s DE KONING DER NOORDZEE m, mtm Tm mm% m&È m,if mmmm TWEEDE DEED. III. Ter dood veroordeeld Ge gaat nu LarsVonved persoonlijk leeren ken nen, zoo sprak Kapitein Vinterdalen, tot zijn Vrouw, die hijgde van aandoening. De Valdemaars woren de lievelingen des Volks, weswege deOldenburgen, die regeerden, hunnen haat moesten inhouden, en zelfs den schijn namen van vereering, hetgene een wijze politiek was. Door het sneuvelen van verscheide Vonveds, was die Vereering een soort van Aanbidding geworden; In 1812 verklaarde Zweden den Oorlog aan Én- geland, maar als Frankrijk het Zweeds Pomerania nad veroverd,dan haasteZweden zich Vrede te maken met Engeland. Generaal Bernadotte, door Napolean Koning van Zweden gemaakt, had besloten zijn gewe zen Meester aan zijn lot over te laten, op de belofte van de g'Allieerden, dat Noorwegen zou afgetrokken worden van Denemarken en gegeven aan Zweden. De Bevolking van Denemarken oordeelde Koning Frederik veel te zwak, ja lafhertig,maar al de Grooten zwegen, uit vleierijeen man stond recht, het Leger juichtte hem toe, het was Knut Vonved De Grootvader van Lars Vonved Gelijk ge zegt, Amelia Koning Frederik was razig van woede hij besloot gedaan te maken met dit trots Geslachtdie Grijsaard van ;84 jaar werd gevangen... voor het hoog Gerecht gebracht... onder de beschuldiging van Verraad tegen zijn Vaderland... hij, de rechtzinnigste en eerlijkste Man van Europa... Elk was overtuigd van zijnOnschuld Maarlde Rech ters werden in't geheim bedreigd... Ze verklaarden hem plichtig en spraken de DOODSTRAF uit; Och God, kreet Amelia. De Doodstraf, hij werd beroofd van al zijn titels, van al zijn rechten op Goederen en Erfenis (1), zijn oud en edel hoofd moest vallen onder 't mes van den Beu!,-op de groote Markt van Kopenhagen. En Koning Frederik teekende dit Vonnis —Hij dierf nie', Amelia, de woede eens Dwingelands ook hare palen heeft. Door het algemeen gemor der openbare verontwaarding afgeschrikt, veranderde hij het Doodsvonnis in eeuwigdurend Ballingschap de afstammeling der oude roemrijke Vorsten zou dus uit "het Land gejaagd worden, waarover zijne Voorouders geregeerd hadden en voor hetwelk die Grijsaard en zijne Kinderen hun bloed hadden geofferd. Óp dood straf zou hij den grond van zijn Vaderland nimmer mogen betreden. Arme Ouderling Kon hij dat schandig Vonnis overleven Ja, Amelia, en hij leeft nog. Hij leeft nog tVelhoe is het mogelijk dat graaf Elsiora nog leeft De echte graaf Elsiora is nu Lars Vonved, geen Wet heeft het recht hem dien titel af te nemen. Maar, zeg mij toch, die edele Ouderling, is hij waarlijk nog in leven? Ja. God, o mijn God Ja, hij die een halve Eeuw Graaf Elsiora was, is nu enkelijk Knut Vonved, onteerd, verlaagd, geban nen als een Booswicht en Melaatsche. Hij moet ten minste Honderd Jaar zijn? Meer, hij is in zijn Honderd en Vier Jaren. En waar is hij Amelia, ik vrees niet het te zeggen aan u hij is in zijn Vaderland. Hij heeft dus genade gekregen Wat gij denkt, Amelia, Koning Frederik heeft geen genade verleend, Knut Vonved zou ze nooit ge vraagd hebben, omdat hij niet plichtig is; bij de ge nade zou moeten de verklaring wezen zijner onschuld en de herstelling in alle rechten; dit zou een verzoe- ning zijn, maar geen genade; sedert vele jaren is hij terug in zijn Vaderland, dat hij nog altijd beminthij verblijft in de Stad Kopenhagen. Vreest hij niet verraden te worden Niemand weet waar hij woont, buiten eenige personen, die iiever zouden sierven dan hem te verra den. Ik denk daarbij dat Koning Frederik er niet zou durven aan denken dien Ouderling voor de tweede maal te bannen. Vinterdalen, het verheugt mij ie hooren dat uwe genegenheid voor uwen Vriend u niet onrechtvaardig maakt jegens uwen Souverein. Maar zeg mij, wat ge- wierder van Lars Vonved na de verbanning van zijn Grootvader Die gebeurtenis was voorzeker een kri- sis in zijn leven Ja, ja, Amelia, hij was alsdan 19 jaar.. Na een goed verzorgde opvoeding ontvangen te hebben en zijn Studiën gedaan in de beste Scholen van Europa, had hij voor levensbaan gekozen de vrije Zee en diende nu als Luitenant op het krijgsschip de Her- kule. Elk bewonderde hem daar; kloeken schoon van li chaam en van geest, met de macht van 'ne Reus, en daarbij goedhertig en wilskrachtig. De Kapitein van 't Zeeschip, een brave goede Ou derling, bewonderaar van de Elsiora's, droeg hem een ware achting en een diepe genegenheid toe. Hij kwam schielijk ie sterven en werd opgevolgd door zijn eerste luitenant, zekere Bjoeru Soeghell, een man van groote bekwaamheid, maar lomp, brutaal, op schietend als een zeewolf en die zijn haat en nijd te gen Lars Vonved niet verborg. Reeds acht maanden waren de Zeelieden zonder nieuws over Denemarken, en zoodra zij in 't zicht van hun Vaderland kwamen, was hun eerste werk een boot naar 't strand te sturen, om Brieven en Gazetten te halen. Een uur lang bleef de Kapitein met den eersten Luitenant in zijn kabien, dan kwam hij op het dek, werd omringd door al d'Officiers en riep daar met een stem zoo schetterend dat zij gehoord werd van de gansche bemanning Groot Nieuws, Heeren Graaf Vonved, die oude schurk, heeft eindelijk zijn verdiende loon. De oude schobejak is veroordeeld; de aood der Verraders zal hij sterven op 't Schavot En terwijl hij die woorden uitsprak, waren zijn oo- gen vlammend en haatdragend gericht naar den jon gen Vonved. Lars Vonved stond daar paf geslagenhij kon zijn ooren niet gelooven; na de eerste oogenblikken van verstomming, vroeg hij wat die woorden beteekenden? Wat die woorden beteekenen, sprak de Kapitein; maar 't staat wijd cn breed in deze gazet. Graaf Von ved is door de Rechtbank veroordeeld tot de Dood straf, als Landverrader; in afwachting dat zijn hoofd op't Schavot rollen zal, geef ik u overmorgen verlof, om te gaan zien naar Kongens Nytorv, naar de ver brijzeling der wapenschilden van uwen schoonen Grootvader. De Wapenschilden verbrijzelen, wat was dat, Vinterdaelen -- Amelia, ineen zaal van 't Koninglijk Paleis te Kongens Nytorv hangen de wapenschilden der groote Edellieden van Denemarken, na hunne dood worden ze overgebracht naar ruime onderaardsche zalen. Graaf Vonved was Ridder van 't Groot Kruis van Dannebrog en van 't order van den Olifanthij was de eerste en de oudste der Deensche edelen als een Ridder schandalig veroordeeld wordt, dan bren gen de Beulsknechten zijn Wapenschilden op de openbare Plaats en ten aanschijn van al 't Volk wor den zijns wapens verbrijzeld. De ellendigaard De Duivel, kreet Amelia Ja, ge zegt het welook ging bij al de Zeelieden, Officiers en Matróozen, een gemor op van misnoegen. En Lars Vonved, wat deed hij Kapitein Vinterdaelen fronstte zijn lippen boosaar dig en sprak op somberen toon Lars Vonved sprak geen woord, maar hij hief zijn rechte hand omhoog, en met een krachtige zwier kwam die hand op 't wezen van den Kapitein, die neêrviel, badende in zijn bloed en daar lag als een lijk. ('t Vervolgt) Oplossing van het Raadsel. Nieuw Raadsel. De waaide van 't Goud. I MARKTEN M m m'£&W 21 EI SROERENBÉ VEKOPEM'.AIUNGEX (1) Het is door zulke Vonnissen dat groote Fortuinen werden verworven. Hier in ons Land de Graven van Egmont en Hoorn waren rijk in grondgoederen. Alles is overgegaan naar de Vleiers van den Spanjaard. APEN. 't Geen men soms ziet is toch schar.d Van jongen, zelfs getrouwde venten, Die spelen met het geld in d'hand En schreefken schieten ook voor centen Zou het niet te betreuren zijn Als kinderen er staan op te gapen Zooals de groote doen de klein De menschen zijn gelijk de APEN. FRANS DE RYBEL. A. PEN. APEN. !k was eer. kerel flink en kras En raadt U eens hoe oud ik was Drie jaar ten volle, en toen zei ma Je moet naar 't school en leeren A. En b. en c., en schrijven ook en lezen En een jaar lang had ik gewezen Aan maatje 't a, b, c eerst op de lei Met griffel, en dan in 't groot Op een schrijfboek met potlood. En eens vroeg ik zeer blij Zeg maatje, weet U nu hoe oud ik ben Vier jaar, en 'k schrijf al met de PEN En 's avonds als ik lag te slapen Dans zag ik ineens een klas vol APEN En allen, allen, deden mij daar na En schreven met de pen ook A. ViC ALDA, Mijn eerste hoeft men nooit te planten, Want het groeit schier t'alle kantea, En wie 't aanraakt, Pier of Lijn, Zal 't niet ontkomen van de pijn. 't Tweede en 't heel is zoo gemeen, Dat wordt gedragen van iederen. De Deugd, zegt Seneca, is iiet eenigste goed van den mensch. Zij alleen treedt onafhankelijk op tus- schen geluk en ongeluk, er, leert beiden gering achte». Schoonheid vervliegt, deugd blijft, Wie ziet versmadend op het goud, En durft het blinkend slijk te heeten Verdwaalden die niet beter weten Hoeveel dat slijk ontsloten houdt 1 Het is een gift, een hemelzegen, Die tranen stelpt en wonden heelt Wie dat geschenk hier heeft gekregen. Hij zegent waar hij 't mededeelt. Hoor, hoor dat smeeken, dat gekrijt 1 De nood klom hoog, de jammren stijgen Wie brengt dat bang gegil tot zwijgen, Dat pijnlijk door de harten snijdt Wie doet gebrek en wanhoop wijken Wie is door God die taak vertrouwd Dat voorrecht is uw deel, o rijken Gij moogt het met uw kostbaar goud. En 't zoet eevoel, het zieisgenot, De vreugde die zij smaken mogen, Wie hier des broeders tranen droogen, Wat is 't een zalig loon, o God Wie durft dat goud als slijk verachten Geen aardsch bezit heeft meer gewin Wie 's naasten leed er meê verzachten, Wat koopen zij zich wellust in Hoort hoort de kreet des jammers gilt t Gebreken koude nijpen buiten I Komt, Rijken gaat de kist ontsluiten, Zoo gij van 't goud nu rente wilt. Helpthelpt de nood is hoog gestegen Uw plicht vervuld uw taak aanvaard Gij zijt bedeelers van Gods zegen Maakt u dat kostbaar eerambt waard. Het blijft VREDE tusschen Japan en China. In de Bureelen van LA VICTOIRE DES FLANDRES, is mij Woensdag geze;d, dat men 50 0/0 zal betalen aan de sommen van 100 tot 200 fr. die vervallen zijm. mé BURGELIJKEN STAND DER STAD AALST GEBOORTEN Mannelijk 9 Vrouwelijk 5 14 HUWELIJKEN F. Claessens, landb. met A. Verhofstadt, iandb. OVERLIJDENS K. Bouckaert, m. Terrier, bediende, 62 j. Trag. 1 kind onder de 7 jaar. BURGELIJKENSTAND VAN NINOVE. van 24 April 1915 (inb.) tot 31 April 1915 (n. inb.) Geboorten Mannelijk 2. Vrouwelijk 2. HuwelijkenGeene. Overlijdens 2 kinderen onder de 7 jaar. FranciscusDe Coninck, oud 19 jaren, schippers- knaap, ongehuwd, Burchtstraat (Hospitaal). AALST. Zaterdag 8 Mei Aardappelen de 100 kil 00,00 a 8,00 Ajuin de 100 kilo 00,00 aOO,M Boter per 3 kilo 9,15 a 10.00 Eiers de 25 3,00 a 3,3# Viggenen per koppei (250 stuks) 75,00 85,00 Aalst, drukkerij Fr. Daens <S Zuster, Werf.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1915 | | pagina 4