Antwoord van den heer Hector PSancquaert. E KArr OLIEKEN (ievolgen der LcgcrVel. Naar 't Regiment Aan de Vrije Klok Sander De Vos- Zitdag, van Volksveri.Daens Likeurhaodelaars WAT ZE BELOOFDEN rMTiTur.' n*—- wvmst Oeen man, geen cent, geen kanon meer 1 frank pensioen aan de Ouderlingen. Vermindering van lasten voor burger, boer cn werkman. Sociale wetten. WAT ZE DEDEN memwimjisMwmam. ^aa^sssmasssas Alleman soldaat. Jaarlijksch IS.ooo soldaten meer. 2,000 onder-officieren meer. 975 lagere officieren meer. 125 hoogere officieren meer. Jaari jksch 47 millioen meer aan'tleger yf forten, kanons, kazernen is er noodig 281,5oo,ooo fr. Afschaffing van 1 fr. vergoeding aan de soldaten. (Slechts in. groote armoede zal men iets geven. Dus nieuw middel om de menschen te dwingen) Geen vermeerdering van pensioen Daarvoor is er geen.geld. Een nieuwe taks op de kleine herbergen. Gedurige opslag der lasten. (Men vergelijke eens de contributiebiljet ten van eenige jaren.) Niets werd gedaan voor de landbouw. Niets voor dejhop. Niets voor de regeling der pachten. Algemeen stemrecht hebben zij in de ver- geetmand geworpen. Niets werd gedaan voor de regeling van den arbeid, enz. Dc kinderen moeten tot hun 14 jaar naar de school. Goed. Maar geen onderstand, aan de arme huishoudens om de lasten der schooi vet te verzachten. Menigeen vroeg zich afWat zal ervan de Burgerwacht geworden onder het reg.m der nieuwe legerwet?... Sommigen koester»,, de hoop dat ze zoo uitsterven Dwaling. Ziehier wat men zinnens is te doen Al de oud-gedienden van het leger, van dq4e tot de 20® kias, zullen in de Burgerwachty worden gedurende drie jaar. Deze nieuw t:- gerwacht zal niet samengesteld worden per meente, maar wel per kanton en per arrondise ment omdat ook de jongens van den buiten zouden kunnen bijgenomen worden, Dit zijn de groote trekken van het wetsvoorstel jyelke eerstdaags ter Kamer zal neergelegd wor- de,Dus nog eens België aan 't Militarismus 1 Eerst alleman soldaat, dan naar de Burger- .wacht 1 Weer eenige inillioenen meer per jaar 1 Weer wat nieuwe lasten voor ons volk 1 België staat op een mooi baantje... Wanneer krijgen wij eene oorlogsvloot en eene vloot van vliegmachienen die ons eenige kleine millioentjes per jaar zullen kosten Dat zal iets zijn voor de kiezing, als dankbetoog aan de kiezers als ze het katholiek ministerie nog wat versterkt hebben... Arm België TWEEZANG Stemme NAAR WIJD EN ZIJD- I De Vader, Tot ziens, tot ziens, mijnsKarel lieve zoon Uwen vader geeft u zijne zege Men roept u weg uit d' ouderlijke woon (»a maar heen en woest gansch onverlegen 'l Regiment wadit naar u, 't Vaderland roept u op Karei lief buigt niet langer vol treurnis den kop REFREIN Moedig vooruit, vervul uwe plichten Is 'L offer groot, ga toch met moed Ik zal zorgen voor land en voor vruchten Ga met spoed. II De Zoon, Ja, vader lief, de wrecde dag is hier, Eu het uur van vertrek is geslagen Ik sta hier moedig, sterk en vrij en fier n 'Kf't soldatenpak te dragen och ik denk aan uw lot aai zoef vreeseiijs-^m zijü m ft weg gij zult kwijnen in smart en in pijn. REFREIN Ik,uwen zoon, eenigste hulpe Word weggerukt naar 't Regiment 'k Zie reeds de kwijning in onze stulpe En d' cllend III De Vader, Ach lel lief, spreek niet zoo zeer bedroefd Uweil zal wel spoedig passeeren Ik bfflel oud en dikwijls reeds beproefd Docmal mij in uwe plaats wel weeren' k Helg handen aan 't lijf, 'k ben nog krachtig van spier Ikzalfegen en werken met kracht en met vier. REFREIN Moedig vooruit, enz. IV De Zoon, Ja, vi, gij bergt voor mij uw getraan Maar part is verscheurd en gebroken Zondein hulp moet gij ten gronde gaan Waarfct nog altijd toch verdoken Moedéent, maar ze weet dat er armoede wacht I En gijlhebt daar reeds duizendmaal aan gedacht. REFREIN j bracht mc groot door zweetcn, zwoegen U zijt gij oud en afgesloofd ls ik nu het land moet beploegen 'k Word ontroofd 1 V De Vader, Ach zo is zoo ik schrik voor het gevaar 'k Sla a zonder hulp in het leven Uw afsiJrukt me toch zoo schriklijk zwaar Komt hij haast terug Zelfde beweging van den knaap die in de polenta roerde. Ga hem roepen Bene Signor, maar de polenta. Weet ge waar hij gewonelijk gaat Si, Signor rondom, Signor.. De hond, Barrabas.. Ja, de hond.. Blijft hier, zei Jaak, ik volg den hond. Barrabas sprong voorop, klom en daalde, keerde terug al bassende} liep wederom verder, hij was uit d'oogen verdwenen, maar wat hoorde hij De stem van Maurits die Barrabas beknorde en hem zegde Zijt ge zot mij te ketnen stoorefl r Ik Sliep 1 Ikben n<Je toekonst doet beven zoo goed. ik ben niet sprekelklijk voor niemand, j Uitgenomen voor mi], nep jaak met nel- j refrein. dere stem. Waarom die oogen van grove ko- pernagels Denkt ge dat ik uit de locht ge vallen ben Gij., stamelde Maurits.. Jaak... Gij Ja... ik ben het, afschuwelijk wezen die ons allen in droefheid gedompeld hebt. wreeu G'hebt nogtans uw lachende wezen be- nel i, i,a,i j,., ksuniieke partij j Dat oninaar 't lpger doet togen. uuuuuii.' Gij steipor de,ou, dus gij maaktetmii sc Spot zooveel g6 wilt.. MRcir kom, ZOU IK Gij allaagt de schuld als ik heden u veria u ooit teruggevonden hebben zonder dit dier. i Nooit gevonden Mijn goede vriend ik j ben in vacantie voor mijne gezondheid. i Maurits, wat is u toch overgekomen?... Mijnheer is weggeloopen.... Mijnheer is nimmer te zien hij laat mij zelfs niet toe hem mijn hu- welijk aan te kondigen. Maurits was als uit de lucht gevallen. •j aak was getrouwd Met wie anders dan met Violetta, met de Bloemenmaagd. En gij zijt hier alleen, vroeg hij aan Jaak Neen, ik ben op mijn huwelijksreis mijn vrouw verwacht me bij u, in uw huis. Maurits stond als aan den grond genageld. Ging hij den moed hebben nog naar huis te gaan... Violetta terugzien als echtgenote van dn» het. land ons doen verkwijnen t ik vergaan door smart en leed moet miju zoon als soldaat gaan verdwijnen God, hoe wreed Vl De Zoon, Ha Vadj, nu eerst ontwaaktet gij Nadat m zoo wreed heeft bedrogen soldaat nat.' REFREIN -tder lief, denk aan uw werken staakt voorheen 't barons portret ook op i gij nu nog dienen ouden kliek versterken Door uw dop VII De Vader, O neei zoon want vol is nu de maat Ik ver! oü bewaarders rangen Ik hajloek het alleman soldaat 'k 1 leb a-het bedrog laten vangen Dochjt, ik wordt nu eenen Christen democraat De zoon, Dat a/ju de mannen van redding en baat! REFREIN (Samen) ij zullen saam voor de groene strijden .t is bet volk recht door de zee zullen ons verlossen ju it het lijden Wij doen mee FL. MOENS, Aalst. In haar nrvan 1 Februari, kondigt de V r ij e K 1 o k, het blad der christen de mocraten van 't kanton Ninove, onder re dactie van onzen vriend Van den Bruele, het besluit af aangenomen door het be stuur van de christene volkspartij van Aalst, van mij als tweeden kandidaat en eersten plaatsvervanger op den lijst te brengen van 't arrondissement Aalst. Onze vriend Van den Bruele verzaakt aan deze plaatsen, die hem zekers in de Kamers brachten, te mijnen voordeele. Ik ben zeer getroffen door dezen blijk van genegenheid voor mij, van wege onze vrienden van Aalst, en bijzonderlijk door deze daad van zelfsopoffering van onzen vriend Van d.n Bruele. Vooreerst Van den Bruele wil niet dat men de demokratische partij aanzie als eene partij der familie Daens. 't Is zeer schoon van u van zoo bezorgd en bekom merd te zijn met liet belang der partij, doch vergeet niet dat uwe vijanden altijd iets zullen weten te zeggen op gelijk wie zich voorstelt. De kwestie wasverdient Van den Bruele die plaats En geen en kel partijgenoot die weet met welke toe wijding Van den Bruele gewerkt heeft en steeds werkt' voor de kristene volkspartij zal daarop ontkennend antwoorden. Gij hadt dus ongelijk te veel naar den idaps uwer vijanden te luisteren. Is het nu van vaste wil ,'t zij zoo, doch wees zeker, vriend Van den Bruele, nooit is in mijn hart de begeerte geslopen u te vervangen, en 'k zou de eerste geweest zijn die met vol doening en geluk uwe intrede in de Ka mers zou begroet hebben, als belooning voor de toewijding waarvan gij zooveel bewijzen gegeven hebt voor uwe partij. Ten tweede, VandenBruele wil dat er na twintig jaren onafgebroken en volhar denden strijd voor mij een dag van be looning kome. Ik ben vijand van gebofzoowel als van onrechtzinnige nederigheid, 't Is waar,ik heb sedert twintig jaren voor cle volks partij gestreden en dit met dezelfde hard nekkigheid als er kans was of geen kans van lukken. Ik ben christen demokraat tot in 't diepste der ziel. Wat de christen volks partij bedoelt, is voor mij 't schoonste en 't volinaakste droombeeld dat men zich vormen kan, en de opofferingen die hon- derdedemokratenvoor dit verheven droom beeidzich getroosthebben verdienen elks bewondering. Als de geest die de christene volkspar tij-bezielt eens een aanzienlijk gedeelte van ons vlaamsche volk zal doordrongen hebben, zal ook de dageraad aanbreken van een nieuw tijdperk van roem en grootheid voor ons volk. Daarom tot 't einde van mijn leven zal ik voor onze volkspartij strijden en zou ik gestreden hebben al haade zelfs aan 't einde van dien strijd niet eene belooning tegengelachen maar slechts miskenning en vernedering tegengegrijnsd. Doch strijden geen honderde demo- kraten zonder hoop op belooning voor onze partij en ons volk En als zij dit kunnen welk recht heb ik van belooning te cischen, te hopen of te verwachten Uw eenig doel, Van den Bruele, is geweest zooveel goed doen als er in uwe macht is voor de christene volkspartij. Gij meent dat ik, dank zij mijn hooger onderwijs., in de Kamers meer diensten zal kunnen bewijzen aan de partij als gij ('tgeen te onderzoeken zou vallen), daaibij heeft zich gevoegd uwe genegen heid en uwe vriendschap voor mij en om deze edele verhevene beweeg- 't Is omtrent twintig jaren geleden, ja omtrent dag op dag, dat ik voor ae eerste maal deel nam aan den grootschen strijd, die dan gevoerd werd in uw arrondissement voor de ontvoogding van ons vlaamsche volk. Weinig plaatsen in uw arrondissement zullen mij vreemd voorkomen: Want ik heb het dan door- loopen langs alle kanten velen van u zal ik nog kennen en nog meer van u zullen zich mijner herinneren. Wie den eersten strijd heeft medegestreden ver geet hem nooit. 'kHeb dan alles gegeven wat ik kon voor den triomf van onze partij die de triomf moest zijn voor ons volk. Veel ouder ben ik nu doch, God zij gedankt nog krachtig en kloek. Welaan, laat ons dien reuzenstrijd hernieuwen, 't Wanbestuur van de regeerende partij, de klimmende lasten, de hatelijke en ruïneerende legerwet, de miskenning der rechten van den Vlaming, de eenige steunpilaar van onze meesters, ae schandelijke verbreking van hun kies- beloften door de katholieken vóór de kiezing gedaan, hebben velen verbitterd, anderen vernederd en veler oogen ge opend. De oogenblik is gekomen van een grooten stormloop te wagen. Ons allen geschaard aan de zijde van onzen kloeken en nooit vermoeiden Petrus Daens, onder de zegenbrengende vou wen onzer groene vaan, en van nu af met nooit gebroken moed en steeds aan houdende standvastigheid den strijd ge streden die ons meer dan ooit te voren den triomf belooft die ook de triomf zal zijn van ons vlaamsche volk. En tot slot aan ai mijne vrienden van Aalst, hartelij ken dank voor de eer die gij mij aandoet. H. PLANCQUAERT. Het vlaamsche volk lag als verzonken Verdrukt door dwang en slavernij Het was als in kluisters geklonken En smeekte luid om te zijn vrij. Een man voelde zijn hart bewogen En schaarde zich aan 's werkers zij. Ondanks den laster en de logen Priester; Daens streed maar altijd blij. REFREIN O Priester Martelare, Gezegend zij Uw naam. Wij zweren hier te samen Te volgen uwe baan. Gij die voor 's werkers welvaart Uw bloed en leven gaf Vaarwel... o Priester Daens... Rust zacht in uw graf... Het volk dat was U zoo genegen, Het noemde U, den waren held Die zonder dralen of omwegen Ten strijde trok in open veld. Nochtans die rijke oü bewaarders, Moesten U martelen tot end, Zij handelden zooals verraders Het is ons toch zoo wel bekend. Wij vrije, Christene Dnmocraten, Stonden U kloek, ja kloek ter zij E n lieten de valschaards maar praten En schaarden ons in dichte rij Gij ware volgeling van Christus, Gij leerde ons Zijn ware leer Uw heilig woord heeft ons begeesterd Daarvoor houden wij U in eer. De wreede dood kwam U 't ontrukken, O Priester Daens, gij koene held, Gij mocht de lauw'ren niet herplukken U ontrukt dooreen woest geweld... Uw nagedachtenis blijft hier leven. Wij buigen diep bij uwen naam... O Priester Daens wij volgen uw wegen, Verdedigen uw groene vaan Oktober 1913. Te AALST, eiken zaterdag van Stat 10 ure m eiken zondag van 10 tot 12 \ure in ons Ja. kaalLange zout straat ;tc XLXOVE elite veer- tien dagen den tweeden en vierden dynsdag der maand ran 8 tot 10 ure, in 't lokaal der o Vrye Klolc bij Van den Abccle ;te SOTTF.GEM, redenen hebt gij voor jaren eene schoone i 'ikert eersten dynsdag van 8 tot 10 me by de toekomst van u weggeworpen. 1 Wed. Brunfaut, Nieuwstraat; te HERZÈLE, eiken tweeden zondag van 9 tot 11 bij De Jae- Qher, aan de Vier Wegen -, Ie LELE, eiken laatslen zondag van 9 lot 11, in 't Lokaalby De Ras, Rammelstraat. weggeworpen, 't Is een prachtig voorbeeld van zelfsopoffering waar weinige partijen kunnen op wijzen en dat onze partij zoowei ais u zelve eer aandoet. Gij hebt uw besluit genomen in volle vrijheid 't bestuur heeft uw besluit goedgekeurd en wordt dit besluit door den poll van 't arrondissement goedgekeurd, ik zal uw aanbod met dankbaarheid aanvaarden. Nu een woord aan de christene demo kreten van Aalst. Te bekomen ten bureele van ait blad, de officiéele vrachtbrieven, vereischt door de laatste wet op den aikool.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1914 | | pagina 3