LARS VO
OE K0NIN6 OER NOORDZEE
OF
ders die het lijk van Vonved van dc ijzers
ontdeden.
Na dit treurig werk, verlieten allen de
cel en de oude Aalmoesenier pinkte een
traan weg bij het zien van dit edel we
zen. ('t Vervolgt).
V1ERS)E DEEL.
VIII. De Dood!
Laat ons wat achteruit gaan.
Na het vertrek zijner Vrouw, deed Vonved aan Ge
neraal Poulsen, als laatste verzoek vragen om nie
mand voor zijne strafuitvoering in zijne cel toe te la
ten.
Dit verzoek wierd aangenomen.
Des morgends ging dus de Cipier de cel openen om
de gevangene te verwittigen dat het noodlottig oogen-
blik nakend was.
Met vele voorzorgen opende hij de deur, wetende
bij ondervinding dat de gevangenen in zulke oogen-
blikken voor alles bekwaam zijn.
In stilte naderde hij hem en kon zijne eigene oogen
niet gelooven, bij het zien dat een gevangene de nacht
vóór zijne strafuitvoering, zoo in een diepen slaap ge
dompeld is.
Ik moet hem toch voor de laatste maal wekken,
stamelde de Cipier.
Bij het zeggen dezer woorden nam hij Vonved bij
den arm en schudde hem hevig.
Deze's oogen bleven gesloten.
Bij alle drommels, dit is nu de konning der sla-
f>ers Op, Kapitein Vonved, sta op, het is voor uw
aatste maal.
Vonved verroerde niet.
De Cipier was zeer ontsteld en de hand op Von-
ved's hoofd plaatsende,voelde hij dat het ijskoud was.
Een siddering doorliep gansch zijn lichaam en met
verkropte stem riep hij
-- Hulp Hulp Vonved is dood Hulp Vonved
is dood
Terzelfdertijd liep hij de deur uit en botste op een
soldaat die op die noodkreten was toegesneld, den
kende dat de Cipier vermoord jwierd.
Hij is dood. Vonved is dood, stamelde de Cipier
met gebrokene stem en liep ijlings verder.
Na eenige oogenblikken kwam hij terug, gevolgd
van den Kapitein der wacht, verschillende Soldaten
en de Bevelhebber der Forteres.
Ze kwamen de cel binnen en plaatsten zich rondom
het lichaam van Vonved.
Dit is niet mogelijk, zegde de bevelhebber Poul
sen, Vonved is niet dood, dit is eene grap.
Neen, antwoordde de Kapitein met vaste stem,
zijne hand op Vonved's hoofd en hart plaatsende. Hij
is zeker dood.
Kreten van verwondering stegen uit ieders mond,
nochtans Generaal Poulsen kon maar niet gelooven
dat Vonved werkelijk dood was.
Ga me een spiegel en een revolver halen, zegde
hij en doet de Geneesheer komen.
Na eenige oogenblikken bracht men de gevraagde
voorwerpen.
Hij plaatste de spiegel boven de vale lippen van
Vonved, doch bespeurde niets.
Hij is zeker dood, herhaalde men.
Wacht, riep de oude Generaal, en de revolver
nemende, plaatste hij deze aan het oor van den doode.
Een doffe knal deed eenieder sidderen, alleen Vonved
roerde niet.
Intusschentijd was de Geneesheer aangekomen.
Deze onderzocht nauwkeurig het roerlooze lichaam.
Zou dit geen schijndoode wezen stamelde de
Generaal.
Bah, onderbrak de Doktoor, welk gedacht die
man is reeds ten minste zes uren dood.
Zijt gij er zeker van
De Doktoor bezag de Generaal met verwondering
en haalde een scherp mesje uit den zak.
Ziedaar, om u ten vólle te overtuigen en bij het
zeggen dezer woorden, sneed hij Vonved op de borst.
Niet het minste bloed vloeide uit de veroorzaakte
wonde.
Nu twijfel ik niet meer, murmelde de Generaal
langzaam, hij is werkelijk dood.
Hoe hebt gij er Kunnen aan twijfelen, Generaal
vroeg de Geneesheer.
En zonder een antwoord af te wachten, vervolgde
hij.
;!i enkele
kalm als
Gene
er,
Hij is eene zachte dood gestorven, gei
trek verraad zijns lijden, zijn wezen is zóó
dit van een slaper.
Maar aan wat is hij gestorven vroeg d
raai, heeft hij zich verge zen
Ik geloof het niet, antwoordde de Doktoor
r bukte zich over Vonved's lichaam.
Wat doet ge, Doktoor
Ik onderzoek of niet de minste reuk uit zijne
mond ontsnapt, maar neen.
Hij is eene natuurlijke dood gestorven.
- Seloofd gij dit
Of ik dit geloof, Generaal neen, ik ben er van
overtuigd, dat ziet men aan de trekken zijn lichaams.
Hij onderzocht nogmaals gansch het lichaam en
riep in bewondering uit
Hebt ge ooit schooner borst gezien. Ziedaar iets
voor een beeldhouwer, en in het vuur zijner bewon
dering sneed hij nogmaals in de edele borst.
De zaak is, onderbrak de Generaal, te zien op
welke wijze ik daarover verslag moet indienen.
Dat is heel eenvoudig.
Dat is uw gedacht, maar mijn gevoel niet, sprak
de Generaal bitsig, aan wat is hij gestorven
Op slepende toon antwoordde de Geneesheer
Een oud Soldaat die tal van makkers op het
slagveld heeft zien sneuvelen, neemt moeielijk aan
dat iemand kan sterven zonder gekwetst of ziek te
zijn. Die man is eene schielijke dood gestorven, waar
over ix u nadere inlichtingen zal geven, wanneer we
dit lichaam op de ontleed-tafel zullen onderzocht heb
ben..
Dat is zeker, wedervoerde de Generaal. Doch ik
versta er niets yan. Hij is dood en ziedaar alles.
't Is dat die man gisteren zulke geheimzinnige
taal voerde en mij o. a. zegde Dat hij aan de folte
ring zou ontsnapt hebben.
Voorzeker had hij een voorgevoel zijner dood.
Het was zekers een raar gedacht, onderbrak de
Kapitein der wacht, van Vonved van gisteren nog een
onderhoud gehad te hebben met den Beul
Ja.
Verschooning, Generaal, ik veronderstel toch
dat de Beul u nadere inlichtingen over dit onderhoud
gegeven heeft..,
Ja, antwoordde de Generaal, ik zal daar verslag
overgeven aan wie dit toekomt, maar dit onderhoud
vermeerderd nog meer dit (geheim.
Op dezen oogenblik verwijderden zich de soldaten
en cipiers om toegang te verkenen aan den Aalmoe
senier, een zeventigjarigen ouderling, die reeds zes-
en-veertig jaar in deze forteres het woord van troost
en moed de gevangenen insprak.
Met tragen tred kwam hij tot Vonved, die hii nooit
in leven gezien had, daar hij nooit de toelatingJ gekre
gen had deze te bezoeken.
Met kalmte ontblootte hij zich het hoofd en sprak
met zachte stem
Hij heeft opgehouden gevangene te wezen. God
heeft zijne stem aanhoord, mogelijk zijne gebeden en
hem verlost. w
Zijne gebeden, onderbrak de Generaal.
Wat, zegde jjde Doktoor lachend, de gebeden
van Lars Vonved. -
Drommels, riep de Generaal, we spreken hier
van allerhande zaken die ons van geen belang zijn en
terwijl vergeten we die duizenden getrouwen van on-
zen;Koning, die op de komst van Vonved wachten.
Oogenbiikkelijk gaf hij zijne bevelen om de dood
van Vonved te gaan aankondigen en de noodige maat
regelen te nemea, om ongelukken en wanorders te
voorkomenv r;
De,Generaal, het voorgevallene willende verdrij
ven, deed de zakken van Vonved onderzoeken, en
was zeer tevreden er niets bezonders in te vinden.
Hij maakte zich gereed de cel te verlaten, toen de
Aalmoezenier hem op zachten toon zegde
Het is me altijd zeer treurig, een mensch te zien
De
Gierigaard.
Den Druiventros
Met «rooien afslag
at en
per
Sieter
Petrol per
Prijzen van den dag,
Te bekomen alle dagen
bij IS. E, Bogaerts,
Brussels Hof, Botermarkt 3, AALST.
Is verschenen, de
Almanak van
Te bekomenaan 6 eens op ons Bureel.
Goede winst voor de Uitverkoopers.
Vertrek-uren der Trams Belgisch uur).
Te bekomen .op ons Bureel
JBoekskes aan 0,10 c.
MARRTEi\T
met ijzers beladen, maar het schijnt me nog veel pijn- j Aardappelen de 100 kib 11,00 a 000
lijker, een geketend lijlc te zien, Ajuin de 100 kilo 00,00 «oo.oo
De Generaal bezag de Aalmoesenier met voldoe- - Boter per 3 kilo 12,00 a 00,00
ning en gaf zijne bevelen om Vonved van de boeien de25 J-75
te'ontdo6n. "i^Söncnporkoppv ,{250 stuks) 15U a 19j
Eenige oogenblikken nadien kwamen er twee sme- Aftót/drukkeHj fr.Daeaa Zuster. Wért.
•"WBMSBHgrtSig
w -r
NAAR DE VERLOSSING
Ü7PTQ hpldHpn moor looi cotiilfii- «-1
Een gierigaard had zijn Schatten in de aarde bidol-
ven, maar zijn hart was vol van zijn goud, hij wan
delde zonder ophouden rond de plaats waar zijn for
tuin rustte. E n dief die deze afgebrokene voorzor
gen zag, dolf den schat uit. Eenigen tijd daarna wilde
de gierigaard zijne fortuin van bij bezien. Helaas, al
les was verdwenen. Zijne wanhoop was onbeschrijf
lijk.
Een voorbijgaander vrceg hem naar de oorzaak zij-
i ner droefheid.
Heiaas, men heeft mij mijn schat ontstolen.
I Uw schat, waar had gij hem gelegd
j Hier, op dezelfde plaats onder de aarde.
He, waarom hebt gij uw goud bij u niet gehou-
den Ten minste zoudt gij er u kunnen van bedienen
hebben.-
Mij er van bedienen Wat denkt gij wel Ik dierf
er niet aankomen.
En waarom dan al dit misbaar In plaats van uw
goud, legt er keien in; gij zult er hetzelfde voordeel
van trekken.
Op zekeren dag zend men een versche duiventros
aan den kluizenaar Macharis van Alexandrië. Hij gaf
hem aan een zekere kluizenaar, deze gaf hem aan een
derde, v/elke ze bracht bij een vierde, en alzoo deed
de tros de ronde van heel de kluis, zoo wel dat zij aan
den Macharis weerkwam. De man, verwonderd door
de versterving zijner broeders, weigerde aan deze
vrucht te raken.
Van Aalst naar Gent 7,109,4011,455,40
Van Gent naar Aalst 7,3011,304,00
Van Aalst naar Brussel 7,109,40D.2,005,58
Maandag, Woensdag, Vrijdag 8,15
Van Assche naar Aalst 6,00—8,4011,00D.4,40
Maandag, Woensdag 7,15
BURGELIJKEN STAND DER STAD *AALST
GEBOORTEN Mannelijk 4 Vrouwelijk 4—8
HUWELIJKEN
G. De Vylder, tabakbew. met M. Vertongen, br.
OVERLIJDENS
G. Van Lierde, m. Modderie, Schouwer a.spw. 54j.
Nazarethstr. A. Van der Eeken, katoenb. 18 j.
Eilandstr. A. Capiau, w° Wauters, zb. 89 j. Leo-
poldstr.
3 kind. onder de j»ar.
Pastoor Kneippzij n leven en raadge
vingen om door het Water te genezen en
te verkloeken 0,70
De gruweldaden van Wildemouive en
zijne Spitsbroeders, doorH. Van de Ge-
nachte 3,50
DB KLEINE Kabinet Secretaris of voorbeel
den van alle siach van Brieven.
HANDLEIDING voor den Kaartspeler om bet
jassen te leeren.
GOOCHELBOEKJE nieuwe uitgave bevatten
de eene groote keus van tooverkunsten
gemakkelijk om uit te voeren
HET GOEDKOOPSTE Raadselboek van heel
de wereld, bevattende meer dan 525 aller
schoonste raadsels
AALST. Zaterdag 19 Sept.