Si i ii e i i e
lezers^*
brieven
LtJg
't KLOKZJIEL JUL-AUG.
GEMEENTERAAD P7 en P 21
"BOUWZIEKTE"
Veeleer dan een "bouw-
ziekte", blijken Ninoofse
schepenen en zelfs raads
leden en lokale pers te
lijden aan "informatie-
ziekte".
In plaats van ernstige en
korrekte informatie te
verschaffen wanneer op de
gemeenteraad blijkt dat
schepenen en raadsleden
maar blijven aanmodderen,
legt Machiavelli de handen
in de schoot en verzucht:
"We hadden gehoopt meer te
horen". De korte tijdspan
ne tussen gemeenteraad en
publikatie 't KLOKZJIEL is
maar een half ekskuus om
dat de kranten al sinds
begin juni blokletteren
over het Ninoofse bouw-
schandaal aan de Centrum
laan.
Maar zijn de kranten dan
zo hard van stapel gelopen
als raadslid De Rouck
meent?
Even nagaan:
- In HET VOLK van 4 juni
zag ik het eerste kran
tenartikel. De toon was
enigszins gezwollen,
maar eigenlijk stond er
niets in dat onwaar was.
De enige onduidelijkheid
bleef de kwestie of al
dan niet ooit een bouw
vergunning verleend
werd. Duidelijk genoeg
was het feit dat, zo
deze ooit heeft bestaan,
ze sedert maart ongeldig
was.
In HET NIEUWSBLAD van
10 juni leest men dat
raadslid Priëels in een
brief van 26 mei aan
burgemeester Cosijns
stelt dat er geen bouw
vergunning werd verleend.
De aandachtige waarnemer is
geneigd om dit laatste voor
waar aan te nemen.
De bouwvergunning heeft
bijvoorbeeld nooit uitge
hangen op de werf.
Raadslieden en zelfs som
mige schepenen schijnen
niet te weten dat (of
doen alsof) afwijken van
de goedgekeurde plannen
niet hetzelfde is als bou
wen zonder vergunning ter
wijl deze vereist is.
In het eerste geval ("af
wijkingen") kan geen over
treding vastgesteld worden
zolang ze niet werd be
gaan.
In het tweede geval kan
de overtreding dadelijk,
bij het begin van de wer
ken al worden vastgesteld.
In dit konkreet geval is
er in de huidige stand die
het gebouw bereikt heeft
nog geen strijdigheid met
de bepalingen van het BPA
Bi.j zonder (en niet "be-
perkt" ter attentie van
•tKLOKZJIEL) Plan van Aan
leg.
titMsSOk
de omstrexlen werF op 4e.
he>ek v<an de ^>vrdntffreutt
ebde, CentrvMlaqn 9
Rar ]$el: wo-i* zaX he-t" wordcnj
Een tro-pptTsiwiWe misschien?
Om die reden hoefde de
bouw dan ook niet te wor
den stilgelegd.
Wel om reden dat er geen
geldige bouwvergunning
meer was sinds de vernie
tiging, in maart, van het
besluit der Bestendige
Deputatie die in oktober
het beroep inwilligde dat
de bouwheren hadden inge
steld tegen de weigering
der vergunning van augus-
tus 186.
Wellicht is het ook niet
tot het afleveren van een
vergunning gekomen na het
gunstig besluit der Be
stendige Deputatie. En dit
is dan ook de hamvraag:
heeft het schepencollege
al dan niet ooit enige
bouwvergunning afgeleverd
op grond van welke beslis
sing ook?
Zo het antwoord op deze
vraag "neen" is, staat het
vast dat het stadsbestuur
van bij het begin van de
werken in gebreke bleef om
op te treden zoals het in
dat geval hoorde, nl. door
de werf te doen stilleggen.
Zo het antwoord "ja" is,
staat vast dat het stadsbe
stuur sedert de kennisge
ving van de vernietiging
(in maart) van het besluit
der Bestendige Deputatie,
in gebreke is gebleven tot
begin juni om de werf te
doen stilleggen.
Tot bewijs van het tegen
deel, geloven wij echter
dat het nooit is gekomen
tot de aflevering van een
bouwvergunning, en dat het
stadsbestuur van in den
beginne heeft gedoogd dat
de werken zonder vergunning
plaats hadden.
De kranten zijn dus niet
te hard van stapel gelopen.
Een andere vraag is te
stellen naar de bouwaan-
vraag zelf; en enige in
formatie is te verstrekken
over de rol die het sche
pencollege normaal speelt
wanneer er - zoals in dit
geval - plannen ter goed
keuring worden ingediend
die afwijken van de voor
schriften die het BPA op
legt.
Het schepencollege kan in
dat geval onmiddellijk een
besluit opstellen tot wei
gering van de bouwvergun
ning. Het kan ook het dos
sier met een gemotiveerd
voorstel tot afwijken (van
het BPA) overmaken aan de
gemachtigde ambtenaar
(Stedebouw) voor advies,
maar moet dan ook het be
schikkend gedeelte van dat
advies opnemen in het be
sluit dat het schepencol
lege nadien moet afleveren.
Dat is de procedure voor
zien door artikel 51 van
de wet van 29 maart 1962
't Schietkot neemt alle brieven
op die betrekking hebben op de
inhoud van de krant of op groot -
Ninoofse toestanden.
Algemene onderwerpen worden liefst
zo kort mogelijk behandeld.
De redaktie houdt zich het recht
voor te lange brieven in te korten.
Alle brieven dienen naam en adres
te vermelden.
Indien nodig kan de schrijver of
schrijfster vragen enkel de initia
len te vermelden of "naam en adres
bekend bij de redaktie"
De krant is niet verantwoordelijk
voor de inhoud van de brieven.