r I REDT U ZELVEN Arbeid adelt Het benuttigen van afgeroomde melk Hen bt*okje Statistiek Oordeelkundige Bemesting 1 Landbouwweekblad Naar eene Zelfstandige Landbouwpartij De Vogels verdwijnen oyer In- en Uitvoer der Melkproducten moet steeds de leus zijn van alle landbouwers.' De Kasbons 6 Ardensche Variëteiten ZONDAG 18 JAN. 1925. Prijs 12 centlemen. 7de JAARGANG N* 316 l|f •a 3lgt) Abonnementsprijs 6,00 frank 's jaars. Men schrijft in op ons Bureel en op alle postkantoren. Aankondigingen volgens akkoord. Bureel en Redactie BRABANDSTRAAT, 53, AALST Verantwoordelijke Opsteller ORTAIRE CAUDRON Aalst. De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hunne bijdragen öngeteekende stukken worden niet opgenomen. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggegeven. Voor en door de Landbouwers Aan dit blad behoort een Bijvoegsel. Over ettelijke maanden stelde - men op deze zelfde plaats volgen de gewichtige vraag aan onze lezers Vindt eene Zelfstandige Landbouwpartij haar reden van bestaan De vraag werd enkel gesteld uit louter nieuwsgierigheid, immers getrouw aan ons princiep bui ten en boven politieke strekking blijft onze houding wat ze steeds was, en in de toekomst blijven moet zuiver, onpartijdig en onzijdig Toch wekte de vraag onmiddel lijk eene zoo groote belangstel ling. Uit de niet minder belang rijke antwoorden, door ons blad gepubliceerd, konden we vaststel len, dat de meeningen desgaande zeer verschillend eb uiteenloopend waren. Sommigen stonden gansch scep tisch en wantrouwig voor de zaak en lieten ons door 'n reeks welge staafde argumenten gevoelen dat zulks op dit oogenblik eene bui tengewone waaghalzerij zou daar- stellen. Anderen, ofschoon het nut en zelfs de noodzakelijkheid er van inziende, beweerden het huidig oogenblik ongunstig gekozen en oordeelden het terrein onvoldoen de voorbereid om zulke gewich tige, radikale beslissing te nemen, die onwillekeurig eene gansche omwenteling in de landbouwwe- reld zou hebben teweeggebracht. Een laatste reeks stemde radi- kaal met het voorstel in en hun categoriek en bevestigend ant woord gaf ons te kennen dat het meer dan tijd wierd dat de land bouw hare rechtmatige plaats zou innemen in de rangen der maat schappelijke standen. Volgens de zienswijze dezer laatsten moest aan den huidigen belachelijken en gevaarlijken politieken land bouw onverwijld een einde ge steld en diende deze onmiddellijk vervangen door een degelijke, gezonde en zuiverstaande of onaf hankelijke landbouwpolitiek Wel'icht heeft het den lezer als dan eenigszins verwonderd, naar aanleiding dezer verscheidene op werpingen en zienswijzen, geene verdere besprekingen nopens dit kritiek onderwerp in ons blad te hebben aangetroffen. Doch uit vrees eene gevaarlijke polemiek hierover uit te lokken iets wat we volstrekt wilden voor komen hebben we het overbo dig gevonden tot eene verdere be oordeeling der bekomen antwoor den over te gaan. Overigens onze bedoeling be perkte zich enkel en alleen tot eene objectieve beschouwing van het vraagstuk en liet ons niet toe ver der en dieper op de zaak in te gaan. Doch terwijl wij dus enkele maanden geleden, het vraagstuk eens terloops en zonder eenig voorbedacht inzicht eventjes van verre aanroerden en te berde brachten, grepen daarover reeds op dit oogenblik week aan week drukke en heftige besprekingen plaats in de kringen onzer waal- sche landbouwberoepsvereenigin- gen. Van lieverlede verspreidden zich de geruchten dat men in 't Walenland eene krachtdadige werking ging op touw zetten met het vooruitzicht eene zelfstandige Landbouwpartij tot stand té" bren gen, die bij de aanstaande kiespe- riode met eigen kandidaten ten strijde zou trekken. Én inderdaad, wie in de D. A. B.", orgaan derwaalsche land- bouwberoepsvereenigingen, de re gelmatig uitgebrachte verslagen hunner vergaderingen opvolgde, kon algauw vaststellen dat de U. P. A. (Unions professionnelles agricoles) vast besloten scheneh de zaak ernstig door te drijven. Het feit dat de landbouw in een der welken huidigen politieken groep op onvoldoende wijze was vertegenwoordigd en zijn verde diging bij voornoemde politieke partijen stelselmatig op 't achter plan werd geschoven, daarover waren ze het allen volkomen eens. Vandaar twee strekkingen Ofwel afzonderlijk ten strijde trekken Ofwel zich t akkoord stellen met r'e onderscheidene politieke groepen, op wier lijsten landbouw- candidaten naar passende rang schikking en in behoorlijk getal zouden voorkomen. Gezien de plaatselijke omstan digheden, heel verschillend van aard naar gelang de noodwendig heden eiker streek, vonden beide stelsels een aanzienlijk getal aan hangers. Aan elke afdeeling werd dan de volledige vrijheid gegund en een algemeen uitgeschreven referen dum zou bij geheime stemming der leden beslissen over het voorkeur stelsel. Verscheidene afdeelingen en secties der U. P. A. zijn reeds tot dit referendum overgegaan en naar aanleiding der gekende uit slagen kunnen we van nu af reeds bevestigen dat verscheidene waal- sche arrondissementen o. a. Luik, Hoei, Borgworm, Bergen, Nijvel, Luxemburg afzonderlijk zullen ten kiesstrijd trekken onder het groene vaandel eener afzonderlijke partij Le Parti Agraire In verscheidene der hoogerge- melde arrondissementen gaat de kiespropaganda der eerste baanbrekers reeds volop haren gang. Het zal u wel eenigszins aanbe langen het programma der nieuw onstane Agrariërs-partij te ken nen. Wij willen dan ook uwe rechtmatige nieuwsgierigheid niet langer op proef stellen en zullen u het genoegen en de gelegenheid verschaffen er u in ons eerstko mend nummer nauwkeurig en om standig van op de hoogte te bren- gen. Toch meenen we van nu af reeds te mogen bevestigen, dat gansch het programma steunt op dit algemeen grondprinciep De Beroepsvertegenwoordi ging is voor den Landbouw eene noodwendigheid van openbare welvaart zijn niet op naam ze zijn aan drager en mogen aan iedereen verkocht en voort- verkocht worden. Ze zijn even gemak kelijk handelbaar als een bankb'ljet, met het verschil dat ze 6 7° intrest geven. De naam van de koopers wordt niet ingeschreven in onze boeken. Ze zijn ook vrij de bons aan anderen te geven of over te laten, daar wij dezelfde uitgeven aan drager dus niet aan bepaalde personen. Eene gemakkelijker en zekerder plaat sing bestaat er niet. In magazijn Aalst beschikken we over eene zeer geringe hoeveelheid plantgoec van volgende soorten Ardensche aard appelen die we voor de leden als proe deden komen. 1. Florida 2. Platte bekken, 3. King Edward. Zie hierover De Koornbloem van Zondag 30-11-24 (bijvoegsel). Liefhebbers welke graag met die soor ten, of een derzelfde, eene proef zouden doen, kunnen de verlangde planters in magazijn Aalst bekomen. Hoe dikwijls is het niet gebeurd dat voordrachtgevers, sprekende over het nut der samenwerking op gebied van melkerij door den eenen of den anderen aanhoorder ondervraagd zooniet tegen gesproken werd betrekkelijk het benut tigen van de afgeroomde melk? Hoe dik wijls was het niet de afgeroomde melk welke oorzaak was dat zoovele loffelijke pogingen op... niets uitkwamen Immers in de oogen van velen is de magere melk de groote, de eenige kwaadstichtster! Zij is het die oorzaak is dat de sterfgevallen bij de kalveren zoo menigvuldig zijn Aan haar ligt het dat men thans geene schoone vet- of mest- kalveren meer kan kweeken Sedert de melkerijen opgekomen zijn, zeggen sommige beenhouwers, zijn de kalvers van geene waarde meer en vele an dere... Jammer ware 't, moest het inderdaad zoo zijn. want én veekweek én samen werkende melkerijen nemen eene steeds aangroeiende uitbreiding. Ten bewijze aten wij hier eenige gegevens volgen. De landbouwop tellingen geven de vol gende cijfers op voor wat de veebevol king betreft. In 1846 waren er 1.203.891 stuk vee in België, in 1856 waren er 1.157.649 1866 1.242 445 1880 1 382.815 1895 1.440.037 1900 1.657,494 1910 1.879.000 De wereldoorlog ontnam er ons 1/3 van en ten huidigen dage bezitten wij weeral ongeveer 1.500 000 stuks vee. De veekweek wordt dus in eere gehou den op onze dagen verre van een noodzakelijk kivaad te zijn, zooals over vijftig jaar, is de kweek der huisdieren, en die van het vee in 't bijzonder, de voornaamste bron van winstgevendheid der hoeve geworden. Te gelijk met de veekweek ontwikkelt zich de melknijverheid. Benevens de groote uitbreiding in deze laatste jaren genomen door de kleine handafroomers die men op vele hoeven gebruikt om de melk te centrifugeeren groeit ook het getal melkerijen van jaar tot jaar aan. Bovendien ziet men het getal deelnemers gedurig toenemen. Het ware hier over bodig statistieken te vermelden daar zij hoegenaamd geen juist gedacht geven aangaande de uitbreiding der samen werking in zake van melkerij. Dit komt grootelijks hieruit voort dat slechts een klein getal melkerijen ten minste in onze provincieerkend zijn en diens volgens niet officieel bekend staan. Om zich een gedacht, te maken van de onge schiktheid der bedoelde opgaven zal het ons voldoende zijn te zeggen dat, voor wat de provincie Oost-Vlaanderen be treft, het aangehaalde cijfer zou mogen verdubbeld worden. Wij hebben de overtuiging dat het arrondissement Aalst alleen nagenoeg zooveel melke rijen telt als er voor gansch de provincie opgegeven zijn. Wij bepalen ons echter met in het aangehaalde feit een nieuw bewijs te vinden om ons gezegde te staven de melknijverheid, de samenwerking groeien gedurig aan. Zij leveren dan ook meer en meer nevensproducten die wij zoo winstgevend mogelijk moeten benut tigen. Onder deze voortbrengsels staat de afgeroomde melk op de eerste plaats. Nu stelt zich de vraag Hoe kan men de' afgeroomde melk best ten nutte brengen Onder hare verschillige bestemmin gen mogen de volgende aangestipt wor den verkoop voor het verbruik, berei ding van kaas, verbruikt in de voeding der dieren. 1 Het verbruiken der afgeroomde melk in de voeding der menschen, zoo b.v. op de hoeve, is hoogstens geraadzaam. Maar hoe oneindig beter zou de afge roomde melk niet benuttigd worden in de steden, door de werkende klassen De magere melk is zonder twijfel een der voedzaamste en goedkoopste voedstof- fen die men zich in de stad kan aanschaf fen. Overigens hare overgroote verteer baarheid maakt er een uitmuntend voed sel van voor kinderen uitgenomen voor zuigelingen oude menschen, zie ken, herstellenden enz. 't Ware dan ook ten zeerste aan te prijzen dit kostelijk voedsel, dat door velen van de hand afgewezen wordt, beter te doen kennen. Iedereen is het eens om te bekennen dat volle melk, zooals zij uit den uier komt, het voortreffelijkste voedmiddel is onder onzicht van samenstelling als on der opzicht van verteerbaarheid. Maar eens diezelfde melk ontroomd, eens dat zij door den afroomer is geweest, neen, dan is het geen product meer om door menschen of dieren verbruikt te worden En nochtans welk verschil bestaat er tusschen volle en afgeroomde melk Wij hoeven slechts hare samenstelling te te doen kennen (volgens J. König). Volle melk Afger. melk Vet 3,5 0.2 Kaasstof 3,5 3.5 Melksuiker 4.5 4,4 Minerale zouten 0,75 °/o 0,7 Water 87,-% 90,-% Hieruit volgt dat de samenstelling der afgeroömde melk slechts van deze der volle melk verschilt doordien dat eerst- genaamde weinig of geene vetstoffen be helst. De eiwitstoffen die ontegenspre kelijk de voornaamste rol spelen in de voeding, omdat zij alleen het vermogen hebben nieuwe weefsels te vormen en de slete van het organismus te herstellen, zijn om zoo te zeggen, onveranderd ge bleven. Hetzelfde geldt voor de melk suiker en de asch of minerale bestand- deelen Het vet is inderdaad verdwenen, maar het kan vervangen worden de overblij vende bestanddeelen, eiwit en suiker, welke men in de afgeroomde melk aan treft kunnen zich gedeeltelijk omzetten in vet. Zoo kunnen 1,000 gr. eiwitstoffen 235 gr. vet geven 1,000 gr. suiker 250 gr. vet geven. Dus zelfs zonder toevoegsel van eenig aanvullend voortbrengsel wordt des noods, door het organismus, in dit ge brek voorzien. Edoch, het verbruiken der afgeroomde melk als menschenspjjze gaat gewoonlijk gepaard met het benut tigen van andere stoffen, bloem, rijst, brood, suiker, enz., die goed geschikt zijn om het tekort in vetstoffen aan te vullen. Die doenwijze heeft voor gevolg aan de afgeroomde melk een passende voedingsverhouding te geven. ('t Vervolgt). F. S. Zoo we een enkelen oogslag werpen op de statistieken betrekkelijk den in- en uitvoer der melkprodukten (melk, room, boter en kazen), dan stellefi wij voor 1923 eenen invoer vast van onge veer 2,113,995 kg. melk, room, gedroog de en verdichte melk, voor een waarde van nagenoeg 11,535,505 franken. Wij voerden uit naar den vreemde omstreeksch 634,118 kg. dier zelfde pro ducten, wat in geldwaarde 911,076 fran ken voorstelt. Onze invoer van melkproducten over treft dus onzen uitvoer met een verschil van 1 millioen 479,867 kg., waarvan de handelswaarde bedraagt 10 millioen 624,429 franken. Deze producten vertegenwoordigen ongeveer 12 millioen kg. melk, welke 4000 melkkoeien zouden voortgebracht hebben, waren ze in het land gefabri- keerd geworden. Onze invoer aan versche en gezouten boter cijfert zich op 9,678,212 kg. met eene handelswaarde van 144 millioen 536,654 fr., terwijl onze uitvoer van dit zelfde product slechts 99,426 kg. be draagt ter waarde van 1 millioen 324,788 franken. De balans dezer cijfers duidt eene overhelling aan 9,578,786 kg. of van een bedrag in geld van 143,211,866 fr„ die we aan den vreemde hebben betaald. Hadden we nu die aanzienlijke invoer- kwantiteit in 't land zelf kunnen voort brengen, dan zouden we in veron derstelling dat er 28 liters melk van noode zijn om 1 kg boter voort te bren gen over 92,735 melkkoeien meer hebben moeten beschikken, die elk 3000 liters zouden hebben geleverd. Wij zullen niet spreken van de ge wone kazen gefabrikeerd met ont- roomde melk, maar brengen we enkel in aanmerking de fijne kazen waar van we invoerden 17,697,747 kg. 133 mil lioen 621,187 fr. en heruitvoerden 2,347,563 kg. 13 mil lioen 456,263 fr. Soldo van invoer 15,350,184 kg. 120 millioen 164.924 fr. In veronderstelling dat we diezelfde kaashoeveelheid in ons land hadden wil len voortbrengen, dan zouden we wetende dat om het fabrikeeren van 1 kg kaas ongeveer 10 liters melk ver- eischt worden 51,164 koeien meer hebben moeten bezitten. Om in onze eigene noodwendigheden van melkproducten te voorzien, had den we dusnaar aanleiding van vorig vermelde cijfers -ongeveer 148,000 koeien meer moeten bezitten. Dit over- getal toegevoegd aan onzen veestapel in einde 1923 geraamd op omtrent 820,000 stuks, zou deze ons brengen tot een al geheel totaal van 968,000 melkkoeien. Doch de tamelijke hooge prijs der boter heeft den verkoop der marga rine soorten op buitengewone wijze bevoordeeligd, zoodat de boter voor een zeer ruime hoeveelheid door deze pro ducten wordt vervangen, waarvan het fabrikaat in België op aanzienlijke wijze is aangegroeid. In 1923 cijferde zich de invoer aan margarine op 943,509 kg. ter waarde 2.483,872 fr., terwijl de uitvoer dezer producten binst hetzelfde tijdstip 392,897 kg. beliep, ter waarde van 1 millioen 708,625 fr. Indien ons melkvee ons jaarlijks per kop 3000 liters melk levert, zoo hebben de 820,000 melkkoeien, die we bezitten, ons 2,460,000,000 liters melk voortge bracht. Het verbruik aan natuurmelk (gewo ne) beloopt te lande per dag en per in woner ongeveer 01. 30, hetgeen voor eene bevolking van 8 millioen inwoners dagelijks 2,400,000 liters voorstelt, hetzij 876,000,000 liters per jaar. Kalvers en varkens verbruiken jaar- lijks nagenoeg 82,000.000 liters zuivere melk terwijl tot de kaasbereiding omtrent 22,ooo,ooo liters verwerkt worden. Zulks brengt het volledig jaarlijksch melkverbruik (door menschen, dieren en kaas) op 980,000,000 liters. Deze kwantiteit van de beschikbare voortgebrachte hoeveelheid afgerekend, blijven er dus 1,480,000,000 liters tot het fabrikeeren van boter. Wijl men tot het vervaardigen van 1 kg. boter 28 liters melk noodig heeft, bekomen we dus een boterproductie van ongeveer 52,800,000 kg. De vooroor- logsche productie van boter was groo- ter dan nu en werd alsdan geschat op 65,000,000 kgr. De belgische bevolking heeft dit verbruiksverschil van 12 mil lioen vervangen door aankoop van mar garine en andere vetstoffen, tot aanvul sel van het te kort of deficit aan boter productie Om den vooroorlogschen toe stand dus te herstellen, zouden we om de aldus vervangen boterhoeveelheid voort te-brengen nogmaals over 75.000 koeien meer moeten beschikken, hetgeen onzen veesceptel dus zou brengen op ongeveer 1,050,000 melkkoeien. Is er mogelijkheid dit resultaat te be reiken Voor het oogenblik bestaat on ze veestapel melkkoeien uit meer dan 850,000 stuks, want indien we dezelfde hoeveelheden kaas hebben ingevoerd als verleden jaar (1923) voor de negen eerste maanden van 1924 hebben we uit den vreemde 4,000,000 kg. boter minder ingebracht ter waarde van 59,325,955 fr. terwijl we in 1923 voor ditzelfde tijdstip 7.423,182 kg. invoerden ter waarde van 104,545,365 fr. Op die wijze zouden we dus een te kort hebben van 200,000 melkkoeien. Doch deze 200,000 koeien meer zouden tot hun onderhoud en verzorging en be werking hunner producten eene aan zienlijke massa handwerk eischen, die op 't huidig oogenblik niet te vinden is. Daarop mag in de tegenwoordige om standigheden niet stellig gerekend worden. Nochtans is er wel een middel om het vraagstuk zóó te kêeren dat er zonder die zware vermeerdering van onzen veestapel toch eene practische en economische oplossing mogelijk wordt. Dit hoofdvoornaam redmiddel het welk hier ter onze beschikking ligt is nog maals de selectie of veredeling van on zen veestapel. In een tijdbestek van nauwelijks 10 jaar zijn de landbouwers uit Denemar ken er in geslaagd de melk- en boter productie van hun vee met 20 te ver- hoogen. Dit treffend voorbeeld diene ons tot spoorslag om dezelfden weg naar verbe tering en veredeling op te gaan, met het oog op het bekomen eener hooger melk en boterproductie. Gelukken wij erin deze productiever meerdering te verwezenlijken, dan kun nen we van meet af in onze eigen nood wendigheden voorzien voor het melk en boterverbruik. De verscheidene millioenen franken, die we thans aan invoer van boter en melk moeten besteden, bleven alsdan in eigen zak en onze economische handels balans zou er in evenwicht 'n flinken doorslag mede inwinnen. De winst verwezenlijkt door den land bouwer hangt tegenwoordig in de eerste plaats af van de bekomen opbrengsten en dus van de toegepaste bemestin gen. Deze blijven immers de grootste regelaars der opbrengsten. Om de maxima-opbrengsten te beko men is het dus noodig dat de gronden oordeelkundig bemest worden. En hierdoor moet men verstaan niet alleen het toepassen der voedende stoffen in voldoende hoeveelheid en gewenschte verhouding, maar ook het aanwenden van deze meststoffen die best aan de gestelde vereischten beantwoorden. Onder de stikstokmeststoffen is de ideale meststof het Sodanitraat van Chili dat de stikstof onder opneembaren en benuttigbaren vorm oplevert en ver der aan alle hoogervermelde vereisch ten voldoet. Daarenboven biedt het het groot voordeel de gronden niet te verzuren. (le Vervolg) In t vorig artikel heb ik aangekon digd dat België, alhoetvel grootendeels plichtig aan 't verdwijnen der vogels, toch niet aan de spits staat voor 't vo gelvangen. Het zijn de Zuiderlanden waar t vogelvangen waarlijk schrikba rende verdelgingen aanricht en, aange zien de meeste onzer nuttige vogels trek vogels zijn, moet het ons geenszins ver wonderen dat hun getal van jaar tot jaar vermindert. Als er een prijs te winnen was in t vogelvangen dan zou deze aan Italië moeten toegekend worden. Beeldt U in dat ten Noord-oosten van Italië, in Lombardië, in den omtrek van Bergamo, Brescia, Chiavenna en Verona jaarlijks mill oenen zangvogels gevangen worden. Dat belet toch niet dat Italië nog altijd bestempeld wordt met den eeretitel van 't land van muziek en zang. Is't dan niet dubbel spijtig dat men in dat land niet meer over heeft voor de nooit overtroffen zangers der natuur, en dat men met weemoed in t harte moet zeggen dat Italië er dood arm aan geworden is, dat men er bijna geen zangvogels meer aantreft Het komt ons misschien eenigszins verbazend voor dat de zwaluwen ook van jaar tot jaar verminderen hier toch kan de schuld hoegenaamd niet op ons gelegd worden, overal worden zij gerust gelaten, ze mogen hun nestje metsen waar t hun belieft, aan den muur, onder de dakgoot, aan balken en ankers onzer woningen, in den stal, in de schuur overal duldt men ze. 't Zijn immers de blijde boodschappers der Lente en een vogelroover, hoe ondeugend hij ook weze en hoe onmeedoogend hij moge te werk gaan met de andere vogels, zal toch nog de zwaluwen gerust laten. En nochtans ze verdwijnen uit onze streken. Wie heeft daar zoo n onmetelijk groote schuld aan t Is de mode. Vraagt het maar eens aan de damen of jufvrouwen en zoo ge wat bedeesd zijtofhet soms niet al te be leefd zoudt vinden, waagt een oogslagje op hun prachtige hoeden en ge zult de zwaluw daar aantreffen, tusschen groen, bloemen en strikjesja, de liefelijke zwaluw, dood, van ingewanden gele digd en met allerhande vuiligheid opge vuld en dat om de mode te volgen En zeggen, dat er onder die damen en jonge meisjes gouden harten aangetroffen wor den, die zoo teergevoelig zijn dat ze geen vliegsken kwaad zouden doen, laat staan een vogel ziet eens met welke moederlijke zorg ze hun hondje vertroe telen, hoe ze een sijsje en kanarievogel in zijn muit oppassen en verzorgen, maar als 't er op aankomt de mode te volgen dan verdwijnen al die goede ge voelens als rook uit 't harte. En zeggen dat de mode-koninginne, meesteresse is in al de landen der wereld en dat ze ons het meest uit Parijs komt overgewaaid. Om aan die afgodin offers te brengen worden zelfs de zwaluwen niet ontzien. Een modehuis van Parijs verkocht er in een jaar niet min dan 50.000 Ziedaar waarom sedert verscheidene jaren reeds die lieflijke vogels zoo woedend worden nagejaagd in 't Zuiden van Frankrijk, in Italië, in alle zuidersche zeestranden waar de zwaluwen moegevlogen, een tijdje verpoozen alvorens zich den wij den waterplas over te schieten, 't Is daar dat de zwaluwen dan ook worden ge vangen in zulke verbazingwekkende hoeveelheden dat we, ondanks al onze pogingen en zorgen ze van jaar tot jaar zien verminderen. De mode met haar zotte en lastige eischen wordt een echte dwingelande en 't is hoog tijd dat men er tegen opkome. Schier alle zuiderlanden hebben groo tendeels schuld aan het verdwijnen der vogels. We hebben wellicht al hooren zeggen dat de Duitschers groote liefheb bers zijn Choucroüte en zwijnenvleesch, maar dat ze ook nachtegalen, leeuwerik ken en roodborstjes aan tafel opdisschen dat zal ons misschien wat verwonderen, zij die zoo streng de wetten doen naleven. (Of doen ze 't tegenwoordig om hun honger te stillen ?)wat er ook van zij, in sommige streken van Duitschland wor den ze tot dat doel gevangen. Hoe verkeerd toch en hoe misdadig bijna I Wat valt er al veel aan zulke schamele brokjes te knagen Dat men neerhofvogels en andere als patrijzen, fezanten, sneppen aan tafel opdiene dat verstaat zich, die vogels schijnen er toe geschapen te zijn om in de maag van de lekkerbekken terecht te komen, maar dat men de liefelijke zangvogels toch met rust late die de natuur zoo aangenaam verlevendigen met hun fraai gezang, die ons zoo neerstig bijstaan bij 't vernieti gen van 't krioelende en zwervende in- sectenleger, waarvan we, helaas jaar- ijks het getal zien vermeerderen. Laat de tuiniers en landbouwers spre ken en ze zullen u zeggen hoe vlijtig ze door die vogels worden bijgestaan. Eindelijk een laatste oorzaak van het verdwijnen der vogels is er een natuur lijke, waar we niets kunnen aandoen, namelijk het verdwijnen der bosschen. i RN BLOEM j'JjiI *iTnn|i|TiTiTfifl!in!iF'H*1 /LtTrTt*"' T' V

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1925 | | pagina 1