De wraak van de opgesloten energie 3) Het tweede visioen RETURN INTO DUST MOE OP JE GEWACHT. Nog totaal onder de indruk van het visioen zat hij verdwaasd voor zich uit te staren, kompleet onbewust van tijd of ruimte. Wat hem het imeest fascineerde aan de droom was dat een van de zigeuners als twee druppels water op hem geleek. Aan de gewoonten en de klederdracht van de mensen te zien moest «het zich ze ker meer dan honderd jaar geleden ge- jspeeld hebben. Maar wacht eens..., had jhij in een van zijn boeken niets gele zen over...Hij stond recht, ging naar zijn boekenkast en haalde een boek tevoorschijn waarin hij begon te snuffelen. Ha, hier staat het REÏNCARNATIE. Een ogenblik bleef hij mijmerend staan en stak toen het boek weerop zijn plaats. Met dezelfde ver dwazing op zijn gezicht zette hij zich weer in zijn zetel nëer. Zou dat dan toch bestaan, dacht hij jeerst heel voorzichtig. Maar hoe ;langer hij erover dacht hoe wezenlij ker de idee werd dat hij een vroeger leven gehad heeft, en dat hij in zijn vroegere leven die zigeuner geweest was, die met paard en kar met zijn familie wegvluchtte uit dat dorp, gelijk een OPGEJAAGD DIER. Dat laatste beeld bleef geruime tijd vaag voor zijn ogen dansen, om na een tijdje stilaan te vervagen. En kel het hoofd bleef duidelijk zicht baar En plots werd het opnieuw heel groot. De angstige, uitgehol de ogen, de pijnlijke rimpels teken den zich duidelijker af. Het ver dween uiteindelijk volledig en na weer een tijdje volslagen duisternis begon zich een uitgestrekt, heuvel achtig landschap te vormen, begroeid met bomen en struiken, en er doorheen liep een rivier die enkele kilometers verder in de bergen zijn oorsprong had. Aan de voet van die bergen, op een steenworp van de rivier, ontwaarde hij een dorp van tenten, die langs boven op een punt uitliepen. Hoogstwaarschijnlijk waren het wigwams en zou het dus een indianendorp zijn. En inderdaad tussen de tenten bewoog zich een wriemelend volkje, met rood bruine gelaatskleur en arendspluimen op het hoofd vastgesnoerd met sierlijk geborduurde banden. Uit een van de wigwams, die een beetje groter was dan de andere en mooi uitgedost met een soort adelaar, gemaakt van een buffel- Wegens te drukke bezigheden heeft de schrijver van dit vervolgver haal een nummertje overgeslagen. Waarvoor onze verontschuldiging. Maar ja, tenslotte heeft de "strom- boli" onregelmatige uitbarstingen, (de redaktie) kop, stapte een mooie slanke india- nenvrouw naar buiten, met gitzwart haar dat sierlijk gevlochten op haar schouders rustte. Op haar hoofd droeg zij een grote aarden kruik en zij ver liet het dorp om water te halen in de rivier. Welgezind stapte zij naar de rivier en ze had zelfs zin om eerst een wandelingetje te maken. Ze ging stroomopwaarts verder en raakte uit het zicht van het dorp en drong zich van niets bewust, dieper in het ongure, ruwe berg landschap. Zij was zo welgezind dat zij niet eens de twee paar ogen die haar van achter een rotssteen beloerden, gewaar werd. Achter die rots zaten twee ruwe kerels van een gans ander ras, met breedgerande hoeden op hun hoofd en aan hun gor dels bengelden zware revolvers. De ene had een lege kruik vuurwater in de hand, waaraan zij zich hadden te goed gedaan. Hierdoor hadden zij een dierlijke uitdrukking in hun o- gen gekregen, waarschijnlijk nog opgehitst door het slanke lichaam van het vrouwelijk dier dat daar zomaar grijpensklaar rondliep. Nog steeds van niets bewust wandelde de squaw verder en ze bukte zich om een bloem te plukken, toen plots... In een fraktie van een sekonde lag zij op haar rug op de grond en terwijl de een haar handen vastbond, duwde de ander zijn halsdoek in haar mond. Terwijl zij daar hulpe loos spartelend en kreunend op de grond lag, trokken de twee beulen haar de kleren van het lijf en begonnen haar op beestachtige wijze afwisselend te strelen en te pijni gen. Toen zij een paar uur later door twee krijgers naakt en bloedend het dorp werd binnengebracht, ontstond er een groot gewoel en de eerste krijgers zaten reeds gewapend op hun paarden, spoedig gevolgd door de andere stamgenoten. In een heel korte tijd spanne hadden alle krijgers het dorp verlaten. Toen het laatste strijd gewoel niet meer hoorbaar was, weer klonken plots schoten vanuit de ber gen. In het kamp waren enkel nog squaws.kinderen en ouderlingen. Deze gelegenheid hadden de cowboys af gewacht om laffelijk het ganse dorp uit te moorden en te branden. Het dorp in puin achterlatend, leg den zij zich weer in een hinderlaag in de bergen en wachtten daar de terugkeer van de krijgers af. Toen een paar uur later de krijgers onverrichterzake terugkeerden naar het dorp ontwaarden zij in de verte rookwolken. Vermoedend wat er kon gebeurd zijn, haastten zij zich naar het kamp, en ondanks de grote strijd lust en de woede die dit aanzicht hen bijbracht, werden zij, totaal verrast, uitgemoord door de achter de rotsen goed beschermde cowboys. Enkelen probeerden te ontsnappen. En plots verdween het ganse beeld, enkel nog het gelaat van een der ont snappende indianen was zichtbaar. Het was hetzelfde gelaat van in het begin van het visioen, met die diepe angstige ogen en die pijnlijke trek ken. Toen hij goed toekeek stelde hij net als in het eerste visioen, totaal ontredderd, vast dat hët weer ZIJN GELAAT was. (wordt vervolgd) STROMBOLI Ik hoopte op een plotse kentering in onze relatie, maar Nu noemt ze me haar beste vriend en blijft mijn liefde verder onbeant- Dag aan dag maakt deze gedachte mij dwazer en idioter, hoop dat ze me niet zal leiden tot daden, geheel onverantwoord. De Essentialist. Ik ben immer een eenzaat geweest; Jij bent de eerste die me echt kan bereiken; Haar jij laat me steeds langer wachten; Wat kan ik doen om de tijd te doen verstrijken. Ket is je leven en je doet wat je wil; Doe wat je schikt, maar laat mij niet langer smachten; Want het wachten wordt me steeds ondraaglijker; Ja, ik wordt moe van op jou te wachten... Kaar TIRED OP WAITING NOR YCü van RAY DAVIES. PAUL Vil' I n>/ A/i "t >/- n11

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Klokzjiel | 1980 | | pagina 8