BAVO EK LIEVEKEH. In het Salon DE Nieuwerkerken. Graan. 1100 Stroo. 1830 2060 3300 i§ a 5 - s *s 3 "9 5 .2 o s. De nitraat, weüve zooveel in de beetwortelteelt gebruikt wordt, is ook winstgevend voor de graanteelt. Op de Baraque van Fraiture, heeft de heer landbouwkundige Hubert de volgende opbreng- bekomen met koren (rogge) Graan. Stroo. Basisch phosphaat [Metaalslak ken] 2000 k. 230 1210 Basisch phosphaat 2000 k. en 200 K. sodanitraat 733 3188 Basisch phosphaat 2000 k. en 300 k. sodanitraat 1188 3703 De sodanitraat heeft hier toegelaten in den onvruchtbaren grond eene redelijke opbrengst te bekomen. Te Oneux (Gomblain), in Ardeenschen grond, hebben wij in 1897 op een proefveld de volgende opbrengst haver bekomen, zonder het gebruik van stalmest zonder mest 170 k. sodanitraat en 1000 k. Thomasslakken 170 k. sodanitraat en 830 k. superphospaat 2100 3240 De scheikundige meststoffen, doelmatig toege past, verheffen de vruchtbaarheid der Ardeensche gronden en maken de teelt zeer winstgevend. Wij hebben hierover reeds de merkelijke ver meerderingen van opbrengst, in Haspegouw, door M. Jadoul met nitraat bekomen, opgege ven. Hierna laten wij nog eenige proeven met haver volgen.* Proef gedaan te Jeuck Graan. Stroo. Zonder stikstof 3200 5600 Met 200 k. sodanitraat 3300 6900 De sodanitraat heeft hier bijzonder de stroo- opbrengt vermeerderd. Te Avins Graan. Stroo. Zonder stikstof 2900 4300 Met 300 k. sodanitraat 4900 5500 De sodanitraat in grootere hoeveelheid gebruikt heeft hier terzelfdertijd stroo- en graanopbrengst vermeerderd. Deze meststof vermeerdert de hoeveelheid stik- stofbestanddeelen (eiwitachtige stoffen) der kor rels bij de graangewassen en vermeerdert alzoo hunne waarde. Nochtans, gerst die zeer rijk is aan stikstof- bestanddeelen is voor de brouwerij niet gezocht. Vandaar dat gerst geteeld om in de brouwerij gebruikt te worden, naast eene hooge dosis potasch en fosfoorzuur, maar juist de noodige hoeveelheid nitraat ontvangt. Ziehier eene proef van M. Wagner met gerst Graan. Stroo. Volledige vetten zonder stikstof 1920 3410 en 200 k. nitraat 2940 4910 door Hendrik CONSCIENCE. 7. O Ziet gij wel Christina, dat gij besloten hebt,on zen Bavo niet naar de fabriek te laten gaan Hij zal gaan waar hij wil of waar hij kan. zeide de vrouw met klimmende kracht, Wij mogen daarover niet op voorhand beslissen. Van zijne leerzaamheid, van onze liefde en van Gods wil hangt het af Uwe vrienden verschrikken u, met u te zeggen, dat ik van Bavo eAen mijnheer wil maken. Wat ik wil, is, dat mijn kind een mensnh worde en niet door onwetend heid tot onmacht en eeuwige slavernij veroordeeld blijve. Wordt hij mijnheer,•zooveel te beter. Christina, Christina,zuchtte de werkman, indien gij wist,"hoe uwe woorden mij bedroeven De hoog moed is een slecht raadsman. Hoogmoed kreet de vrouw verontwaardigd- Gelooft gij dan, dat het geluk mijner kinderen mij verschrikt Ik zou geen moederhart moeten hebben. Ha. gij zult mij misschien niet begrijpen maar ik zeg u, Damhout, dat, indien onze kinderen later van om hoog op mij kpnden nederzien. ik God zou danken, omdat hij hen in de wereld heeft verheven. Schud het hoofd niet. Kon ik onzen Bavo ten prijze van mijn leven koning of keizer maken, ik stierve van blijd schap voorden troon van mijn kind Men verwezenlijkt in de graanteelt over 'tal- gemeen groote winsten, met terzelfdertijd stal mest en hulpvetten te gebruiken. De uitslagen der proefvelden, op de kosten van den staat in 1897-1898 ingesteld, toonen zulks zeer duidelijk. Geven wij de proeven op, met plaatselijke haver in de provincie Namen Men heeft overal 200 k. sodanitraat per hectaar gebruikt, en daarbij nog 400 k. superphosphaat en 125 k. chloorpotasch, in de twee eerste proeven, en 600 k. superphosphaat en 500 k. kaïniet, in de twee laatste proeven Ziellier nu de bekomene opbrengsten per hec taar 6c e G G bb"ïr' s Oj LO O LO >o CV CO O* cv co t> lO -H »o cv CO iO LO O O LO LO lO oo l> lO iO cv (0) O co cv cv co cv G G a C3 1 cï J— O 05 cö 4700 2800 3325 3400 O O LO O O O t- iO lO O) co co cv cv O >o iO O co Cl hD G O G» O 03 f"A O r G •r oo -Z, O "rH O G O O G _G CO G O G G G G G G W G C/2 G O £- 03 C/2 G C/2 bD G G O- C G tD co c a G T3 G G bD G 03 c G C G G G G 3 o G G o3 CD a G -4—1 G Jr 2 o •C qj p ai G. M. Caron d'Ellenbach beweert eene microbe of bacille ontdekt te hebben, welke aan de graan gewassen de eigenschap zou geven stikstof uit de lucht te kunnen trekken. Eene fabriek heeft spoedig teelten van deze microben, onder den naam van alinite, in den handel gebracht. Zooals men er zich mocht aan verwachten, heeft deze microbe hare beloften niet gehouden. Onze vereeniging gaat hier sterk vooruit en weinige boeren staan hier nog buiten onzen bond. Daaruit is het op te maken dat ook de boeren het verstaan zullen dat vereeniging de eenige red ding is. De ondervinding heeft geleerd ons op niemand te betrouwen dan op eigen krachten. Zoo beloofde men ons met duizende koeien, maar- ze komen zoo traag af en het is alleen met eenen ganschen hoop bankbiljetten dat men er kan Zij was zeer ontroerd en scheen te beven er was iets onzaglijksyn hare houding en in haren blik het moederlijk gevoel had deze nederige vrouw indruk wekkend en schoon gemaakt. Adriaan Damhout onderging den invloed harer geestdriftige woorden hij boog het hoofd als over wonnen en bleef eene wijl zwijgend. Dan zeide hij Misschien hebt gij in den grond gelijk, Christina; maar overweeg toch eens met bedaardheid. Nu gaat het nog zoo erg niet er is veel en goed werk. Onze andere kinderen zijn nog klein.Later zult gij misschien willen, dat de meisjes insgelijks naar de school gaan De vrouw deed een bevestigend teeken met het hoofd. Zullen wij, zonder eenige hulp van onze kinde ren, dien last wel kunnen blijven dragen Het schijnt mij onmogelijk. Ik zal een beetje meer werken, Adriaan. Altijd werken als slaven, zich geheel opofferen gedurende gansch zijn leven Ha, dan gevoel ik eerst, dat ik moeder ben,wan neer ik weet, dat ik mij opoffer voor het geluk mijner kinderen. Goed maar indien het werk nu eens voor lang wierd gestaakt? Indien een onzer ernstig ziek wierd, wat dan Dan, Adriaan, dan zouden wij het schikken volgens Gods beslissing. Het onmogelijke kan men niet doen. En indien het noodig was. dat Bavo eenig geld verdient, zoudt gij hem naar de fabriek laten gaan aangeraken om onze ledige stallep wat aan te vullen. Hoevelen onzer goede en schoone melkkoeien werden er niet geslacht achter hoek of kant na den wapenstilstand Hadden men seffens goede opzoekingen.gedaan er waren honderden onzer beste koeien teruggekomen, die nu voor een appel en een ei werden afgemaakt. Zoo kent ieder op zijn gemeente de kerels die en ze i schijn ilasiu. hun geten, ingen, ■iers te ~>olyea rijken ons zooveel schade berokkend hebben ten tijde [huren der bezetting en soms ten voordeele van den vijand. Ik vraag aan de bestuurleden onzer bon den de namen dier helden goed op te schrijven in hunne boeken opdat wij ze nooit zouden ver geten en hun loon op gepasten tijd kunnen geven. De Voorzitter van Nieuwerkerken, R. Pauwels. Policarpus. Bla- sius jongen,wat dunkt u van die boerkens, hebt gij hun gazet -'De Koornbloem al gele zen Ze hebben ons geheel raison daar in f gezet. Blasius. Ja, ik heb dat wel gelezen maar wat geeft dat. Wij moeten daarom niet mistroost zijn, Polycarpus. Maar ik vraag mij af hoe kunnen ze dat afge luisterd hebben. PolycarpusPas maar op van meiden en knechten, want ge weet hoe dat volk bestaat, z'hebben al een familielid of een vriend die boer is en bloed trekt, ziet ge. Ze babbelen dat maar allemaal over. Blasius. Ja als ge bedenkt, dat ze nu aan 't studeeren zijn in de Koorenblom om eene sa menwerkende brandverzekering te maken. PolycarpusDaarin hebben ze een beetje gelijk, want al die maatschappijen voor brand. Blasius. Maar Polycarpus jongen, dat is ons dood. Ziet eens rond, naar al ons vrienden den eenen is agent van assurancie, nen anderen is de baas van eene groote melkerij, of andere boerenmaatschappij. En als die boeren dat nu alles zelf regelen Polycarpus. Dan kunnen wij ons niet meer vet lekken. Maar 't is nog zoo ver niet, zulle. Ik ben ook van zin eens al mijn best te doen om dienen boel ineen te slaan. Blasius. Dat is nog gesproken, Polycarpus. Het is hoog tijd dat wij er de hand aah steken, eer het te laat is... Polycarpus. - Ik begin op dat volk ferm kwaad te worden. Ze weten niet meer dat wij hunne heeren en meesters zijn. Vóór den oorlog ïen bo< nnen i te ge ilasiui i hebbi luiten. olyca ht te e enz. lasius angel ijl ht uit .den te 3olycai »wat kunne ies afl ste te 1 'lasius I aan g krijgba in andf per dai 5 is gc en he 1olycai enken ie bor iernije 'oon ki lasius oelmat eerde t als d ■dt. E« r te vo t de la goed ii e stal r ieht ouden. uitw rerpsel ïtbeder t verve Waarom niet, indien de nood het eischte En wat zou dan de geleerdheid hem helpen Wat zij hem zou helpen hoe kunt gij dit vra gen, Adriaan Hij zou ten minste mensch zijn, een uitmuntend werkman worden, bekwaam tot alles en, met een beetje geluk, zou hij wel zeker eens tot mees terknecht worden aangesteld. Zie, Christina, zeide de man met zekere tevre denheid. zoohaast gij zegt, dat gij er niet tegen zijt, dat Bavo een werkman worde, ben ik gerust. Nooit, Adriaan, heb ik een ander inzicht gehad maar is het zijn lot in de wereld vooruit te gaan, Ik, zal niet uit baatzucht zijn geluk beletten. Na een oogenblik stilte zeide zij met zoete min zaamheid Nu, lieve man, laat ons over dit alles niet be kommerd zijn Waarom zouden wij door eene voor barige vrees ons zeiven verdriet aandoen, zoolang het ons wel gaat en wij niets te kort hebben Komt er te genspoed, dan zullen wij ons schikken volgens den nood. In alle geval, wat er ook gebeure, indien onze kinderen kunnen lezen en schrijven, zullen wij, al hoewel arme werklieden,hun toch een kostelijk erfdeel nalaten. Zij die u berispen, kunnen dit niet zeggen. Leg de hand op uw hart; Adriaan. en gevoel of het u niet hoogmoedig en gelukkig maakt, te weten, dat gij voor God en voor de menschen uwe vaderlijke plichten met liefde vervult Wees vergenoegd, en luister niet meer naar kwaden raad van onwetende lieden. Kom, nd, ik z en n Adria, tl zijne opklon edert B eken z< len dag et spelh anhoudi ja. d haar hor smeekt uiten d het arn rwijs. r hoog d er eer zijne S[ zoohaas moeten nen lee zelden iderdaac onderwi eeld wer ;inderen

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1919 | | pagina 2