene aanpalende woning to
taal afgebrand. De wind joeg dc vlammen aan en op
blusschen viel niet te denken. Ternauwernood heeft men
eenige meubels kunnen redden zeis is eene geit in den
brand geblven. De oorzaak der ramp is onbekend.
BRUSSEL. Slechte grap. Eenige verbruikers
zaten zondag avond in de For.snystraat aan de deur van
een koffiehuis. Een hunner bood den heer T... eene si
gaar aan. Daar ze niet gemakkelijk vuur vatte, blies de
heer T... er op. Onmiddelijk werd T... door honderden
vuurgensters getroffen in de oogen. De pijn was zooda
nig hevig, dat T... achterover viel. T... is handelsreizi
ger. Men vreest dat hij het gezicht verliezen zal
TI11 liloȕil Te Neisse leerden de Soldaten
1_F 11111111 zwemmen, met pak en zak, over
eenen stroom, en 7 jongens zijn verdronken... Welke wreede
af beuldeiij G'heel en gatsch Berlijn liep overal d'ander
week overeen doc-r de tijding, dat er een viouw bezweken was
aan de Cholera. Doch 't was een valsch gerucht
fTncfl Oei, te Weenen aan de statie van
VFUSICIII IJK. den Frans Jcscfspc01 w<g, 1 bt-
sing geweest met een gewonen trein en een expres. Er zijn 6
waggons verbrijzeld en talrijke gekwetsten.
Prt I't 11 J0'*ï 1 Eene Senegaliaansche Hitieheerscht
M. UI I ll&^ctctl in jjjg streek er zijn verscheide geval
len van Cholerine... Maar te Lissabon troosten de menschen
zich nog. denkende dat het veel erger gaat in Amerika. Te
Philadelphia is 't 102 graden in de schaduwe 't is om stokken
dood te vallen. Wat verschil tegen den winter van 1866 als de
Notelaars vervrozen en dat d'ooren van Sixtus beloopcn wa-
R11 cl «1 ml Te Serdobsk, Provincie Saratoff, zijn 200
itmcliltl, buizen afgebrand; er zijn veel dooden en
gekwetsten.
Nieuwe ziekte Een nieuwe ziekte van bijzonderen
aard is in Perzic uitgeborsten. Zij breidt zich snel uit. Het
Russisch gouvernement heeft eenen doktor naarPerzië gezon
den om de ziekte te bestudeeren. Het Turksch gouvernement
zal er ook eenen zenden.
Te Tabrig en in den omtrek zijn meer dan so personen aan
den cholora gestorven.
FV'in L ril li Te Tarbes 'S de kerk van O. L. Vr.
J bestolen voor 20.000 fr. De Bisschop
heeft een plechtige Mis van uitboeting gedaan.
VUURWAPENS. Men meldt uit Alencon Eene
erge ramp is te Guerquesalles voorgevallen.
Een knaap van 14 jaar, Desclos genaamd, die met een ge
weer speelde, heeft een ander kind van 11 jaar. Mouilin ge
naamd. getroffen door eenen kogel. De toestand van het
slachtoffer is wanhopig.
Schrikkelijke zaak!... Wat zullen wij nog hooren! Bisschop
Fredici van F, ligno, in Italië, maar 46 jaren oud, algemeen
geacht en bemind, is vermoord op den trein tusschen de sta
tiën Assisia en Foligno; wij kennen die streek zeer wel; zij is
eenzaam en bergachtig: men reist cr niet veel. De Prelaat zat
alleen in zijn kompaniment en is overvallen door zekeren
Peggieni, slotmaker: die hem met hamerslagen heeft ver
moord. Zijn inzicht was den Bisschop te bestelen; reeds had
hij der ring en ging zijn slachtoffer verder berooven, als op
'1 geschreeuw van den Bisschop de trein ging stilstaan. De
dief en moordenaar sproDg eraf. doch wierd aangehouden te
Ellero. De slotmaker heeft volledige bekentenissen gedaan;
zijn eenigste oogwit was van te stelen.
1 Donderdag der v. w. was het prijsdee
l'Dg in St Lodewijks' Collegie van Loke
ren. Een schoon feest voor ouders, meesters en kinderen.
Veel volk. veel deftig, groot volk. En sclioone stukken ge
speeld. Een drama: Aloysim van Gonvaga, dat meesterlijk
was, vol godsvrucht en zalving; eu dan de jonge heer Edgard
Blancquaert. die alle harten wegkaapte met zijn lief stukje:
Dc Aap 01 dc Toovcriauiaarn. Maar 't bijzonderste waren 2
kooren. een van Riga en een van Benoit. 't Is bijna niet ge-
looflijk, maar die kleine kinderen voerden die twee moeilijke
stukkeu zoo wen der wel uit. dat vele menschen met de tranen
in hun oogen zaten. Niet alleen vrouwen, zulle, die schreien
als ze willen, maar zelfs mannen. Die kleine nachtegalen (er
n musschen ook tusschen, maar niet veel) worden ge
dresseerd door Mr de Hovre, ge weet wel. vrier.d Werkman
de orgelist van Lokeren, waarover wij u al zoo dikwijls ge
sproken hebben, die uog geen 25 jaar telt, en die al lid is van
de jury voor de muzikale exaams. Is dat niet grof?
Wij weDschen M' de Hovre geluk met zijn zaDgerig volkje
en dc eerweerce heeren van Collegie met hunne uiigelezené
leerlingenschaar. 6
Dat St Lodewijks' Collegie nog meer bloeide als nu, Loke
ren zou er wel bij varen.
Het was al twaalf uren geleden, dat zij in haar dood
kist lag en zeven uren, dat zij inden familiegrafkelder
werd bijgezet.
Het kleine Bietonsche dorp de Cherrueix was nog ge
heel onder den indruk van dezen vroegtijdigen dood, die
zoo onverwacht de weldoenster, de gravin de Ville Res-
sac had w eggenomen. In iedere visschershut, zoo schil
derachtig gelegen aan een inham bij de zee, werd over
niets anders gesproken, dan over die jonge acht-en-twin-
tigjarige vrouw, die men des morgens naar het kerkhof
had gedragen. Overal werd zij oprecht betreurd en be
weend. Want zij was bemind en men had op haren graf
steen de schoone woorden uit de H. Schrift mogen
plaatsen Zij ging weldoende heen.
Het was half November; de Noordewind was koud.
De avond was gevallen. Men sprak voor het vuur over
de doodc en zocht verklaringen te vinden voor het voor
sommigen ongehoorde feit, dat de gravin de Ville Kessac
den wensch had uitgesproken begraven te worden met de
juweelen welke zij droeg op den dag van haar huwelijk.
Zoo kwam er een wanklank tusschen de werkelijke en
algemeene smart, die den dood der gravin had veroor
zaakt.
Had zij de diamanten niet liever voor de ongeluk-
kigen moeten bestemmen, in plaats van ze mcê te nemen
daar waar men niets meer noodig heeft?
Het kasteel, in Romaanschen tijd opgetrokken, ver
hief zich somber aan het eind van de lange oprijlaan.
Het was misschien al wel een paar uren geleden, dat de
wielen der rijtuigen, die de genoodigden uit den omtrek
wegbrachten, door het zand hadden geknarpt.
Tcch waren er eenigen op het kasteel gebleven: voor
eerst de familieleden en dan zij, die van verre gekomen
warenDaar was het leven dus nog in vollen gang, ten-
gevolgen waarschijnlijk van de omstandigheden en de
vermeerdering der inwoners.
Als de arme doode, die nu versteend in haar graf lag,
op het kasteel ware teruggekomen, zou zij gezien hebben
dat de tafel in de eetzaal gedekt stond, de lusters waren
opgestoken en in den grooten schoorsteen een hoog hout
vuur brandde.dat een warmen gloed wierp op het heldere
linnen en het glinsterend zilverwerk. Een oogenblik had
zij kunnen wanen dat zij vergeten was; en 't was toch
nog niet lang geleden, dat zij van daar heengegaan was
en in haar sterf kamer was zeker nog niets veranderd.
Maar wie is ooit teruggekomen om te zien wat er bij
hen thuis gebeurde, wanneer hij eenmaal in het koele
graf rustte
Ongeveer tc zelfden tijd zat een man van een veertig
jaren in een eenzame hut, gelegen aan het uiteinde van
het dorp, voor zijn vuur, zwijgend te turen naar het ver
teren van het hout. Plotseling stond hij op, openüe een
deur, die toegang gaf tot een soort bergplaats, nam een
hamer, een schroevendraaier, een beitel, deed die in een
linnen zak en voorzag zich van een schop.
Zijn vrouw was bezig de kinderen te bed te leggen.
Hij zetie een muts met oorlappen op en maakte zich
gereed te vertrekken.
Waar gaat ge naartoe? vroeg zijn vrouw.
De lijnen uitzetten! antwoordde hij; werkelijk
voegde hij aan zijn bagage een paar paaltjes toe, waar
van de visschers aan de kusten zich bedienden, om er
hun lijnen op het strand meê vast testeken. Daarna stak
hij een kleine lanteern aan en voorzag zich van lucifers.
De deui knarste op haar grendels, de man zag rond of er
niemand op straat was en ging toen heen.
Hij richtte zijne schrede naar het strand. Toen hij on
geveer vijf honderd passen gedaan had, bleef hij staan.
Geen enkel geluid vernam hij, dan het ruischen der zee
in de verte. Hij zette zijne vischlijnen uit en begaf zich
toen naar het andere uiteinde van het dorp.
Toen hij ten einde de straat bij de kerk gekomen was,
nam hij de huizen in het rond op; bijna alle lichten wa
ren uitgedaan.
Vooruit 1 sprak bij.
Zoo zachtjes mogelijk voortschrijdende, begaf hij zich
naar het pleintje waar de kerk stond, omringd door het
kerkhof, overeenkomstig de ouderwetsche gewoonten om
hen, die niet meer zijn, ter ruste te leggen bij de plaats
des gebeds, als om de herinnering aan hen levendig te
houden bij de voorgangers en de geloovigcn. Hij klom
over den lagen muur, die den gewijden grond omsloot en
liep recht op het graf toe waar de eêlmansvrouw van
Cherrueix begraven was. Het graf der familie de Ville
Ressac, ofschoon heel eenvoudig, was 't eenige monu
ment van 't kleine dorpskerkhof. Het bevatte slechts drie
kisten die van de douarière de Ville Ressac, die van
haren echtgenoot en die van de jonge gravin, pas dien
1 eigen da j bijgezet.
De man, die niemand anders was dan de doodgraver,
stootte de deur die op een kier stond, open en bevond
zich alleen met de drie kisten.
De twee eerste waren verzegeld, dc derde nog niet.
Nadat hij zijn lanteern had aangestoken, plaatste hij
die op een balk boven bij het gewelf. Hij nam de kran
sen van de kist en met behulp van de planken en hef- v
boomen, die in den grafkelder waren achtegebleven,
trok hij ze naar zich toe.
Het deksel was dicht, maar met behulp van zijn in
strumenten had de doodgraver de schroeven spoedig
losgemaakt. Een witte lijkwa bedekte de doode, wier
hoofd rustte op een satijnen kussen.
Toen hij het witte laken aanraakte, beving hem een
huivering; hij staakte een oogehblik het heilschennend
werk. De walmende lantaarn wierp haar licht op het
lijkkleed.
Waarom had men ook gezegd dat de gravin had
willen begraven worden met haar juweelen?
Hij nam het kleed weg en zag de doode, die zeer bleek
was, maar geen enkele vlek ontsierde het gelaat. Zij had
de handen op de borst gevouwen, zij scheen te slapen.
('t Vervolgt.)