koereur op houten wielen .1 keizer kamiel palm gepakt wiel geplooid volle gaz *- i 1936 Ik ben 17 jaar, mijn ou ders hebben een niet -aanvalspakt gesloten en zijn weer gaan samen wonen in een huis van Van Londer- sele Cyriel, bijgenaamd "Den Bok", gelegen in de Keldermeersbaan. Voor de goede gang van zaken wordt ik natuurlijk overgeheveld van St Jorisstraat (mijn grootouders) naar de Keldermeers, en om de thuiskomst van de verloren zoon te vieren, krijg ik hoe ongelooflijk het ook moge klinken, een nieuwe fiets en dan nog wel een halve koersfiets Het is alsof het vandaag gebeurd is. Ik en mijn ouders reden de zondag naar Brussel en op de Boulevard de Midi koopt men voor mij een koersfiets AJAX prijs 525 fr. op 12 maand te betalen. Nu moet gij weten dat er hier toendertijd een ware rage aan het gebeuren was, wat aangaat "koers rijden". Minstens 20 nieuwelingen uit Ninove en omstreken waren steeds aan de slag. Drie goede vrienden Omer Syroit, Kamiel Standaert en Albert Sonck in 1946. Boven allen troonde toendertijd Kamiel Standaert, de zoon van Fons, die toendertijd café en winkel voor fietsbenodigheden hield in de Biezestraat, recht over de kliniek. Kamiel is tot bij de beroepsrenners geraakt, maar heeft de in hem gestelde ver wachtingen niet kunnen oplossen. Voor mij was Kamiel te braaf (en is het nog) om de zware en harde stiel van renner te dragen. Capa citeiten had Kamiel ten over en bijzonder zijn eindspurt was ge weldig. Daar had hij maar een paar koncurenten en dat waren Jozef De Schrijver van Aalst, en Marcel Van Isterdael (De Kik) van Dender leeuw. Al de andere renners en het waren er velen, moesten zich bij het meesterschap van Kamiel neerleggen. Het spreekt vanzelf dat de vodde- marchands ook hun woordje wilden meezeggen en dit aan de hand van hun koersrijdende zoons. Het dient gezegd dat er een paar goed uit de voeten konden. Achter de "Keizer" Kamiel Standaert, volgde zonder twijfel Jozef De Ridder, zoon van Fernand Ridder. Jef won op tijd en stond zijn koers tot zelfs 20 op één seizoen. Jef was insgelijks een brave jon gen en kreeg van zijn vader Fernand niet steeds het respect welke hij verdiende. Achter Jef, volgde Frans Van Wayenberge "Frans Matéas" zoon van Petrus (Pieken Mateas) die insgelijks op tijd en stond met een palm naar huis kwam. Dan volgde Van Butsele Clement, ook steeds in de prijzen en dan een hele reeks mindere goden, daar zijnde Van Der Poorten Gaston (Japon), Van De Roost Willy uit de Dispauteerstraat (beiden jong gestorven)Albert Sonck, Aimé Buyl enz. Uit de omgeving van Ninove waren daar Horens, De Mayer, Van Ongeval en nog ver scheidene anderen. Kortom, alle weken was er hier of daar in Ninove koers, en zijt maar zeker dat er niet alleen strijd en ruzie in koers zelf was. Het was maar na de koers zelf dat de emoties bij bege leiders en supporters los barstten. Tientallen ruzies en stribbelingen (om het zacht uit te drukken) heb ik meegemaakt Tot zelf vechtpartijen waren niet van de poes Zo was ik samen met Fernand Ridder, in Aaigem-Vlekkem, waar zijn zoon Jef aan de koers deelnam. Jef kwam met enkele renners in de spurt, waaronder de plaatselijke renner, een zekere SegersJef won, zeker met een wiel vóór Segers voornoemd, maar de plaatselijke supporters hadden het anders ge zien. Jef, die de bloementuil van overwinnaar reeds in handen had gekregen werd deze bruut ontnomen en de ruiker werd in handen van Segers geduwd. Wel, nu moogt u mij geloven of niet, maar Fernand Ridder is zo dikwijls in het café waar de prijzen uitgedeeld werden en waar Segers binnengeduwd was I binnengegaan en buitengeworpen tot bloedens toe en met afgerukte oor- lel tot hij met de palm weer bui tenkwam en Jef dan toch overwin naar uitgeroepen werd. Om nog eens op Kamiel Standaert terug te komen, wil ik het mooiste vertellen wat mij van zijn koers rijden is bijgebleven. Hij zelf zal het misschien niet meer weten, (Kamiel heeft zo veel koersen ge wonnen) maar ik vergeet het nooit, al was het maar een koers voor nieuwelingen. Ik ben in Buisingen (Halle) in ge zelschap van Ernest Van De Velde (Nestjen van de Ziëlen-droier) Kamiel neemt deel aan de koers en het is de laatste ronde. Er zijn minstens nog 75 renners samen en ik en "Nestjen" die één van de vurigste supporters van Kamiel was en het steeds is- gebleven, nemen plaats op 100 m van de aan komst. Daar zijn de renners en van verre zien wij hen breed op de makadam afkomen. Ineens vliegt daar een renner met mauve trui uit het peleton. Katapulteren was het juiste woord. Het is natuurlijk Kamiel die wel met 20 meter voor sprong de sprint wint. Ik en "Nestjen" hebben elkaar gekust, van geluk en fierheid. Weet gij het nog hé,Nestjen,hoe schoon sommige dagen in een mens zijn le ven kunnen zijn. 1936 Albert Sonck, Marcel Van Isterdael (De Kik), Clement Van Butsele, Jozef De Ridder en Horens op oefening. Het spreekt vanzelf dat ik ook door de koersmikrobe werd aangevreten en dan ook maar ben beginnen "entreneren" Weet Gij het nog,gij Kamiel Standaert, dat, wij samen op oe fening zijnde langs Aspelare, ik in een put reed en mijn achterste wiel, gezien het een houten velg was,dubbel toe plooide. Het schreien stond mij nader dan t lachen, gezien ik over geen fi nanciële fondsen beschikte om mij zo maar een wiel te kopen. In een laatste vertwijfeling geeft Kamiel een harde schop te gen het wiel en wonder boven wonder, maar het wiel springt in normale positie en ik kan er mee tot aan het café van Fons Stan daert geraken waar deze aan mijn wiel sleutelt en het weer in normale stand brengt. Waar of niet waar Kamiel Ik heb steeds veel bewondering ge had voor de kunde van Kamiel Later is dat vriendschap gewor den en heden ten dage als wij elkaar ontmoeten wordt er nog dikwijls eens gezwansd met "dat wiel" en "Pitjang" Na enkele trainingen met de "mannen" voel ik me gereed om mee in koers te vertrekken. Het ge beurde in Denderleeuw. Het was begin seizoen en ik had nog nooit zoveel renners samen aan het ver trek van een koers gezien. Ik had een trui om de lenden "Cycles Standaert" gekregen van Fons Standaert. Gereed om te vertrekken, zie ik mijn moeder ineens door de rangen van de wachtende renners drummen, roepende op mij "wat gaat gij nu doen?".Ze wist natuurlijk niet dat ik ging meekoersen en was per fiets naar Denderleeuw ge komen, om mij zulks te verbieden. Het was echter te laat. De vlag van de officieel neer en wij allen weg. Van de koers zelf kan ik niet veel vertellen. Feit is dat ik aangeko men ben lang na de anderen en dat mijn moeder tevreden was dat ik nog leefde. De kogel was door de kerk, en enkele dagen nadien, het was op een Zondag was het koers in de Pamelstraat bij Paul Baert (Pol de Kloefkapper)Nu had ik reeds een verzorger en al,namelijk Jules Uyttendaele (Jules van Kotjen). Er waren weer veel ren ners en wij moesten 5 maal rond Iddergem rijden. De eerste ronde komt de sliert renners de Dreef- straat afgevolgen ik hang natuur lijk reeds bij de laatsten, komt een hond de straat overgelopen een pak renners valt en ik vlieg er bovenop. Mijn voorwiel was nu wel degelijk in stukken. Maar wat er ger was, ik had een diepe wonde aan mijn rechterbil (wonde waar ik nu nog een lidteken van heb) Mijn verzorgerJules Van Kotjen", ging dat eens gauw verzorgen, giet daar welteinture d'iode op zo dat men mij 100 meters ver kon horen huilen en ik buiten de wonde zelf nog erg verbrand werd. Van ver zorging gesproken. Kamiel in volle aktie. Na een paar weken,koers in Liede- kerke in de Opperstraat. Ik en Jef Ridder daar naartoe. Het was op een maandag en er waren maar...8 ver trekkers. Het moet zijn dat ik als humorist geboren ben, want na een paar kilometers gezamelijk aan matig tempo te hébben gereden roep ik ineens "Mannen, geef volle gaz, we zijn met achten weg". Het tempo gaat zozeer de hoogte in dat ik natuurlijk de eerste moet los sen. Fernand De Ridder, die toen dertijd de koersen volgde, op een voorhistorisch monster van een moto met groot lang stuur, lijk de gangmakers van de stayers, de muts met de klep langs achter, een grote stofbril op en een motoband rond de schouders, bleef steeds bij mij roepende dat ik niet mocht opgeven en mijn koers moest uitrijden en dat hij mij een premie van 5 fr. zou schenken als ik niet opgaf. Ik reed de koers uit, maar Jef Ridder die 2de was en in de spurt geklopt werd door Jozef Meert van Aalst, was al gewassen en gekleed toen ik arriveerde. Voor de...achtste prijs kreeg ik één kilo sausissen en 10 fr. en van Fernand Ridder kreeg ik er 5 fr. bovenop. Daar ik niet over het gewenste koersmateriaal be schikte en nog veel min over de capaciteit of kwaliteit om ren ner te worden kwam ik weldra tot de ervaring dat ik er maar beter mee zou ophouden. En toch heb ik ook eens het genoegen gesmaakt om een overwinning te behalen al was ze van heel weinig betekenis. Op zeker moment, worden alle ren ners van Ninove en omstreken uit genodigd om een koers op rollen te rijden in de zaal "De Volksver heffing" heden ten dage "Berg en Dal" genoemd. Die sportnamiddag ging door om een liefdadig doel te spijzen. Er werden reeksen samen gesteld van man tegen man en ik moest het opnemen tegen Aimé Buyl Ik weet nog heel goed dat op die zelfde meeting "Boerken Beeckman", toen beroepsrenner, het opnam te gen een zekere Godart van rond Lessen en dat in volle inspanning en snelheid de ketting van de fiets van "Boerken" in stukken vloog en het dank zij een wonder "Boerken Beeckman" ongehavend uit de strijd kwam. Nu terzake zoals gezegd reed ik tegen Buyl, kwestie van de slapsten tegenover elkaar uit te spelen. Niettegenstaande Buyl veel beter "gemonteerd" was, wat koersuitrus- ting betrof, won ik de race met een paar meter voorsprong. Er werd ge applaudisseerd en ik was de koning te rijk. Helaas,dra kwam de ontnuchtering, want bij volgende koersen was ik steeds weer bij de eerste gelosten en moest tot de vaststelling ko men dat koersen heel wat harder en zwaarder is dan achter afval- goederen te rijden en het beter voor mij was als "supporter" met StandaertsDe Ridder en consoor- ten mee te gaan. Marcel Cardoen (Volgende bijdrage handelt in het bij zonder over De Ridder Fernand)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Klokzjiel | 1982 | | pagina 10