DUNDW
hllMfJEN!
JAN VLEHINX
Hier wordt een volk vermoord
Tu es Petrus et super hanc petram
bSi€Ji tuJ'G-h ü&rüoLcj
HECTOR PLANCQUAERT vervolgverhaal
Vervolg van pag. 6
het spel, geluk in de liefde" is
niet op onze vriend van toepassing,
hij speelt immers niet. Alfred
wordt een talentvol architekt.
Maar het loopt altijd slecht af
met de huizen die hij ontwerpt.
De arme Alfred worstelt moedig
tegen zijn tegenslagenOnver
moeibaar werkt hij voort. Tot op
een dag Alfred zijn groot geluk
ontmoet.
Zondag 17 april om 19u30
BRUTTI, SPORCHI E GATTIVI
Italiaanse sociaal-satirische kome
die- 1 974-GROTE PRIJS VAN CANNES
1976 regie RUGGERO MACCARI en
ETTORE SCOLA muziek ARMANDO
TROVALIOLI produktie CAROLO PONTI
met in de HOOFDROL NINO MANFREDI
VERNIETIGENDE SATIRE EN FORTRET-
TERING VAN BEDELAARS
De film is ontstaan uit bezoeken
aan Romeinse "bidonvilles" en ge
sprekken met mensen daar. Sommige
mensen zullen waarschijnlijk ge-
shokeerd worden door Scolas por
tret van de bedelaars, want in vele
scènes kan de konfrontatie met hun
walgelijke bezigheden aanleiding
geven tot protest. Ongegrond pro
test echter, omdat zulke onappe
tijtelijke gebeurtenissen abso
luut noodzakelijk en relevant wa
ren opdat de film zijn kracht
niet zou verliezen. Bij momenten
wordt het zelfs vulgair doch
in Scola's vernietigende satire
is geen plaats voor de gewoon
lijk misplaatste melodramatiek
bij het afschilderen van soort
gelijke onderwerpen. De bijtende
destructieve humor is alvast
een geslaagde vorm om het publiek
enerzijds prettig te boeien maar
anderzijds ook wakker te schudden.
Want als Scola één bedoeling heeft
met deze film dan is het de aan-
waKKer ze schudden. Want als
Scola één bedoeling heeft met
deze film dan is het de aan
klacht van het bestaan van der
gelijke mensonterendeondeugende
volksgemeenschappen
Bij de inrichting van dit festi
val hebben we ook aan de jongsten
onder ons gedacht. Er is dan ook
een kinderfilm voorzien.
Zondag 17 april om 15u
DUNDERKLUMPEN
Zweedse animatie- en fictiefilm-
1974-96 minuten
regie PER AHLIN scenario BEPPE
WOLGERS
muziek TOOTS THIELEMANS
produktie GUNNAR CARLSSON
vertolker BEPPE WOLGERS als
BEPPE - JENS WOLGERS als JENS
IDEALE KINDERFILM
DUNDERKLUMPEN lijkt te beantwoor
den aan wat men van een ideale kin
derfilm kan eisen .- de film is be-
vattelijk-eenvoudig, met duidelijke
identifikatiemogelijkheden voor de
jonge kijker, met subtiele dosering
van verbeeldings- en realiteitsele-
merten en technisch org verfijnd
uitgewerkt. Het verhaal zelf is
fijn en teder, los van sentimentele
zoeterigheidwaarin o.m. via de
schitterende teksten klein en groot
op een bijzonder originele manier
een niet te versmaden brok frisse
levenskunt meekrijgen en waarin,
zonder enig krampachtig gemorali-
zeereen stuk opvoeding wordt ge
geven in verband met vriendschap,
vrijheidblijheid, begrip voor
de eenzame mens, liefde voor de
natuur, een juiste houding tegen
over geld, enz. DUNDERKLUMPEN is
dé film om kinderen een grandioze
namiddag te bezorgen.
PRAKTISCHE INFORMATIE
De prijs voor leden bedraagt
45 fr., niet-leden betalen 80fr.
Deze laatsten kunnen zich wel
een festivalkaart aanschaffen
voor 160 fr. Onder het motto
"2xBETALEN, 3x KIJKEN" doen zij
zich maar liefst 80 fr. voordeel.
Deze kaart is niet geldig voor
de kinderfilmnamiddag waar er
een eenheidsprijs van 50 fr
voorzien is. Voor deze film zijn
groepen van meer dan 10 personen
verplicht zich in te schrijven
omdat we rekening moeten houden
met het aantal beschikbare
plaatsen.
DOOR
En na een laatste stunt van Jan
Vleminx'vriend Victor De Wilde..
Volxem lag in diepe slaap gedompeld.
Geen licht meer in de huizen. Nu
en dan scheurde een bliksemstraal
de donkere opeengepakte wolken en
de donder rolde in de verte. Op
de toren sloeg het twaalf. Van
uit een kleine zijstraat kwamen
twee schaduwen geslopen. Zij
richtten zich naar de kerk 't
waren twee mannen en geen van beide
sprak een woord. Ze kwamen aan de
deur van de kerk.
-We zijn er, fluisterde de een,
die niemand anders was dan Victor
De Wilde. Pier, buk u.
Pier, een fransman en een hevig
demokraat, bukte zich neer en
Victor De Wilde zette beide voeten
op zijn schouders.
-Staat ge vast vroeg Pier.
-Ja, recht u maar op.
-Houdt u goed aan de deur, meneer
Victor; moest gij vallen en been
of arm breken, 't zou weerom een
straf Gods zijn op de demokraten.
-Wees gerust, 'k zal voorzichtig
zijn.
Pier, een reus, rechtte zich en
Victor De Wilde schreef met krijt
in vette letters, boven op de deur
van de kerk, zo hoog hij kon, zodat
de koster het s anderendaags niet
dadelijk kon uitvagen
HIER WORDT EEN VOLK VERMOORD.
...komt dan de volgende dag van de
verkiezingen
Jan was getuige op een van de kies-
burelen van Volxem. Nooit had Jan
zich de moeilijkheden van de strijd
voor de bevrijding van Vlaanderen
en de opbeuring van zijn volk zo
goed kunnen voorstel11en als nu
deze voormiddag, als hij niet meer
lijk in meetings en volksvergade
ringen het kloekste en krachtigste
gedeelte van ons volk zag, maar zo
als hier in 't kiesbureel het ge
hele Vlaamse volk,. vooral 't ge
heim, verborgen volk van de boeren
wijken en boerenhoven waar een
straal van geesteslicht moeilijker
doordringt en doordringen kan dan
de zonnestraal in de engste, en
verborgenste kloven van de Alpen.
En 't was niet enkel onder de boe
renstand dat Jan onbekende wezens
ontmoette waarvan ook sommigen
een uitdrukking van haat naar hem
richtten ook onder het werkvolk
waarvoor de chricten volkspartij
zo hardnekkig en zo edelmoedig
streed, vond hij mensen met hopen,
die hij niet kende of ternauwer
nood kende.
Nu voor de eerste maal zag Jan
in welke reuzenstrijd hij aange
vangen had. Deze morgen zag hij
Vlaanderen, niet 't lieve Vlaande
ren met zijn schone velden en
weiden, zijn dichtbevolkte dorpen,
zijn heuvelen bekroond met dich
terlijke molens of wouden of kas
telen, maar 't verachterd Vlaan
deren, 't verstandelijk dode
Vlaanderen hij zag vandaag zijn
Volk in werkelijkeid die dode
massa in beweging brengen ge
dachten geven, idealen doen lief
hebben, welk reuzenwerk
Nu en dan schudde Jan het hoofd
en kwamen hem de woorden te binnen
eens door een ongelovige boer
tot groot schandaal van de ganse
gemeente uitgesproken.
Pier Huybrechts geloofde noch aan
God noch aan zijn gebod. Zijn
broeder, die onderwijzer was te
Gent, had hem veel boeken te lezen
gegeven, en Piers geloof, dat niet
vast op zijn voeten stond, was
gauw verdwenen. Als hij naar stad
ging kwam hij altijd thuis met zijn
zakken vol dagbladen, de ongods-
dienstigste het liefst. Nuchter
zegde hij geen woord, maar als hij
te veel gedronken had dan was hij
zijn gevoel en zijn tong geen
meester. Hij kende al de kleine
schandalen in 't land verwekt door
paters of pastoors of nonnen, ver
telde ze luid en viel in twist met
boeren die hij uitschold omdat
zij geloofden aan hemel, hel en
vagevuur. Meer dan eens werd hij
door de waard aan de deur gezet
omdat deze zag dat de boeren en
gelovige mensen verontwaardigd
waren en dreigden weg te gaan of
ook aleens te vechten. Dan kon
Pier op straat staan vloeken dat't
huis dreunde en de mensen ineen
krompen van schrik.
Op zekere dag dat Pier dronken
als een Zwitser weerom zat te
schimpen en uit te vallen op ge
loof en kerk, op de achterlijkheid
van de katolieke volkeren, hun
onwetendheid en hun armoede, op
de vermindering van 't godsdienstig
gevoel en de aanstaande van de
kerk, had een jonge boerenzoon,
die meester was in de zondagschool
met grote hoogdravendheid en
plechtigheid geantwoord met een
spreuk die hij nog van de onder
pastoor gehoord had dat de kerk
een sterke rots was waartegen de
baren van de goddeloosheid en de
poorten van de hel niets vermochten.
En de jonge boer die nog twee jaar
latijnse klas gedaan had in 't kol
lege te Ninove, voegde er zijn pijp
vullend bij "Tu es Petrus et
super hanc Petram aedificabo
eclesiam meam"
Dit latijn maakte een kolossale in
druk op de aanwezige dorpelingen
in wier gedachten de jonge boer op
eens een onuitputtelijk vat van
geleerdheid was geworden hij
werd luidruchtig goedgekeurd en
Pier uitgescholden en uitgelachen.
Pier, in 't eerst verbluft, zette
zijn pet op zij, nam zijn kin in
zijn hand, en 't hoofd een weinig
neigend, bezag zijn tegenstrever
met scherpe, half gekkende blik.
Dan sprak hij
-Maar zeg eens, gij schoolvos met
uw latijn waarvan ge niets ver
staat, gij die met uw lange oren,
beter de bakten naar de molen van
de mulder op uw rug zoudt dragen
dan met wijze mensen redeneren,
kunt ge me zeggen wie dat gezegd
heeft
-Zeker, luidde 't antwoord, Onze
Heer zelf.
-Ja, goed, sprak Pier knikkend en
nog altijd peinzend, ge weet er
toch iets van. En tot wie sprak
hij die woorden
-Tot Petrus en de vissers.
-Nog goed, sprak Pier, zeer goed,
opperbest. Maar wat denkt ge dat
de grote profeet (zo noemde Pier
Onze Heer, daar hij noch aan
God noch aan zijn gebod geloofde)
met die woorden tot eenvoudige
en onwetende vissers gericht,
wel wilde zeggen
-Wel, luidde 't antwoord, dat de
kerk die hij stichtte onvergan
kelijk was en eeuwig zou duren.
Zo was het, dat meenden de andere
aanwezigen ook dit hadden ze
dikwijls horen prediken.
Pier schudde het hoofd, neep zijn
ogen toe en stak zijn gesloten lip
pen vooruit zijn pint, die hij
scheef hield, stortte 't bier met
zwalpen op de vloer, zo zat was hij,
en t hoofd schuddend sprak hij
met een bitter gekkende stem
-Gij zijt er niet, gij zijt er niet!
Tu es Petrus, dit wil zeggen:gij
Petrus, ge zijt een visser, onwe
tend, dom een slimmerik kan u
bij de neus leiden als hij wil, u
uitbuiten, u plunderen en u wijs
maken wat hij wil gijde dommen,
de onwetenden, de onontwikkelden,
de ezels, gelijk ik u allen voor
mij zie zitten, riep Pier de armen
zwaaiend, gij zijt de rots van de
kerk, maar als de mensen allen zo
slim en zo geleerd zullen zijn ge
lijk Pier Huybrechts en zijn broer,
die schoolmeester is in Gent, valt
gans de boel in duigen.
En Pier met een slok dronk het
restje van zijn bier uit en
vroeg nog een pint. De zondag
schoolmeester was verontwaardigd;
gekijf, en vijf minuten nadien
lag Pier buiten, 's Anderendaags
had hij verscheidene builen op
zijn hoofd, zwarte vlekken op zijn
lijf en grote pijn aan zijn rib
ben.
Deze voormiddag waren de woorden
van Pier Huybrechts dikwijls in
de geest van Jan Vleminx opgekomen.
Op de eenvoudigen, op de onweten
den, op de verachterden vooral
zag hij nu klaarder dan ooit de
macht van de kerk en door de
kerk de macht van de achteruit
kruipers, de behoudsgezinden, de
vijanden van zijn volk gegrond
vest
Volgende maand De biecht
van Jan Vleminx