Sam. w "Redt Zeiven"
Algemeene Vetgadeying
Vergaderingen
DE SMOKKELAARS
VAN ST. MALO
De Afslag
iets anders achter en dit moet ge mij
zeggen, als er nog iets van onze vroe
gere vriendschap overblijft.
Ik heb geen andere reden Maurits,
ik ben te jong en we zullen binnen een
jaar of twee zien.
Rozeken, Rozeken, hoe kan het
bestaan, dat ge zoo koel en onverschil
lig zijt tegenover mij, gij die mij eens
eeuwige trouw hebt gezworen, en die
mijn levensideaal werd. Voor u droomde
ik grootsche plannen, voor u werd alle
werk mij licht. En nu komt een plotse
ommekeer mijn illusies vergruizen Dit
kan ik u niet vergeven en ik hoop dat
gij nog deze week tot andere gedachten
zult komen.
Zij namen afscheid hij bezag haar in
de oogen en neep hare handen kramp
achtig in de zijne zij werd bleek en
sloeg de blikken neer.
Goede nacht 1
De nachtegaal floot zijn liedje voort
hij zong van minnen en hopen Voor
Maurits was het een doodszang zijne
ziel die zoo dikwijls werd opgewekt door
die heerlijke tonen was koud en droef.
Hij boog het hoofd en zuchtte diep
Rozeken, Rozeken, ge breekt mijn
schoonste droom... het geloof aan ware
liefde
't Was kermis te Roothem de vol
gende Zondag. Maurits die heel de week
droefgeestig en moedeloos had ge
zwoegd, ging er met eenige makkers
naar toe.
Hij zou er zijn liefdeverdriet trachten
te vergeten. Misschien kwam Rozeken
er ook en kon hij de zaak weer effen
krijgen. Och mocht het waar zijn en
mocht hij Rozeken bij de heerlijke mei
avond naar huis brengen
Veel volk en veel leute. De kramen
in groot getal deden hun be'st om hun
broodje te winnen. In de danszalen ver
drongen zich lustige jonkheden, terwijl
de deftigste en verstandigste dorpelin
gen met de familie eens rondwandelden
en alleenlijk in het Zwaantje onder
den lindenboom een goed glaasje dron
ken.
Daar is nog een goede makker van
Maurits, Jef Van Dapime.
-- Hewel, Maurits, wat is dat van u,
ge zijt ne slechte vrijer, hoort ge. Moet
ge daarvoor al twee jaar lang drijmaal
per week naar de Schaliënhoeve gaan
om uw lieveken van nen anderen te la
ten afpakkert
Wat zegt ge, Jef, nen anderen
Ja, ja, sukkelaar, ik heb ze daar
seffens gezien in de groote zaal. Ze heeft
nu ne vrijer van de stad.
En g'hebt ze gezien
Ja, .ik vroeg stillekens of het met
u gedaan was. Ze zegde van ja, dat ze
geen goeste meer had op nen boer. Ik
heb niets willen zeggen, maar ik had
goesting om haar met haren flierefluiter
een ferme rammeling te geven Watte,
ze wilt geenen boer
Maurits hoorde noch de klanken der
muziek, noch de schertsen der jollige
dansers.
Dat was te veel. Hij die zooveel had
gedroomd en gehoopt die Rozeken als
meesteresse op t Wilgenhof wou zien..,
die haar wou koesteren en minnen... zij
met nen anderen... zij die geenen boer
wilt
Hij bleef niet langer tusschen deze
leutige menigte. Hij wou haar ook met
haar vrijer niet ontmoeten, de meinee-
dige, en trok langs velden en bosschen
huiswaarts.
Het kalme veld bedaarde hem eenig-
zinshij begreep hare lafheid, hare
zwakheid. Zij liet zich verleiden door de
fijne manieren van een heerschap, die
haar een schooner, gemakkelijker leven
voorspiegelde, die haar sprak van thea
ters en cinemas. Zij verkoos dit alles
boven de diepe, de stille liefde van een
boerenzoon.
Z'is lang getrouwd en woont in de
groote stad. Z'is een dame geworden
van eerste gehalte, maar ze verloor haar
blos, ze is bleek en schijnt niet gelukkig.
En wanneer ze eens naar huis komt,
kijkt ze zoo droevig naar den kant van
't Wilgenhof en naar de bank waar ze
eens oprecht minde. Zij ondervond de
broosheid van der steden glans en wou
wellicht terugkomen in de armen van den
goeden Maurits. Zij kende het buiten
leven niet, en van in de kostschool werd
ze afkeerig van het vredige boerenleven.
Waarom gaf men haar geene opvoeding
die eene flinke boerendochter pastte en
haar genas van de plaag der dorpen de
afkeer van den boerenstiel
Maurits leed veel door die plotse ont
goochelingen. Hij scheen de lust te heb
ben verloren andermaal uit vrijën te
gaan en dacht geen boerendochter te
vinden die blijgezind met hem het leven
aanpakken zou. Toch zal hij weer moed
hervatten en hem eene welopgevoede,
flinke roos kiezen, die wel de piano
speelt, maar niet beeft voor veld noch
stal, eene waardige meesteresse van het
vredige Wilgenhof.
Paulus Van Tarsus.
Er wordt bericht aan al de belang
hebbenden die willen aandeelhouder
worden van de Sam. Maatsch. Redt U
Zeiven dat de tijd tot inschrijving voor
aandeelen bijna verstreken is en dat
genoemde inschrijving
TOT 15 JUNI
slechts open blijft.
Al degenen die verkleeft zijn aan onze
inrichting worden actionnaris.
Geene reklamatiën achterna het is
nu de tijd om deelgenoot te worden.
Inschrijvingen worden genomen op
het bureel te Aalst, bij de heeren Be
stuurleden of bij de plaatselijke schrij
vers.
Voor al de landbouwers van ons arron
dissement die gestraft werden ten on
rechte in leveringen, die onrechtveerdig
werden behandeld in zake oorlogsschade
en oorlogswinsten en die
zinnens zijn hunne rechten voor
de rechtbank te verdedigen
wordt eene vergadering belegd op
x /jmdatj IS Juni
in ons lokaal te Aalst.
DAGORDE
1Kiezing van een uitvoerend komi-
teit.
2. Aanduiding van een advokaat.
3. Besprekingen over de middelen
tot verdediging.
Alle belanghebbenden dringend uit-
genoodigd.
De stijgende en altijd stijgende prijzen
der warenmarkt hebben het top van den
berg bereikt. Thans komen ze weer den
berg afgeloopen, en alles is in prijs ver
minderd.
Het was tijd dat dit alles eens eene
andere wending nam, want in sommige
artikels was het eene echte zottenmarkt.
Zoo zag men sommige waren 10 en
20 fr. en sommige 30 fr. de 100 kilos
afslaan op veertien dagen.
Dit heeft in den handel eene echte
krisis verwekt en velen die groote hoe
veelheden aan de hooge prijzen kochten
en nu zooveel moeten verliezen, zullen
oneindig geld verspelen...
In Antwerpen worden millioenen en
nog millioenen verloren.
Heden schijnt de zakking tegenge
houden en sommige artikels vertoonen
meer vastheid.
Dit komt meest hieruit dat onze frank
weer eens in weerde verminderde en dat
de Hollanders door de lagere prijzen en
waardevermindering van onzen frank
hier alles opkoopen.
In Antwerpen werden op een dag
door Hollandsche huizen zestig duizend
zakken maïs en evenveel haver gekocht.
Op die manier komt er te kort aan
koopwaar en kunnen sommige waren
hun laagste punt bereikt hebben.
ST JOB en ZOUTSTRAATPOORT
Algemeene vergadering ter herberg
van Jozef De Neve, op Maandag 7 Juni,
om 8 ure 's avonds.
De leden die verlangen aandeelen te
nemen in de Sam. Maatsch. Redt U Zei
ven, kunnen zich laten inschrijven op de
vergadering. Het Bestuur.
HERDERSEM. Vergadering van
al de leden van den boerenbond bij B.
Boel, om 5 ure, op Zondag 13 Juni.
Dagorde Inschrijving voor alle be-
noodigdheden. Belangrijke mededeelin-
gen.
LEDE. Algemeene vergadering,
op Zondag 13 Juni, om 3 ure, in het
tew
ede
27. -o—
Kapitein hier is de jongeling, zei degene die
in de boot aan 't roer gezeten had tot een man die
tegen den grooten mast stond te leunen.
Goed Breng hem beneden en wijs hem zijn
kooi aan.
Henry werd naar het tusschendek geleid en van
daar naar een klein vertrek dat, naar het scheen,
in tijd van nood tot gevangenis moest dienen. Er
waren twee hangmatten in, en men gaf onzen held
te kennen dat hij kon kiezen van welke hij gebruik
kon maken. Daarna verwijderde zich zijn geleider,
de deur werd gesloten en hij was alleen, t Was
wat licht in 't vertrek, want er was een kleine, van
tralies voorziende opening boven de deur, en daar
door vielen van het bovendek eenige lichtstralen
in de enge ruimte.
Weldra hoorde Henry dat het anker werd ge
licht en daarna het klapperen der zeilen, waaruit,
waaruit hij begreep, dat de brik in zee zou steken.
Hij kroop in de onderste hangmat en begon over
den toestand na te denken. Die was zeker niet be
moedigend, want hij was overtuigd dat de graaf
de Montefere ook de bewerker van deze tweede
overrompeling was en naar zijn dood verlangde,
't Is alzoo niet te verwonderen dat hij treurig ge
stemd was. Evenwel had hij niet alle hoop verlo
ren men had zijn pistolen niet ontdekt. Hij be
schouwde ze als het laatste middel tot zijn redding,
want ze waren geladen en hij kon er op vertrou
wen.
De brik was nu in beweging, en onze held be
speurde zij nu de koers noordswaarts nam. Hij
sliep den geheelen nacht slechts weinig, maar toch
genoeg om den volgenden uitgerust en weer eenigs-
zins opgewekter te gevoelen. Hij had opgemerkt
dat de brik tweemaal van koers veranderd was, en
hoewel de wind was omgeloopen, moest zij nu in
de richting van het noordoosten zeilen. Te midder
nacht en te vier uren in den morgen had hij het af
lossen der wacht gehoord en telkens als hij ont
waakte, voelde hij dadelijk naar zijn pistolen hij
had ze zoo goed verborgen, dat ze slechts bij t
nauwkeurigste onderzoek konden ontdekt worden.
Des morgens te acht uur werd de deur zijner ge
vangenis geopend
Wel kameraad hoe gaat het vroeg de bin
nen tredende.
Ik zou wel een beetje frissche lucht willen
scheppen, antwoordde Henry.
Wilt ge niet eerst ontbijten
Welnu we zullen zien of 't gaat.
Dit zeggende sloot de man de deur en verwij
derde zich. Een weinig later kwam hij terug.
Ge kunt naar 't dek gaan, zeide hij, maar on
der eene voorwaarde gij zult niet spreken als gij
niet aangesproken wordt. Stemt ge daarin toe dan
kunt ge mij volgen.
Gaarne, antwoordde Henry, die besloten had
in alles toe te stemmen, waartegen hij toch niet bij
machte was zich te verzetten.
Kom dan mede En de man liet onzen held
op het tusschendek voor zicfi uitgaan.
Zie zoo, zeide hij toen zij op t dek waren,
wacht hier, ik zal u dadelijk uw ontbijt brengen.
Henry zag om zich heen en telde in 't geheel
acht man. 't Waren sterk gespierde kerels met een
ruw barsch gezicht het schenen allen franschen te
zijn. Degeen die hij na nauwkeurig beschouwing
voor kapitein hield en die ook, zooals hij spoedig
zag, het bevel voerde, had het vermetelste uitzicht
van allen, 't was een breed geschouderde, lompe
vent van ongeveer veertig jaar, met een vreeselijk
door de pokken geschonden gelaat. Ofschoon
't schip geen kanonnen op dek had scheen t voor
smokkelhandel gebruik, doch nu weinig of geen
lading aan boord te hebben. Ook bespeurde hij dat
't een vlug zeiler was.
MIWIIIW II' -mi
't Duurde niet lang, of de persoon die hem naar
't dek had gebracht, kwam met het ontbijt, dat uit
een bord bouillon, een kop koffie en een paar sne
den wittebrood bestond. Henry at met meer smaak
dan hij gedacht had. Toen hij zijn sober maal had
geëindigd, kwam de man terug en nam de borden
weg, waarna Henry de beschouwing van het schip
voortzette.
Hij zag dat de zeilen oud waren en het tuig slecht
was. De brik kon nagenoeg een inhoud van 300
ton hebben en waarschijnlijk in Engeland ge
bouwd. Henry keek nieuwsgierig rond of hij nog
meer lieden zag, doch daar er niet meer verschenen,
besloot hij er uit dat de acht man de gansche be
manning uitmaakten.
Hij stond bedaard tegen de verschansing te leu
nen, toen hij aan stuurboord een strook land ont
dekte, dat ongeveer zes mijlen verwijderde kon
zijn hij begreep dadelijk dat het t eiland Geurnsey
was, dat op een afstand van 70 engelsche mijlen
van St. Malo ligt. Terwijl hij naar de verwijderde
kust staarde, naderde hem de kapitein.
Wel, hoe bevalt het u hier vroeg deze op
een spottenden en verachtelijken toon, die den jon
geling zeer mishaagde.
Natuurlijk niet al te best, antwoordde Henry
ontwijkend.
Nu dat is te begrijpen. Gij zoudt dus liever
naar land terug keeren, hé
Zeker, ik hoop dat het spoedig zal gebeuren.
Hoe spoedig denkt ge wel
Zoodra 't bewezen is dat ik geen deserteur
ben.
Ha ha gij meent alzoo dat het daarop aan
komt Nu vriendje, dan geloof ik dat de reis u niet
zal meevallen.
Er lag iets in de manieren en in den toon van
dien man, dat Henry het ergste deed vreezen, en hij
stond op 't punt een scherp antwoord te geven,
doch bedwong zich en zei na eenige oogenblikken
pauze
Mij werd gezegd dat ik als deserteur werd
genomen. Is dat dan zoo niet
't Kan wel zijn, was het lakoniek antwoord.
Maar ge moet toch weten om welke reden
men mij hier heeft aan boord gebracht. Wordt ik
naar Engeland gevoerd
't Schijnt of h'j den koers wilt bepalen.
Die man verschilde in zijn geheel gedrag van al
len met wien onze held ooit in aanraking was ge
komen hij scheen er genoegen in te vinden, zijn
macht door ruwheid en grappen te toonen.
Wilt gij mij niet zeggen mijnheer, wat ge
eigenlijk met mij voornemens zijt vroeg Henry op
zoo eerbiedigen toon als hem slechts mogelijk was.
Dat zult ge vroeg gewaar worden, wees
dus maar niet zoo nieuwsgierig.
Ge wilt het dus niet zeggen
Dat heb ik nog niet te kennen gegeven, ant
woordde de kapitein met een grijnslach, alsof hij er
schik in vond den jongeling te tergen.
Henry's gelaat werd gloiend rood, zijne handen
balden zich krampachtig.
Ge moet u althans als een fatsoenlijk man ge
dragen jegens iemand die in uw macht is, sprak hij
langzaam en met nadruk.
Ho ho meent ge mij welgevoeglijkheid te
moeten leeren
Ik wil u niets leeren. maar alleen doen ver
staan dat ik een eerlijk man ben en als zoodanig
wensch behandeld te worden. Voorts herhaal ik
dat ik niet weet waarom ik hier ben en wat men
met mij voornemens is.
Weet ge dat niet 1 Wel dat is jammer. Maar
ik zal 't u niet vertellen. Als gij op den rechten tijd
uw oogen goed open doet, zult gij t gewaar wor
den.
Met diepe verontwaardiging keerde Henry den
schaamteloozen man de rug toe, vast besloten geen
enkele vraag meer tot hem te richten, maar zijn
oogen werkelijk goed open te doen en verdere on
beschofte bejegingen, die men tegen hem mocht be
proeven, krachtig te beantwoorden.
('t vervolgt)