ICHTE ZILVER BEHEERSCHT HET MIRTWEZEN Verordeningen en Bekendmakingen van de Duitsche Overheid DE ZEVEN WERELDWONDEREN UIT DE GESCHIEDENIS VAN HET GELDWEZEN Een koninklijk voorrecht Na zijn val in 546 tl. Chr. werd het slaan van gouden munten overgenomen door den koning van Perzië. en gold langen tijd als een koninklijk voorrecht. De Grieksche ste den lieten zelden gouden munten slaan. b.v. Athene tegen het einde van den Peloponne- slschen oorlog (431-404 v. Chr.i. toen het de schatten uit zijn tempels gebruikte om er gouden munten van te maken. Ook munt in platina Verordening betreffende de voorloopige rege ling van het geldverkeer tusschen de bezette Nederlandsche gebie den eenerzijds en het Duitsche Rijksgebied en het buitenland anderzijds Verordening Persnota bestemd voor de geheele pers in de bezette westelijke gebieden GEBRUIK ALS TREKDIER OSSEN NOG STEEDS V erkeer ssignalen voor de visschen Een moeilijke volkstelling tl HET ALGEMEEN NIEUWS ZONDAG 2 EN MAANDAG 3 JUNI 1943 Na den Wereldoorlog heelt men in verschil lende landen beproefd, het zilver als munt- materiaal door onedele metalen te vervan gen Dit was niet de eerste maal. dat dit ge schiedde. In de derde tot de zesde eeuw na Ohr kan de geschiedenis op een dergelijke verandering wijzen. Was het zilver, sinds de uitvinding van het geldstuk d.i. sedert de 7e eeuw v. Chr. het voornaamste metaal, waaruit munten werden vervaardigd, het is niet de oudste. Het slaan van munten begon niet met daartoe op maat gesneden stukken edelmetaal, maar met het gebruik van een mengsel. De oudste munten die wij kennen, n.l. die van de Grieksche steden in Klein-Azië wer den deze munten gebruikt in Syracuse en Carthago en later werden in Byzantium de gouden munten door geldstukken van dit mengsel vervangen. Maar munten van een dergelijk mengsel, waarvan de samenstelling telkens wisselde, konden niet als internatio naal ruilmiddel worden gebruikt. Het was koning Croesus, die eerste gouden munten liet slaan. Eerst onder Phllippus II van Macedonië werden gouden munten in het groot gemaakt. Deze koning had ze noodig voor zijn politie ke en militaire doeleinden. Zijn zoon, Ale xander de Groote. overstroomde het Oosten met zijn gouden munten, die hij uit de ver overde Perzische schatten liet slaan. Ptolemaeus liet ln Egypte gouden munten slaan tot het. tienvoudige gewicht van een drachme. Bij de Romeinen werd goud in den tijd van Caesar slechts bij uitzondering aan- gemunt en dan steeds buiten de stad door de Imperatoren (opperbevelhebbers!. Onder keizer Augustus evenwel werden zeer vele gouden munten geslagen. Onder de Carolingers en van het begin der Middeleeuwen tot bijna 't einde, werd in het Westen geen gouden munt gemaakt. De gou den munten, in Europa in omloop, waren van Byzantium of Arabië afkomstig. Het gelukte in 1252 den Florentijnen aan de wereld een goudstuk te brengen, de Florino d'oro met het beeld van Johannes den Dooper en met het zinnebeeld van de stad. een lelie (for), waarnaar de munt genoemd werd. De flori- nes werden in geheel het Zuiden van Europa en Midden-Europa nagemaakt (nageslagen), terwijl Venetië met zijn ducato (den gouden ducaat) het. Oosten veroverde. De florines en ducaten van ietwat fijner goud vervan gen. Tegelijk verschenen in Italië de eerste goudstukken, de zeventiende eeuw bracht den Franschen Louis d'Or en de Fngelsche guinje. Zilver als hcofdmefraal Het zilver was het hoofdmetaal voor mun ten bij de Grieken. Zilver behecrschte sinds 283 vóór Chr het Romeinsche ruil wezen. Onder de keizers bleef de denarius het meest gemunte geldstuk, al verminderde ge leidelijk her gehalte, tot Caracalla en na hem Marcus Aurelius de zgn. Antonianus ter waarde van twee denarii invoerden. Maar het zilvergehalte was alweer geringer gewor den. tot de munt tenslotte niet meer was dan een stukje koper met een laagje zilver. In Byzantium werden weinig zilveren mun ten geslagen. Daarentegen werd het muntwe zen in het Westen, in de middeleeuwen vol komen door het zilver beheerscht. Een groote hoeveelheid zilveren muntep maakten in het begin der 13e eeuw Venetië in zijn «grosse» of «matapan» en Florence met zijn f florina d'argento van 12 denarii van welke de eer ste munt in Boven-Italië en op het Balkan- schiereiland- werd nagebootst. In 1226 volgde koning Lodewijk de Heilige van Frankrijk met de gros toumois welke zich over het geheele Westen verspreidde. Aan het eind der 15e eeuw kwamen in Vene tië cn ook in Milaan de zilveren munten lira genaamd, in omloop. Op het bruiloftsfeest van aartshertog Ma- ximiliaan met Maria van Bourgogne werd in 1477 de eerste zilveren zware munt gesla gen, de guldengrosche later «taler» ge naamd. Ook in het Oosten werd de zilveren munt gebruikt, o.m. de dirhem der Perzi sche dynastieën. De zilverlanden van Ame rika hebben sinds de 16e eeuw tot in onzen tijd hun patacas, pesos, condors, enz. Behalve goud en zilver werd ook olatina gebruikt voor het aanmunten. O. a. door de Russische regeering van 1828 tot 1846. Uit gegeven werden stukken van 3, 6 en 12 roe bels. Het platina werd sinds 1822 in den Oeral gevonden, maar in de industrie in dien tijd niet gebruikt,, zoodat men er eindelijk tot het slaan van munten uit platina over weg wist. Het koper werd bij de Grieken eerst weinig gebruikt. Daarentegen kwam de koperen munt bij de Romeinen zeer veelvuldig voor. Dit bleef zoo tot de derde eeuw. toen de groot koperen munt in verval geraakte en het kleine koperen muntstuk opkwam. In het Oosten voerde keizer Anastasius het groote muntstuk nummia in. Dat was in 490. het begin van het Byzantijnsche munt wezen. In Zuid-Italië volgden de Noormannen het Oost-Romeinsche voorbeeld. Eerst in de 17e eeuw begonnen enkele landen van het koper voor het munten gebruik te maken. En in de 19e eeuw werd het koper voor gekfr- stukken van geringe waarde aangewend. Nikkel werd in de oudheid bijna niet ge bruikt. daarentegen veel in den nieuweren tijd. sinds 1850. waarbij Zwitserland voor ging. waarna een groot aantal Europeesche en overzeesche staten volgden. Aluminium- munten bestaan in de Engelsche kolonie Oeganda en bestonden in Duitschland in den inflatietijd. Looden en tinnen munten komen in het Westen zelden voor. veelvuldig daaren tegen in de inboorlingenstaten van den Ma- leischen Archipel. Munten van zink had Bel gië tijdens de Duitsche bezetting in den we reldoorlog. Uit ijzer waren munten in de oudheid van Argos en Tegea en in Sparta. En dan ook nog in Duitschland en Zweden in •den grooten oorlog van 1914 tot 1918. Zal ook nog de tegenwoordige oorlog het muntmate- riaal in enkele landen tijdelijk veranderen? De trots in de oudheid waren de spreek woordelijk geworden zeven wereldwonderen. Weinig is er in den loop der tijden van hen overgebleven De Cheopsyramide is het eenige wéreld- wcndei in de reeks van zeven, dat zich door de eeuwen heen kon handhaven, maar het werd beroofd van zijn spits en van zijn bedekking met gepolijst graniet. Duizenden kubieke meters steen werden f gebrokkeld, maar het enorme werk verdient nog steeds de bewondering van alle bezoekers van Egypte. 9 De c< Hangende tuinen van dc Semiranns bij Babyion zijn tot op de laatste steen vernietigd. De Tempel van Diana bij Ephcsus, die tot driemaal toe vernield werd. liet slechts een ruïne achter, maar deze puinhoopen getuigen toch nog van de vroegere groot heid en pracht. Q De Zeus van Olympia, de grootste schep ping van den beeldhouwer Phidias, kun nen we ons alleen nog voorstellen aan de hand van afbeeldingen op oude Griek sche munten. Geen wonder, want het 17 meter hooge beeld .bevatte een uiterst kostbare schat van goud en ivoor, die in de handen van plunderaars geraakte. Het Gedenktceken op het graf van Koning Mausolus naar hem noemt men deze bouwwerken mausolea stond in de twaalfde eeuw nog onveranderd op de Halikarnassos. Daarna sleepte men de steenen weg en gebruikte de zuilen voor den bouw van kloosters. Thans vindt men de laatste reliëfs en figuren nog in het Britsch Museum te Londen. De Kolos van Rhodos was een wereld wonder, waarvan zelfs geen afbeeldingen meer bestaan. De geleerden zijn het er dan ook niet over eens, hoe het gevaarte er uit zag en voor welk doel het werd opgericht. Zoo veel is zeker, dat het van alle zeven wereldwonderen het kortst be staan heeft. Zes en vijftig jaar na de vol tooiing stortte het beeld ten gevolge van een aardbeving in zee; Daar bleef het ongeveer duizend jaar liggen in denzelfden staat als het er in gevallen was. Na de verovering van Rhodos door de Arabieren werden de uit de zee opgehaalde stukken brons aan kooplieden verkocht, die deze. naar het heet. op niet minder dan 900 ka- meelen hebben weggevoerd. C De Vuurtoren van Pharos is eveneens vol komen verdwenen. Uit oude kronieken kan men zich nog een beschrijving vor men van dit wereldwonder. Het was bon der zestig meter hoog en geheel van mar mer gebouwd. Heel boven op het dak brandde 's nachts een geweldig open vuur. dat de schepen, die koers zetten naar Alexandrië. over een afstand van vijftig kilometer kon bijlichten. (Voorloopige deviezen-veror dening) dd 16 Mei 1940 Gemachtigd door den Fiihrer en Opper sten Bevelhebber der Weermacht bepaal ik hiermede het volgende 5 1 In het verkeer tusschen het bezette Neder landsche gebied en het Rijksgebied evenals met het buitenland wordt behalve de uit zondering in 2 verboden 1. niet-duitsche betaalmiddelen en effecten, alsmede goud en andere edele metalen naar het buitenland mede te nemen, te verzen den. te vervreemden, te verpanden of op andere wijze over te brengen 2. vorderingen in Rijksmark of in de valuta der bezette gebieden of in buitenlandsche valuta aan het buitenland af te staan of te verpanden 3. Rijksmarkmunten of Rijksmarkbiljettcn naar het Rijksgebied of naar het buiten land mede te nemen of te verzenden of vanuit het Rijksgebied of vanuit het bui tenland binnen te brengen. 2 Cl) Betaalmiddelen mogen over de grens tusschen het Rijksgebied en het bezette ge bied worden meegenomen door 1. leden der Weermacht en der Rijksspoor wegen 2. houders van een passeerbiljet. die m amb telijke opdracht de grens moeten passee- ren en in het bezit zijn van een «Bewijs van dienstreis volgens bijgevoegd formu lier 3. grensgangers personen, die op den eenen kant. van de grens werkzaam en op den anderen kant woonachtig zijn», op grond van arbeidsloonattesten, afgegeven door hun werkgevers, ter hoogte van hun ar- be ids vergoeding (2) Verder mogen betalingen door middel van veld-postwissels door de in het bezette gebied aanwezige onder 1 genoemde personen en aan hun geschieden. 3 Gebieden des lands, die niet bezet zijn. worden door deze verordening als buitenland beschouwd. 4 De legergroepen of de door hun bestemde commandoposten zijn gemachtigd, in bijzon dere gevallen uitzonderingen van de verbo den. genoemd in 1. toe te staan. 5 Overtredingen der voorgenoemde voor schriften worden met gevangenisstraf of in bijzonder zware gevallen met tuchthuisstraf tot. tien jaren gestraft. Bovendien kan wor den erkend op geldboete en op inbeslagne ming van de waarden, waarop de strafbare handeling betrekking heeft, 6 Deviezenrechtelijke voorschriften des lands, welke niet in tegenstrijd zijn met de bepa lingen van deze verordening, blijven in wer king. 7 Deze verordening treedt met den dag van haar afkondiging in werking. De Opperbevelhebber van het Leger, w.g. von Brauchitsch. over den verkoop en het betrek ken van levensmiddelen en ge bruiksartikelen van allen aard in het bezette gebied dd 10 Mei 1949 Bij machtiging van den Opperbevelhebber van het Duitsche Leger bepaal ik in het be lang van een geordende en rechtvaardige ver deeling van levensmiddelen over het bezette gebied als volgt 1. Levensmiddelen en gebruiksartikelen mo gen slechts in eene, met het normale ge bruik gelijkstaande hoeveelheid, verkocht of betrokken worden. 2. Hamsteren (d.i. ongewoon hooge inkoopen of bovenmatige bevoorrading) is verboden. 3. De Duitsche soldaten en rijksburgers zijn gehouden deze bepalingen in acht te ne men. Zij mogen slechts voor hunne eigene onmiddellijke behoeften koopen en dit te gen comptante betaling. Slechts bij groo- tere bestellingen (hooger dan 500 Rijks mark) kan door den "bevelhebber der koo- pende eenheid een leveringsbewijs worden uitgesteld. 4. Elk vergriio tegen deze bepalingen zal be straft worden. De Opperbevelhebber der Legergroep dd. 10 Mei 1940 Door de Duitsche Militaire Administratie wordt er op attent gemaakt, dat gedurende de militaire bezetting door de bevoegde mili taire opperbevelhebbers verordeningen en be palingen met kracht van wet worden uitge vaardigd. De nauwkeurige kennis van deze bepalingen is daarom voor ieder inwoner van het land van het grootste belang. De publi catie geschiedt, door het Verordeningsblad der Legergroep voor de bezette gebieden gedeeltelijk ook door openbare bekendma king. Buitendien zullen de bepalingen door pers en radio-omroep woorden besproken. De rechtsvoorschriften, die door de Duit sche Militaire Bevelhebbers worden afgekon digd. hebben den voorrang tegenover de be palingen des lands. Overigens blijven de staatswetten in kracht, mits zij niet in tegen strijd zijn met de doeleinden van de bezet- Ongehoorzaamheid tegenover de bepalin gen. die door dc Duitsche Militaire Bevel hebbers zijn uitgevaardigd, kan niet worden verontschuldigd met onkunde of met verwij zing naar in werking zijnde staatswetten. De visschers van New Foundland laten te- "eliik met. hun netten een aantal geïsoleerde electrische lampjes naar benden, niet zoozeer om de vis schen bij te lichten, dan wel om ze aan te trekken in de rich ting van de uitgezet te netten. De lamp jes worden zachtjes bewogen en van méér dan 10 meter afstand komen de visschen er naar toe en zoo in het net. De visschers bewe ren. dat ze op deze manier dubbel zoo veel visch vangen als zonder licht, In Eupen en Malmedy zijn de trekdieren nog steeds in gebruik. Deze land' bouwer althans geeft er de voorkeur aan zijn lastwagens te laten voorttrekken door ossen. Op de Philippijnen is de eerste officieele volkstelling gehouden, die met groote moei lijkheden gepaard gegaan is. Er waren niet minder dan 25.000 ambtenaren voor noodig en op sommige plaatsen moesten dezen be schermd en geholpen worden door nnli.aire afdeelingen. Het bijgeloof speelde een groote rol in 't verzet van sommige stammen. Zoo verbood - op straffe des doods het opper- hoofd van de Sakdal-secte. de lijsten in te vullen en was er veel voor noodig om deze secte er toch toe te bewegen. Duizenden eii duizenden van de bergbewoners konden niet lezen of schrijven en verscheurden daarom de lijsten maar. Anderen weer vonden dat er niet voldoende rekening werd gehouden met hun persoonlijke verlangens en vulden ze daarom niet in. Andere moeilijkheden le verden de zeer verschillende dialecten van de vele volksstammen weer op. Ook waren er grappige antwoorden. Het hoofd van den Ogorotstam antwoordde op de vraag hoe oud hij was, met de mededeeling dat hij reedJ zoo oud was. dat hij daarop geeu antwoorj meer behoefde te geven. Uiteindelijk blee* dat er* ongeveer 15 mlllioen bewoners waren

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Algemeen Nieuws | 1940 | | pagina 3