Hubert Neuckermans, bio-teler «Het is toch te onlogisch dat wij scheikundige produkten gaan gebruiken in onze voedselproduktie.» DQOGDQD )CD D I HL- ifl 4-p.l I t t-M 1 1 In de enige straat die Lieferinge rijk is, staat een oude boerderij met een "diskreet"maar duide lijk leesbaar opschrift "biologisch tuinbouwbe drijf". Sedert ongeveer één jaar is Hubert Neuckermans hiermee begonnen. Sinds mijn 18-19 jaar loop ik al met de idee rond, maar zonder wat theoretische vorming zou ik het toch niet hebben aangedurfd. Alhoewel, theorie en praktijk liggen ver uit elkaar. De overgang van een gewone tuin naar grotere opper vlakte is niet zo eenvoudig. Er kcmt heel wat bij kijken." Na studies in landbouw, enkele opdrachten en jobs als BTK'er, voelde hij zich erg betrokken bij de milieuproblsnatiek. Het is vooral vanuit die bewustwording dat hij de stap naar het be roep van biologisch tuinbouwen heeft gezet. De bedoeling is een rendabel en leefbaar klein bedrijf uit te bouwen. Na 1 jaar is dat prak tisch onmogelijk, je begint immers met een kcm- pleet nieuwe bedrijfsvoering. Ook voor andere beginnende boeren zou dat problemen geven. Het is wel belangrijk te proberen kleine, schijn baar onleefbare bedrijven een nieuwe impuls te geven. Daar haalt volgens Hubert Neuckermans op lange termijn zowel producent als konsument voor deel uit. Het eerste wat men zich afvraagt is waarcm ie mand begint met een biologisch tuinbouwbedrijf HN Ik heb landbouw gestudeerd en ik voelde me erg aangetrokken cm in die richting echt te gaan werken. Nochtans zegt de gewone tuin- of land bouw me niets. Eigenlijk zou men beter spreken van scheikundige tuinbouw i.p.v. gewone land- of tuinbouw. Het is vooral de scheikundige land- en tuinbouw die heel wat problemen schept in de milieuproblsnatiek cmdat je hier te maken hebt met stoffen die sterk vervuilend werken. Enkele tijd geleden is er een rapport verschenen over de denderstreek en één van de grootste vervui lers van de streek is de landbouw. En dat is geen recent verschijnsel. De eerste gevallen dateren van rond '45-'50 en de meeste gevallen begonnen rond '60-'65. Hoe is dat allermal begonnen HN De boeren, en vooral de grote boeren, zijn door leningen gebonden aan kapitaalkrachtige groepen en op het einde van het jaar moeten die boeren een reuzeproduktie bereiken willen ze hun schulden afbetalen. En het is niet gedurende enkele jaren dat het zo is maar gedurende 20 a 30 jaar zijn ze gebonden aan de kapitaalver strekkers en gedurende die ganse periode van tientallen jaren mogen ze geen oogst of produk- tie missen. Ze kunnen dus de natuurwetten niet volgen en ze moeten de scheikundige landbouw toepassen. In feite worden de boeren door de kapitaalverstrekkers er toe gedreven cm tegen hun eigen wil in topprestaties te behalen en aan scheikundige landbouw te doen. En dit zal zo blijven duren zolang de landbouw in handen blijft van kapitaalkrachtige machten die de ver koop organiseren van zowel zaden als de toe- leveringsprodukten. Zo is de boer verplicht cm zijn eigen melk terug te kopen onder de vorm van dure melkpoeder, of zijn eigen graan moet hij terug inkopen onder de vorm van duur vee voeder. Maar veruit het meest twijfelachtig in de ganse landbouw is de boerenbond BB Ze treden niet alleen op als verkoper van produkten aan de boeren veevoeders, mest- en sproeistoffen, af- wasprodukten, maar ze kcmen ook op als les gever van de boeren en tijdens hun lessen maken ze niet alleen publiciteit voor hun eigen pro dukten maar verspreiden ook 'hun idee' over de landbouw. De idee van het uitbreiden, van het investeren op zulkdanige grote schaal dat het niet voor de boer rendabel is, maar dat het rendabel is voor de kapitaalverstrekker zelf, in dit geval de BB zelf. BOERENMARKT Maar kan de boer aan zijn huidige situatie iets veranderen _X)e TRödt moW**. Mupssn. luoJtii. homr, tac&tou tjccK-an*, op- ivsciliA y h&yè SoK li I p. Me O 9 «Sc\Y? ir -CDs. CXulo o\ovPt>- VAA,liin^vcW-^ ex <OC*Y IhjOuEW* En er is wel een weinig wachten op een antwoord. Niet het wachten dat een twijfel uitdrukt maar een wachten dat eerder zo juist mogelijk tracht weer te geven hoe hij denkt dat de boeren zich uit hun haast onontkoombare situatie kunnen uit werken. "Ja ze kunnen het" zegt hij dan even rustig "door een deel van de verkoop zelf in handen te nemen door de thuisverkoop of door het organiseren van een boerenmarktVanaf 6 juni richten wij wekelijks een boerenmarkt in te Gaasbeek op de markt, waar zowel wijals bio- telers, als niet-bio-kwekers aan deelnemen. Eig enlijk moet het ganse verkoopsysteem veranderen. De meeste boeren hier verkopen hun graanproduk- tie automatisch aan de BB boerenbond hun melk verkopen ze aan de melkerij en zo gaat het verder met alle landbouwprodukten. Het zijn de bedrijven die met de winsten gaan lopen cmdat de boeren geen initiatief nonen cm hun verkoop zelf te organiseren. Meer nog, de boeren zijn zelf niet gewoon een prijs te maken. Sedert ja ren is het de gewoonte in de landbouw dat de prijs direktief gonaakt wordt door de aankoper. De boeren zijn gewoon cm een bepaalde prijs te krijgen voor hun produkt zonder dat er ook maar over gediskussiëerd wordt en als de boer er ook maar een ogenblik over spreekt cm de prijs een zijdig te verhogen dan dreigt men het landbouw- produkt op een ander te gaan kopen. Dat is de positie van de boer als producent hij levert geen uniek produkt maar gewoon een landbouw- produkt dat overal verkrijgbaar is, ongeacht de kwaliteit. Tegen deze achtergrond van scheikundige land- en tuinbouw waarover het altijd gaat in de pers en de EBG-vergaderingen tekent zich een volledige nieuwe tuinbouw of de biologische land- en tuin bouw. Wat is eigenlijk bio-tuinbouw HN De biologische land- en tuinbouw wordt be paald door 3 belangrijke faktoren 1. zo weinig mogelijk of geen schade toebrengen aan het natuurlijk milieu met als gevolg dat men geen gebruik maakt van scheikundige meststoffen en sproeistoffen. 2. produceren van een gezonde voeding. 3. te trachten op een doordringende wijze een verandering te brengen in de ekoncmische situatie waarin de boer gevangen zit. Dit laatste kan men reeds trachten door de thuisverkoop en de boerenmarkt waar ik zoeven over sprak en daar het cmzetcijfer van de bio- tuinbouw gelijk of in elk geval vergelijkbaar is aan de scheikundige landbouw is dit zeker te doen. Zelfs al zou de bio-produktie een ietsje lager liggen dan nog zouden we per oppervlakte eenheid ongeveer evenveel verdienen omdat onze prijzeniets hoger liggen dit was voor de EEG- akkoorden waarbij de landbouwprijzen met 9 a 10 stijgen ONKRUID Hoe reageren de boeren t.o.v. bio-tuinbouw HN Nogal onwetend en vooral hoofdschuddend van "zie z'n onkruid daar ne keer staan". Die kritiek is terecht, het onkruid is een groot probleem in de bio-teelt. Ik zit ermee en ook de andere bio-telers hebben er over te klagen. Het onkruid is eigenlijk onze zwakte en zeker met een regenweer als verleden jaar '80 Als we het problean van het onkruid maar onder de knie zouden krijgen maar het zal wel al tijd een probleem blijven, alhoewel veel boeren me vragen waarcm ik niet wil sproeien. Het zou toch al te onlogisch zijn dat wij scheikundige sproeistoffen zouden gebruiken. Ik mag niet sproeien cmdat ik dan de ganse bak- teriologische ondergrond zou doden en die orga nismen heb ik nodig. Het grote verschil tussen de scheikundige tuinbouw en de bio-tuinbouw is dat wij de grond zelf voeden. De produkten die wij in de grond steken dienen niet cm de planten te voeden maar dienen vooral voor het in stand houden van de bakteries en de organismen die in de grond leven. Dat is wat voor velen van de om wonende boeren onbegrijpelijk lijkt dat het niet de planten zelf zijn die men voedt zoals met scheikundige meststoffen maar dat wij er voor zorgen dat de bakteriën zich goed en sterk ontwikkelen, zodat men ook een grote sterfte onder de bakteriën krijgt die dan een evenwich tige en gezonde voeding verstrekken aan die planten. Als men een gezonde voeding geeft aan de planten zijn deze ook gevoelig aan ziekten en insekten. Geeft de bio-tuinbouw een bepaalde voorkeur aan bepaalde teelten vervolpa£.10 i mmm

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Klokzjiel | 1981 | | pagina 9