Landbouwers, leest en verspreidt ons blad. hebben, dat pen en ploeg zoowel in één en dezelfde hand gehanteerd wordt. Het is eindelijk tot een Terweer geko men bij hen, die als stomme wezens gedurende vier lange jaren -belasterd en behandeld worden als verachterde en gehate lieden honderde boeren waren de wroetende slaven van enkele gelukzoekers. Stoutmoedig in een sprong zijn zijde gehoonden, op de bres gesprongen tot verdedigers van hunne belangen en ontstolen goeden faam. De Koorn- bloem is het vaandel van ons boerenleger geworden, een heilig iets, waarvoor men strijd met hand en tand, de licht toren, dat de zwaar bevrachtte schepen de veilige haven wijst. Is een weekblad geen uitertst best gekozen wapen tot verdediging van onze standsbelangen. En wat gezegd van ods blad als leerschool in het landbouwvak een progressief onderlicht van week tot week geen vage theoriën, maar degelijke wetenschapstudie is het beste middel om een mensch zedelijker wijze hooger te tillen ligt er in het leeren geen zekere waarborg van gebeurlijke onheilen En wanneer een boer de wet der natuur er de ontwikkeling der natuurkrachten zal opgespeurd en begrepen hebben, zal hij zich dan niet gelukkig achten en tevreden worden met, zijn lot. De wijze streeft naar kennis, naar waarheid, naar vastheid in zijne princiepenen daarin naar rust in zijn leven. Want Als de deinende zee is het leven Steeds rusteloos wentelt en stuwt Nu de vloed dap de ebbe der wereld Golf op golf, als geslacht op geslacht. Zoodus wie niet sterk staat in den levensstrijd wordt de speelbal der woeste wereldsbaren, de verschopte der samen leving. Brengt eenheid van gedachten en werken geen sterkte, terwijl verdeelheid zwakte baart, meestal voor- spruiters uit ikzucht en eigenbelang. Hoe beter sterke een heidsbanden smeden tusschen de leden van onze wijd uit gestrekte vereeniging dan door ons blad, symbool aan hetgeen we' willen en van wat we zijn. Door de Koorn- bloem hebben we een best bevorderingsmiddel tot ver koop of aankoop van landbouwprodukten de verkooper, door eene kleine aankondiging achteraan in ons blad, vindt honderd maal gelegenheid zijne waren op zijn hof te ver- koopen, terwijl hij anders alles naar de markt moet sleuren en vele kosten maken, om het daar soms onder de waarde af te staan de kooper vindt een goede gids in de aankon digingen, spaart eene gansche week loopens en tien a vijf tien franken aan verteer. Vijf centiemen brengt hier vijf franken op. Dus ons blad is een goudmijn voor onze boeren. Zullen we hier niet gewagen van de beschuttende kracht van ons blad, een schild tegen bedrog. De waren, geleverd door de boeren granen, aardappels, boter, eieren, melk en slachtvee, zijn weinig of in 't geheel niet vatbaar voor ver- vervalsching. Maar dat kan men niet zeggen van de land- bouwbenoodigheden zooals, veevoeder, kunstmatige mest stoffen, zaden? Wat menigvuldig bedrog heerscht daarin niet En de beschermwetten tegen bedrog Die deden niets uit, maar wee de melkboerin die hare melk durfde doopen haar ontsnapte geen straf. Zoo ziet men, dat ons blad eene menigvuldige roeping voorhanden ligt en de vruchten en voordeelen ervan ook menigvuldig zijn. Zitting van Vrijdag 13 December 1918. De heer Maenhout, Voorzitter, spreekt over verschei dene punten en vraagt dan aan het talrijk publiek Is er iemand die het woord verlangt De heer O. Caudron, Schrijver van de Landbouwers- vereeniging van het arrondissement Aalst, staat recht en vraagt het woord. De heer O. Caudron. Mijnheeren, in naam der land- bouwersvereeniging van het arrondissement Aalst, neem ik de eerbiedige vrijheid uitleg te vragen over eenige punten. Volgens ik uit den mond van den Heer Voorzitter vernam is men zinnens de opgezochte koeien welke na vijftien dagen niet erkend zijn in het openbaar te verkoopen.Daarte gen moet ik protesteeren.Ik vind dat men die koeien nietzou moeten schatten volgens gewicht en hoedanigheid maar aan een officieele hoogsteprijs en ze verloten tusschen landbou wers zonder vee. Bij openbare verkooping zullen deze koeien drij tot vier duizend frank geroepen worden, en hoe kan een landbouwer die aan zulke prijs een koeiken terug op stal krijgt zijn melk afleveren aan 30 of 40 centiemen. - Als de melk aan officieele prijzen wordt gezet moet men dit ook voor de koeien evenals voor alle andere waren doen. De heer Maenhout. Ja, dat ware niet «lecht wij zullen uwe woorden in acht nemen. De heer Caudron. Volgens een besluit van Koning Albert in 1914, moest al het graan en andere eetwaren dat niet noodig was voor eigen rantsoeneering afgestaan wor den aan een officieele prijs. De Duitschers hebben dees besluit verkracht en op onwettige wijze al het graan opgeeischt. Nu, volgens een nieuw besluit van den heer Gouverneur vernemen we dat de landbouwer moet afgeven, het graan dat hij niet noodig heeft voor eigen gebruik. Bijgevolg hebben vele landbouwers, bijzonder de kleine veel graan afgeleverd dat zij mochten gehouden, aangezien dat zij uit schrik aan de Duitschers bijna alles afgaven. Is het niet noodzakelijk aan deze hun graan terug te geven nu zij niet meer buigen moeten voor de onwettige handelin gen der Duitsche bezetters De heer Maenhout. Dat is onze zaak niet, dat is voor de Lakenhalle. De heer Caudron. Ik vraag verschooning heer Voor zitter ik denk toch wel dat het uwe plicht is als vertegen woordiger en zaakvoerder der landbouwers hun ook recht te doen geworden. De heer Maenhout. Gelief uwe aanvraag schriftelings te doen ik zal U ondersteunen. De heer Caudron. Ik ben 't akkoord met den heer Voorzitter dat er een gedeelte melk moet afgeleverd worden voor vrouwen, kinderen en ouderlingen maar, aangezien alle waren in den handel welke de landbouwers moeten inkoopen nog zoo duur zijn dient de prijs verhoogd te wor den. Ik vraag ook ten zeerste dat de landbouwers het recht hebben controol uit te oefenen op de verdeeling der melk. Ik geloof dat, wanneer wij onze melk aan een kleine prijs afleveren, wij ook het recht hebben te weten wat er met onze waren gebeurd. Ik vraag vertegenwoordiging #der landbouwers in de Bevoorradingskomiteiten. Sinds zes maanden vragen wij de vertegenwoordiging in het Onder- komiteit te Aalst met eene vereeniging van 5000 leden. Men beloofd ze ons van den eersten dag, maar men houd er ons tot op heden op diplomatieke wijze buiten. De heer Vooorzitter. Ja, ja, ge moet alles schrifte lings zenden, 't is wel, 't is wel. De heer Caudron Nog eenige woorden heer Voor zitter Daareven hoorde ik spreken van twee soorten van koeien deze van over lange manden van het front inge bracht en deze vóór den wapenstilstand uitgedreven. Er bestaat eene derde soort koeien deze die afgenomen werden door Duitsche gendarmen aan landbouwers die hunne boet niet betaalden. Deze koeien werden dan publiek verkocht. Moge de vroegere eigenaars ze terug halen bij de tegen woordige Over drie weken heeft er te Aalst eene verkooping plaats gehad van alle zoo'n koeien van deze soorten. Op last van het hulp- en Voedingskomiteit die deze koeien vroeger had gekocht van de Duitschers. De beesten gingen tot 3 en 4 duizend frank. Was het niet eene plicht van rechtveerdig- heid en vaderlandsliefde deze koeien terug te geven aan de geruineerde boeren van aan den Yzer of aan de sukkelaars van rond Aalst Een arme weduwnaar, van Hofstade zoekt te vergeefs zijne eenige koe op die hem door Duitsch ge wold werd ontnomen. De heer Maenhout. Genoemd komiteit had het recht niet deze beesten te verkoopen. Deze die hunne beesten willen terug hebben aan den prijs die men hen betaalde moeten zich richten tot den vrederechter of het parket. De heer Caudron. Er is nog één punt. De heer Maenhaut. Ge moet alles schriftelings op maken. 't Is wel. De heer Caudron. Een oogenblik nog heer Voorzit ter Er zijn door het Provinciaal Hulp- en Voedings komiteit aan de voermans der plaatselijke komiteiten die meest landbouwers zijn en aan sommige landbouwers maïs- pellen verkocht aan 1 frank de kilo en stof, eene gemeene vuiligheid, aan 0,18 fr. de kilo. De waren hadden volgens mijn oordeel eene voedingswaarde van hoogsten maïspel- len 8 a 10 centiemen, stof 1 of 2 centiemen. Ik vraag dat de heer Voorzitter dadelijk van het Komiteit een deel der koopsom terugeischt. Ik vraag mij af of het geene schan dalige handelwijze is ons goed gezond graan aan 35 frank te betalen en ons maïspellen te verkoopen aan 100 frank en stof aan 18 frank en of dit geen woekerhandel is van wege het Provinciaal Komiteit De Vergadering. 't Is waar, 't is wel bravo De heer Maenhout. Alles schriftelings overmaken. De heer Caudron. Ik zal het aanstonds doen, heer Voorzitter, en ik dank U voor de vrijheid van spreken.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1918 | | pagina 2