De HOP Rond eene begrafenis r NP.-2080 50 Oogsl Nuremberg, 26 OogstRegen, koude en wind, slecht voor de Hop. Zoo kan de Hop niet tot voldoenden wasdom kómen. Heden zijn 400 'balen aangekomen de markt is zeer rustig en de prijzen voor prima zijn onveranderderd de Koopers verwachten betere waarde beste soort ging van 100 tot 125 mark, de mindere van 80 tot 100 mark. Spalt. 't Weer blijft gansch slecht, blijft de regen een dag weg, 's nachts is hij daar terug 't is daarbij koud en herfstachtig. Zondag had den wij een wolkenbruchartigen regen (stort regen met sterken wind),gelukkig niet lang van duurhier niet veel schade, doch 't ging erger langs Ottmansberg en Grossweingarten men spreekt van 60,000 hopstaken door den wind neergeveld. De Hop geraakt loekmoeielijk droogde Zon laat haar niet zien. en de gan- sche lucht is tuit Feuchtigkeis' geschwatgert. (Lieve Duitschmans, hier is'teveneens zoo). De pluk gaat nogtans algemeen zijn. Elzas Bischwiller, 25 Oogst. De gansche week heeft het sterk geregend, zoodat de Hop in 't nat zwemt. Nogtans blijft de plat er goed uitzien De bellen zijn gestremd in hun ontwik keling. Als 't weer zich merkelijk wilde beteren, dan kunnen wij nog schoon Hop leveren. (Hier idem). Schimmel is hier niet. Nog Elzas Brimath. Schoone goede Hop, [België, 't Weêr is koud en zonloos de Hop treurt en is verachterd nogtans zij houdt zich goed. De Oogst wordt geschat op 80,000. Poperingen 5o,ooo en Aalst 3o,ooo, dit kan nog minder, als 't weêr niet betert. Poperingen staat 90 a 92 Aalst 92 112 a 95. vangen. 14 dagen warm droog weêr wordt ge vraagd. Sachsenfeld, 25-DogstDe -vroege Hop is veeldeels geplukt. Zij is schoon en góed. Prijs 100 a 110 króonen. Steyermapk. Veie regenslagen vertragen, bedroeven de Hop en verlangzamen den pluk. De prijzen dalen. MET Fransen naar TWEEDE -mem «oorbijdan verkScht haren 1 i.De twee Kinderen, waar zijn 'ze Het kind, bij Louise aanbesteed'-4®or den Geneesheer uit Parijs, bij welken zij-«ég meid geweest is, dit kind was van de edele grafelijke afkomste der Luzerols, schatrijk, van. groot aanzien. Gelijk de Vader van Louise had gezegd, was hij Sekretaris in d'Ambassade van Spanje en moest aanstonds naar zijn verblijf te Madrid. Louise had eenig gekt gespaard, waarbij de 500 fr. die ze van die rijke Ouders had gekre gen, daarmeê kon zij eenigen tijd voorthaar leven was een gedurig torment, een pijnbank, j geen oogenblik ging voorbij, of zij dacht aan j haar kind; haar vast gedacht en hare moeder- j lijke hoop was dat het kind op een geheime j wijze zoü teruggezonden worden, door den dronkaard van haren man; zoo gingen weken j huisraad en ging naar Parijs hare opzoekingen voortzetten. Bij de Policie durfde ze niet gaan:; daar zou ze moeten haren man beschuldigen cix doen in 't gevang zetten. Daar ook rnocsf zij de waar heid doen kennen, namelijk de verwisseling der kinderkes, dat haar kind in Spanje was, bij die rijke edele Familie; en het kind dier edelé Familie,... waar was het Niemand wist het Geen spoor was er van te ontdekken. Arme droeve moederZe kon rusten noch slapen Vruchteloos gezocht in die stad Parijs jnet 2,847,ooo zielen. Een Sciiool-«uesieeshcer. F)e Sallamanders van Valst ABONNEMENTSPRIJS voor België 2,50; de vreemde Landen 4,50. (Men schrijft in op alle tijdstippen des jaars. i>. DAENS Volksvertegenwoordiger, AALST 40sto JAARGANG ■31M g 'e op 4de bladzijde Brief van een Hopbovr. g g Dat de oü Bewaarders en hunne trawanten overal poli tiek inmengen, daar is iedereen over 't akkoord. 't Schijnt dat ze nu iets nieuws hebben uitgevonden om hunnen haat tegen M. Daens lucht ie geven. 't Was in eene koets achter de lijkwagen. Er zitten 3 Familieleden in en een Priester. Er wordt gesproken over 't weêr, over 't werk. Eensklaps de'heer Onderpastoor beginioverde Kamer: O menschen, zegt hij, moest ge dat eens zien h >e dat daar gaat 1 Die Socialisten zijn gelijk uitgelaten varkens, afin boschuilen. Pie Donsj (anthentiek) die heeft daar geen gezag. En hij doet zooveel kwaad aan den Godsdienst. Het doet ons waarlijk pijn zulke, feiten te moeten be kend maken. Doch is het onze schuld; Moeten we blijven zwiigen Tegenover de schijnheilige en venijnige bekamping, moeien wij daar staan als lamineren Wanneer alles tegen ons wordt in 't werk gesteld, alle machten; Moetsn we onze eer laien stelen Onzen naam iaten bezoedelen I Laten iiegen en lasteren I En ahijd maar zwijgen, goedsmoedig weg. Bukkend omdat die gezegdens van een Priester komen en men ons maar ten achter men durft den pluk niet aait- den mond sluit met den kreetEerbied voor den Priester. - - Alles zouden we moeten laten gebeuren, omdat «et van een gezalfde man komt. Is dat geene uitdaging tot onze krisielijke gevoelens Zwijgen ware iaffi- id. - We zeggen aan de heereh Geestelijken Wij eerbiedi gen U en we achten U wanneer ge U aanstelt als dienaars des Heeren. Doch wanneer ge öp politiek terrein komt. dan handelt ge niet meer als Priester, maar wel als Burger. En dan moet ge kunnen verdragen dat men U niet toelaat straffeloos iemand te lasteren. Dat is rechtuit gezegd. En ik vraag het me at, bij eene begrafenis wat ksmt daar politiek te maken Kunt ge dan toch geen oogenblik laten voorbij gaan a-a sr r wo r -te'' nrvwit «it, «m a z°nder op de kap van Pie Donsj te zitten f* PvNrli1' lï™' lil I' li En dan PIE DONSJ. TT P,L i I I I - li II 5t I lij V I Kunt ge het niet verkroppen dat hij Lid van Kamer en Tl JluTf Jö'M.llll JbJLJuilsl Rf Gemeenteraad is Moet ge door die gemeene benaming toonen hoe weinig eerbied in uw hart is voor een eer biedwaardige ouderling. Ge kunt hem zijne eeretitels niet ontnemen, 't is waar, maar gij weigert den eerbied, de beleefdheid, gij jonge Geestelijke, aan een Ouderling, die, al is hij geen Priester, zoo eerbiedwaardig is als de beste onder U De zaak beschouwd van een ander terrein pleit nog meer tegen u. Veronderstellen we dat die menschen Kristen Demo- kraten rijn. Zij die Pie'ter Daens jaren en jaren kennrn, terwijl gij, heer. hier kortelings zijten steunt op de ge zegdens en geschriften van dien mesthoop welke men De Volksstem noemt. Hoe zal de achting bij die men schen niet dalen I Hoe zal hun Kristen gemoed geschokt zijn geweest En welke ontgoocheling voor hen dat ze met een Priester in het Rtjtuig stapten en dar ze in hem ,'ti slecht kiesdraver vonden Ha... liever zwegen we van al die droeve zaken Laat ons met rust en wij zullen u doodzwijgen, maar valt gij ons aan in de uitoefening uwer Priesterambt dat kunnen we of mogen we niet zwijgen. Derhalve is 't niet de eerste maal dat gij u aanstelt ais kiesbewerker. Waren het ook uwe woorden nietIk zou mijn leven geven om Pie Donsj uit de Kamer te krijgen. Iedereen kent U als een hevige, politieke Geestelijke. Als ik U bidden mag, laat toch dien rol weg, Weest Priesthr niet alleen voor de Katholieke Kiezers, maar ook voor ons I Er is gene Kerk We zijn in een Geloof. En als wij de Kerk instappen dan blijft de politieke man buiten. Dan knielen we ootmoedig neêr zooals al de menschen, smeeken Godes zegen en vergiffenis. Dan vragen we .den Alierhoogsicn om zijne Priesters ie zegenen en te iei'dej.omdat we hen altijd zouden kun nen blijven eerbiêdigerfT F. Daens. De groote Raad van Basel heeft een Scbool-genees- heer benoemd, voor een jaarwedde van 7 ii 9()00 fr. In België zijn reeds verscheidene Steden die aan de Lagere Scholen Geneeskundig bezoek hebben in gericht. Zou dit niet kunnen zijn in Aalst 1 (DijnsdagB27 August!) Trien. Ha, ntatani Siska, ge zijt eensj nor de Stad gekomen Siska. Och ja, Trien, om te bren gen en t'lialen. En wat zeggen z'in de Stad van 't weêr Trien. Siska, dat het droef is... Siska. Overjaar te droog en nu te nat. 't i3 alle dagen regenen zonder misericorde. Trien. Siska'k heb van'negarde- convoi hooren zeggen dat het wreed is, gelijk de rijke madammen en de dikke menheeren uit Ostende komen ge vlucht. Siska. Dit is nog 't minste, Trien, maar kde Patatteren! Trien. Die zoo f schoon sfaan, Siska, en zooveel beloopen.Spra ken ze niet van 6 fr. den zak en zelfs van 4 Siska Trien, ze zouden abondanüg geweesf zijn. Trien. Nu, Trien, ze moeien in 't nat zwem mep I Siska, Kan 't anders. Trien En d'Haver ligt'te rotten op de kouters de schade is onschatbaaren met Bamis er moet betaald worden. Trien. Och heilige Moeder-sint-Anna, Patrones van de ver duldigheid. Siska. Iets dat elk noodig heeft, Trien, in Stad en op den Buiten. T i n Als ge dat daar leest, Siska, in de Werkman, ge leest hem toch ook Siska. Aile weken, Trien. Trien. Dit Verhaal van 11 E T GESTOLEN KIND Lowiese, cie brave Dochter vroeg getrouwd Siska. Blind geweest van liefde. Trien. Na 12 maand verlaten door haren man Siska. Die prisj en dronkaard was! Trien. Dat alle jonge Dochters toch goed uit hun oogen zien. Siska. Siska. 't Is noodg, Trien nu leefde ze gerust en gelukkig, Trien, met iiaar kind en met een kind te verplegen, haar toever trouwd door 'nen Doktoor waar ze nog meissen was geweest en voor welk kind zij duizend franken per jaar kreeg. Trien. 't Was ophe-p en geluk. Siska. En als de twee kinderen elf maand zijn, 't zat verken van haren man komt, loopt met het vreemd kind weg. Trien. En denzelfden dag komen d'Ouders van 't ander kind, schatrijke menschen, hun kind opeischen en zijn er meé weg. Siska. Trien, 't lot van die Martelares snijdt in mijn hart. En wat zal 't vervolg zijn Maar, Trien, wat gerammel hoor ik in de stad van Oilstj over dien Blommen- stoet? Trien. G Siska, ik kan dat niet zeggen zon der spreken. W'hadden hier den Blommen- stoet. Siska. Er is veel Volk weesl Trien. Schromelijk, de Stad werd weggedragen elk zag zijn oogen uit's avonds speelden al de Muzieken der Stad, ook de twee Volksmuzieken, Demokraat en Socialist, in vollen vrede en eendracht. Siska. Er is mij gezegd, Trien, dat liet Muziek der De.no- krate bijna en uur in den donkeren ge'aten werd Trien.Ja, Siska, dat is eclit, de lichten werden niet ontste ken, men moest er achier loopen. Siska. Eu dat 't Muziek der Demokraten zoo schoon ge speel i heeft Trien. Superb schoon, Siska ge kost een vliegsken hooren vliegen, de iwee kleine Solisten bijzonder verweklen een handje plak 'int de Markt oaverdé. 't Was een Volksslemming geweest.. Elk io-mt di n schoonen goeden dag Maar, maar.., Siska. Wat is er van maar? Trien. Dat er in Aalst zijn, Siska, die 't zonneken niet kun nen zien schijnen I die d'Etndracht willen kapot trekken, die de Salamanders slachten Siska. De Salamanders Trien. Ja. Trien, dat is een soort van krokkedilje, die grin^ sclt en lach! in 't vuur. Siska. En ge denkt, Trien Trien. Siska, mijn opinie is dat in Aalst ook eenige, niet veel, eenige Sallamanders zijn, die hun vreugd vinden en hun profijt, als Aalst in verdeeldheid blijft. Siska. Dat zou wel kunnen zijn, Trien.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1912 | | pagina 1