Herziening der kiezerslijsten TOLK DER CHRISTENE VOLKSPARTIJ 'T IS NU DE TIJD CHRISTENE VOLKSPARTIJ Voorwaarts De kristene demokraten Zendag 15 Oogst 1909 't Blad 5 eentjemsn 16° Jaar N' 33 HET RECHT Voor God en Volkl Alles roer Vlaanderen 1 Vlaanderen voor Christus-! Inschrijvingsprijs voor Bolgonland Een jaar ff. 3.oo. Negen ma?..den ff. 2-25 Zes maanden fr. x.75 Drie maanden fr. 1.00 voor buiten het land de vrachtloon daarbij. Hoofdopsteller H. PLANCQUAERT. Men schrijft in ten bureele van dit blad en bij alle postmeesters en brievendragers Alles moet vrachtvrij gestuurd worden naar het bureel van het blad COUPUREREI, BRUGGE \N KONDIGINGEN j Bekendii.—^ijgeo, per drukregelIr. e.a5 Reclame». op de 4® bladzijde. s 0.45 3° 0.55 i Bijzonder# voarwaardan voor notarissen, zaak- waarnemers. Afslag voor herhaalde invoeging. Alle eerste en derde MAANDAGEN der ma-nd, zetelt onze hoofdman H. Plaucquaert vau g tot 11 uren in Prins Boudewijn, Groott Markt, te Kortrijk. Kostelooze raadpleging Vöc de leden onzer bonden en al wie door hen gezonden wordt. Ingevolge de wet, wordt er, te beginnen met eersten Juli, op het stad- of gemeentehuis over gegaan tot de herziening der kiezerslijsten die zullen in voege komen vooi 1910 1911. De personen die niet ingeschreven zijn op de kiezerslijsten, of die het getal stemmen niet bezitten waarop zij recht hebben, mogen van nu af hunne rechten doen gelden bij het gemeentebestuur. Om kiezer te zijn is de eerste vereichte dat men geboren Belg zij, cf de inburgering be komen hebbe. Daarenboven moet meu nog de volgende voorwaarden ver enigen Om kiezer te zijn voor de Kamer op eersten Mei 1910 ten volle 25 jaar oud zijn; voor den Senaat, voor de Provincie en voor de Gemeente 30 jaar. Om ingeschreven te zijn als kiezer voor de Kamer, den Senaat en de Provincie, moet men op eersten Juli 1909 ten minste sedert één jaar ten volle in de stad of gemeente ver blijven voor de Gemeente, sedert ten minste drie jaar. Hebben recht op ééne bijgevoegde stem Voor de gemeentekiezingen, de kiezers van ten volle 35 jaar oud op eersten Mei 1910, gehuwd, of weduwaar met binders, ten minste 15 frank persoonlijke belastingen betalende aan den Staat in de gemeenten van meer dan 10,000 zielen van 2,000 tot 10.000 zielen, 10 fr. in de mindere gemeenten, 5 fr. Voor de verkiezingen voor Kamer en Senaat is deze belasting vastgesteld op ten minste 5 frank. Die belastingen moeten bestaan voor het loopende jaar en voor het voorgaande. De niet als werklieden ontlasten moeten de belastingen voor 1908 betaald hebben. Voor de werklieden is het voldoende dat zij een huis bewonen, welk voor gemelde sommen als belastbaar aangeteekend is op de belastings- rollen. Hebben ook recht op ééne bijgevoegde stem De kiezers, eigenaars, sedert eersten Juli 1908, van gronden of huizen gevende een kadastraal inkomen van 48 fr. of van eene inschrijving op het grootboek der openbare schuld, of van een renteboekje op de spaarkas, gevende ten minste eenen jaarlijkschen intrest van honderd frank en bestaande sedert eersten Juli 1907. Hebben recht op twee bijgevoegde stemmen i° Dezen, die alle twee de bovengenoemde voorwaarden van huisvader of eigenaar samen bezitten 2° Zij, die drager zijn van een der diploma's, titels of getuigschriften, op gesomd in artikel 17 der wet van 12 April 1894 3° Zij, die een der openbare bedieningen vervullen of vervuld hebben, die een der ambten bekleeden of bekleed hebben, die een der beroepen uitgeoefend hebben, aangestipt in artikel 19 van voormelde wet. Zij, die sedert eersten Juli 1908 eigenaar zijn van onroerende goederen, hebbende een kadastraal inkomen van minstens i5o fr., hebben recht, als eigenaar, op twee bijgevoeg de stemmen voor de gemeente. Niemand kan meer dan drie stemmen hebben voor de Kamers en Provincie, noch meer dan vier voor de Gemeente. Vrienden, 't is nu de tijd om uw stemrecht na te gaan Of ge op de kiezerslijsten staat. Of ge uw getal stemmen toegekend zijt, waarop ge recht hebt. Dat moet ge nu in de enkele weken, waarvoor ge daartoe tijd hebt, nagaan. Nu vordert ge uw recht zonder eenigen onkost. Later vraagt het geld. Nog later, in kiesstrijd, als honderde menschen komen klagen, is het te laat: dan kan men met den besten wil. van de wereld niets meer doen. Zorgt dus nu, vermits het nu te tijd is. MIDDENBESTUUR Op Zondag i5 Oogst, om 11 ure stipt voormiddag, zal het Middenbe stuur vergaderen in het lokaal Oude Karper Hoek Wolvengracht en War- moesberg, nabij de Muntschouwburg, te Brussel. Al de leden moeten aan wezig zijn. ALGEMEENE LANDSRAAD Om 2 1/2 ure namiddag, in 't zelfde lokaalvergadering voor de afgeveerdig- den van al de aangesloten af deelingen. Geene enkele afdeeling mag verwaar- loozen hare afgeveerdigden te zenden. DAGORDE: Herinrichting der partij, bepaalde- lijke stemming der standregelen. Voor gestelde wijzigingen. Kiezing der afgeveerdigden bij het Middenbestuur, een per Arrondissement met plaatsver vanger. Kiezing voor een jaar van den voorzitter van het Middenbestuur, Algemeene raad en Congres. Vor ming door het Middenbestuur van het bureel. Regeling van het Congres. Wetgevende kiezingen voor igio. Verschillige mededeelingen. Van 't strand van de zee, ginder ver op de scheidslijn van hemel en aarde, waar lucht en water zich raken, en waar de geweldige zee de grondvest wordt van den onmetelijken bogen die de wereld overspant, verschijnt nog met nevel omhuld, een klein punt, een niet dat iederen stond dreigt te ver dwijnen, vervlogen in de grijze wolken of verzwolgen door de nooit van rollen moede baren. Weinige slaan er acht op: 't is een niet, of hoogstens een onbe duidend iets, niet de minste opmerk zaamheid waardig. 't Staat ginder onbeweeglijk, 't gaat vooruit noch achteruit; 't verroert niet 'tis zeker een lichaam zonder leven, onbeweeglijk, gedoemd door zijne onmacht voor altijd ginder ergens aan een anker of een onderzeesche hindernis vastgehaakt te blijven zoo denkt men ten minste als men er eenigen tijd op blijft staren. Ook wordt dï aandacht door iets anders afgetrokken en slaat men na eenigen tijd den blik weder zoekend en vorschend over den water plas, dan is men verwonderd dat men het zoo seffens onder de oogen heeft. Is 't wel dat zelfde puntje Maar 't is gegroeid; zou men niet zeggen dat het zich beweegt't is zeker 't nadertmen ziet masten, zeilen. O 't is een schuit neen 't is een schip, dat gedurig groeit en zwelt en steeds krachtiger en forscher door de baren klieft, 't Gaat vooruit, 't loopt, weldra schijnt het te vliegen zoo ras is zijn vaart gedreven door wind en door storm en toen men met verbaziDg 't reuzachtig overzeesche gevaarte ziet bevolkt als een stad, een vlottende bazar van millioenen en tien tallen millioenen kilos koopwaren van alle slach, van alle waarde, van allen omvang, dan herinnert men zich met verbazing het licht bijna onzichtbaar stipjen dat ginder ver aan den gezicht einder onbeweeglijk scheen, een zekere prooi van storm en golven dat nu van bij zich aan ons oog vertoont als een reusachtig gevaarte dat lacht met de stormen en hoe schuimende ook van woede de baren weerstaat en beheerscht. Wat was de demokratie, de volksge zindheid, de strijd voor de lotsverbering der lagere klassen, voor de verstande lijke verheffing der volksmassa eenige jaren van hier 't Woord verwekte bij d£ meesten spotslechts enkele bevoor rechten door geest en opvoeding rieden •welke macht er in dat klein stipjen, dat qr-L-eduidend nietig verre verschijnsel Voor twintig jaar loech men met demokraten en demokratie. Wat kon het volk Wat kon de onwetende massa, arm, zonder kapitaal Wat kon ze tegen de overmacht van 't verstand en van den godsdienst zelve beide ten dienste van het geld En leugen en laster waren die nu onmachtig En de broodroof en de vervolging konden zij niets tegen dien dwerg moest hij niet vergaan vesmacht onder de overmacht van zijn vijanden en verstikt onder den modder en slijk dat men hem toewierp? En men at en dronk en als men welgezind was smeet men Lazarus wat kruimels van de tafel onder den vorm van wat kolen, een broek of eenige centen als onwederroepelijk bewijs van den kolossalen zedelijken vooruitgang van 't menschdom sedert de opkomst van 't katholicismus aangezien de rijke vrek van vroegere tijden absoluut niets gaf. Doch van rechten mocht men niet spreken geen politieke macht voor 't volk geen beperking van werkuren; geen minimumloon geen afstand van den overvloed der rijken tot leniging van de onverdiende ellende der menigte; geen verheffing en ontwikkeling voor de-lagere klassen; kruimels,kruimelkes, geen krachtig en overvloedig voedsel. Doch 't schip zeilde voorts, immer voort, gedreven door verborgen en ge heime krachtenMenschen met hoogere opvattingen, edele zielen levende voor hun medemenschen meer dan voor hun. j eigen zelve hadden de onweerstaanbare j macht die in de volksziel huist, wakker geschud. Drommen bij drommen voeg- j den zich bij de vroeger in de woestijn predikende profeten, en als een onweer- staanbaiar gevaarte staat de democratie j voor de poorten der Parlementen en der konings- en keizerspaleizen, reeds I bijkans machtig genoeg om alleenheer- schappij en dwingelandij en kapitaal te I dempen, te beheerschen en naar wille- keur op hare beurt te verpletteren. Twintig jaren zijn vervlogen en het j woord democratie is in alle monden. Niemand durft ze nog loochenen zooals vroeger, niemand durft ze nog opent- lijk miskennen ze achteruit stooten daar denkt niemand meer aan al wat haar vijanden nog betrachten en durven hopen is haren onvermijdelijken triomf wat verschuiven, eenige jaren ver tragen. Nog het tiende gedeelte van de 20 eeuw is niet vervlogen en reeds is de profetie van kardinaal Manning de twintigste eeuw zal de eeuw zijn van het volk, waarheid en werkelijkheid geworden Waar zijn de geniale uitvinders van dommekraten, schismokraten, ketters, schismatieken Beschaamd zitten zij in een hoekje gekropen. Lijk alle klein- geestigen waren zij vroeger sterk en onbeschoft overmoedig omdat zij of hun meesters nog de machtigste waren. Lai als alle overwonnen hoogmoedigen likken zij reeds de voeten van de nieuwe macht, van de onweerstaanbare toover- godin die millioenen harten van geest drift doet blaken als de lang ver wachte Beloofde die de wereld zal zuiveren van onrecht en den mensch trappen hooger zal verheffen en hem steeds nader en nader zal brengen naar dien staat van meerdere volmaaktheid waar de Goddelijke voorzienigheid het menschdom zelfs hier op deze wereld reeds schijnt te willen naartoe leiden. Volk op, met kracht gestreden. De haven is in 't zicht. Noch orkaan I noch geweld van stormloopende baren kunnen het prachtige vaartuig doen zinken of stranden, maar een krachtige riemslag door ons allen gegeven kan de aankomst en den onvermijdelijken triomf bespoedigen en vervroegen. H. Plancquaert Da huidige krisis sn hare gevolgen Veel wordt er hedendaags geschreven over de krisis die woedt, doch weinige hebben de eigentlijke oorzaken daarvan opgezocht. Mij dunkt het niet overbodig ii, ze eens voor onze lezers te ontleden. De eerste oorzaak is de overproductie. De overproductie in de textielnijverheid is zoo verbazend groot, dat men zich somtijds afvraagt, hoe er nog menschen gevonden worden, zonder de kinderen te rekenen, die gehuild in lompen, zelfs bijna naakt loopea. Het machinenwezen 16 ten haidige dage zoo snelwerkend, dat een wever bijna gedurig in beweging is voor 't onderhouden zijner getou wen. Als gevolg van de krisis worden heden daags in de fabrieken de slechtste grondstoffen verwerkt die men zich kan inbeelden. De gevolgtrekking hiervan zijn de geringe loonen, schandalig, waaiuit voortspruit armoede voor dezen die alles voortbrengen, voor de arbeiders. De overproductie heeft nog andere nadeelen, namentlijk, van aan eenige bezitters, (het patroonschap) toe te laten kolossale winsten op te strijken, gewonuen door het zweet van den arbeid. Men ziet dus, langs den eenen kant, of beter gezegd de arbeid heeft voor gevolg armoede en ontbering voor de werklieden, langs het kapi taal overvloed en wulpscheid. Eene andere gevolgtrekking, is het gedurig dalen en de aftrok did gepleegd wordt gelijk in welke fabriek, of gelijk in welke stad. Men spreekt somwijlen van 't invoeren van tarieven alles goed en wel, doch als men goed rekening houdt, dat de tarieven zoo ge maakt zijn dat, de werkman al werkende in zijn dagelijksch onderhoud niet kan voorzien, wat staat «r de werkers te doen Daar het patroonschap in 't algemeen de loonen zoo maakl, om ons van honger niet te laten sterven, dan hebben wij niets dan afkeer voor dezen die ons zoc uitbuiten. Gij, werkbroeders aller denkwijze, is het zoo dat men het vraagstuk oplost van Recht op leven voor allen zonder onderscheid I Wat stellen de christen demokraten voor dat de arbeid aller werkers een gelijk deel toe worde gekend juist gelijk aan het kapitaal deelgenoteu in de winst is cn blijft ons ideaal. Weg met die kleine loonen, weg met die groote winsten, gelijkheid voor kapitaal en arbeid. J. B. Maïrheid, Rense. en de socialisten in 't arrondissement Kortrijk 't Volksrecht van verleden Zondag herhaalt wederom dat Plancquaert voortgaat met halve gazetten vol te schrijven om te handelen over de kristene demokraten #a de socialisten in het arrondissement Kortrijk. Wat schelmachtige kwajongensstreken Het Volksrecht weet geheel goed dat j Plancquaert altijd zijne artikels klaar met zijn i naam onderteekent en het weet even goed dat wij volgens oude gewoonte als wij iets schrijven in Het Reeht evenmin onzen naam verduiken het ziet zwart op wit onder dat schrijven staan, niet H. Plancquaert maar wel R. Vander- schelden, en om zijne lezers te bedotten spreekt het enkel van Plancquaert in de meening, zoo als Debunne verkeert, dat het voor hem van greote weerde is d#n naam van Plancquaert bij het volk hatelijk te maken, ten persoonlijke bate van Debunne zelf. En dat komt spreken van persoonlijke wraakzucht, van persoonlijke baatzucht, van persoonlijke ambitie enz... En dat alles in plaats van te antwoorden op de vragen die wij hem stellen in plaats van eene ernstige redeneering te durven aanvatten. Wat ongemeene lage lafheid voor een zoo dapperen député. Dat zijne gaaien hem daarin be wonderen dat kan zijn, doch dat de verstandige menschen over dat alles eens zullen nadenken dat betwijfelen wij niet. Vooralsnu vragen wij aan Debunne dat hij eens zou aanwijzen in welk nummer van Het Recht, op welke blad zijde en in welke kolom Piancquaert schrijft wat hij hem toeschrijft. Toe Volksrecht dat is nu toch geene ingewikkelde princiepieële vraag. Vervolgens komt hij terug op de kwestie van het kartel en zegt dat er kans is toekomende jaar het volkshatend klerikaal gouvernement omver te werpen cn dat alle pogiDgon moeten leiden om daarin te gslnhksa.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Recht | 1909 | | pagina 1