Algemeen Belang. Bemesting en Meststoffen LANDBOUWWEEKBLAD Arbeid adelt Onrze Onderlinge Brandver zekering. Zondag 22 Februari ig20 Prijs 6 centiemen. 2C Jaargang No 5g Aankondigingen volgens akkoord Abonnementsprijs 3,50 frank 's jaars. Den crisis die ons zoo jammerlijk teistert, den landbouw en koophandel verlamt, de algemeene welvaart in dreigend gevaar brengt, is van elkeen gekend en boezemt terecht kommer en schrik in voor het toekomende. Onzes inziens, is 't eene groote plicht voor eiken bevoegden burger zich niet bij enkel vrucht- en nutteloos gejammer te bepalen, maar wel, in de maat zijns vermogens, naar middelen te zoeken en aan te wijzen om het lij den des volks te lenigen, de schier uitgedroogde bronnen van. 's lands welzyn en rijkdom te verlevendigen, en aldus de vreeselijke onheilen, die zich in 't verschiet opdoen, te voor komen. Indien het eene plicht is voor eiken bevoegden burger aldus te handelen, mag men, zonder vermetelheid zeg gen dat het geene mindere plicht is voor de overheden en bestuurders des volks, deze taak, door hunne mede werking en krachtdadige middelen, aan te moedigen, naar goeden raad te luisteren en de wijze lessen der onder vinding. in de ruimste maat, te benut tigen en werkstellig te maken. In deze stof, van zoo onbetwistbare aangelegenheid moeten ook alle drif ten van partijgeest ol zelfbelang zwij gen. Het behoud des volk is de opperste wet, moet hier alles en allen beheerschen, en daarvoor moet elk burger gedwee het hoofd buigen. Van elkeen wordt veel vereischt de land bouwers hebben hier eene overwegen de rol. De gestadige toeneming der bevol king, de verwoestingen in het grootste deel van ons land door den oorlog toegebracht,de vermeerderde eischen die in alle standen der Maatschappij aan het stoffelijk en geestelijk leven gesteld worden, dat alles maakt dat er ook wezentlijk verhoogde eischen aan den landbouw gesteld wor den en onsdwingt develve gedu rig meer beredeneerd te drijven. Zijnerzijds is tie landbouwer gedwon gen om den grond grootere ruwe en zuivere opbrengsten al te dwingen, ten einde bij de aanmerkelijke stij ging der koop en pachtprijzen nog te kunnen bestaan en eene voldoende rente voor zijn gebezigd kapitaal te kunnen verkrijgen. Het is van belang voor den land bouwer, alles aan een zorgvuldig onderzoek te onderwerpen, ieder middel namelijk, dat de tegenwoor dige tijd aanbiedt en dat geschikt is om met voordeel hoog'ere opbreng sten van het bouw en grasland te ver krijgen of de veehouderij tot eene steeds meer voordeel oplevereride zaak te maken. De landbouw moet in zijn geheele omvang een zooveel mogelijk wetenschappehjken grond slag krijgen, want de wetenschap geeft kracht en zekerheid zij ver schaft dengene, die haar behoorlijk weet toe te passen, hooge geldelijke voordeelerr. Een der gewichtigste grondslagen is de landbouwscheikunde. Zij doet ons helder en klaar de overal werkzame krachten der natuur ken nen in hare beteekenis voor de landbouw zij wijst ons aan, ho onder den invloed van onveran derlijke natuurwetten alles wat leeft zich Ontwiktelden naden dood uiteen valt hoe in den eeuwigen kringloop der stoffen, uit het tot ontleding over gaande stof het materiaal tot vorming van nieuwe bewerktuigde wezens weder ontstaat. De tijd is daar, dat de landbouwer van de gewichtig ste kennissen der scheikunde, zijn gedurig moeilijker, maar bij ern stig streven ook steeds schooner en bevredigender wordend beroep, niet meer haar eisch uitoefenen kan. En hier rust de zware plicht der re geering dat zij aan het volk een volledig en doeltreffend onderwijs geve van laag tot hoog. in eigen taal!, dat toelaten zal aan landbouwerszo nen, zelf min begoeden aan die bron nen van wetenschap te gaan putten, er kennissen op te doen, en ze zoo aan het volk ten goede te doen ko men. Ze te onderrichten, en toe te laten met de minste uitgaven, de hoogste voortbrengst te bekomen. Dat zij ook den landbouw be- scherme en aanmoedige (niet met het stelsel VVautersjmaar onze inlandsche voorbrengsels aan een behoorlijke prijs betlaen, dit zou de landbouwers aanzetten zoovéél mogelijk voort te brengen, en ons aan den vreemden min afhankelijk te maken. Sedert ettelijke weken hebben wij mets meer geschreven over deze be langrijke afdeehng en voorzeker zul len vele onzer leden danken dat die terug ingeslapen is na een kortstondig ontwaken. Toch niet, want deze die zich den toestand zoo verbeelden slaan den bal volkomen miè en om hun de proef te leveren dat zij wel dpgelijk mis zijn geven wij_hier eenige cijfers over het tot hiertoe bekomen resultaat. Gedurende het inrichtings tijdperk, zijnde de maanden October en November van verleden jaar, is de uitslag natuurlijk onbeduidend, maar eens de inrichting voltooid, hebben wij de handen voor goed aan 't werk geslagen en op_!i December verze kerden wij reeds door een 100 tal po lissen een kapitaal van 3.047.980 fr. Voor Januari was de uitslag een 60 tal polissen met een gezamentlijk ver zekerd kapitaal van 1 597.565 fr De ons gestorte premien beloopen tot 4.727,37 fr. Waren deze i56 polissen bij eene andere maatschappij onder schreven geweest, dan zouden de premiën bedragen hebben 556o fr. (de onze zijn immers i5 lager), zoodat onze 156 eerste verzekerden reeffs een gezamentlijke winst doen van meer dan 83o fr. zonder hun aandeel in dé winsten, en dat na slechts 2 1/2 maanden werk. Hier dient nu nog op gemerkt te worden dat deze uitslag bekomen is door een uiterst gering getal afdeelingen, dewijl het grootste deel onzer plaatselijke bonden zich nog niet met Onderlinge Brandver zekering bezig houden. Hier brengen wij eene welverdiende hulde aan onzen ieverigen, onvermoeidbaren medewerker Leo Declercq te Nieuwer- kerken, die, in zijn eigen agentschap en in de agentschappen welke onder zijn toezicht gesteld zija, op dezen oogenblik, reeds meer dan 100 ver zekeringen opgenomen heeft. Pro ficiatLeon, moge uwe uitslag als spoorslag dienen voor deze die door onvergeeflijke onachtzaamheid hunne leden van de voqrdeelen onzer nuttige instelling verstoken houden. Dat iedereen dé handen uit de mouwen steke. Dat ieder lid van onzen 'bond zijne polis nazie Dat iedereen zich overtuige of hij wel hoog genoeg verzekerd is en ons in alle omstandigheden raadplege Dat ieder bezonderlijk de vervaldag zijner polis in d'oog houde en ons in tijds verwit- tige opdat we 3 en zelfs in sommige gevallen 6 maanden op voorhand den opzeg zouden kunnen doen. Dat ieder lid, 't zij groot ol klein, het zijne bij- brenge tot versterking onzer macht en Redt u Zeiven zal onvergankelijk zijn, zij zal schitteren als eene konin gin tusschen hare medezusters en hare glinsterendste parel zal de eer lijkheid 11 zijn. Aan wie de keurt om eene voordracht te vragen wij wachten De Zaakvoerder. B. VAN DEN AKKER 28e (vervolg). En hoe komt dit Omdat io den loop der tijden met het verkochte graan, dat op groote schaal verbouwd werdt, heel wat phosphoorzuur en Stikstof werden weggevoerd. Het stroo en andere pro ducten, die veel kali bevatten, bleven op de boerderij, van daar dat ook, wijl de kleigrond van nature en naar verhou ding nog rijker was aan kali dan aan phosphoorzuur en stikstof, de behoefte aan een speciale phosphoorzuur- en eene opzettelijke stikstof-bemesting zich eer deed gevoelen dan die aan een bijzondere bemesting met kali. Maar als de bieten- bouw zich handhaaft en 'wellicht nog uitbreidt, zal ook den tijd komen, dat de grond de verschijnselen van kalihon- ger gaat vertoonen. Enorme hoeveelheden superphosphaat worden op de klei en vooral in Zeeland gebruikt inillioenen bij millioenen kilo's. Het superphosphaat wordt niet als zoodanig gevonden, doch het wordt be reid. Als grondstof voor de superphosphaat bereiding kunnen dienen beendermeel, beenderkoól en de zoogenaamde natuur lijke phosphaten. Superphosphaat van beendermeel en beenderkool hebben af gedaan, het eerste vooral, omdat het stoffyne, ontlijmd beendermeel zonder voorafgaande behandeling met chemica liën een voor vele grondsoorten goede meststof vormt, wat boven is verteld. De natuurlijke phosphaten komen in verschillende streken der aarde als mine ralen voor. Men vindt ze 0. a. aan de Latin, en vooral in Hessen-Nassau, in Duitschland, in de Ardennen in België (bij Luik) en Frankrijk, (ook in 't depar tement Somme), in Devonshire in Enge land, in Estramadura in Spanje en in Florida, Tenessee en Carolina in Ameri ka. De natuurlijke phosphaten, waarvan enkele de versteende uitwerpselen, an dere de fossiele beenderen van voorwe reldlijke dieren zijn, btstaan in hoofd zaak uit een phosphoorzuur kalkzout, een verbinding van phosphoorzuur en kalk. Hiervan bestaan echter vejschil- lendc verbindingen, m. a. w.: men kent meerdere phósphorzure zouten van kalk. In de- phosphorzure kalk der natuurlijke phosphaten komt op 190 K.G. phosphor- zuur 120 K.G. kalk voor. Dit kalkzout is onoplosbaar in water. Door meer of minder zwavelzuur bij die verbinding te voegen, kan men maken, dat meer of minder kalk zich met het bijgevoegde zwavelzuur verbindt en als 't ware het phosphoorzuur, waarmede zy eerst ver bonden was, loslaat. Voegt men zooveel zwavelzuur bij poeder van natuprlijk phosphaat, dat van de 120 deelen kalk, die in het daarin aanwezige phosphoor- zure kalkzout aan 190 deelen phos phoorzuur zijn gebonden, 80 zich met het bijgevoegde zwavelzuur tot zwavel zure kalk of gips verbinden, dan zullen nog 40 deelen kalk aan 190 deelen phos phoorzuur gebonden zijn. Deze verbin ding is een zout, dat in water oplosbaar is. Hoewel de bereiding van superphos phaat nu niet zóó eenvoudig iu liaaa werk gaat, als uit het bovenstaande zou kunnen worden afgeleid, komt het tóeh hierop neer, dat men het in water onop losbare phosphoorzure zout door bijvoe ging van zwavelzuur verandert in een mengsel van een in water oplosbaar phosphoorzuur zout en gips. Dit meng sel heet in de wandeling superphosphaat waarvan men zegt, dat het in water op losbaar phosphoorzuur bevat, terwijl men eigenlijk zou moeten zeggen, dat het voor een groot deel uit een in water oplosbaar phosphoorzuur kalkzout be staat. 1 Het meest gebruikte superphosphaat wordt geleverd onder garantie van een gehalte aan in water oplosbaar phos- j phoorzuur van 14 pet. I Superphosphaat is een snelwerkende phosphoorzuurleverende meststof, die voorat'op haar plaats is op zware klei gronden en voor tuinen, ook indien deze uit zand bestaan en de bemesting met een ander phosphaat hier in het voorafgega ne najaar vergeten is. Het kan ook als overbemesting gebruikt worden, waarbij echter de mogelijkheid bestaat, dat de bovenaardsche deelen van het gewas verbrand worden. Is dit niet in hevige mate het geval, dan halen de planten meestal hun schade spoedig in wij we ten dit bij ondervinding. Regel moet echter zijn, dat men het superphosphaat j vóór of bij het zaaien of poten aan den grond toevertrouwt. Wanneer te groote hoeveelheden su perphosphaat worden gegeven op gron den, die min eg meer rijk aan kalk zijn, dan kan deze kalk zich met het phos phoorzuur van het superphosphaat ver binden, jvaardoor het oplosbare zout in een niet ïn water, (wellichf wel in kool zuurhoudend'water) oplosbaar zout over gaat. Men zegt dan, dat het phosphoor zuur is - teruggegaan Wel is dit phos phoorzuur niet verloren, maar het komt slechts zeer geleidelijk weder ter be schikking van de planten het vormt een weinig rentegevend kapitaal. Op weiland geeft men 400 - G00, op bouwland in den regel 500 tot 1000 Kg. superphosphaat per H.A., in tuinen kan men onder bepaalde omstandigheden wel tot. 1500 Kg. per HA. gaan. De derde in den bond der pfktsphor- zuurleverende meststoffen (twee hebben wij nu reeds besproken beendermeel en superphosphaat is het thomasphosphaat, thomasslakkenmeel of kortweg slakken- meel. Deze meststof was vroeger een afval-, thans een bijproduct der slaalbe- reiding. Evenals nu nog het smeedijzer, wordt ook het staal uit gietijzer bereid. Dit deed of doet men door aan het giet ijzer minder of meer koolstof en andere bijmengselen te onttrekken, wat betrek kelijk gemakkelijk gaat, omdat deze bij mengselen gemakkelijker branden dan het metaal. Door de verhitting van 'het gietijzer daalt het koolstofgehalte (potlood of gra- phiet, steenkool en cokes bestaan in hoofdzaak uit koolstof) tot op 1/20 a 2/10 pet. het gietijzer is dan in smeed ijzer veranderd. Smelt men smeedijzer en gietijzer samen, zoodat het mengsel een koolstofgehalte van 7/10 a 1 7/10 heeft, dan krijgt men staal en wel zooge naamd Bessemer-staal. Gietijzer met een phosphorzuurgehalte van slechts 1/4 pet. is ongeschikt voor de staalbereiding. Bij de Bessemer-methode wordt de phospho rus niet verwijdert, En nu vindt men toevallig heel veelijzererts, dat rijk aan De Koornbloem Bureel en Redactie GROOTE MARKT, 8, AALST. Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON Burchtstraat, 3, AALST. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen. Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. DOOR

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1920 | | pagina 1