MAX of de jonge NOTARIS
Op zijn Amerikaans
In 't eerste hoofdstuk hebben wij gezien dat Max,
de Zoon van den Notaris neêrviel als lood, toen hij
hoorde dat het zijn Vader was, die berecht werd.
Moet ons dat verwonderen, welbeminde Lezers en
Lezeressen Met een jong vurig beminnend hert naar
huis gekomen, in verschelde jaren Vader of Moeder
niet gezien hebben, gereed staan om aan hunnen hals
te vliegen en Moeder vinden, bijna verstikkende in
haar tranen, Vader plat uitgestrekt, besneden door de
Dood.
Och God. het is Max riep de jonge Kasteel
dochter, die op haar kniën zat aan 't sterfbed, nevens
de Moeder van Max, en opspringende liep zij naar
den gang, naar het doodsbleek hoofd van den jonge
ling, die in de kinderjaren haren speel kameraad ge
weest was, legde dit hoofd op hare kniën. De wee-
nende Moeder kwam ook toegeioopen en voelde ha
ren angst verdubbeld bij het zien van haren Max,
buiten kennis.
De oude Pastoor, die gelijk alle Priesters, zekere
geneeskundige kennissen had opgedaan, had haastig
azijn gevraagd en overwreef de slapen van den jonge
ling, terwijl hij de Vrouw van Notaris Van Dael (1)
tracht gerust te stellen. Het zal niets zijn, Mevrouw,
zegt hij.'t Is de verrassing, de droefheid van den
jongeling, die terugkeert zonder van iets te weten en
buiten kennis valt... Zie, de kleur keert terug.. Hij
gaat tot zijn zeiven komen en den wensch van" uwen
goeden Echtgenoot vervullen met de laatste benedik-
tie van een Vader te ontvangen.
Die buiten kennis ligt door stremming of belemme
ring van den bloedloop, hoort alle geluiden, als in een
verte, doch blijft gansch beweegloos. Max hoorde
't gerucht van iemand die spreekt dit gerucht na
derde; hij verstond den wreeden zin der woorden
door wilskracht aangedreven doet hij zich een hevig
geweld aan, hij overmeestert de z akheid die hem
aan den grond drukt, hij recht zich op, richt een dank
bare blik tot de jonge Dochter, zijn Moeder bukt zich
over hem, hij omarmt haar en kiest zich vast aan den
moederlijken boezem zijn eerste -vieg.
De Natuur herneemt hare rechten tranen, wel
doende tranen, gij ontlast het beklemd gemoed, Max
ziet niet van de tranen, hij droogt ze haastig af, want
een heilige plicht heeft hij ie vervullen; zijn stervende
Vader wacht hem met ongeduld.
Weldra is de jongeling aan het doodsbed, gebogen
over zijn Vader; het zijn de laatste oogenblikken; 'tis
met moeite dat de Stervende nog ziet. Vriend, zegt
de Pastoor hem, 't is uw Zoon Max Max omhelst
Vader, Vader geeft hem zijnen laatsten zegen; Max is
met zijn oor aan Vaders mond; de stervende prevelt
Lief Kind ik zeg u zorg voor uw Moeder... Hoor
Ondervraag Brear, de meesterklerk, het is noodig...
Vaarwel 1
Daarbij, een oog gericht- naar zijne Vrouw, een
tweedenaar den Hemel, alsom te zeggen, daar zie ik
u eens terug, een glimmering van vreugd op dit we
zen dat een uitdrukking heeft van eerlijkheid, van op
rechtheid, van rust des gewetens, een zucht... en No
taris Van Dae! is de weg der Vaderen ingegaan..
Een groote Schrijver beschreef alsvolgt de dood
zijns Vaders
In ons nederig boerenhuis nabij de venster een
tafel, aan welke ik elk jaar mijne oude Moeder terug
zag. in den haard een zetel uit weike mijn Vader
rechtstond, om mij te omhelzen, op den hank het
beeld van den gekruisten God, tusschen twee kope
ren kandelaars; op de eikenhouten kas een O. L. Vr.
beeld...
Als mijn Vader ging sterven, op dit plechtig uur,
i allen stonden hem bij De Dienstboden, de oudeGe-
i neesheer, de oude Pastoor met grijs hair, zijne oude j
I Vrienden; eindelijk mijne Moeder, mijne goede Moe-
der, allen de oogen naar hem gericht, voor hem bid-
dende, hem toc-iachende door hunne tranen, en hij in f
i dit smar'.rijk uur getroost en versterkt door hunne
teedere liefde
En na de Dood, de eerbiedige Vereering van den
Overledenen... Bidden en weenen; weenen en bidden;
gelukkig nog eenige uren dit geliefde wezen te aan
schouwen.
Terwijl die aandoenlijke plechtige uren beleefd
worden in 't sterfhuis van den Notaris, laat ons de
geographische kaart schetsen van hetSIachveld waar
op ons nederig Verhaal gaat plaats hebben Slach-
veld, niet een piaais waar duizende Krijgsmans zich
wederzijds gaan dooden maar Slachveid waar de
Zielen en de Gedachten in strijd liggen en men moet
lijden en dood, maar zachte zielsontroeringen voor
komen en zalige lessen geven. ('t Vervolgt).
STOOMTRAM 7 Mei 1916
Zonder overdrijving mag men zeggenD'An-
noncen in De Werkman zijn goud waard.
EEN VERHAAL UIT
FRANSCH-VLAANDEREN
—o—:—:—o
II. Vader dood! Vader dood!
(IJIn Frankrijk's Vlaanderen heef dj men nog veel Ylaamsche
familienamen, zulks loont den oorsprong der streek.
Elk zijn recht en elk zijn woord, elk zijn vrijheid en zijn waardigheid..
De Werkman heeft twee Brieven opgenomen van eenen Aalstenaar-Bak
ker over 't BROOD Ziehier nu de antwoord van 't Komiteit
Aalst, 31 Mei 1916.
Heer Uitgever van De Werkman, T/S
Sinds eenige weken wordt er in zekere bladen geredetwist over de
hoedadanigheid van het brood der behoeftigen en niet-behoeftigen en
over het meel en de bloem die iedereen zich in den Amerikaanschen
winkel kan aanschaffen.
Om iedereen op de hoogte van den toestand te stellen, ziehier hoe de
kwestie van brood en meel geregeid is
IEerst en vooral het rantsoen meel is per hoofd en per dag 250
grammen; we voegen erbij dat wij het onmogelijke doen om dat rant
soen te kHRnen blijven bestellen.
II. Al de Bakkers van de Stad ontvangen meel van dezelfde hoeda
nigheid dan het meel waarvan het brood der behoeftigen wordt vervaar
digd...
Tusschen het brood der behoeftigen en niet-behoeftigen kan of
mag er dus geen verschil bestaan. (1)
III. Degenen, die voor hun broodbons liever meel ontvangen dan
brood te koopen, verkrijgen in den Amerikaanschen winkel voor èenen
broodbon 750 grammen meel van dezelfde hoedanigheid als datgene aan
de bakkers en aan de bakkerij van het Voedingskomiteit geleverd ofwel
500 grammen witte bloem (gebuild meel); de afval kortmeel en zeme
len voortkomende van dat builen, blijft aan het Voedingskomiteit
hij wordt niet gevoegd, zooals sommigen beweeren, bij het meel der
Bevolking, maar wordt als beestenvoeder verkocht.
Ziedaar de juiste en klare toedracht der zaak; we hopen dat die uit
leggingen iedereen zullen voldoen ei een einde zullen stellen aan al die
af te keuren (2) en niet gesteunde kritieken.
Moge» we u verzoeken dit schrijven in uw geëerd blad in te lasschen?
Aanvaardt, Heer, onze oprechte groeten.
Het Komiteit voor bevoorrading der Stad Aalst
Rom. Moyersoen, Voorzitter.
Leden K. De Wolf, H. Miserez, Baron L. de Béthune, Is Van Trap
pen, Od. Van der Schueren, Jean De Neve, Alfr. Nichels, Oct. Limbourg
Alb. De Windt.
(1) Nu, sedert eenige weken, ja.
(2) Is de kritiek het zout niet van alle Besturen
BAKKER-AALSTENAAR
antwoorden aan 2 Advokaten-Volksverteganwoordigers, aan groote Han
delaars, aan Kapitalisten, aan een Notaris, 't is voor heete vuren staan,
maar Bakkers zijn niet verveerd van heete vuren, we zijn krieus wat onze
Aalstenaar-Bakker gaat antwoorden.
Aalst-Gent10,40 - 3,05— 8,35. (Uur van 't Belfort)
Meirelbeke-Aalst7,30 10,30 3,00 5,30.
Assche-Aalst9,45, 11,15 direkt-Aalst, staat aan den Beef
2,10—7,45.
Aalst-Assche 8,25 9,40 direkt 12,15 5,30.