16ONZE VOORLOPERS
Fw' llPwÏÏ" DS een'ge °riêinal'teit aan dlt
IffliBIB
't Klokzjiël heeft 8 jaar lang geleefd, maar bestond er al iets dergelijks vóór dit leven? Was
er een voorvader? Niet dat we weten. Toch hebben we laatst één artikel ontdekt waar we ons in
kunnen herkennen. Het zijn enkele losse bladzijden, genummerd van 37 tot 41, ze zijn onder
tekend door niemand minder dan PAUL DE MONTonze bekende Ninoofse schrijver en geïllustreerd
door de niet minder bekende LUC DE DECKER. Uit welk geheel deze bladzijden komen, weten we niet,
maar ze zijn met een scherpe pen geschreven en van de nodige humor voorzien om er voor ons,
Zjiëlen, een voorvader in te zien.
Dit artikel is voor de Ninovieter van uitzonderlijke dokumentaire waarde, mede door de illustra
ties die ons een beeld geven van het oude Ninove (van tussen beide oorlogen?). We herkennen de
oude stationsbuurt en Fernand Tavernestraat, toen nog IJzerenwegbaanmet enkele voortuintjes!
de Graanmarkt ten tijde van de fameuze "Aurekasj" met een of andere telefoon- of elektriciteits-
paal op de voorgrond, onze stadsbeiaard met scheve windhaan, de Koepoort toen de "Skramoeljekasj"
ofte Twijdersweg nog bestond en de oude Weggevoerdenstraat ter hoogte van de vroegere college
gevel toen de abdijmuur er nog stond, maar de kastanjelaren werden gerooid. Daar treurden onze
voorlopers om, zoals wij nu doen om de machtige majetueuze rode beuk, die onlangs aan het Sta
tionsplein werd omgezaagd door de Christelijke Mutualiteiten (dringend aan verpleging toe!).
Zo'n vijftig jaar geleden waren er dus al mensen die voor de schoonheid en leefbaarheid van
hun stad opkwamen. We schenken u deze bladzijden als afscheidspresentje
EBtlXlH
God hebbe de ziel van
Strooke van Wimperzele! Zij
kan nergens beter zijn dan in
den hemel, te oordeelen naar
wat zij haren eigenaar op aarde
deed verrichten. Het was in
den tijd toen de eerste spoor
baan door de gouw moest ge
trokken worden. En Strooke was niet alleen eigenaar van een
ziel, wat hij misschien zelf niet al te goed wist, maar ook van
koebeesten, wat hij zooveel te beter wist. Er is mij altijd verteld
geworden dat hij vreesde dat de vapeur de melk zou doen
zuren in de uiers van het grazende vee. En zoo kreeg niet Ninove
doch Denderleeuw het groot station, dat na den oorlog opge
hoogd werd, met het gevolg dat daar thans bestendig een soort
noordsche mistral waait, die de menschen letterlijk in de tunnels
vaagt.
Strooke is lang dood, maar zijn geest waart nog altijd over
de stede. En de uitkomst is dat ik verlegen zit met dit opstel.
Ik kan heusch, in geweten, de liefhebbers van stedenschoon naar
hier niet lokken. Daarentegen mag ik in vertrouwen zeggen, tot
de nieuwsgierige toeristen «Bezoekt Ninove! 't Is zonder con
currentie het leelijkst stadje van het land, en wellicht van weste
lijk Europa. Met deze formuul hoop ik de waarheid en de
nering te dienen want van dit standpunt is Ninove een kijk
waard en overwaard.
Ninove is een ville tentaculaire zooals Verhaeren zong
doch in den letterlijken zin van het woord. Poëzie moeten wij
hier niet zoeken, tenzij misschien in den localen folklore
Onder de brugge
zat een mugge
met haar muil wijdopen.
Zeven ezels
achttien kwezels
kwaam'er uit gekropen.
't Eerste was een mosselman,
't tweede was een zavelman,
't derde was een blinkmarchan'
die schoenen blinken kan.
Het vlek ligt daar als een intvisch niet verkeerd begrijpen,
want de gevels zi)n kraakproper wit geverfd! met een schrale
ronde kom en vier, vijf lange voelarmen van straten. Hier en
daar staat er nog een huis met een puntgeveltje maar weest
vervangen
toen
naar
gerust, werd het behoorlijk gemoderniseerd van onder, van
boven bleef het ongerept of nagenoeg.
De Koepoort moet schoon
geweest zijn, vroeger toen zij
treurde in grijzen Santberg-
schen zandsteen. Doch er is
een opvolger van Strooke van
Wimperzele gekomen, en hij
heeft dien gepensionneerden
militair in een burgerlijk pak
rooden Boomschen steen ge-
duffeld, om van de innerlijke
restauraties niet te gewa
gen. Misschien een beetje uit
wraak, want het is aan die
Koepoort dat de Ninovieters hun bijnaam van wortelkrabbers
wijten. De stad was belegerd, de grendel van de poort was
verloren geraakt, en zoo werd er dan maar een dikke wortel
voor geschoven. Doch er kwam een ezel misschien uit de
muil van de mugge! hij speelde den wortel binnen, en zoo
viel de oudste, stoutste en wijsste burcht van Vlaanderen,
volgens Sanderus.
Met het Stadhuis is ongeveer
J het tegenovergestelde gebeurd.
x Op dit honderdprocentig
burgerlijk wit vierkant ge-
bouw, hebben ze voorwaar een
vierkant torentje geheschen
-yl' zoodat het geheel doet denken
aan een politiecommissaris in
WMKSK burger, maar met zijn kepi op.
'I «F4' Sm SB torentje is dat het, al is het nog
i 200 'aa£ °P z'in &at êe2eten> het
middel vindt om nog scheever te
hangen dan de toren van Pisa.
D'er bengelt een beiaard in, waarvan de zes of zeven zuiverste