de loekepee en de vliegende fioëtj En nog was het Franse aftel rijmpje van 'Madame Leroi1 van de vorige keer, niet kompleet. Op het einde moest het zijn Dix onze douze Madame l'épouse? Qui est jalouse Jalouse de quoi Jalouse de toi De Ninoofse versie is echter nog steeds niet uitgekomen. Bij de bespreking vorige maand, van de Ninoofse kinderspelen heb ik enkele vraagtekens geplaatst. Zo vroeg ik mij af van waar de uitroep kwam 'katern is genoemd!' in het 'katje wegstoppers spelen'. Jackie De Ridder wijst er mij op dat de uitdrukking waar schijnlijk een vervorming is van 'k had hem mis genoemd' en dat het dus beter geschreven wordt als katern mis genoemd'Hij kan best gelijk hebben, maar dan hebben we hier te maken met een ABN-term en niet met een Ninoof se uitdrukking, anders zouden de kinderen roepen 'k o em mis genoemd". Wat het meisjesspel 'met de baulekes' betreft, heb ik, be- 'halve wat ik reeds van mijn zus hoorde, geen reaktie gekregen. Ik kan dus niet méér vertellen dan wat ik van haar weet. Ze herinnert zich niet dat er een meer specifieke benaming bestaat dan de hierboven vernoemde. Dit jongleerspelletje wordt gespeeld met twee of drie kleine ballet jes. Ze vermoedt dat er zo'n tien spel variaties waren die dan telkens tien keer herhaald werden. Ze herinnert er zich echter slechts vijf - geweun - oeverhands - onder a biën - omheug en in a hanne plasjen - tegen de mier en in a hanne (handen) plasjen. Het gaat dus telkens 'moeielaui- ker en moeielauiker Maar wie kent de andere varia ties SAGEN EN LEGENDEN Vooraleer 't Klokzjiël de doods klok luidt, wordt het tijd dat we een ander onderwerp aansnij den. We hadden stof om enkele jaargangen lang te roefelen. Maar ja, niks aan te doen... tenzij er een wonder geschiedt. Stel je eens voor dat een kliek je kabouters ons lay-outwerk kwam doen of dat er een ezel een hoopje geld liet vallen... Ge snapt al waar ik naartoe wil, we stappen de wondere we reld binnen van heksen, duivels, fabeldieren en andere figuren uit vertelsels, sagen en legen den. Wie denkt dat die vreemde schepsels Ninove zijn 'voorbij gelopen komt bedrogen uit. Maar laat ons begirnvcr pij het begin In oude uitgaven van sprookjes boeken (van Grimm bijvoorbeeld) beginnen de meeste sprookjes met de woorden "Er was ereis een...". Dat woordje "ereis" wordt nu vervangen door "eens" of "een keer". Ik dacht eerst dat "ereis" een samentrekking was van "er eens" tot ik een Ninovieter iets hoorde zeg gen in de trant van "Van dees reis (rausj) zal 't nie waar zijn (woër zaunj)"en het woord "Peis" werd duidelijk niet ge bruikt in de betekenis van "uitstap" maar in de betekenis van "Deze keer zal 't niet waar zijn". Dus komt "ereis" waar schijnlijk niet van "er eens" maar van "een reis" of "een keer" In Nlnove worden niet zo gauw meer sprookjes verteld (hoewel er wel enkele plaatselijke be waard zijn, waarover later meer), maar in het taalgebruik is er toch wel één en ander blijven hangen en zeker als het gaat om kinderen bang te maken of in toom te houden. Wie is er nooit bang geweest voor "de loekepee", de typische boeman van de streek. Het eerste deel van het woord komt misschien van "lokken" (de kinderlokker) of van "lon ken (de man die uitkijkt naar stoute kinderen). "To look" in het Engels betekent "kijken" of ook "dreigend kijken". In het decembernummer van vorig jaar heb ik het al gehad over het bezweringsteken "kruisken van Fosse Leine" en dat de fi guur van Fosse Leine; die waar schijnlijk echt bestaan heeft, vooral bj kinderen doorging als "teuveres"."Beteuverd zaunj" betekent in Nlnove zichzelf niet meer meester zijn, zo'n beetje "van d'hand Gods geslegen zijn". Wie Marie-Lowis van de Slasje- winkel al haar entree op café heeft zien maken met de uitroep "Ik ben pesjies beteuverd" zal weten wat ik bedoel "Kledden me zan keet" is ook zo'n boeman als de loekepee. Het is een geest die geen rust vindt en herkenbaar is aan de rammelende kettingen die hij overal meesleurt. "Kledde(n) leupen" betekent dan ook doel loos rondlopen. "Kledden" moet echter al veel van zijn afschrik- kingseffekt verloren hebben, want "ne kledden" betekent hier ook "een onnozelaar", idem voor "ne kleddemavel Ook spoken schijnen nog weinig indruk te maken want "e speuk" is hier ofwel een wisDelturia kind ofwel een lelijk vrouwmens, een scharminkel dus. A propos, kent ge het werkwoord "skarminkelen" ?Weldat zou slaan op het barbaarse gebruik dat vroeger bestond (in Eichem of Zandbergen om lawaai te maken met deksels e.d. vóór de deur van een zwangere ongehuwde vrouw. De maatschappij kan wreed zijn, nietwaar Spoken zijn geesten. Kent ge de uitdrukking "'t zenj goei giëst'n da kiër'n" Ons aller Jefje Prot gebruikt ze nog regel matig als hij op café (waar an ders?) iemand ziet binnenkomen voor de tweede of derde keer. Maar om nog even op de kinder angsten terug te komen. In de buurt van de Diepe Straten maak te men vroeger naar het schijnt de kinderen bang van "de zwette moesj", waarbij het dan in wer kelijkheid ging om de kolenbran der van de steenbakkerij. Dat de brave man zwart zag zal wel meer met zijn beroep dan met zwarte magie te maken gehad hebben...

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Klokzjiel | 1987 | | pagina 24