RW80 en
de SPOORWEG
skoon ninove
AFVALWATER aan
de ALBERTLAAN
rubriek;,
-van
a'erkgroep
^fmifieu
DE AAP KOMT UIT DE MOUW
!■-■«(!
Een ding kan men van Herman De Croo
zeggen. Hij is consequent. Hij is
een groot voorstander van de RW80,
van het private autoverkeer en een
groot afbreker van het Openbaar
Vervoer, inzonderheid van de spoor
wegen. Logisch is dat. Hij stelt
vast dat de spoorwegen per dag 50
miljoen verlies lijden, dat zich
nog slechts 15 van de mensen met
de trein verplaatsen, dat, gezien,
we toch een goed wegennet hebben,
het veel comfortabeler en sneller
is zich met de privéauto te ver
plaatsen. Ook in 1983 gaat het
spoorverkeer met 2 achteruit.
Om het verlies te dekken doet men
de prijs van het spoorkaartje
drastisch stijgen en het comfort
(stiptheid, service, aanbod) dalen.
Het spoor is een marginaal bedrijf
geworden met een schitterend verle
den, veel personeel, maar niet aan
een reële behoefte voldoend. Dus
een bedrijf zonder toekomst, zoals
steenkool en staal, iets dat alleen
nog stand houdt dank zij massale
overheidssteun. En de overheid
heeft geen geld, dus het mes erin,
zo redeneert De Croo.
En inderdaad, wanneer de spoorwegen
er niet in slagen terug kliënteel
aan te winnen, zijn ze veroordeeld
om te verdwijnen. De basisprijs
voor het onderhoud van de infrastruc
tuur en het materiaal en voor de
instandhouding van een goed trein
aanbod gespreid over de dag, is zeer
hoog en kan maar vanaf een bepaalde
kliënteeldrempel verantwoord worden.
Onder die kritische drempel zitten
thans veel spoorlijnen of stations.
En ook de lijn 90 Geraardsbergen-
Denderleeuw zou wel eens snel ONDER
die drempel kunnen komen te liggen.
Neem nu het nieuwe NMBS-plan voor
1984. Minder treinen en minder goede
aansluitingen te Denderleeuw. Voor
Aalst moet men steeds overstappen
te Denderleeuw en ten minste 15
minuten wachten. En wachten te
Denderleeuw is al geen pretje. Geen
rechtstreekse verbindingen meer met
Gent of de kust of de Ardennen.
Men is anno 1984 sneller van Ninove
naar Aalst met de fiets dan met de
trein En ook voor Gent is dat zo.
De studenten en pendelaars, die
vanuit Ninove 's morgens naar Gent
moeten, zien praktisch al hun goe
de verbindingen geschrapt en mogen
de wekker nog een uurtje vroeger
zetten. Trouwens waarom nog met de
trein van Ninove naar Aalst gaan?
Wie het station uitstapt is nog
nergens en moet nog een bus of een
taxi nemen om de nieuwe instellingen
te bereiken (bv ziekenhuizen en
industrieparken) die allemaal aan
de autowegen ver van het stadscen
trum en het station zijn inge
plant. Wat verbinden spoorverbin
dingen nog met wat Treinen laten
rijden die nergens heen rijden
heeft inderdaad geen zin.
Dus leve de autowegen Zei De Croo
niet, dat een snelle busverbinding
tussen Ninove en Aalst veel effi
ciënter zou zijn dan de huidige
treinverbinding (Het Nieuwsblad
van 12 december 1983). En gelijk
heeft hij. Behalve op één punt.
Het ecologische evenwicht dat ver
stoord wordt door de auto. Autover
keer betekent 1.300 doden per jaar,
tienduizenden gekwetsten, meer
lawaai, minder landschap en land
bouw, luchtvervuiling, onleefbare
steden. Dus openbaar vervoer is
inderdaad geen competitief alter
natief voor privéverplaatsingen
als men het probleem van de ver
plaatsing (kostprijs, duur, comfort,
enz) louter op zich bekijkt. Open
baar vervoer is wel een geldig al
ternatief als men de vervoerspro-
blematiek in de context van het
milieuevenwicht en het milieube
houd plaatst. Dan heeft investeren
in en subsidiëren van het spoor
zin, omdat men niet alleen voor
de treinreiziger betaalt maar ook
voor het milieu. De burger moet
echter in ruil ook een zekere in
spanning doen om het ongemak van
de trein te verkiezen boven het
gemak van de eigen wagen. Dit kan
gestimuleerd worden door aantrekke
lijke tarieven en dit is maar haal
baar bij een redelijke service. Dit
veronderstelt tevens een beleid van
ruimtelijke ordening dat maakt dat
diensten (ziekenhuizen, scholen,
enz)bereikbaar blijven met het
openbaar vervoer, inzonderheid de
trein). Dat is onze visie. Openbaar
vervoer, ja, wanneer dit geplaatst
wordt in de globale ecologische
context. En hier begrijp ik Clement
Prieels en zijn ACW-geestesgenoten
niet. Zij pleiten ook voor het spoor.
Prachtig. Maar eveneens voor de RW 80.
Dus én openbaar vervoer én milieuaf
braak. Zo staan zij tweemaal aan
de kant van de verliezers pleidooi
voor het spoor is een pleidooi voor
een financiële aderlating van vele
miljarden. Pleidooi voor de RW 80
is een pleidooi voor landschapsver-
lies. Laten we de problemen van de
lijn 90 (Geraardsbergen-Denderleeuw)
eens nuchter analyseren. Wie gebruikt
de trein van waar tot waar, om welk
uur, om wat te gaan doen Welk
potentieel kliënteel kan op korte
termijn aangetrokken worden? Wat zijn
de gevolgen van prijsverhogingen,
wat van minder goede verbindingen
te Denderleeuw, wat van de aanleg
van nieuwe wegen (RW 80)wat van
het verplaatsen van instellingen
(bv.ziekenhuis) op het treinenge-
bruik Nogmaals, mensen gebruiken
niet de trein, omdat er treinen rij
den. Wat zal het kliënteelverloop
zijn als Geraardsbergen via Edingen-
Halle een betere treinverbinding
heeft met Brussel (De Croo in
Het Nieuwsblad van 12 dec.)
Wat als de RW 80 er ligt en velen
beslissen uit Zandbergen en Appel-
terre met de auto tot in Denderleeuw
te rijden Dat zijn de vragen die
moeten worden gesteld. Indien de
lijn 90 er niet in slaagt haar
kliënteel te behouden dan is de
toekomst van deze lijn niet roos
kleurig.
Ninovieters, let op uw zaak. Ninove
neemt structureel een zeer zwakke
plaats in, in het geheel van het
spoorwegennet (bv. ten opzichte
van Aalst, Denderleeuw of Geraards
bergen, zelfs ten opzichte van
Zottegem, Wetteren, Lede)Maatrege
len die het treingebruik in de
Ninoofse regio onaantrekkelijker
maken (de huidige NMBS-regeling
doet dat) of al te eenzijdig de
autoverbindingen bevoordelen (ver
gelijk inderdaad de autoverbinding
Ninove-Aalst via de toekomstige
RW 731 met de toekomstige treinver
bindingen en dan weet men genoeg)
betekenen dat op lange termijn de
lijn 90 zeer, zeer marginaal zou
kunen worden. De rijken kunnen daar
niet om treuren. Alleen zullen de
marginalen in onze maatschappij
(de niet-autorijders) nog margina-
ler worden. Natuurlijke selectie
dus. Met Herman De Croo als de
sterke winnaar.
Dirk Van de Perre
Ninove is rond de Beverbeek gegroeid.
Eens maakte men ruzie over het water
van deze beek die twee molens aan
dreef in Ninove-centrum. Tot na de
tweede wereldoorlog zwommen de vis
sen in deze beek tot aan de Dam.
Daarna begon de miserie. De Bever
beek diende in de stad enerzijds
als riool (op haar loop stonden
de klassieke openbare 'piscines')
maar zorgde anderzijds sporadisch
voor wateroverlast. Gevolg ener
zijds werd de beek grotendeels
overwelfd, anderzijds werd de beek
afgeleid via Den OS naar de Dender.
Een stuk van de Beverbeek werd
gedicht. De G.B. werd er op ge
bouwd maar vanaf de Gentse Straat
bleef de loop van de beek bestaan
om als natuurlijk kanaal te dienen
voor de afvoer van rioleringen en
de afvloeiing van regenwater. Geen
brondebiet dus, of permanente door
stroming, maar een beek die als
open riool dient. Vooral tussen de
Gentse Straat en de eigendom De
Doncker is de toestand zeer erg.
Aan de eigendom De Doncker ontvangt
de Beverbeek nog iets van debiet
omdat daar de Snoekgracht in de beek
uitmondt. Maar deze Snoekgracht, die
al het huishoudelijk afvalwater van
de wijk Hof ter Duyst meevoert is
eigenlijk ook niet veel meer dan een
strontbeek. Het stuk Beverbeek vanaf
de eigendom De Doncker onder de
Albertlaan en de spoorweg tot aan
de Dam is dus een open riool met een
zeker debiet. Onappetijtelijk, vies
maar toch nog stromend. Tussen de
eigendom De Doncker en de brug aan
de Gentse Straat is het nog erger ge
steld omdat de beek daar geen debiet
Voor de fusie (1977) vormde dat stuk
van de Beverbeek de grens tussen
Outer en Ninove, dus geen van beide
gemeenten deed iets om de toestand
te verhelpen. De bedding van de wa
terloop is trouwens staatsdomein.
Na de fusie bleef het eveneens bij
het oude. Voor gans deze toestand
is maar één oplossing.Zo snel moge
lijk een collector leggen naast de
beek. De beek kan niet overwelfd
worden, omdat ze tevens het regen
water moet afvoeren. Vergeet niet
dat de G.B., de Gentse Straat en
het Niepersveld hun afvalwater in
dit stuk van de Beverbeek lozen.
En van wie zou de olie afkomstig
zijn Van het autocenter van de G.B.?
Het zou niet de enige garage zijn in
Groot-Ninove die via de rioleringen
olie loost Kortom wanneer gaat
men nu in Ninove eens snel een prio
riteitenplan aanleggen inzake water
zuivering Op de wijk Herlinckhove
heeft men een zeer grote, volgens
mij grotendeels onnodige collector
aangelegd. En honderd metaj" verder,
waar er echt behoefte is aan een
collector doet men niets. Zoook
voor de Snoekgracht. Waarom geen
klein waterzuiveringsstation voor
zien ter plaatse. Dat kost een
drie a vier miljoen. Voor de prijs
van één atletiekpiste (40 miljoen)
lost men wel op tien plaatsen in
Groot-Ninove het waterzuiverings
probleem op. Maar die problemen
lost men liever op door 300 miljoen
uit te geven. Dat is nu eenmaal de
logica- van het bestuur. En wij
maar belastingen betalen en dank
u wel zeggen.
Dirk Van de Perre
meer heeft en als open maar stilstaan
de riool fungeert. Zo ben ik onlangs
een kijkje in de tuinen van de eigen
dom Van Ongeval gaan nemen in de maand
november op het einde van de lange
droogteperiode. In de beek stond een
vuile dikke brei, bovenaan pikzwart
van de olie. Hier en daar het ontbin
dend geraamte van een eendj e of
kuiken dat in het water versukkeld
was en het avontuur niet overleefde.
Het verhaal van deze mensen is klas
siek. Reeds jaren brieven schrijven
naar links en rechts. Af en toe een
dienst die een waterstaai komt ne
men. Gemeentebesturen die de recla
maties over hun rug laten lopen. De
toestand duurt daar al twintig jaar.