8 REDT U ZELVEN DE HOPTEELT De Rol dec Bladeren Fruitkweekers 35stc Kampstrijd Ruzie in 't ftoisgezin Landbouwweekblad Kleine Studie oyer den Aardappel. Belgisch Trekpaard Landbouwersvereenig. Redt U Zeiven Kapitaals verhooging moet steeds de leus zijn van alle landbouwers. Belangrijk Bericht ZONDAG 29 JUNI 1924. Prijs i2 centiemen. 6de JAAJfUANCi Ni 287 Abonnementsprijs i 6,00 frank 's jaars. Men schrfjft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRABANDSTRAAT, 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTA1RE CAUDRON. Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen öngeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Voor en door de Landbouwers In voorgaande verhandeling meenen we klaar en duidelijk den toestand te hebben blootgelegd, zooals deze zich werkelijk voordoet. Zonder verder verwijl hoeft er dan ook onmiddellijk uitgezien naar afdoen de heelmiddelen. Het lijdt geen twijfel dat het aanhou dend streven naar veredelde hopvariëtei- ten, benevens degelijke bemesting en verzorging binst den groei, vooraan staande factors daarstellen, welke dan ook op de eerste plaats dienen aange wend te worden, willen we tot ge- wenschte uitslagen komen. Voor het oogenblik, willen we zonder verdere uitbreiding dezer voorwaarden ons echter beperken door enkele aanhaling, op hun uiterst groot belang te wijzen. Zulks om reden, dat we ons vandaag meer en meer bepaaldelijk willen bezig houden, met de niet minder belangrijke werkzaamheden, welke eens den groeitijd van de hop voltrokken he laas maar al te dikwijls en al te licht zinnig worden over 't hoofd gezien. Zoo vestigen we eerst en vooral de aandacht onzer hopteelers, op het feit, dat er voor het oogenblik dient rekening gehouden te worden met de zóo inge wortelde gewoonte onzer Belgische brouwers van vraag naar vreemde en en wel vooral Duitsche hop. Ook mee nen we gezien dezen toestand dat er voor het oogenblik niet moet of mag aangedacht worden de huidige verbouw de hopoppervlakte te vermeerderen. Het komt er voor 't oogenblik veel meer op aan onze tegenwoordige hopteelt te verbeteren, te veredelen en wel vooral meer en beter te verzorgen. Vooral voor wat dit laatste punt be treft vestig ik vooral de welwillende aandacht onzer vooruitstrevende hop teelers op de dringende noodzakelijk heid hun hop zorgvuldiger te plukken Belleken één of heel kortweze hier de leus. Verders voor wat het dro gen aangaat, behoeft er insgelijks met veel meer nauwgezetheid worden te werk gegaan. Daarom behoeven de hasten verbeterd te worden. De rook moet men kunnen afleiden, der wijze dat hij niet door de bellen gaat. Elke hast moet ook voorzien zijn van eene luchtpijp, welke den damp, voort komende van het drogen gestatig op zuigt, en aldus het zoogezegd zwee- ten der opbellen belet. Het gebruik van solfer zal op doel matige wijze gebeuren. Het mag slechts met kleine hoeveelheid worden aange wend en enkel dan maar. wanneer de bellen droog zijn. Wie deze enkele raadgevingen, in breede trekken saamgevat, enstig zal be hartigen in de praktijk,moet er onvermij delijk toekomenden uitgelezen prima waar voort tp brengen, welke dan ook van meet af geschikt is hoofd te bieden aan de concurrentie, hoe groot en aan zienlijk deze ook weze. Doch het lijdt dan ook geen den minsten twijfel, dat zulke prima-hop aan de hoogste prijzen dient afgezet te worden, net zooals deze, welke zich op het veredelen van graan soorten toeleggen. Wij zijn het hier volkomen eens met de denkwijze van den heer staatsagro- noom Bricout, dat zorg. moeite en op offeringen hier eene ruime stoffelijke ver goeding verdienen. Dan is het ook maar billijk dat zulke prima-producten aan hooger prijzen dienen verkocht te wor den, dan deze van gewone of zelfs min dere hoedanigheid. Ongelukkiglijk de hoofdwaarborg, welke aan ieder loon naar werken 1 zou geven, bestaat niet meer. Het jam- lijk verdwijnen der zeo hoogst noodza kelijke strenge keyrdiensten heeft onze puike en zorgvuldige hopkweekers gansch ontwapend en ontmoedigd op den hoop toe. Hoe kan het anders, wanneer zij, die dank hunne moeite en zorg prima-hop voortbrachten, zich op gelijken voet za gen gesteld van dezen, die zich om dat alles bitter weinig bekreunden Zulke schreeuwende onrechtvaardig heid, zou ten lange laatste den verdul- digsten goedzak doen wanhopen. Welnu kan zulken spijtige toestand verholpen worden Ik meen stellig van ja. Bij gebrek aan eene wet welke de keurdiensten opnieuw zou verplichtend maken, is het hoogstnoodzakelijk dat de plaatselijke hopbonden in overeenstem ming met de algemeene hop-federatie, de persoonlijke initiatief zouden nemen van in hunnen schoot eenen keurdlenst met hopwaag tot stand te brengen. Zulks zou oogenblikkelijk dit groot voordeel aanbieden, dat al de hopplan- ters, niet bij den plaatselijken bond aan gesloten tot den keurdienst niet zouden aanvaard worden. In de oogen der hop handelaars zouden dus hunne producten reeds beneden waarde worden geschat. De hop welke ter keurplaats wordt aangeboden, zou verder gerangschikt worden naar juiste hoedanigheid en te gen getuigschrift worden afgeleverd. Hophandelaals en Brouwers, welke zulke gekeurde hop dan ook met waar borg en dus in volle vertrouwen kun nen koopen, zullen stellig niet aarzelen deze waar naar hoedanigheid te betalen Dit is overigens de weg, sedert 1880 in Duitschland gevolgd, en dank waar aan hun hop wereldberoemd is gewor den. Hoppianters. van Aalst, Moorsel Meldert, Meerbeke, Baardegem, Wieze, Herdersem en Neygem, mijn raad is vooral tot U gericht. Moge elk van U er de groote voordeelen van in zien,«zoo zal uw werk gedijen en mee werken tot het heroptillen der vewallen faam van Vlaandrens Landbouwperel De aardappel - Solanum Tuberosum - is herkomstig uit Zuid-Amerika, heel waarschijnlijk uit Chili, volgens den plantenkundige de Candolle. 't Is meest in Chili dat men thans nog wilde aard appels ontdekt, van op de kust tot zeer hoog in de Andas. Men is het niet eens nopens het tijd stip op hetwelk den aardappel alhier werd ingevoerd.Het schijnt dat de Span jaarden hem reeds in 1535 moesten ken nen daar hij van groot belang was in Peru die, te dien tijde, door Spanje ver overd werd. Ook zijn het heel waar schijnlijk Spanjaarden die den aardappel in Europa brachten. Men vertelt dat, ten jare 1588, Philippe de Civry, Gouverneur van Bergen, den vermaarden Hollandschen botanist Clasius, twee aardappels schonk. Deze aardappels kwamen van Italië waar de aardappelteelt sedert eenige ja ren in voege gekomen was. Het staat vast dat, op 't einde der 16e eeuw, de aardappel in veel streken van Europa gekend was, zonder nochtans veel ge bruikt te worden, daar hij meestal men weet niet om welke rede, met afgunst beschouwd werd. t Was maar na de ja ren van hongersnood 1740 en 1780 dat het volk dit onvergelijkbaar gewas, echt geneesmiddel tegen die afgrijselijke plaag, de hongersnood naar zijn waarde begon te schatten. En hier dienen wij eene wel verdiende hulde te brengen aan den franschman Parmentier, wiens onver moeibare en edelmoedige werking zoo veel bijbracht om de kuituur en het ge bruik van den aardappel te verspreiden. Alhoewel aardappelkruid soms in ze kere streken en bij gebrek aan andere voeders, als veevoeder gebruikt wordt, is 't toch de knol alleen die moet als nuttig beschouwd worden en onze bij zondere aandacht dient te vestigen. Men weet dat de aardappel de eigen aardige hoedanigheid bezit zoowel bo- venaardsche als onderaardsche twijgen te vormen, 't Zijn deze laatste die op een zeker tijdstip', aan het uiteinde begin nen te zwellen, met voedsel opgepropt worden en alzoo den aardappel-knol vormen. De aardappel is dus geen ajuin of geen zaad, maar heel eenvoudig een onderaardschen twijg of tak, die zooals alle twijgen met botten voorzien is, die men hier den naam geeft van schoot. De voedingsstoften in den knol verza meld, dienen tot reserve voor de groeiende botten of schoten. Zooals bij alle twijgen bezit hier ook de einde-bot de meeste groeikracht. t Zijn Aimé Gérard en later Coudon en Bussa^d die de eerste praktische en theoretische studiën uitgaven betrekke lijk de samenstelling van den aardappel. In 1888 gaf Gérard de samenstelling van een knol der fransche variëteit "Jeuney,,. Deze knol bevatte Water 77,05 Saccharose (beetsuiker) 0.02 Andere suiker 0.00 Stikstofhoudende verbindingen 1,98 Andere organische 1,24 Oplosbare minerale zouten 1,46 Zetmeel (aardappelbloem) 16,38 Ruwvezel 1,66 Stikstolhoudend vezel 0,19 Onoplosb. minerale zouten 0,06 Over 't algemeen bevat de aardappel van 77 tot 78 °/0 water en van 22 tot 23 drooge stof, waarvan 2 stikstof- houdende stoffen, 0,7 ruwvezel (cel lulose) 0,1 vet 16,2 zetmeel, 't Is nu bijna uitsluitelijk aan het zetmeel dat de aardappel zijn voedende waarde te danken heeft. De bepaling van het zet- meelgehalte is dikwijls van groot belang namelijk voor de aardappels tot de nij verheid bestemd. AARDAPPELTEELT. Het staat buiten kijf dat de verspreiding der aard appelcultuur eene groote weldaad was voor het menschdom. Schier geen ander gewas kan, op denzelfden tijd en op de zelfde oppervlakte zooveel gezonde, ver teerbare, aangename voedingstof voort brengen. En nochtans schreef Young nog op 't einde der 18e eeuw dat 99 op 100 der menschen van den aardappel afgunstig waren. Doch kort nadien ver spreidt zich deze teelt met verbazende snelheid. Men weet dat de aardappel tevens voor de consumptie en tot industrieele gebruiken dient. In beide gevallen zijn de teeltzorgen nagenoeg dezelfde; alleen de verbouwde variëteiten verschillen. ('t Vervolgt). Landbouwers, doet eene enkele proef met al de waren Plantgoed of vetten aangekocht in Redt U Zeiven of elders, dan zult ge weten waar men U appelen voor citroenen verkoopt. (Vervolg) De voedende stoffen, in het water dat door de planten wordt opgenomen voor handen, moeten eerst nog worden om gewerkt in de plant zelve, vooraleer ze als eigenlijk voedsel voor de plant kun nen in aanmerking komen. Dit voedsel- bereiden wordt in de bladeren bewerk stelligd en zulks door wat we noemen de bladgroenverrichting. Zulks bestaat hierin langs de huidmondjes der blade ren en alle andere groene deelen der plant, wordt koolzuur opgenomen. De koolzuur bestaat uit een deel koolstof en twee deelen zuurstof. In de plant wordt het koolzuur ontbonden en de zuurstof wordt aan den dampkring teruggegeven. Wetenschappelijke proefnemingen te lang om hier te melden, hebben duide lijk getoond dat de bladgroenverrich ting enkel plaats heeft in de groene plantendeelen en onder den invloed van het licht. Ook dat bij middel van de koolstof het suiker en het zetmeel wordt gevormd. Dus is het alleen doordeblad- groenverrichting, dat het plantenvoed- sel gevormd wordt en alleen door plan- tenvoedsel voldoende ter harer beschik king te hebben, kan de plant zich ten volle ontwikkelen. Vandaar dat de blad groen-verrichting een der dringendste vereischten is in het plantenleven. Vier voorname punten dienen dus worden in 't oog gehouden 1° de vol doende aanwezigheid van bladgroen 2° het in het bereik stellen van genoeg licht3n de voldoende opneming van voedstoffen uit den grond 4° het \er- verschen van de lucht. Nemen we elk dier vier punten in nauwere behandeling, om beter de rol van ieder te lunr.en doen uitschijn, n en er ook de voor onze lezers nuttige ge volgtrekkingen te kunnen uit afleiden. Aanwezigheid van bladgroen Hoo ger schreven we, dat de voedende stof fen van het opgenomen water uit den grond, slechts tot weikelijk planten- voedsel worden omgewerkt in het blad groen, dat daar alleen het suiker en zei- meel wordt gevormd. Zorgen we dus dat onze planten over vele, gezonde bla deren beschikken en vermijden wij steeds zooveel mogelijk hun daarvan te bev, aren. Het is dan t ok ten zeerste af te raden de jonge beeten van blade ren te ontdoen of groene deelen van planten af te snijden als er neg gedaau wordt met bitterpeën en andere. Nog om de bladeren ten volle hunne werking te laten volbrengen, is het ge raadzaam het stof zooveel mogelijk van de planten te houden. Het stellen van genoeg licht in het bereik der planten. Al te dikwijls kun nen we bestatigen, d >t de planten lijden of in hunne ontwikkeling achteruit blij ven bij gebrek aan licht. Dit is vooral waar te nemen bij serre-, broeibak-of kamerplanten, ook onze planten die in vollen grond staan en niet over genoeg zame ruimte beschikten of door nabu rige gewassen overlommerd worden. Zorgen we dus serre en broeibakken aan het licht bloot te stellen voor zoover en voor zooveel de omstandigheden het toelaten. Planten we steeds op-den ver eischten afstand en zorgen we er voor, dat de eene plant de andere niet het zoo noodige licht ontneemt. De voldoende opneming van voedsel aan den grond. Hier moeten we wijzen op ons voorgaande artikel, dat handel de over de verdamping. Als wede blad groenverrichting zooveel mogelijk heb ben bevoordeeligd met al de aangege ven middelen, zullen we toch de ge- wenschte uitslagen niet bekomen zoo de plant in den grond de stoffen niet vindt, die haar moeten voeden. Stellen we dus in haar bereik al wat ze noodig heeft om hare ontwikkeling ten volle te kunnen bevoordeeligen. Als vierde en laatste punt gaven we Het ververschen van de lucht. Het koolzuur dat door de planten wordt opgenomen en door de bladgroenver richting wordt ontbonden en ten nutte gemaakt, is maar in geringe hoeveel- 3 heid in de lucht voorhanden - Als de planten nu lang in dezelfde lucht moeten leven, dan is er dra gebrek aan koolzuur, en kan de verrichting niet lan ger plaat»grijpen, dan nog wordt de verdamping er door belemmerd en het geheele werk der plantendeelen stop ge zet. Serren en broeibakken hoeven dus tijdig van lucht ververscht te worden. In dit paar artikels die we wijden aan De rol der bladeren hebben we ge tracht, naar ons best vermogen, enkele bijzonderheden weer te geven over de verrichtingen die in en door de bladeren gedaan worden. Opdat we die regelen voor elk van onze lezers wenschten goed verstaanbaar te maken, hebben we be- knopt geweest en enkel de hoofdlijnen ontleedt. Toch hopen we dat ze onze lezers met genoegen zullen hebben ge lezen en dat zij de wenken die we er in gaven zich zullen weten ten nutte te maken. J leest een belangrijk artikel op de tweede bladzijde. van het Deze kampstrijd, welke Zondag 1.1. werd gesloten, mag zonder overdrijving de schitterendste genoemd worden, welke sinds den oorlog plaats greep 275 paardenfokkers namen er deel aan met 746 hunner elite-specimens. Indien de kampstrijd onder oogpunt vankwantiteit hoogst belangrijk was, nog meer muntte hij uit op gebied van kwaliteit immers overtrof hij zienderooge al de voorgaanden door den rijkdom, en wel voornamelijk de nauwgezetste volmaaktheid der mede dingende elementen. HH. Mathieu, broeders en zusters van Bastenaken, namen deel aan den kampstrijd met 61 paarden. M. De Leener, van Lembecq (Bra bant) met 19 paarden. MM. Dumont van Chassart (Bra bant) met 18 paarden. M, Semal Georges van Donstiennes (Henegouwen) met 14 paarden. M. Lambert Rob. van Voroux-Go- reux (Luik) met 13 paarden. M. Van der Schueren Alfr. van Vol- lezeele (Brab.) met 11 paarden. M. Goës Etnile, van Ottignies (Bra bant) met 11 paarden. M. De Croes, broeders, van Hoves (Heneg.) met 11 paarden. MM. De Ro, broeders, van Sint Pie- ters-Leeuw (Brabant) met 10 paarden. M Dupont Em van Hemptine (Na men) met 10 paarden. M. Van den Bossche Aug., van Vol- lezele (Brabant) met 10 paarden. M. Peten Clement, van Velm (Lim burg) met 10 paarden. UITSLAGEN Daar de opname van den volledigen palmares ods te ver zou leiden, vin den we ons genoodzaakt uit hoofde van plaatsgebrek, voor elke categorie enkel den eersten laureaat mede te deelen le Categorie Hengsten van 5 jaar en meer met 1,65 m. gestalte en meer (37 inschrijvingen). Patriot van Vijverzeelen aan M. Walraevens Eduard, van Sint Quintens Lennick (Brabant). 2' Categorie Hengsten van 5 jaar en meer, beneden 1,65 m gestalte (39 me dedingers). Buffalo d'Elseghem, aan MM. Del- chevallerie van Corroy-le-Chateau (Na men,). 4' Categorie Hengsten van 4 jaar. beneden 1,65 m gestalte (36 inschrijv). Neron de Laethem, aan M. Bosch Alfons van Ry-Waver (Brabant) 5' Categorie Hengsten van 3 jaar met 1,62 m gestalte en er boven (40 in schrijvingen). Avenir d'Herse, aan M. Bourdiau Val. van Chaussée-Notre-Dame (Hen.) 6' Categorie Hengsten van 3 jaar, beneden 1,62 m. gestalte (42 inschr.) Marquis de Chaussée aan M. Dese- nejiart Octvan Chapelle-a-Oye (Hen). 7e Categorie Veulens van 2 jaar met 1,60 m. gestalte en meer (44 inschrijvin.) Successeur d'Herse, aan M. Dele- pin Ant., van Hornues (Heneg.) 8e Categorie Veulens van 2 jaar be neden 1,60 m gestalte (72 inschrijving.) Gaulois du Monceau aan den zelf den eigenaar van den laureaat van cate gorie 6. 9', 10' en 11' Categorie omvat uit sluitend de hengsten, veulens en merries van Ardeensch ras. Hier onderscheiden zich vooral de specimen s der eigenaars MM. Matthieu van Bastenaken. 12' Categorie Merries van 4 jaar en meer, met 1,61 m gestalte en meer (38 inschrijvingen) Bella de Neufke aan MM. Dumont, van Chassart ("Brabant). 13' Categorie Merries van 4 jaar en meer beneden 1,61 m gestalte (46 in schrijvingen). Bonne Année, aan M. Roberti-Lam- bert Jos. van Viroux-Goreux (Luik). 14' Categorie Merries van 4 jaar en meer, met 1,61 m. gestalte en meer en in het Studbook ingeschreven. Rekening werd hier eveneens gehouden met de waarde van het veulen (20 inschrijving.) La Vallière de Velm, aan M. Peten Clement, van Velm (Limburg). 15' CategorieMerries van 4 jaar, i beneden 1,61 m. gestalte (zelfde voor- j waarden als hierboven. 22 inschrijving). Helena de l'Happe, aan M. Binet i Fernand van Buzet (Henegouw) 16' Categorie Merries van 3 jaar met 1,59 m gestalte en meer (37 inschr.) j Bertha d'Or aan zelfden eigenaar van den laureaat der 14' categorie. 17'Categorie Merries van 3 jaar, beneden 1,59 m gestalte (38 inschrijv. Mirza de Braine aan M. Dujacquier René van Zinnik Henegouwen. 18' Categorie Veulens van 2 jaar met 1,56 m gestalte en meer (42 insch.l 19' Categorie Veulens van 2 jaar, beneden 1.56 m gestalte (42 inschrijv.) Espérance d'Herse, aan M. Bour- dian Valère, van Chaussée-Notre-Dame (Henegouwen). 20', 21' en 22' Categorie voorbehou den aan de merries en veulens van Ar deensch ras. Hier onderscheiden zich nogmaals de heeren Mathieu van Bastenaeken, door tal van geprimeerde specimens. 23' Categorie Groote Prijs der Ko ninklijke Maatschappij, toegekend aan de hengsten welke de beste producten voortbrengen. Om aan deze voorname proef deel te nemen, moesten de mededingende heng sten vergezeld zijn van minstens 5 en hoogstens 10 hunner producten of af stammelingen (10 mededingers). 1' prijs Prins Leopold.aan den heer Van der Schueren Alfred, van Vollezele (Brabant). 2' prijs Patriot van Vijverzeelen, aan den heer Walravens, van St Quin tens-Lennick. 24' Categorie Voorbehouden aan de merries met best voortgebrachte pro ducten. De merries moesten vergezeld zijn van 3 hunner producten. 1'prijs: Siska, aan Rasquin, van Plancenoit (Brabant). 2' prijs Garlouche de Mi, aan den heer Bury, van Lobbes (Namen). 25' Categorie Loten van 4 merries oud 3 jaar en meer (15 inschrijvingen). 1' PrijsLot van den heer Semal Marcel, van Ragnies (Henegouwen), 2' prijs Lot van de heeren Dumont, van Chassart. 3' prijs Lot van den heer Peten CL, van Velm. Lot van den heer Hardy Joseph van Thuillies. NOTA: Heroproepingsmedalies wor den toegekend aan Prins Leopold aan den heer Van den Schueren, Vollezele. Michette en Olympienne aan de heeren Rasquin. van Plancenoit. DERDE DAG. DE KAMPIOENEN Nooit heerschte er koortsachtiger drukte in de Rings der wijde hallen van het Jubelpark. Meer dan 12000 toeschouwers uit alle gouwen van het land toegestroomd, verdrongen zich in alle gangen. Gaanderijen, logia's, tre den. 't krioelde al van ongeduldige lief hebbers, om den hevigen engewichtigen eindstrijd bij te wonen Het Kam pioenschap Mogen er deel aan nemen, enkel de hengsten van minstens 4 jaar, welke nu of vroeger een len Prijs behaalden. Tien mededingers treden het strijdperk bin nen. namelijk 1. Idéal de Boneffe, aan M. Béguin, van Acoz 2. Brennus de Merbes, aan M. Del- chevallerie van Covroy-le-Chdteau 3. Favori, aan Mevr. Wed. Flaba- Rigo, van Bierset, Awans 4. Lion de Flandres, aan M. Peters en Demanet, van Corbaix 5. Hector de Bierset aan M. Van der Schueren, van Grimbergen 6. Calypse, aan M. Forêt René, van Sart-Dames-Avelines 7. Patriot de Vijverzeelen, aan M. Walravens voormeld. 8 Buffalo d'Elseghem, aan M. Del- chevallerie voormeld. 9. Comte de Flandre, aan M. Hou- tain, van St Amand, Fleurus. 10. Neron de Laethem, aan M. Bosch Alfons voormeld. De taak van de heeren Juryleden is uiterst moeilijk. De voorkeur van het koorsig publiek gaat naar de volgende favori's Brennus, Idéal, Lion de Flandre en Comte de Flandre. Nog eenige oogenblikken van angstige spanning en de jury na langdurige be raadslaging kent eindelijk het kampioen schap toe aan IDEAL DE BONEFFE, vosharigen hengst van 7 jaar, 1' prijs zijner categorie in den kampstrijd van 1923. Een donderend en daverend applaus begroette onmiddellijk de uitspraak der jury en den gelukkigen eigenaar M. Bé guin van Acoz (Luik) wordt met talrijke gelukwenschingen overladen. Terwijl de kampioen al dravend zijn triomftocht doet, wordt hij nogmaals met dreunende toejuichingen begroet. Daarop volgt het kampioenschap voor merries. Zeven mededingsters tre den in het strijdperk. Na eene beraad slaging van drie kwartiers, vergunt de Jury het kampioenschap aan BONNE ANNÉE. prachtige, bruine vierjarige merrie, eer ste prijs harer categorie (13°). Een don derende toejuiching begroet nogmaals deze uitspraak en de eigenaar M. Ro- berti Lambert Jos. van Viroux-Goreux Luik, wordt eveneens door zijne talrijke vrienden eveneens van harte geluk ge- wenscht. APOTHEOSE. Zestig der schoonste merrie s, vier aan vier gerangschikt, treden de piste binnen. Het belang dat deze kampstrijd biedt, ligt voornamelijk hierin, dat elk lot van vier merries die zich gelijk aanbie den, tot denzelfden stal moeten behoo- ren. Hun draftocht rond de renbaan is zoo los, zoo zwierig, zoo eenvormig, zoo plechtig en zoo majestatisch, dat hij elks bewondering afdwingt. Hun houding, hun vorm schijnt zoo meetkundig juist, dat het ons voorkomt of deze kunstperels van ons wereldbe roemd Belgisch Ras uit eenen en den zelfden vorm gegoten zijn. Deze mooie en bewonderenswaardige eenvormig heid mag dan ook wel het kenschet send karakter genoemd worden van het Belgisch Trekpaard Hulde dan ook, ja diepe en warme hulde aan onze koene en knappe paar denfokkers, welke er onverpoosd naar streven, door nauwkeurige selectie en verbetering, de zuivering van ons heer lijk paardenras steeds hooger op te tillen. Nu volgt de prijsuitreiking, voorge zeten door HH. MM. den Koning, de Koningin en Prins Leopold. De overwinners doen hun triomfante lijk défilé en de gelukkige eigenaars der laureaten ontvangen hun prijs, waar onder prachtige kunstvoorwerpen, uit de handen des Konings. Prachtige, heuglijke dag, waarvan we de schoonste en genotvolste herinnerin gen meedragen. Samenwerkende Maatschappij In algemeene vergadering van 15 Juni wierd eene nieuwe verhooging van h»t maatschappelijk kapitaal gestemd waar nopens we hieronder de voornaamste schikkingen geven 1) De inschrijving zal open big ven tot 15Speptember 1924. 2) De stortingen kunnen gedaan wor den a) volledig bij de inschrijving, b) gedeeltelijk bij de inschrijving en het overige naar goeddunken, maar ten laatste vóór 15 December 1924 3) De bezitters van een boekje der Spaar- en Leenbank mogen vooraf den helft van het bedrag van hun spaarboek je inschrgven, voor hoogere inschrijvin gen staan ze gelijk met de andere inschrij vers 4) Indien de inschrijvingen het ver wachte bedrag zouden overtreffen zullen ze, buiten die welke van de Spaar- en Leenbank overgedragen zijn, evenredig mogen verminderd worden. Vrouw, de hoenders hebben zeker in den hof geloopen het aardbeziënbed is zoo .erg toegetakeld dat er bijna geeue meer overschieten Dat en hebben de hoenders niet gedaan, man. maar wel een zwarte vogel met gelen bek 'k heb hem in den tuin al dikwijls gezien, maar sedert dat de aardbeziën te blozen han gen is hfj gedurig op datzelfde plaatsken terug en indien ik mijn eigen oogen ge- looven mag vliegt hij er mede naar zijn nest om zijn jongen te voeden, 't Zou dus de merel zijn die onze aardbeziën rooven komt dat is niet mooi van hem en daarbij hij schendt er meer dan hij er verslindt 't is een echte vernieler. Die vernielingszucht kan ik me moeilijk uit leggen van hem, 'k heb zoo dikwijls met lof van hem gesproken en zijn fraai ge zang kan toch ook wel in de weegschaal worden gelegd moest het er op aanko men hem goed of af te keuren. Ge moest hem eens aaa 't werk zien Hfj is wreed zenuwachtig, altijd achter dochtig, ge moest hem eens al huppelen, gejaagd en wantrouwig het aardbeziën- bed zien rondloopen, de eene vrucht na de andere zoekende en ze erg kwetsen de met zijn vernietigende snavelslagen hij bespiedt U; loert terzijde als een ech ten boosdoener die bewust is van 't kwaad dat hij doet. Och, vrouw, ge hebt nog niet lang geleden, evenveel kwaad gesproken van de musch maar nu zie ik ze toch ook rupsen vangen. De merel staat immers ook aangeschreven als een grooten kerf diereneter zoo bijvoorbeeld in de maand Mei, wanneer de kleine vlaskevers vlie- SiiSfr -•••-••••■ rt'r' '-***'"M :'i*'.'.'-".w MBL

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1924 | | pagina 1