- i S O 5' 3 ■o 3 5 J 2. rë Z en zijn Dame, maar zijn gedachten vlogen ge durig naar de nederige en verstootene Violetta. Hij moest en zou weten wie ze was. 's Anderdaags al heel vroeg was hij op weg naar Touël; van den ouden Pastoot zou hij al les weten; hij kwam daarjuist als de eerwaarde Man den Tempel verliet, alwaar hij zijn Mis had gelezen. Van verre stak hij d'hand uit; ook de hond, Barrabas kwam toegeloopen. Ha, jonge kapoen, zei de Pastoor al la ch) nde. Kipoen Och, ja, gisteren hier wegloopen als een dief Mr de Pastoor, bij die juffers komen mijn drollige kltedij Gij kendet ze O, neen, door 't oniveêr verrast was ik 's avonds te voren voor de eerste maal in zerihuis geweest. Maar die juffers zijn mijn nichten, Mijn heer Bremond is mijn Schoonbroer, NAWOORD. Waarde Lezers en Lezeressen van de WERKMAN. I it verwondert u, kom, Mijnheer de Schilder, met mij ontbijten, wat eik hier weet, mag u ook bekend zijn Terwijl zij het ontbijt namen, deelde de oude Pasto r dèn jongeling mee dat Violetta zijne nichte was, het eenig kind zijner geliefde Zus ter, de tweede Vrouw van Mie el Bremond Die Michel Bremond, een der geleerdste Ge- neeshecren van Frankrijk, zoo vermaard ais Pasteur, enkel levende voor de Wetenschap, Redevoering van den heer P. DAENS over de Schoolwet. O co O 5" 3" r- "3 r O O 1 30* CD t3- CD re 3 c: c. 0) ar O 5 3 3 "2 CD CD 3 r* S" O re rr Q. CD re 2 re s 5 re CD ~i o® TT a 3 P3 T 50 R-2 O H re O 2 3 e re' <0 5,3 O 3 2 8? fl) sL n 3 re 5 IQ r* O 3 re. CO F ff 0) c Q. (Q T 0) re r+ 5 CO 2 r+ O -• r+ re c CD C s- 3) re 0) snster.) Hu'p I hulp, men wilt me vermoor- tn Hulp I Moord iaat af.,, laat me... laat ie... Ik ben toch moeder 1... XVII' TOONEEL- Roos. Volk. i (De deur vliegt met geweld open, mannen in vrouwen binnen, ze beschermen Roos, dis ze jachtjes naar een stoel leiden.) Roos Ik dank u, brave menschen, gij wiii mij ti ch geen kwaad Is hij weg j I* Gebuur. Zeker, moedertje, heb geen vrees, wij zullen bij u blijven, j 2* Gebuur. Die vrouw is zinneloos,.., van drinken.. Oh den derelium tremens zeker. XVIII» TOONEEL. De vorige, Susse. Susse (In werkmanspak, biel, hoorde die laats te woorden, mengt zich onder het volk, die hem alles mededeelt. Dus een dubbel ongeluk Eenig -n. Hoe dat Susse. Ik kwam haar een droevig nieuws aankondigen. Guust is gevallen. Allen Gevallen Susse. Ja maarniet doodelijk, zijnen arm gebruken er. eenige kneuzingen. Roos (ziet in eens Susse, waarvan ze niets be greep, zijn witte kiel verschrikt haar.)— Wat wilt die daar Susse (met wat medelijden). 'k Ben een vriend van Guust. Roos (Recht) Gij liegt, ellendige; neen, neen, ik volg u niet Twee maanden... 'k heb er gezeten. Hieruit I (Neemt het broodmes dat op tafel laf zij wiit op hem toe, allen vluchten op den achtergrond XIX» TOONEEL. De vorigen, Guust, Doll, later de kinderen. Netje. Gunst draagt de rechterarm in oenen witten doek gaat moeilijk, wordt ondersteund van D li). - Roos Roos Roos (Slaakt een ijzelijken gil. bij het zien van Guust, ze vlucht al tierende in de Kamer links.) Guust (Die zich met moeite voortsleept, wilt haar volgen, hij valtontzenuwd in Dolls armen), j -Dolf. Help haar vrienden, heb medelijden I (Susse met anderen loopeB tot de kamer, die Roos. na zich sloot. Susse neemt zijn schilder mes, met welke hij eindelijk de deur open krijgt, zij willen binnen maar deinzen in eens achteruit). Allen. Vreeselijk I Vreeselijk 1 Afschuwe lijk I Dolf (Die Guust tot aan de stoel leidde, komt zien, deinsde achteruit). Guust I Guust (hevig ontsteld) Uwe vrouw is niet meer. Ze deed haar zeiven recht Guust (Wilt recht, valt ontzenuwd op lijn stoel terug). Te veel Te veel I XX' TOONEEL. De vorigen, Lieske, Franske. Lieske en Franske. Vader Vader I (Hem gekwetst ziende.) Wat hebt ge Guust (kust hun beide, snikkend). 't Is niet erg kinderen. Milt. Lieske. Waar is moeder Nog ziek. (Guust wilt spreken, hij kan niet en valt be- wu.-teloos op zijn stoel neder Dolf (Smartelijk). -- G'hebt geene moeder meer, kinderen God heeft ze tot zich genomen, i nu zal ze nooit meer ziek zijn. Netje (sinds een oogenblik op het tsoneel, blijft met bet volk op den achtergrond.^ Lieske en Franske Wcenend). Ach! Dood' Dood Lieske (weenend). Wie zal dan onze moe der zijn Netje (tot Guust met veel gevoel.) Guust, wij, uwe geburen, waren sinds lang op de hoog te van uwen smartelijken toestand. God nam iemand tot hem, die haren edelen naam van Moeder niet meer weerdig was 1 Troost u, ge waart steeds een braaf en oppassend werkman, 't Gasthuis is uwe plaats niet, maar bij mij te hu'3 Mij tie deur staat voor u open. En gij, mijne brave kindereD, als gij wilt, en dat uwen vader toestemt zal Netje uwe moeder zijn. (Guust knikt langzaam, reikt de hand naar Netje, als om haar voorstel aan te nemen Dolf. Guust, geweet het, alles wat ik kan voor u I Susse, 'k Had nooit gedacht, dat de drank zulke vreeslijke gevolgen kon hebben, van he den af nooit g ene genever meer. Doif. Bidden we, brave lieden, voor een slachtoffer van dat vreeselijk menschenvergiit. (Allen knielen met het gezicht naar de open staande kamer gekeerd). EINDE. Zander Tooneelschrijver of Letterkundige te zijn, schreet ik in mijn eenvoudige West-Vlasrnsche taal, het tooneel erkje Menschenvergijt 't Was met het doel t mijne bij te brengen ter bestrijding dier wreede kwaal Ongelukkige Vaders, diepgevallen Moeders die hun aan de sierke dranken overgeven Beklagenswaardige kinderen, die zoo dikwijls ooggeiuigge zijn van zedelooze en bloedige tooneelerr. Wal moet er van u geworden Dat onze Regeeiing dan toch om Godswil strenge maatregelen neme, om dit duivelsvocht heel en al ui' te roeien. Gedenk, Heeren landsbestuurders, dat die mHli oenen of liever dat genevergeld, die de groote put der Staatskist vullen moet, besmeurd is met zedeloosheid, bloed en tranen. Roeit het uit, en de Hospitalen evenals de Zot- en Gevangenhnizen worden te groot. Weihoe ge verbiedt de sterke dranken in den Kongo Wat verschil zoudt u vinden tus^chen eenen witten bedronkene en eenen bezopen Kjngoiees? Den eenen zooals den anderen is tot alles in staat. Of is de ziel van 'nen Witten dan geenen Zwarten waard. (1) Volgt de dagbladen en zij zullen u overtuigen wat ik schreef. De voorbeelden zijn talrijk, zelf van vrouwen, jr jonge vroawen die sterke dranken gebruiken, bijzonderlijk in groote steden. Ge moe van de Vlaanders afkomstig zijn zooals ik, en hier te Brussel wai ouder 't kleine volk ge woond en met hun gearbeid hebben, om daarover te kun- nen spreken, j Drankhuizen rijzen als paddestoelen uit den grond. Op i d'Hoogstraat telde ik er Honderd twintig. Meer de gene ver belasten, dan wordt da zelfde hoeveelheid gedronken, en de vrouw krijgt 's zaterdags minder. Al boter aan de galg du». Laat ons hopen dat het ver plichtend onderwijs daarook iets zal aan verbeteren. Ik droeg dit werkje op aan mijnen vriend Pieter Daens, Volksvertegenwoordiger, uit erkentenis voor het geene hij doet voor 't arme onwetende lijdende volk van Vlaande ren Ik dank hem omdat hij mijn stukje in zijn geïerd blad overdrukte en het alzoo ruchtbaar maakte. Evenalsaan de waarde lezers en lezeressen,die dit werkje met aandacht hebben gevolgd, stuur ik van harte mijne beste dankbe uigingen. Mocht het nu. bij de tooneelkrin gen mijnen gewenschten w.erkiank vinden, dit was alles wat ik verlang. (I) Woorden van den Aartsbisschop Mercier, Onthou ders Kongres 1910, Tentoonstelling Brussel.) ALBERT MINON, Xoorstraat, 84, Brussel, Opvoering kosteloos, mits gevraagde toelating. in (Vervolg). k'cholen volgens uw gedacht,van Vrijdenkers, Soci alisten, Joden, Protestanten zullen doorlen Staat on dersteund wordenen waarom hetzelfde reeht niet toekennen astn godsdienstige Scholen 1s 'i omdat de 't Ro- I Christene Leering daar onderwezen wordt? j Oordeelt toch die Leering niet volgens de katholie ke Regeering en hare gazettenmaar gaat in den grond der zaak. Onlangs ontvingen wij allen de redevoering van Mcr Bonnevie voor eene groote vergadering van Advo c.iten in welke bij onzen diepbetreurden Janson ver heerlijkte. In dat boekje is de laatste brief der Moeder van Janson Mijn lieve Paul, gij oefent in al hare zoetheid de zedeleer van onzen lieer Jezus Chrisius, die waarlijk Ons Heer was, want Hij leeide ons in een eenvoudige zoele en redesterke taal al de voorschriften van de Rechtvaardigheid en van een goed geweten. Ge volgt zijn waarachtige Leering.» En M Bonnevie voegde ei bij Ja, Jansen het is waarlijk de Leering Kristi die gjj geoefend hebt,als g(j optradt om de armen, de zwakken en de verdrukte» te verdedigen. Als wij bidden Ons toekome uw rijk dan vragen wij niets dan de Rechtvaardigheid (1) En in uwe onzijdige School wilt gjj die zalige ver hevene Leering doodzwijgen,om baardood te krijgen in do Samenleving. Uw infeaa' is Be School zonder Kruisbeeld, zonder Gebed, zonder Leering Kristi. U kan zulke School aanstaan.maar het If risten Velk zal er nooit van willen. (Zeer wilrechts) De heer Augusteyns. Dat belet niet dat de helft der katholieke ouders hun kinderen zenden naar de ofiicieele School en zeer te vrede zijn over het onder wijs dat ze daar krijgen. De heer Daens. Bij ons zijn de officïöele Scholen nog altijd godsdienstig, maar uw gedaent en wil is de onzijdige School. De heer Augusteyns. Zeker. De heer Daens. Gjj wilt dus het onzijdig Onder- wys J ie heer Augusteyns. Ja. De heer Daens. Het is juist wat ik wilde zeggen: Gij bevestigt mijne woorden Heeren der IJnker- zjjde, wilt gjj rechtveerdig zjjn, ge moet de vrije Scholen herkennen. En gij, Heeren der Rechterzijde, ge wilt voor de vrije beholen geljjke Rechten, aanveerdt dan ook go- lijke pnehten. Ais de Slaat het vrij Onderwijs betaalt aanvaardt dan ook het Staatstoezicht. De heer Raemaekers. Het staat duidelijk in de Wet. De heer Huyshauwers. Ja De heer Daens Des te beter. Vraag dan ook met ons dat alle vr,je Onderwijzers en Onderwijzeressen een Staatsdiploma moeten hebben. De heer Ramakkers. Heel gaarne, 't staat ook in de Wet. E® Daens. Een diploma afgeleverd door den laat of door een Jury van Staats- en vrije Normaal school. Er zijn Kloosterscholen in welke vele Onder wijzeressen zonder diploma zijn, terwijl bekwame katholieke wereldsche juffers lange jaren moeten wachten na. r een plaats. Vraag ook met ons dat de niet gediplomeerde zich binnen de 5 jaar moeten in regel stellen met de Wet. Vraag bijzonder met ons dat de vrije Katholieke Onderwijzers niet meer de kiesdravers zouden zjjn der Katholieken. (Gerucht rechts). Ja, Heeren, op veel plaatsen meeten d'Onderwijzers voor u den kiesstrijd doen. De heer Hknderickx. De officiêele Meesters zjjn wel de kiesdrave'S der Liberalen en Socialisten. De heer Daens. Laat toch de politiek uit uw Scholen; vergeet niet dat uw katholieke werkingen dikwijls strijden met de Rechtvaardigheid De heer Hknderickx. Zijt ge zelf niet katholiek De heer Daens. Meer dan Katholiek Kristen Demokrrat, .lat is veel hooger. De heer Hendrickx. - Dus Kristen en Katholiek. De heer Daens. Uw Katholiek is ontaard en be dorven De heer Wseste en zijn Vrienden kunnen niet loochenen dat de Katholieke Onderwijzers hunne kiesdravers moeten zijn. Ik heb hier twee brieven aan de Kiezers gericht den geestelijken Direkteur der School van Aalst-Osbroek. Ik kan talrjjke treu rige feiten aanhalenDat al de vrye Onderwijzers dier Volkswijk van huis tol huis en bij de Kie zers zijn geweestdat vele aangenome Scholen, ia poiitieken drift opvlamden, dat na de Kiezing, Non- nekes met de kinderen in ronde danstten, zingende Viva Woeste en weg met Daens (gelach rechts). Vindt ge dat schoen, Heeren Katholieken 1 Dan zult gjj hst ook schoon vinden dat Schoolkinderen in hun nen mond da woorden hadden Dien Smeerlap Daens (Onderbreking en geroep rechts). D® heer De Schutter. Hat is overal hetzelfde. De heer Daens. Vindt gij het volgende ook schoonE nige dagen na de kiezing, ik ga eens van achter in Sint Martens-Kerk 'neVadrons bidden Da deur wordt met. een groebbe geopend en Scboolkin deren roepen Daar zit die smeerlap Daens. (Uitroe pingen links). De heer De Schutter. Leve het katholiek Onder wijs De heer Augusteyn». Ziedaar wat men in do Vrjje Scholen leert. De heer Henuerickx. Neen, de Onderwijzers lee- ren dit niet aan de Kinderen, gij weet het wel. De heer Daens. Mijne heeren, ons Amendement: Alle politiek uit de SchoolDe Onderwijzers geen Kiesdravers, is het niet goed onder alle 'opzichten? Dat de Kinders goed leeren, braaf en wijs opgroeien en de politiek aan hun Ouders laten. Ons Amende menten strekken om 't Vrij Ouderwijs reiner en ver hevener te maken. De heer Minister P»uilet heeft een uitnoodiging gedaan om Amendementen neêr te leg gen... Waarom zou hy ze verstoeten Ligt er iets kwaad in De heer Minister komt uit d'IIoogeschool van Leu ven,waar ten allen tijde een breede verdraagzaamheid heerschtte.. 't Was uit Leuven dat in 1572 twee Hoog leeraars naar Spanje trokken, op gevaar van hun leven, met een brief van hunnen Hektor voor Koning Philip II, korts nadien werd de Sektaris Hertog Alba teruggeroepen. Och, MinisterPoullet, uw naam en uw rondborstig wezen boezemen mij vertrouwen in; maar mijn oude Vriend Charles, verslaggever (gelach'links) hij de geprofes e Volkshater (gelach), hij de rann der verouderde gedachten, geleerd, vlijtig, fel van ge zondheid (luidruchtig gelach). M. Woeste, een kap mes (nieuw gelach links), zal hij niet zeggen bij elk AmendementNeen, ik kaper door Ach, zonder de msdaad gepleegd jegens Priester Daens, hier zouden zes of zeven vrije Kristene Demo kreten zet. ten. tien minste zes of zeven), niet g->en ander gedacht dan Vrijheid en Rechtvaardigheid... Eilaas,'t is z..o niet Echter blijven wij hop n dat hel katholiek niet paalvast zal b ijven als een batal jon Russische if.t/,a. ken. Zonder toegevingen tot over eenkomst, 't blijft een eindelozen Schooioorlng; wat wij vragen is redelijk noodzakelijk maakt toch dat wij, vrye Kristene Demokraten, door onze stem een Wet van duurzame eerlijke Schoolvrede kunnen be krachtigen. (1) De woorden van den geleerdsten aller Russen, Tolstoï, ook zeer merkweerdig zijn: Als er op de wereld Vrede en Geluk kan bestaan, dart is het door d® rechtzinnige oefening der Leering Kristi. CP 3 Li, 1 N O sa Wm> ff V) "C O N» -t S3 r T. O C 5 3 5 Tb re o es 3 O VI ft TT 5 baf O -5 M 'Tmm c O 3 Ml S3 35 re ts 3 k— 3

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1913 | | pagina 3