Ter [iageiacMenis uan l E. H. Heneïih Dieren» eindfujk L XSJ Tolk der Kristen© Volkspartij-Vlaamsche Front P. V. N. I 0,30 0,30 et amnestie-scenario isi liet Belgisch Parlement Uit onzen Pijlkoker MENSCHENBEULEN i-ViT-m'h'" r 57 Jaargang Nr 2476 WEEKBLAD Zoadcg 30 September 1928 t. Da V. »r rhrin Iv ons wapsn f Pschtvucrticheld ons dos Stichter Pieter Dae as PRIJS cummer ABONNEMENTEN Sv.',i jaar 15,00 fr. per 6 riuutnd 7,50 it. ap Tctrhaod b»t*i»ib«i»r' •onaementen op alls postkantoren, buitenland port mwr, REDAKTLE HoofdopttellerK. L. Vt -OpdoeLoiub, Valksvortcgenwoordjfrejr. Poatchefc S3175. BEHEER: S. M. Drukkerij VoILsverbefiBra t 14. Onderw|$«etra»t, 14, Aalet. Telofoo-i 188 ANNONCEN De prijs der «unoocer. wordt bepaald b» ovrroankomst. Vr-or »He Webringen vende meo rich te? PRIJS ver "-mme/ Hei laatste Belgisch-partementair scenario is niet kwaad ineengezet. \'an Canwelaert brengt zijn wets voorstel op de poppen. Jaspar-Janson amendeert zoo dat er zelfs geen ver jaring intreedt voor de ernstige ge vallen. Van de Vijvere speelt de gewo ne rol en brengt een amendement, dat een heele stap vooruit is op de voor stellen der regeering... maar men zelfs met het gewapend oog geen spoor van amnestie ontdekt. En heel het boeltje wordt verdaagd tot in November. Dan krijgen we ver jaring misschien ook voor de groote gevallen en wellicht ook amnestie... voor de gevallen beneden de vijf jaar. In elk geval de amnestie is weer eens begraven met de medehulp van Van Cauwelaert. Maar Janson heeft hem een certifi caat van goede en Belgische vader landsliefde bezorgd. Jaspar heeft er nog een patriotisch schupje bijgedaan. Zelfs de Etoile beige van Buyl vindt dat zulke amnestie-voorstanders tot de goede belgen zijn te rekenen. Kortom men kan voorstander zijn van amnestie en goede Belg op voor waarde de amnestie te kelderen! M. Jaspar avail le sourire. En de gelaarsde kater alias kleine Max van Brusselwas in de nopjes. En den volgenden dag bracht «De Standaard» een lang artikel waaruit bleek dat de katholieke Vlaamsche Kamergroep weer een triomf had be- J'"'H Neen, neen net record in l'énergie dans r.aplatissement is nog niet be reikt. Intusschen zullen de activisten naar het woord van de jubelende «Nation beige» «burgers van tweede klas blij ven, gesloten uit het openbare leven, in den ban der maatschappij». Tien jaren na den wapenstilstand. België dat sedert honderd jaar Vlaanderen tracht eronder te krijgen, dat zich vanwege de Vlamingen zoo- eel moet doen vergeven, dat België kan aan de activisten nog geen ver giffenis schenken. Het Belgische Hof een troepje vreemdelingen, die hun Duitsche af komst willen doen vergeven blijft onverbiddelijk. Hoe zegde de Latijnen ook weer quo penlee vult Jupiter dementat. Die Jupiter wil ten verderve voeren slaat hij met waanzin. De Belgische machthebbers zijn waanzinnig. Moest in de huidige omstandigheden een onweer loskomen boven België, wat een, losbarsting van haat zou er tegen het belgische regiem in Vlaan deren losbreken. Laat de «Nation beige» maar zijn scalpdans uitrazen op de weerloosheid van «le miserable Borms». Laten de vuilmeiden de «Vlaamsche» bladen a la Nieuws van den Dag het parool van Brussel maar volgen. De Vlaamsche haat zal het die machthebbers wel eens betaald zetten. Pas hebben de katholieke Vlamin gen Vlaanderen helpen leveren aan Frankrijk. De heer Van Cauwelaert wordt de belgische rethor van Vlaanderen. Wat de heer Rubbens heeft gezegd kan ons minder interesseeren. De auteur van «Pluimpje» heeft zich een oogenbük aanzien voor den David die den Goliath van het Vlaamsch Na tionalisme ging neerslaan, och arme. Het jong mensch is echter te bloedloos voor zufke karwei. Late hij in plaats van neer te dalen in het strijdperk, nog wat zijn broek gaan verslijten op de bank der lagere school om te leeren schrijven zonder fouten. Van Cauwelaert heeft zich overtrof fen in zijn liefdesverklaringen aan het adres van België de man met den driekleurigen sjerp, de gewezen lof redenaar van Alb. Rodenbach, bemint België omdat hij Vlaanderen bemint. Amnestie bezegelde de Belgische zege op het Vlaamsch separatisme, enz. enz. En het Belgisch antwoord? Het stellen van de kabinetskwestie legen alle amnestie en het voorstel van een verjaring, waarvan al de groote veroordeelden zouden uitgesloten blij- \en. De triomf van Hymans-Janson op j dc Vlaamsch-belgicistische lafheid. Ja. Brussel durft dat omdat het de lafheid van de Vlamingen kent. Trou wens ae koning had reeds den pols gevoeld van Van Cauwelaert. Men weet te Brussèl dat deze boere- jongen, die het tot burgemeester ■i wacht ejikel noeriatekclitf..kn n ziin te gen né laainscïïe* ilationalistëm Die hebben geen plaatsen van afgevaar digde- beheerder uit te deelen. Van Cauwelaert is zoo gemeen ge weest om ons td verwijten dat wij geen amnestie verlangen. Zijn haat jegens de van majesteitsschennis schuldige Vlaamsche nationalisten doet van onder het laagje Spaansch- Brabantsch vernis een zekere gemeen heid schemeren. De «Etoile beige» schrijft: «Verbeeld u dat het hoofd van den Staat een ministerie zou aanstellen met partijgangers der algeheele am- nestie, d. w. z. het terugschenken van de staatkundige en burgerlijke rech- ten aan de verraders. «Deze gedachte was onuitstaanbaar voor ons Daarom hebben wij vqo'rge- J steld al de straffen voor verjaard lur' verklaren, de veroordeelden te bege nadigen, een uitgebreide genademaat regel te treffen voor degenen, die tot kleine straffen veroordeeld werden en ze ondergaan hebben». Dit wil dus zeggen dat de liberalen bereid zijn om enkele armzalige toe gevingen te doen uit vrees dat anders de amnestie er zou komen. En daartoe leent Van Cauwelaert zich. Hij heeft de gelukwenschen van Jaspar verdiend. En niettegenstaande de larmoyante toon van zijn Redevoering is ons mis prijzen voor zijn lafheid er niet op verminderd. zijn humoniora te Hoogstraten en stu deerde wijsbegeerte en Godgeleerd heid te Mechelen, alwaar Hij in 1907 Priester gewijd werd. Nog het zelfde jaar werd Hij onderpastoor benoemd in St Anna parochie Borgerhout wat Hij tot aan zijn dood is gebleven. Heel den tijd der lange oorlogsja ren door stond Hij vooraan, in de loop graven, in de vuurlinie, Hij heeft er te midden van zijn Vlaamsche jongens, honderdmaal de dood in de oogen ge zien. Hij was de Priester die de «jon gens» opbeurde en hielp; Hij was dc vriend die met hen een pint ging pak ken en schertsend zei «dat ze den Duitsch eens een rammeling van be lang zouden toedienen»; Hij was de onversaagde en de dappere, die reeds te Luik tusschen de Duitschers zit. en langs Beeringen weet te ontkomen en te voet en per trein te Antwerpen te rugkeert. Hij was de offervaardige die, als iedereen gaan loopen was, met gekwetsten op den rug door een ko gelregen, over een breede gracht trekt, en dan verder dezen gewonde op een kruiwagen van aan de Nethe tot in Kontich voert om hein daar aan het «Rood Kruis» te overhandigen. Aan den Ijzer ontsnapt Hij telkens Wij verleenen volgaarne plaats ruimte aan volgende oproep Vlamingen, Oud-strijders, Op 21 Mei 1.1. werd te Hoboken zijn geboortedorp, de Z. E. H. Hendrik Dierckx, onderpastoor van St Anna- Borgerhout. en oud-krijgsalmoezenier door een machtige volksschaar ten grave gedragen. Dit afsterven is voor de Vlamingen en Oud-strijders niet onopgemerkt voorbijgegaan, want niemand, van al degenen die onzen heldhaftigcn pries ter gedurende de verschrikkelijke oor logsjaren hebben gekend of maar een enkele maal hebben ontmoet kan den indruk wegwisschen, die deze heer lijke figuur op hem heeft gelaten. Waar Hij ging of waar Hij kwam. overal en voor allen had Hij een goed woord, was Hij een steun, een kampi oen van het recht, en de Vlamingen «de martelaars van de Ijzer» vonden in Hem een hunner warmste verdedi- gers. En heel zijn schoonc leven en zalig afsterven getuigen van wat Hij was: een priester naar het hart. een Vla ming van de daad E. II. Hendrik Dierckx. geboren op 20 December 1882 te Hoboken. deed als bij mirakel, want in deze hel van ijzer en vuur. spuwen de vuurmonden dood en vernieling rondom hem Maar hier krijgt de dood Hem niet te pak ken; Hij mag niet sterven, Hij mag niet sneuvelen. Hij moet leven en lei den diegenen die met Hem den ake- ligen doodendans ontspringen. Hij 2al de vredes-encyciiek van den Paus, die niet mag afgelezen worden, toch doen weerklinken en de officieren die zijn brankardiers lastig vallen, en die geen noren hebben voor zijn woordJ steekt Hij. zonder eenigen vorm van «rapport» of «proces» zijn groote ster- j ke vuist onder den neus. en wel op zulke manier dat hen nooit meer den lust bekruipt het spelletje te herbe- ginnen. En als vuile «Sureté Militaire» het van generaal De Ceuninck, minister van Oorlog, klaar krijgt, dat F.. H. Dr Paul Van der Meulen, naar het eiland Cézember verbannen wordt, dan springt Hij in een heilige verontwaar diging reent en verdedigt voor al wie het hooren wil dezen anderen waar heidsheld. Die daad kost E. H. Dierckx zijn verplaatsing van het 9e Linie naftr het vervoerkorps. De waarheid klinkt te gevaarlijk in de erste lijnen van de gruwel, logen, list. Maar later als er te weinigen zijn. dan moet Hij opnieuw met het le Ja gers te voet, ter slachting. Nog eens na den oorlog maakt Hij kennis met de «Sureté Militaire», die het Hem kwalijk neemt, dat Hij in zijn sermoen, op de begrafenis van wijlen Herman Van den Reeck, niet malsch is voor de volksverdrukkers en rond uit zegt dat deze Vlaamsche marte laar op de Groote Markt te Antwer pen. om zijn Vlaming zijn werd dood geschoten. Zoo was de Aalmoezenier Dierckx. lUcht-. - 1: VI- Va.-. -«■ t i, - 1 onvervaard. j Vlamingen, Oud-strijders, Aalmoezenier Dierckx was een der i onzen. Hij was Vlaming en daarom kreeg Hij niet veel van België. Hij droeg nooit decoraties en zou ze ook nooit gedragen hebben, zoolang zijn Vlaamsch volk verdrukt werd. Wij i hebben het honderden malen zien ge beuren, dat anderen door de regeering werden gehuldigd, omdat zij deze dienden, en zoodoende dikwijls niet ontzagen hun bloedeigen volk in den rug te schieten of te verraden. Laat ons hierop 't gepaste antwoord geven Waar de olticieelen voor den E.H Dierckx slechts miskenning over had den. zullen wij toonen dat wij onze dooden eeren en beminnen. Wij zullen den priester, den Vla ming. den Oud-strijder die hulde bren gen die Hem toekomt: de dankbare hulde van het Vlaamsche Volk Daarom heeft het komiteit het ge lukkig gedacht opgevat een-grootsche Heldenhuldezerk als blijvende herin nering op te richten. Namens het Komiteit E. H. Dierckx-hulde De Voorzitter SERAF TRIO. Voorzitter V.O.S.-B.V.O.S. Hoboken De Onder-VoorzitterJ. JONKERS Voorzitter V.O.S. Borgerhout. De Sckretaris-Penningmeester H. VERSTAPPEN. Ond.-Vóorz. V.O.S.-B.V.O.S. Hoboken De Leden Me juffer Schenk, voorz. «St Lutgardiskring» Borgerhout: Heeren: Dielen, voorz, «Lodc Dos felkring» Borgerhout F. C. De Buys- scher. bestuurslid id.Vrints, onderv. V.O.S. id.Delannoy E. bestuurslid V.O.S. Hoboken John Graf, id. Het komiteit durft stellig rekenen op de vrijgevigheid aller Vlamingen, zonder onderscheid van denkwijze. Alle stortingen worden dankbaar ontvangen op «E. H. Dierckx-hulde» Postcheknummer 2230.17 Hoboken. De extradebatten ir- de Kamer zijn geëindigd. De 78 socialisten hebben niets kunnen veroveren en mogen het met Ieege handen afstappen. De katholieke Vlaamsche demokraten zijn met al de brokken wegge- Ioopen Wie schrijft dat Niemand minder dan de katholieke volksvertegenwoordiger L. Vi'nd»- voghe! d:e in den schoot vr.n den katholieken Kamergroep durfde verklaren dat hij de regeermgsvoorstcllen niet zou stemmen. De Katholieke demokratie. Naar aanleiding van een artikel j Regeeringscrisis... Amnestie... besluit Schuylenbergh in «Ons t christen, Vlaamsch en .eckhlad van het arrond. JONGE VLAMINGEN LET OP Aanstaande jaar, verkiezingen voor de Kamer, het Senaat en de Provin cieraad. Om kiezer te zijn moet ge aan de volgende voorwaarden beantwoorden: 1. Belg zijn (Helaas!!); 2. Tenminste 21 jaar oud zijn op 1 Mei 1929; 3. Van 1 Januari tot 1 Juli 1928 in de gemeente verblijven, waar ge kie zer zijt. De kiezerslijsten voor de wetgeven de Kamers en de gemeente, voorloo- pig gesloten op 20 September 1928, mogen door het publiek nagezien wor den van af 23 September, in de politie commissariaten en op het gemeente huis. _De reclamaties, in verband met die lijsten, moeten ingediend worden bij het schepencollege ten laatste op 22 November 1928. Nu toch hei legervraagstuk aan dé" dagorde is, voel ik mij innerlijk ver plicht nogcens datgene te schrijven, wat men mij verboden heeft te zeggen in een meeting, die niet mocht door gaan om de goede orde en de rust van een gemeente niet te versi -en. Ik herhaal he:, dat ik gedurende mijn diensttijd van 30 September 1925 tot 30 Oktober 1926 feiten heb gezien, die niet onbekend m gen blijven aan de vele vaders en moeders, welke geen degelijk denkbeeld hebben over «mili tarisme». Ik maakte deel uit van hel eska dron, le regiment lansiers, te Luik in de Caserne des Ecolicrs, Boulevard de ia Constitution. Onder de vele sukkelaars was er één Firmin Goossens, een weesjongen, uit Geeraardsbergen. welke van rijn 15 jaar in de koolmijnen had gewerkt, gansch kromgegroeid, ongeletterd. Iittw Op een morgen g.-ff wachtmeester Reekers ons «portez artnes» it» den paardenstal. V e stonden daar reeds meer dan twee uur de herhaling van altijd 't zelfde te doen. Dit heerschap vloekte, raasde en tierde omdat onze «carabines» niet gelijktijdig met me lodieuze» slag op den grond neerkwa men. Firmin Goossens, door ons Flens- ken genoemd, ging naar den dresseur en vroeg heel beleefd in zijn dialect Wachtmeester,. mag 'k astainblieft is naor de gemakken gaon, ik kan serieus nemie wachten... Die kleine gcgalo- neerdc Beckers schoot in een Waal- sch furie en riep: Terug stomme ezel. demi tour. Ficusken deed een demi tour a la Flcuskens. want hij kon het niet geleerd krijgen. Op dat oogenblik sprong de wachtmeester op Fleuskc. stampte hem :m*ct zijn harde zwarte hotten en sloeg waar hij Ficuskon ra ken kon. tot de sukkeleer weer op zijn plaats in «de file» stond. Wij stonden diar, de vuisten gebald, innerlijk brieschend van doHe woede, maar verlamd door schrik en ontstel tenis. Telkens als ik hier aan denk, voel ik een brandend zelfverwijt me doorknagen. Ik vraag me zelf af hoe ik dat heb kunnen aanzien en hoe het kwam dat ik op dien beul niet ben toegesprongen en waarom wij allen aan zulk een menschenbeu! het leven nog lieten. Maar wij waren zoo afge beuld. zoo laks gemaakt, het kleinste greintje persoonlijheid was ons ontnomen. Ik waande me dikwijls op de galeien, wanneer we met die groote zwarte klompen en blauw be vuilde broek, haast kaal geschoren hoofd op rijen van twee door de gang trapten, zoodat die gelijkmatige plof fende gang ons ontzenuwden. Dat was de eerste periode van Fleuskens lijden, het zou daarmee niet uit zijn. Hier laat ik een verklaring volgen welke Fieusken mij gaf om te vertalen voor het bureau, de echtheid er van kan getuigd worden door al de jongens van ons eskadron Rond 9 uur nadat ik mijn paard had afgezadeld, zei de brigadier van dc week tegen mij vlugger te zijn Ik vroeg: wat moeten wij doen. weeral rotte pansagc zeker (pansage wil zeg- gen paarden borstelen en dat nam soms 8 uur van den dag in beslag, leve den 14 maandendienstn. v. d. s. De wachtmeester kwant op dat oogenblik afgeloopen, duwde mij in een ledige liticre (plaats waar een paard staat 1 n. v.d.s.) en gaf mij tv.ee ki - ,en in j mijn gezicht met zijn vuist, mijn kaak doet er n.;g zeer van. Dan pakte hij me bij dc vest en zei: Kom mee naar boven, naar inijn kamer. Ik nam een karabien. dreigde er. zei: Sla tui nog ne keer met uw vuist als durft! 't Is spijtig dat ge een zot zijt of an ders had ik u al lang geslagen, ant woordde de wachtmestcr. «Ik hen niet inccr zot of gij. zegde ik». Dc andere voegde daaraan toe: en als morgen uw harnachement niet proper is zal ik u mee naar boven sleuren». Deze nieuwe beul was wachtmeester Maes, cx-métserdlener, afkomstig van Middelkerke. Het rapport, dat Fleuskc op mijn aandringen had gevraagd liep uit op een groote nul, niettegenstaan de ik van onzen kapitein hoorde zeg gen «Oui. c'cst la manière a Maes dc f rapper». Fleuske werd een ;-'"i<ich k. m >cst de bij uitstek vuilste karweitjes doen en is eindelijk afgegaan met een ka potte keel. die niets anders dan schorre geluiden meer kon voortbrengen, dit werd hem gelapt do.u een adjudant, welke Fleuske verplichtte, om gedu rende meer dan twee uur al springen de rond de manége te 1 «open. omdat hij geen voltige, dit is paarden acro batie, kon doen. Moet ik nog gewagen hoe wacht meester Van Nieuwenhtiysc tegen Louis Kramer, uit Antwerpen riep: Gij zult kreveeron of deserteeren. daar z.a! ik voor zorgen, dit omdat de j«.n- ,.gen. diy een -.eer zenuwachtig paard Tv.opsrTrt-vrjireA uit vror fïfë g :ï?vrt - Of nu ik toch aan den gang ben. zal ik hier nog een verklaring iaten vol gen ran ei n jongt n, Fruithof Ufred persoonlijk aan mij gedicteerd daar ik ze vertalen moest voor bet bureau «Gisteren morgen (27 Juli 1926) bleef ik te bed liggen, daar ik ziek was. Wachtmeester Maes kwam de kamer binnen en sprong op mijn bed. hij wilde het deksel van mijn lichaam trekken en zei: Ge moet opstaan, of anders doe ik u in de kas steken. Ik antwoordde dat ik niet kon opstaan cn dat ik eerst den geneesheer wilde afwachten. Toen nam hij mij bij de keel, heeft zoodanig genepen' dat ik mijn adem haast niet meer kon halen, hij schudde me hard en gaf me een slag op de wang. Intusschen schold hij me uit voer: smeerlap, bandiet, vagebond, luierik, dat ik te laf was om op te staan. Toen ging hij weg en zei: ge zult er niet goedkoop van af komen. Ik heb gezegd: Wie zijt gij. welk recht hebt gij om me te slagen, in het burgersleven zou ik u niet willen be zien, want dan zoudt ge tc gemeen zijn voor mij. want ik ben veel beter dan gij. De dokter, c!ie daarna is gc- wcest heeft me van dienst ontslagen». Weer die Macs. Was het dan te ver wonderen dat wij haast komplotteer- den tot het uitvoeren van een weer wraak. En denkt ge dat die Macs ge straft werd? Maar neen, de zieke sukkelaar had natuurlijk gelogen en kreeg en berisping voor smaad aan de overheid! (sic.) Och ja, nog een feitje. Wachtmees ter Bc-ekers. de eerste Deibier waar over ik sprak, zei aan een brigadier welke hem kwam mcedeelcn dat eer. S ri.14 lie Yieq ie Cumptich i duivel doe-al in het eskadron) zich niet had gewasschen Allez chcrcher Ia era yachc au magasin du premier chef et jc vous donne plcine autorisatie» dc lc cravacher». En dan is het niet uit, nog vele za ken zou ik kunnen schrijven over mis handeling, diefstal op groote schaal ontucht, wangedrag.... Is het dan te verwpndcren dat mei: anti-, ja verwoede anti-militaristen kan zijn als men zoo iets heeft meegc maakt. Ik hen er blij om, dat leven meegemaakt te hebben in plaats vai een school voor reserve luitenanten nu tenminste kan ik me beroemen een goed idee te hebben over menschen- kultuur en verbeesting onder 't Bel gisch leger. Da: is dus maar een klein hoekje al t andere wa: ik van die gesoldeerd' linden weet mag ik niet zeggen, dit opgelegd stilzwijgen martelt me meer dan een pijnbank der 16e eeuw 't zou kum.cn. Alles, ailcs heb ik tot in zijn kleinste onbeduidenstc details gezien en toen ben ik weggegaan vol narigheid, vol walg voor dat tyraniseerende, folte rend militarisme. de heer Volksblad: Volksgezii Aalst «We moeten oprecht eerlijk bek en- reu dat het voor 't ministerie bespot telijk zou geweekt zijn, na drie maand hardnek li gen striid voor de militaire wet, over zulke ajuinpel uit te slibbe ren en in den {pracht te vallen «De Tiid». het orgaan der katholie ke demokratie verheugt er zich over «lat de tegenstanders van de militaire wetsvoorstellen en de voorstanders vaii oniniildelijke en algeheele amnes tie geklopt zijn geworden. Kunnen de leiders nog wel lager In c. De Standaard van 22 dezer kan men lezen dat te Budapest, ti t zelfs in de trams, het Hongaarsehc Credo hangt: «Ik geloof in de nationale heropstanding van Honq.r.i'vv «De Standaard» noemt dat prachtig. Wij c«okMaar wij z.eg- :en het.elfde voor Vlaanderen, en «I)e Standaard» niet. die helpt de Belgische l verdrukkers. Dat is verschil tus- sclien hem en oiw>. Van Cauwelaert zei in het debat over amnestie: «fk zie België gcern oindai Vlaanderen in Betyjie ligt- Als morgen België in J-rankrijk ligt, als Ftnnkriik ons hee- 'cmaal zal binnenpalmen, dan zal Van Cauwelaert zeggen Ik zie Frankrijk geerne., omdat België in Frankrijk figt». t.vx!. o-izc Heer. verlos ons van De socialisten kregen klop niet de jongste senaat*- \crkiezing te Gent De socialist Ral- thazar /e.;t in «I.e Peuple» .21-9-28). dat het volk onverschillig wordt aan de socialistische praktijken. Wc ge- loovcn hein wel. lloe zouden de arbei ders het niet beu worden van zoo ge kuld en bedrogen tc worden! De r Nation Beige» van 19 dezer bekent in een hoofdarti kel dat zij cr niets om zou geven als de Vlamingen en de Walen elk hun eigen p.«t kookten. .Maar., «nous de- vons compter avec le voisin». Wij moeten afrekenen met Frankrijk! Kostelijke bekentenis, 't Is aan dat Frankrijk dat heel de bende van staatskatholieke en liberale volksver tegenwoordigers. ons verkocht heb ben. lil een vrij Vlaanderen zouden ze terecht staan voor hoogverraad! Het Fransch blad «Petit Havre», dus van de -ir.d waar dc Belgische regeering tijdens den oorlog geteerd en gesmeerd heeft, schreef enkele dagen geleden dat de Vlamingen allemaal Duitschgeziiulen zijn, dat zij de Duitschers met vriend schap hebben ontvangen cn in den oorlog vergeten hebben hun plicht te doen. «Petit Ilavre» neemt waar schijnlijk al dc Waalsche en Brusscl- sche embu-kces die gedurende den oorlog in Havcre zaten, voor Vlamin gen. .Mis jongen, dc Vlamingen zaten aan den Ijzer, waar «Petit Havcre» nooit kwam. Kijk maar naar dc namen •p de kruiskens, 95 ten honderd doo den. 95 t.h. Vlamingen. Maar 't recht aarvoor ze gevallen zijn is begraven net hun lijken. De Standaard 4erticn dagen geleien over Min Vlaamsche vergezichten. Het zijn er mooie! Luistert maar liever: «Eerst moet het Vaderland gered cn dan zul- <ui we het Vlaamsch recht opei«chen, -;dc V.ui Csuw claert. Hij zit nu in n burgenicesterzetcl tegen zooveel '■n.inizenden per iaar. Voorwaar 'n 'kkere barricade» Maar achter "t - .:n-c •'•c m mogen we fluiten. Na vergezicht van de barricade, kregen ■e dai van de verwoeste gewesten. Eerst die opgebouwd, dan spreken we ■r de rest De ophouw voltooid. <wam er een derde vergezicht Wij cn n fiank redden, tn als dat JUL MARIEN. nk is me •zet, man tshc stel ka men nog zooveel rnct zeggen Het vierde verge zicht van de Belgisi.ten is 't prachtig- r!--\ meest bel* wad' «Wordt vomit, allemaal a.llen rijk worden, hebben je geen tijd meer ïtiekers on de plaats wa .r hun geld- alc zit. Wc hopen dat hun vijfde ver gezicht een «bcc de gaz» zal zijn.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Werkman | 1928 | | pagina 1