D© Staatskas Voor de Landbouwers De werkzaamheden dar Kamer LEGERNIEUWS Nog over de processen Stock - Fonteyne Eerlijke lieden leest en oordeelt Vakbeweging j Leest en verspreidt ons blad Uit het Zuiden 't Lot onzer Onderwijzers tegenwoordig is het gedaan en duizende werk lieden lezeD de Waarheid, tot groot spijt van Anseele. Deze, voelende dat rr iets veranderd is bij zijn volk, poogt dat nu op te ruien tegen de vlaamschgezinden. Doch de vlaamsche j bladen hebben he o ontmaskerd en klaar uiteen gezet dat Anseele 't Gentsch werkvolk tegen de Vlamingen maar opruit om zijn aandacht van 't slecht bestuur van Vooruit af te wenden. Dit ook lukt niet. De socialisten van Gent schieten in hun zen ding als leiders der werklieden te kort. 't GeeD gebeurt in Vooruit bewijst dat zij 't recht niet hebben zich aan te stellen als eenige, ja als de I bijzonderste leiders van het volk. Eike demo kraat mag gemakkelijk den voet nevens de socialisten zetten en zonder vrees staande hou den dat hij beter de belangen van het volk behartigt dan de socialisten. 't Socialisme met zijn bloot materialisme en zijn stelselmatige oprui ngsgecst zal 't werkvolk niet gelukkig maken noch naar duurzame groot heid leiden. Daarvoor is zijn zedelijke grond slag te zwak. Wij houden ons aan ons stelsel de demokratie kan slechts duurzaam en groot worden en blijven als zij gesteund is op een echten stevigen zedelijken grond, en de ware grondslag van een hooge zedelijkheid zal immer zijn een diep godsdienstig gevoelen gepaard met 'nen grooten geest van onafhankelijkheid. Toekomende week geven wij de redevoering van een werkman uitgesproken op eene ver gadering in Vooruit, Men zal er in zien dat alles bij de socialisten niet meer op wielkens loopt. H. Plancquaert. De regeering geeft de vermoedelijke slotrekening voor 1914 (in ronde cijfers): Inkomsten 807 millioen 313 duizend fr. Uitgaven 806 millioen 754 duizend fr. Overschot 559 duizend frank. In korte woorden zal liet, einde 1914, volgens de schattingen der regeering effen 1 zijn. Eene vergelijking van de begrooting van 1914 met de begrooting van 1913. De regeering schat voor 1914. eene meerdere inkomstbelastingen van 49 millioen 658 duizend fr. of rond de 50 millioen l Daarin zijn begrepen de ontvangsten der nieuwe lasten voor rond de 30 mil lioen frank Wat de vermeerderingen der uitgaven betreft Er zijn rond de 28 millioen frank ver slonden door de Wat hebben de lastenbetalers nog te verwachten De regeering verhoopt dus dat voor 1914, de inkomsten de uitgaven zullen dekken en dat zij met effen rekening zal staan. DAAR GELOOF IK NIETS VAN Volgens de begrooting en 't verslag der middenafdeeling (blad 4) zijn een 2otal millioenen hoogere in komsten, berekend op rond de 20 millioenen meerdere op brengst der oude belastingen. En in 't verslag der middenafdeeling, bladzijde 7, staat er woord voor woord 1 De achtbare heer minister van geld wezen heeft klaar en duidelijk bewezen in zijne redevoering van 8 augusti 19.13, dat de MEERDERE OPBRENGST, waar op de regeering, sedert 1900, jaarlijks inag rekenen, beloopt tot 6 millioen. En nu dat wij staan voor een jaar van Biechten tijdhoe zou die ZES millioen, gewone meerdere opbrengst, kunnen klimmen tot 20 millioen In andere woorden, toekomende jaar zal het wederom zijn op dat gebied alleen, een achteruit of een gat in de kas van ik neem het minste van een tiental millioenen 2° Neemt nu nog dat het met 1914 zal elfen rekening zijnWat mogen de lasten betalers dan verwachtende zijn voor 1915 En de nieuwe legerviigaven Ik neem de berekening der regeering zelf De heer minister de Brocqueville heeft verklaard in de Kamers dat de jaar- lijksche lastenvoortvloeiende uit de ver sterking der nationale verdediging, bin nen eene tijdruimte van 5 jaren, de gewone begrooting moet verzwaren van eene som van 47 millioen 340 duizend frank, of rond de 48 millioen frank. Nu in de begrooting van 1914 staan er nieuwe legerlasten voor 27 millioen 942 duizend of rond de 28 millioen frank Er staan dus nog 20 millioen nieuwe legerlasten voor de deur 3° En de schulden van de Congostaat Wij hebben bestatigd in de begrooting van de Congo, voor 1914, als volgt Gewone inkomsten (in ronde cijfers) 30 millioen Gewone uitgaven 51 millioen t Dus een tekort van 21 millioentjes op een jaar tijd. Dat is maar de berekening over de ge wone inkomsten en uitgaven. De buitengewone uitgavenof liever de uitgaven te doen om de kroozen en af lossingen der openbare schuld te betalen, klimt van negen millioen tot dertien millioen (in ronde cijfers). Samen gerekend Voor de gewone uitgaven, op een jaar, een tekort van 21 millioen t Yoor de openbare schuld, op een jaar, eene schuld te betalen van 13 millioen. Dat is op een jaar eene schuld van 34 millioen. Waar dat geld halen De heer minister zegtIk zal voor 34 millioen geld leenen Een nieuwen put maken om den ouden te vullen. Dat is voor dit jaar!... Maar wat zal het zijn na de Kamerkiezing van 1914'? 't Zal eindigen met Voor de Congo alleen, 30 of 40 millioen nieuwe lasten te leggen op de Belgen NIEUWE LASTEN Het zal dus zijn voor 1915 De inkomsten van 1914, een tiental millioen overdreven, of een tekort van tien millioen I Nieuwe legerlasten nog een tiental millioen l En minstens een 3otal millioen voor den Congo Dus 50 millioen fr. noodig, te dekken met NIEUWE belas tingen Lastenbetalers, dit staat voor uwe deur! Ik zeg dat staat voor de deur... maar dat is maar een begin Daarin is nog niets begrepen van de millioenen en millioenen, die zullen noo dig zijn voor de nieuwe schoolwetde ver zekeringenenz. enz. 't Ziet er lief uit in Belgie Priester Fonteyne. die altijd zegden de vijanden te zijn van vermeerdering van manschappen en van 't Volk zal die menschcnbedriegers op tijd en stond wel indachtig zijn Priester Fonteyne en Pieter Daens, onze twee knappe volksvertegenwoordigers, de belangen ter herte nemende van de buitenlieden, die nu hunne zonen en hun werkvolk zien naar 't leger gaan en alzoo gedwongen zijn al hun werk zelf te ver richten, hebben in de bespreking van de schoolwet gevraagd dat de schoolvacan- tiën op den buiten zouden geregeld wor den op het tijdstip dat de kinders hunne ouders kunnen behulpzaam zijn. Zij hebben de volgende wijziging aan de wet voorgesteld die door de Kamer aanveerd is geweest De vaeantiën of verlofdagen zullen in de landbouwgewesten zoo veel mogelijk gesteld worden op de tijdstippen dat de kinders meest aan veldarbeid gebezigd worden. Zoo dat de kinderen der landbouwers, in 't volle werk, zullen kunnen hun verlof nemen om vader en moeder te helpen, wanneer zij meest overlast zijn. De buitenbevolking zal onze gekozenen daarover dank zeggen. Ziedaar nu bijna 3 maanden dat de Kamer vergaderd is en er is nog niets verricht. 't Eenige punt van de dagorde is de schoolwet. Men is nu aan artikel 13 en ar zijn er 33. Men voorziet dat men Dog weken zal handelen over die wet. Nu reeds kost de bespreking dier wet aan 't land wel 225 duizend frank, want ieder zitting der Kamer kost 7500 fr. Dat heet men bij de menschen 't geld met hamers breken. Ja, 't is zoo gemakkelijk in andermans leder snijden, niet waar, lezers En terwijl zij nu al dat schoon geld en tijd verspelen, laten zij alle volks wetten in de kartons liggen. En nogthans 't volk zucht achter eenige goede wetten, zooals de wet op de goedkoope werkmans woningen de pensioenen voor de mijnwerkers over den arbeidsduur der machinisten in de koolmijnen over de vrouwen- en kinderarbeid de maatschappelijke verzekeringen over 't vermaard artikel 310. Verders niet het minste woord wordt ei' gerept over eene wet van belang voor do redding der kleine burgerij. Nog zelfs niet een oogenblikje tijd heb ben zij om 't pensioen der arme ouder lingen te verbeteren of andere verbete ringen in te voeren voor 't arbeidende volk Al wat zij doen is lasten stemmen, al de kinders naar 't kazern sleuren en eene politieke schoolwet doordrijven. Voor al die zaken te stemmen zijn al de katholieken aanwezig, maar voor volks- wetten zijn ze afwezig 'tLand zal die verdraagzame politiekers op tijd en stond wel oordeelen 1 Ons leger zal in 1914 samengesteld zijn uit 4587 officiers en 57,696 onderofficiers en soldaten en, volgens 't Nieuws van den Dag, zullen hemderd duigend man onder de wapens zijn. In 1914 worden dus opnieuw 33 duizend nieuwe soldaten naar 't leger gevraagd. Vroeger was dit getal maar dertien duizend Daarbij moet men nog voegen 2300 officierpeerden en 14 duizend 800 peerden voor de soldaten. Er moet geld zijn om dit alles te onder houden van eten en drinken, van huis vesting, bewapening, enz. enz. Van daar dus komen de groote en zware lasten, waaronder ons volk gebogen ligt. En zeggen dat wij wit alles te danken hebben aan de katholieke bewaarders Over de processen Stock - Fonteyne lezen wij in het blad Le Peuple van 11 December het volgend artikel Dinsdag morgend werd vóór de burgerlijke rechtbank van Brugge opgeroepen eeD proces tot betaling van schadevergoeding, ingespannen door een katholieken dagbladschrijver, den heer Stock, tegen Priester Fonteyne, naar aan leiding van artikels door den volksvertegen woordiger van Brugge in zijn blad gedrukt. De volksgezinde Priester, die eveneens door de modder werd gesleurd en gelasterd door ver scheidene gazetten door denzelfden Stock uit geven, had van zijnen kant dezen laatsten voor de rechtbank gedaagd. In die voorwaarden legden zijne advokaten, de heeren Hoste en Meysmans, besluitselen neder, de samenvoeging der zaken vragende, om te gelijkertijd de twee processen in dezelfde omstandigheden, door de zelfde personen inge diend, te pleiten. Dit was de rechtvaardigheid zelve. De rechtbank sprak nochtans onmiddelijk een vonnis uit, dat het incident van samen voeging bij den grond voegde. De bedoelde grond was dat van het proces Stock, zoodat in werkelijkheid, door dat eerste vonnis de samenvoeging der twee processen geweigerd werd. Dit inziende, beslisten de advokaten van M. Fonteyne zich te onthouden eu de zaak bij verstek te laten afhandelen. Ziehier een staalke onder meer andere, van hetgeen de achtbare heer Stock, in zijne gazet ten, aan zijne goedzakkige lezers al wijsmaakt. In de Volkseeuw van Zondag 7 December 19x3, schreef Priester Fonteyne, juist woord voor woord, als volgt De stad nam van de Maatschappij 225o schuldbrieven, van 5oo tr. ieder, aan 41/2 fr. ten honderdin andere woorden de stad Brugge leende aan de maatschappij 1 millioen 125 duizend fr. aan 4 1/2 De stad had 400 duizend fr. beschikbaar geld in kas, en gaf eerst die som dus aan de maatschappij eene eerste som van 400 duizend frank aan 41/2 0. De stad heeft dan zelf aan de Nationale Bank, 700 duizend fr. ONTleend, mitsgaders de kroozen en andere onkosten zelf te betalen, die tegenwoordig beloopen tot 5 fr. per honderd. De achtbare heer Stock schrijft in zijne Gazette van Bruggevan iS December 19x3 (en dat zal hij voorzeker ook drukken Zaterdag in zijn Brugsche Volk), schrijft als volgt, ook woord voor woord Fonteyne zegtde stad Brugge leent 700 duizend frank aan de maatschappij der zeevaartinrichtingen. Eerste verbazende... slimmigheid. We had den altijd hooren zeggen dat de stad 1,125.000 fr. aan de maatschappij geleend had. 't En doet, zegt Fonteyne, 't is 700,000 fr. 1 Zie hierboven. We slaan de stadsbegrooting open, bladzijde 82, artikel i36, en we lezen daar 225o schuldbrieven der maatschappij van de Zee vaartinrichtingen van Brugge, ieder van 5oo fr. 5oo fr. X 225o 1,125.000 fr. 't En doet, 't en doet roept Fonteyne, 't is 700.000 fr. I Eerste prijs van rekenen, aan 't groot ver stand Fonteyne.» Geheele artikels, cijfers en berekeningen, alles gewetenloos en schaamteloos vervalschtl En zulke gazetten heet men de drukpers I En dat is de katholieke partij 1 Eerlijke lieden, overweegt dat goed I De leden van de Gilde der Ambachten hebben tot nu toe, nog maar weinig verbetering in hun loon bekomen. Nogthans hoorde ik van hunnen bijzonderen propagandist eens zeggen na tuurlijk buiten de Gilde dat een werhman in den tegenwoordigen tijd, ten minste 3o frank te week zoude moeten verdienen, maar waar en hoe is hunne werking, om die hooge loonen te verwezentlijken De man die aangesteld is om de lage loonen in stand te houden is nog den eenigsten in de Gilde die vet betaald wordt want bij valt goed in den smaak der gildebazen nooit wordt er een onder handen genomen, niettegenstaande er velen in de Gilde en Concorde nestelen die nog dagelijks hun werkvolk met spotprijzen betalen. Wij hooren het ook dikwijls genoeg zeggen van leden van de Gilde zelf, dat het eene echte schande is, .voor mannen die willen doorgaan voor volksvrienden en verdedigers van den werkman van alzoo het loon van den werkman achter te houden. Werklieden, recht de kop en sluit u bij uwe j vrije vakgenooten, daar zult gij machtig genoeg jj zijn om hooge loonen te verwerven en een beter 3 bestaan te genieten, ook niet teleurgesteld wor- 1 den gelijk de rechtzinnige leden van de Gilde 2 na omtrent 3o jaar bestaan dezer inrichting. 5 Daar zult gij zonder vaar of vrees die stenn- pilaren der Gilde aan de schandpaal spijkeren 5 en vragen aan de brugsche bevolking als zij I niet vérdienen in den ban geslagen te worden, om het volk gansch zijn leven te hebben uitge- 5 buit en honger te doen lijden, terwijl zij op uw I neerstig en lastig zwoegen weeldig leefden en baden in overvloed. I Eerlijke en werkzame leden der Gilde gij ziet I het genoeg voor uwe oogen, hooge loonen kunt i gij daar niet bekomen, alleenlijk voor deze die f u helpen vernederen en den Judas spelen daar j is er brood voor. Syndikalist. Heer Opsteller, Aangezien wij weten dat UEd. zeer bereid is artikelen op te nemen waarin schandalen en schreeuwende misbruiken aan de schandpaal worden genageld, zoo neem ik de vrijheid u een woord te schrijven nopens hetgeen op onze streek gebeurt. 't Staat hier al in rep en roer. Een openbare ambtenaar, een in 't oog springend politiek man, komt overtuigd te worden van valschheid in geschrift en van misbruik van vertrouwen. Reeds sedert weken verwachtte er zich ieder een aan dat hij de kas ging invliegen, doch mijnheer blijft loopen en schijnt nog niet zeer beschaamd over zijn vrome daden. Ware ik het, zegt de eene, of ware die dat, zegt de anderehij zat al laDg in den bak, en zou 't waar zijn Ja, zulle. De menschen zouden nu nog zoodanig kwaad niet zijn ware het niet dat men sedert 'nen tijd 's nachts licht ziet in huis en de bureelen en dat geheimzinnige spoken 's nachts 't huis in en 't huis uit sluipen, 't Volk verstaat wat er op handen is 1 Men wil den kerel den tijd geven van alles van kant te maken wat eenigzins ver dacht is. Hoe donker het ook is men ziet 's nachts de kave rooken en 't riekt wel vijf minuten ver naar verbrand papier. Ondertusschen wordt de geheele streek plat geloopen door geestelijk en wereldlijk om alle klachten te versmachten. Men gaat zoo ver eerlijke menschen te vragen 't geen zij getuigd hebben in te trekken en al zoo zich zelve als een soort lasteraar aan te geven. 't Ziet er lief uit, Mijnheer, in ons schoon Belgenland I Als ge katholiek zijt moogt ge alles doen menschen bestelen en bedriegen en de eerlijkste mensch van de wereld wordt uit gescholden als een schurk van den oogenblik dat hij met de slechte menschen niet mededoet 1 Wanneer gaat 't volk eens de oogen openen en een einde stellen aan die dwingelandij Van Overschelde Xaveer. Over drie weken was ik bij toeval op het vredegerecht te Harelbeke, en was daar getuige van een feit dat op mij diepen indruk maakte. Een onderwijzer van Waeregem, wiens naam mij ontvlogen is, kwam daar aan den rechter zijn nood klagen sedert verscheidene jaren had de gemeente hem eenige meters grond ont nomen en wilde hem niet betalen. Zij vitte op de maat, zij vitte op den prijs en wat de onderwijzer ook deed en voorstelde om een einde aan de zaak te stellen, men speelde dwars in de zak en hij mocht achter zijn geld blijven wachten. De heer vrederechter van Harelbeke heeft dan ook nog al op krachtdadige wijze den bol gewasschen van de heeren van 't bestuur van Waeregem en 't volk vond dat het wel gedaan was. S Men zou kunnen verwonderd zijn dat zoo I iets mogelijk is. Staat er niet in de grondwet dat men iemands eigendom maar mag ont- i eigenen na voorafgaande betaling Ja, maar men had te doen met 'nen onder wijzer. En wat heeft men van den onderwijzer in Vlaanderen gemaakt Een ambtenaar be kleed met een soort gezag Neen, neen, een soort van knecht van de overheid, zonder het minste gezag bij het volk, 'nen mensch die men maar met een soort van verachting behandelt omdat men zijn positie in handen heeft. Men heeft onze onderwijzers klein, zeer klein ge maakt met de goedkeuring der boeren die nooit 'nen onderwijzer goed hebben kunnen ver- i dragen.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Recht | 1913 | | pagina 2