Tla-iolt De democraten en de provinciale kiezing in 't Kortrijksche Arrondissementsbond Kortrijk Uit het boek DE SCHOOLMEESTER Hebben zij een ander gevoelen, het zal hun dus te gemakkelijker zijn mij te weerleggen 1 en het ware zeer aangenaam, die weerlegging in Het Recht te zien verschijnen. Hebben de katholieken reden van klagen over het vrij onderwijs Volstrekt niet. Ziehier waarom Zij hebben gedurende 24 jaren alle macht in handen en neg zijn ze niet tevreden. In de gemeenteschool waar ik werkzaam ben, komt de priester les van godsdienst geven op de uur als het hem best past. Zeven weken voor de eerste communie, worden de kinderen ter kerk gezonden voor hunne bereiding van 10 ure tót 1 x 1/2 's voor middags en van 3 tot 4 u. bijna alle dagen. De geestelijke inspecteur komt binnen naar wil lekeur. De zondagscholen zijn op weinig uitzonderingen na overal aangenomen voor knechtjes en meisjes en rijkelijk gesubsideerd van den Staat. Wie ontvangt het geld De priester en de katholieke onderwijzers de overschot. Ik ken ecne gemeente waar de priester alles houdt en de onderwijzer krijgt niets nogthans hij is verplicht klas te houden want 't is eene aangenomen school en zoo hij geen Zondagschool houdt moet hij weg. Wat meer is de onderwijzers in de aangenomen scholen zijn verplicht van hunnen pastoor de geestelijke retraite bij te wonen die hun 20 fr. kosten bijbrengt. Durft hij weigeren dan wordt hij weggezonden Is dat vrijheid 1 Wat zien wij tegenwoordig gebeuren tot Caster, tot Anseghem, tot Waereghem, tot Cuerne, tot Aelbeke, tot Sweveghem, ofschoon meestal de onderwijzers langs daar katholiek zijn, leer meester met een diploma van Thourout hewel, er komen daar op het een of het ander gehucht, 't zij op Klokke, of op den Knok, enz. eene nonneljesschool die door de gemeente aangenomen wordt en gedurig de kinders van de_onderwijzers afnemen. Welk moet 't natuur lijk gevolg zijn De onderwijzers zullen van dag tot dag hunne scholen zien ontvolken, ter voordeele van nonnentjes want tot Cuerne bestaat eene dergelijke school op den Kathoek, en de kin ders van de beide geslachten, mogen die bij wonen zoolang zij willen, gevolg er van 100 knechtjes gaan boven de zeven jaar naar de Katteschool. Verstaat gij nu welke eene oneerlijke mede dinging de katholieke onderwijzers aaugedaan worden onder voorwendsel van vrij onderwijs. Hieruit moeten wij besluiten dat de katho lieke meerderheid onder voorwendsel van vrijheid van onderwijs een dubbel doel beoogt. Teu eerste het gezag van den onderwijzer willekeurig en fanatisch te werpen onder dit van het geestelijk gezag. Zij willen dc onder- wijzers die nogthans christen zijn verslaven. Ten tweede, zij zoeken langzamerhand de onderwijzers te vervangen door broertjes en nonnetjes ten nadeele der onderwijzers. Voorwaar schoone vrijheid; als die schijn heilige katholieke verradeis gelijk Woeste en Verhaegen de duurbare vrijheid der school meesters komen rooven, in plaats van vrijheid te geven. Ja, vrijheid I als die dweepers niets anders zoeken dan alle vrije democratische gedachten tegen te houden en te vernielen. Vrijheid als de onderwijzers niet vrij zijn een democratisch blad te mogen lezen, zonder gevaar in te loopen van in hun belangen ge krenkt of gebroodroofd te worden. (Zie het boekje De Schoolmeester van Alf. Sevens.) Onderwijzers, gij zult niet gedoogen dat die snoodaards onze rechten onder de voeten trap pen. Een christen onderwijzer. PIETER DAENS GEKOZEN I Zondag heeft de behoudsgezinde regeering eene klopping gekregen naar de mode Dat heeft deugd gedaan, en wij hebben met vreugde bestatigd dat al wie te Thielt eenigzins vrij mag ademen, en met handen en voeten aan de be houderspartij niet is overgeleverd, zijne vol doening niet kon verbergen. Minister Renkin zelve zal het hen niet ten kwade duiden, als hij zich zal herinneren, dat hij eens in de Justice sociale dergelijke klopping voorspelde en wenschte. De uitslag die de behouders het meest op de maag zal liggen, zal deze wezen van Aalst. Daar werd Preter Daens herkozen. Niets wierd verwaarloosd om den volksman, onzen kloeken strijder gerust te doen vallen dc katholieken hadden het meer gemunt op hem, dan c-p liberalen en socialisten het geld werd verbrast op eene schaamtelooze wijze al de krachten, welke openbare besturen en geestelijke macht kunnen geven, waren tegen hem gericht. Liberalen en socialisten aanzagen zijn val als zeker, en deden buitengewone pogingen om zijne aanhangers voor het kartel te doen stem men, en ze van de katholieke lijst afgewijderd te houden. Aangevallen aan beide zijden, arm, begekt en bespot, blootgesteld aan al wat een mensch lijden kan, vond Pieter Daens in de gerustheid van zijn geweten, in zijne liefde tot het volk, voor hetwelk hij en zijn broeder zooveel hadden geleden, de noodige krachten om niet te wan hopen. Zou het volk van Aalst dc ondankbaar heid zoover drijven, zijnen weldoener, zijnen vaandeldrager, zijnen verdediger, zijnen mar telaar te verloochenen? Dat mocht niet I dat kon niet 1 Zoo heeft het volk der hoppestreek het begrepen en met zes tien duizend stemmen, meestal stemmen van arme zwoegers, van nederige werklieden, zes duizend meer als voor vier jaar, heeft het zijnen Pier naar de Kamers gestuurd. Hoezee 1 't Is eene ongehoorde zege niet alleen voor onzen vertegenwoordiger, maar ook voor de christene Volkspartij. Pastoor Daens is wel gewroken en Woeste, zijn aaitsvijand, is het hart ingestuikt. Het land door, bijzonderlijk in de katholieke kringen, heeft de kiezing van Daens eenen diepen indruk gemaakt. Want daar koestert men meer haat voor hem en zijne partijge- nooten, dan voor deu ergsten kerk vervolger. De kiczing van Pieter Daens is van groote beteekenis de menschen, die de zaken wat oppervlakkig beschouwen, en die zijn de talrijkste, aanzagen de christen Volkspartij als dood en begraven. De val van Priester Daeos in den laatsten kiesstrijd te Brussel, daarna zijne dood gaven daartoe aanleiding. Onze vijanden verwaarloosden niets om dezen geestestoestand te doen doordringen en velen lieten zich vangen. Doch vruchteloos I Onze partij is rotsvast zij is sterker als ooit Ge weldige stormen hetft zij ontmoet en zege pralend doorgeworsteld. Ontstaan uit de volkselllende, geboren in de. smarten heeft zij zich vereenzelvigd met de nederigen zoo eene partij kan niet verdwijnen. De kiezing van 1910 zal dit bewijzen en bekrachtigen. Nu reeds is het bewezen dat, indien van het oogenblik onze partij nog niet kan wijzen op honderd duizend partijgangers, zij nochtans de toekomst van het land welhaast in de handen zal hebben. De groote meerderheid der kiezers is vijandig aan de katholieke behoudsgezinde regeering doch zonder ons kan deze niet omgekanteld worden. Dat de tegenpartijen het woord eerlijkheid op eene eerlijke wijze toepassen en binnen twee jaar zal het land door de doodsklok weer galmen der behoudsgezinde regeering. Uit aangeboren vrijheids- en rechtveerdig- heic'sgeest, die meer en meer in wording komt in het maatschappelijk leven, vol betrouwen in de toekomst die ons wenkt en breedere denk kracht bij ons volk voorspelt, zoo gaat de vrije christene Volkspartij vol ijver den strijd aan voor de provinciale kieziug van 14 Juni aanstaande in 't Kortrijksche. Sedert meer dan veertig jaren zitten die heeren, die opvolgentlijk het eerste kanton vertegenwoordigen in den proviDciraad, gerust in hunnen zetel zonder dat zij al ééas door het volk aangesteld zijn geworden om het daar te vertegenwoordigen, immers, sedert het zooge naamd algemeen stemrecht in voege kwam, en nog lang vóór dien, ontstond er in het eerste kanton geen strijd. Ook is het goed na te gaan dat onze provin- cieraadsheeren altijd gerust hebben bestuurd zonder ernstig verontrust te worden, diens volgens in de meening dat zij geene rekening dienden te houden met de belangen van het algemeen, en in zonderheid vaa de lastenbe- talers. Zoo betaalt men in West-vlaanderen 0,16 fr. opcentiemen per frank op de grond lasten tegen 0,11 fr. in Oost-vlaanderen of o,o5 frank per frank meer, 0,27 fr opcentiemen per frank op persooneel tegen 0,13 fr. in Oost- vlaanderen of 0,14 fr. per frank meer, o,I2 fr. per frank op patenteorecht tegen 0,07 fr. in Oost-vlaanderen of o,o5 fr. per frank meer dan in Oost-vlaanderen. Wij, democraten willen de vermindering, de trapsgewijze afschaffing aller belastingen die den werkman en kleinen neringdoener in zijn moeilijk bestaan komen trtffen wij willen de volstrekte noodzakelijke belasting, 't is te zeg gen deze er volstrekt van noode om een ordent- lijk bestuur te volmaken, doen dragen door den bezitter, door deze die in overvloed leeft. Zoo willen wij de afschaffing van alle opcen- tiemen op persooneel (deuren en vensters) die vallen op de woningen van kleine nering- doeners en werklieden wij zullen ze doen j betalen door de bewoners van de kasteelen en i prachtgebouwen, op vensters en deuren van luxe. Wij willen de afschaffing van de opcen- i tiemen op patentenrecht die den kleinen neringdoener en handelaar treffen wiens bedrijf veelal maar gelijk staat met den arbeid des werkmans. Wij, democraten, willen de vermindering van de rijwieltaks. In de provincie Brabant betaa:t men, zoo ik goed ben ingelicht, nog slechts twee frank voor een velop'ak, terwijl wij in West-Vlaanderen nog 6 frank betalen. Daarenboven willen wij de rijwielbanen in beteren staat en meer algemeen gemaakt want omzeggens enkel in West-Vlaanderen a leen zijn de rijwielbanen zoo schaars en ver- keeren zij in zoo slechten, des winters in on- bruikbaren staat. Tot het dekken der kosten, en tot vergoeding van de vermindering van de velotaks, zullen wij de prachtrijtuigen, de luxe paarden, enz. en vooral de automobiels hooger aanslaan die den openbaren weg onveilig maken, die meDSchen en dieren, verschrikken, die den voetganger, den armen wielrijder die voor zijn werk of zijn bedrijf zijn rijwiel gebruikt, gedurig in gevaar stellen. Wij zullen grootere toelagen eischen voor de gemeenten tot het verbeteren van de landbouw- wegen, want schandalig is het te zien hoe in onze landsche dorpen de straten ongelukkig en onbruikbaar liggen, en des winters aan echte modderpoelen gelijken. Ook toelagen zullen wij eisschen voor de volksvereenigingen die in onze dorpen en steden tot stand komen met het uitsluitelijke doel den werker bij te staan in ziekte en ongevallen, in onvrijwillige werkloos heid, en ook voor deze die gesticht zijn met het doel den werkslaaf te beschermen tegen de loonsonthouding en de uitbuiting der werk gevers kapital isten Landbouwers, neringdoeners, werklieden kondet gij zelf in den provincieraad stemmen voor al deze punten die wij hier opwerpen, alsmede nog vele andere belangen doen gelden, zoudt gij het niet doen Welnu,wij demokraten, bieden ons voor u aan en verplichten ons dit alles te verdedigen en te steunen, en verders van alles rekening te houden wat uwe belangen betreft en die gij zelf ons naderhand kenbaar maken zult. Keurt ge ons goed, stemt voor ons. R. Vanderschelden. De vergadering van verleden zondag werd bijzonder veeltallig bijgewoond, in 't bijzijn van den hoofdman Plancquaert, en zij heeft ook de beste vruchten afgeworpen. Ziehier dc voornaamste schikkingen Voor het eerste kanton Kortrijk worden eenparig als kandidaten aanveerd en geest driftig toegejuicht, de vrienden HENDRIK DEROOST, wever, te Vichte. AIMÉ VANGHELUWE, herbergier, te Sweveghem REMI VANDERSCHELDEN, wever, te Deerlijk. Als werkelijke kandidaten, hebbende als plaatsvervanger GERARD BUYSSCHAERT, bediende, te Kortrijk. De drie eerste treden op als kandidaten der Ghristene Volkspartij, verdedigende haar eer lijk en onbevlekt programma, ten voordeele der werklieden, landbouwers en kleine burgers opkomende tegen alle onrecht en nadeelige wetten tegen den verderfelijke Congo en de verkwisting van miljoenen tegen de schandige vergunningswet der herbergiers en de meer en meer drukkende lasten. De laatste vertegenwoordigt de belangen der wielrijders, en werd door den Onpartijdigen Wielrijderskring voorgedragen ten einde de vermindering der velotaks op 2 of 3 fr. af te dwingen, en de verbetering van wegen en banen te betrachten. Eike strijabroeder moet die mannen steunen, aanbevelen en er voor stemmen 1 Als tweede punt werden de meetingen vast gesteld als volgt Op \ondag 3i Mei, om 4 1/2 ure, te OOTEGHEM, ter herberg De Laar^e, en om 61/2 ure, te INGOYGHEM, bij vriend Vande- meulebroucke. Op ondag 7 Juni, (1* Sinksendag), om 4 ure, op den Kreupelhoeb en om 5 ure, ter herberg De Suikerij, te SWEVEGHEM. Daarna, om 7 ure, ter herberg De Casino, te VICHTE. Op denzelfden dag, om 3 u., zal eene belangrijke bijeenkomst plaats hebben bij Aimé Vangheluwedicht bij de statie, ten einde zeer noodzakelijke schikkingen te nemen nopeDS de getuigen, manifesten, geldelijke bijdragen, strijdpsnning, enz. Op Maandag 8 Juni (2e Sinksendag), om 4 ure, in Den Belgiek, bij Remy Debue en om 6 ure, ter herberg, De Halve Maan, te ANSEGHEM, Op maandag 1 Juni, om 7 ure 's avonds, zal er ook eene meeting belegd worden, op Overleie, te KORTRIJK. Alle verdere schikkingen, nopens den moge- lijkenstrijd in het tweede kanton Kortrijk, zullen in Het Recht van zondag naast medegedeeld worden. Er wordt ten slotte eene omhaling gedaan voor de kieskosten, welke 8,10 fr. opbracht. Het Bestuur. VAN SEVENS Men vond geen huizeken op Lichterghem, of het was bevlagd. Overal zat wel geen groot vaandel. Hier en daar zag men een vlaggeken door een dakvenster en zelfs in de kleine werk manswoningen had men op de versterluiken pnpieren vaantjes gehecht. Gisteren avond had de veldwachter achter het gemeentehuis driemaal de zes kanonnekens afgeschoten, en dezen morgen ook dreunden van tijd tot tijd daverende schoten in de lucht. Lichterghem vierde I De jonge baron Gaston de la Rivière was katholiek provinciaal raadslid gekozen. De menschen hadden op Lichterghem eerst vreemd opgekeken als zij hoorden dat de jonge baron zou provinciaal raadslid worden. Wat buitengewoons de edelman, die alle jaren van in Mei tot in October op het kasteel verbleef, wel verricht had, wist niemand. Iedereen had gehoord, dat Gaston de la Rivière heel weinig vlaamsch kende, goed te paard reed, veel wild schoot, en hoogmoedig was, tenzij in sommige herbergen van den buitenkant of van de omliggende gemeenten waar jonge meisjes zaten en waar hij op zijn menigvuldige rijtoch ten eens stilhield. Juist na het lof was er een ongeloofelijk gewoel vóór de herberg Sin te Cécilia. Gansche benden knapen riepen en tierden, en dromden door de menigte. Daar roffelde de trom om het teeken van het vertrek te geven. De garde, op zijn best ge kleed, met zijn sabel aan, stootte met de armen de knapen en de meisjes weg, die tot tegen de muzikanten stonden. De muziekmeester, ook per hoogen hoed, had den plechtigsten plooi op zijn wezen gelegd. Hij paste goed op, dat de muziekanten wel in rijen van vier stonden, maande hun aan zeer oplettend te zijn, en riep solemneel En avant I De trommelaars sloegen met forschen moed op hun trommel en van veel muziekanten zwollen de borst en de kaken meer dan ooit. Voor de muziek dansten honderden jongens en meisjes. Op de muziek volgden eerst heele reesems jonge meisjes, arm in arm en swatelend en gichelend dan groepen jongelingen, met breede broeken en een vuile sigaar in den mond, die wat dubbelzinnige spreuken riepen dan moeders met het jongste kind aan den arm en twee schreeuwers aan hun voorschooteindelijk oude sukkelaarkens met hun klein steenen pijp- ken in hun mond. Aan het hek van het kasteel had de garde de grootste moeite van de wereld om te belet ten, dat het klein volkje den kasteelhof inliep. Doch twee knechten, in blauwe livrei met gulden knoopen en witte handschoenen om de grove handen, stonden aan het hek en vezelden den braven veldwachter in het oor, dat de menschen de muziek mochten volgen Dat deed het volk veel plezier, en de jonge dochters, waaronder Marie Pauwels met de dikke pastoorsmeid langs den eenen kant eu Louise Verheyden langs den anderen kant, vielen wat stiller als zij de edele kasteeldreef betraden. Juist voor het kasteel bleef de muziek staan. Daar gaven ze eerst een nieuwen pas redouble ten beste. Nu ging de groote ingangsdeur vaa het kasteel open en daar verscheen in volle glorie het nieuw gekozen provinciaal raadslid. Rechts troonde de dikke pastoor, die na het lof oogen- blikkelijk teruggekeerd was links stond de burgemeester baron Jean de la Rivière. Verder zagen de menschen, die op hun teenen leunden en met uitgestrekten hals tus- schen de schouders der muziekanten trachten te kijken, mevrouw de barones met haar drie dochters, nog een onbekende juffrouw en enkele heeren. En in een hoop zag men de uitge- noodigden van het dorp, die in den wijngaard des Heeren dwaalden. De muziekmeester met zijn hoed in de hand, en herhaalde malen buigende, ging bij Gaston de la Rivière, die zich gewaardigde hem een hand toe te steken en er enkele oogenblikken tegen te klappen. Nu gaf de muziek een mazurka. Nooit had den de muziekanten gespeeld, dat het zoo stil was als nu want, hoewel meest al de inwoners I van Lichteghem aanwezig waren, heerschte er een eerbiedige stilte. Na dit muziekstukje trad de jonge baron een stapken nader en sprak in gebroken vlaamsch, nu en dan naar zijn woorden zoekende Mijnheeren, Ik bedank u voor de eer, die gij mij aandoet. Indien ik aangenomen heb den last op mijn schouders te nemen, om uw provinciaal raads lid te worden, dan is het, omdat ik als katholiek den goeden strijd wil strijden. Als getrouwe onderdaan van de katholieke kerk en de eer waarde geestelijkheid, zal ik alles doen, wat ik kan tot heil en geluk van het christen volk van Vlaanderen. Nog eens, aan allen, hartelijk dank 1 In de diepste stilzwijgendheid had men die korte toespraak aanhoord, waarvan het meeste deel geen woord begrepen. Toen de baron geëindigd had, kletste de pastoor in zijn vette handen. Dat was besmet telijk. De heeren, die achter hem stonden, en zich dezen middag zoo goed gedaan hadden aan den wijn van den edelman, klapten mede. Nu begonnen de meisjesA1;^buiten stonden, toe te juichen, terwijl dar -^\t Sinte-Cecilia die in de muziek di£speelde, plotse ling riep Leve da H Die kreet beha# IkigÜjk niet veel echo, en oogenbll k muziekbestuur- der het teeken <j ie aan te heffen. Daarc.i!^Wrdifc- a ^=^e-.-.SiMytea uitgenoodigd in het kasteel te komen. Daar kregen ze een drank, waar ze veel van hooren spreken, maar nooit gezien hadden champagne. Maar het W2ren de eenige niet, die goed vaarden. Het nieuwgekozen provinciaal raads lid deed door zijn knechten al het mannevolk, dat met de muziek medegekomen was, in het kasteel roepen, en daar mochten ze ook een glas drinken. Met schuwe oogen trokken zij het portaal van het kasteel binnen, en tegen elkeen knikte de, edele heer Gaston de la Rivière. Zij snapten zooveel glazen als zij er occasie toe vonden, en toen de muziek het kasteel ver liet met al de genoodigden om de volksfeesten te beginnen, zweefde een lach op aller wezen, en men hoorde niets anders dan Die baron is ten minste een vent I Het was meer dan vijf uur, toen het volk naar de dorpsplaats afzakte, waar de laatste prijskamp der volksfeesten zou plaats grijpen. Twee staken waren in den grond geplant, ver bonden door een koord. In 't midden hing een emmer, waaronder een ring vastgemaakt was te midden eener plank. Welhaast krioelde het van volk in 't ronde. Selle Devuyst, een groote dikke werkvrouw met grove stem kwam al zingende af met eenige wijven harer soort. Zij had in den prijskamp voor 't bollen den eersten prijs gewonnen, en er was natuurlijk eentje op gepakt. Karei De Welder, die de feesten bestuurde, plaatste zich bij den staak met zijn boezem vriend Joseph Dalens. Spijtig, meester, riep Selle, dat het vrouw volk ook den ring niet mag steken. 't Vrouwvolk kan dat niet, spotte Soiten Meireleer. 't Is maar goed, loebas, als uw wijf het u niet moet leeren schreeuwde Selle. Bravo, Selle zeiden haar gezellinnen. We gaan beginnen riep De Weider, Menschen, ge zoudt moeten een beetje plaats maken. De karre kan niet door De bengels, met de handen in hun broekzak ken, verroerden niet. Achteruit, tierde Soiten, het volk weg- drommende. Pas op, Louiseken, voor uw plaats, fluisterde Marie Pauwels tegen de dochter van den schepen. Ze stonden rechtover den schoolmeester op den eersten rang. Soiten kreeg geen opening in het volk. De garde kwam afgestoken. Arrière brulde hij met barsche stem, wild met zijn armen zwaaiende. Ezelskop, riep een wijf tot een jongeling, ge moet alzoo niet stampen. Ze zouden beter het vrouwvolk laten van voor staan, zeide een moeder met een schreiend kindje op den arm. Arrière, tierde de veldwachter altijd voort, en stillekens week het volk achteruit, iedereen zich werende om de voorste rij te blijven. De eerste is Stant Baart, klonk de stem van De Weider.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Recht | 1908 | | pagina 2